Studenten-studiën
MAANDAG 14 OCTOBER 1935
HAARLEM'S DAGBLAD
3
N. S. B.-landdag te Loosduinen
35.000 deelnemers.
Rede van Ir. Mussert.
Te Loosduinen is Zaterdag een landdag van
de N.S.B. gehouden, waar aan door leden uit
alle deelen des lands, naar schatting ongeveer
35.000 werd deelgenomen. Hiervoor was een
groote tent opgericht. De deelnemers werden
met autobussen en extra treinen aangevoerd
van de beide stations marcheerden zij in op
tocht naar het terrein aan den Leijweg te
Loosduinen.
Langs den geheelen weg was veel politie
Het corps was voor deze geleeenheid versterkt
met een detachement Rijksveldwacht. De
straten waren niet afgezet, uitgezonderd in
de onmiddellijke omgeving der stations. Wel
had de politie verschillende maatregelen ge
troffen om het verkeer zoo goed mogelijk
voortgang te doen vinden.
In den stoet liepen trommelslagers en
hoornblazers mede en op hun marschmuziek
ging de stoet langzaam voorwaarts.
Op den langen weg van de beide stations
naar het kamp hebben zich geen noemens
waardige incidenten voorgedaan. Wel werden
duizenden pamfletten uitgedeeld en deze
werden ook van de daken op de voorbij trek
kende N.S.B.'ers geworpen, Een drietal perso
nen, die in de omgeving van de Hoefkade
hierdoor eenige opschudding verwekten, wer
den door de politie gearresteerd.
Het binnenstroomen van de 35.000 deel
nemers in de verga dertent nam uiteraard
uren in beslag,
Op het podium, tegen welks treden den-
negroen gelegd was, was een muziekkorps
gezeten, dat zich van tijd tot tijd hooren
liet.
De landdag werd bijgewoond door negen
en twintig Nederlanders uit Wiesbaden.
Toen de bijeenkomst tegen half acht-begon
ontruimden W. A.-mannen de ruimte voor het
podium. De electrische lichten in de zaal gin
gen uit olielampjes bleven branden en
het polium werd in een lichtschijnsel ge
plaatst.
De algemeen secretaris van de N. S. B., de
heer Van Geelkerken, sprak een openings
woord.
Terwijl de menigte zich van haar plaatsen
verhief en de muziek speelde, schreed hierna
de heer Mussert door het middenpad de zaai
binnen. De menigte riep „Houzee" en hield
den arm gestrekt.
De heer Van Geelkerken herdacht de m het
afgeloopen jaar gestorven kameraden met
name den heer Van der Voort van Zijp. Een
zangkoor zong „Ik had een wapenbroeder",
terwijl de menigte met gestrekten arm stond.
Trommels roffelden. Op den top van het
podium stond de heer Mussert. Langzamer
hand gingen de trommels zachter roffelen en
liet men de armen dalen. Tenslotte heerschte
stilte.
Toen de leider was binnen gekomen, werd
het podium met vaandels versierd. Voor he'
podium ginig een aantal W. A.-mannen op
post staan.
De heer P. J. Roskam Hzn. heeft vervolgens
een rede uitgesproken over: De leidersgedach
te in den vrijen Dietschen volksstaat"
Vervolgens sprak M. graaf de Marchant et
d'Ansembourg over „Kerk en Staat".
Graaf de Marchant et d'Ansembourg liet
aan zijn rede de opmerking voorafgaan, dat
hij in deze bijeenkomst meer welkom was dan
in de Eerste Kamer, woorden welke bij het
publiek vroolijkheid verwekte.
In den loop zijner rede deed hij een be
roep op Hitier om niet door handhaving van
personen van niet-christelijke van heidensche
wereldbeschouwing op leidende posten een
verkeerden indruk buiten Duitschland te
maken. Voorts merkte spr. op: Wij zullen ons
doel met of zonder de kerk bereiken, evenals
in Italië en in Duitschland. In het belang
van den godsdienst, van het Christendom,
hopen wij. dat de afzijdigen van thans spoe
dig onze hand zullen grijpen.
Bij de installatie van nieuwe leden heeft de
heer Mussert het woord gericht tot hen, die
gekomen waren om de gelofte van trouw af
te leggen aan de N. S. B. en haar leiding.
Wij moeten, zeide hij. een politiek leger vor
men, dat gelooft in de roeping van de N. 3. B
Leden, die, zoodra zij op moreelen tegenstand
stuiten, in elkander zakken als een ijspud
ding in de zon, zijn ballast voor de Beweging.
Leden, die als er in Het Volk of in het Han
delsblad ol in De Maasbode weer dierbare ver
haaltjes staan over Dolfuss of de negers van
Abessynië of Duitsche Joden of Herriot of
Macdonald, zich afvragen, of het dan toch
wel goed is om bij de N. S. B. te zijn. zijn rug-
gegraatloozen die wij kunnen missen als
kiespijn. Leden, die, als in Volk en Vaderland
zonder pardon de vinger gelegd wordt op de
vele wonden, die in ons volk geslagen zijn, het
constateeren van die wonden niet netjes vin
den. moeten maar ophoepelen. Al die verwee-
kelijkte. halve zachte eitjes zijn mij een gru
wel. riep de heer Mussert uit. Wij zullen, ver
klaarde hij ook, ons volk toonen, hoe het jaar
in jaar uit is bedrogen, en geleidelijk maar
zeker zullen wij het doordringen van onze be
ginselen. Wij willen ons volk. dat wij liefheb
ben, niet overweldigen, maar overtuigen en
helpen. Lichamelijk geweld moet ons daarbij
vreemd blijven, want daarmede wint men de
ziel van een volk niet. Onze tegenstanders
schijnen hieruit het laatste jaar de conclusie
getrokken te hebben, dat zij ons ongestraft
kunnen aanranden. Deze vergissing moet her
steld. Ik verwacht, zeide ir. Mussert, van
iederen weerbaren, mannelijken N. S. B.'er
dat bij elke poging tot aanranding hij zich
onmiddellijk krachtig te weer stelt. De heeren
moeten weten dat het voor hun neus en hun
ezelskinnebak onvoordeelig is om te probee-
ren, een arm van een N. S. B.'er neer te halen.
Hierna legden de nieuwe leden de gelofte af.
Onder houzee-geroep besloot de vergadering
aan de Koningin een telegram te richten,
waarin zij hun Vorstin hun liefde en trouw
betuigen, en aan Prinses Juliana een tele
gram, waarin zij uiting gaven aan hun liefde
en trouw voor hun kroonprinses.
Vervolgens werd gepauzeerd, waarna de
W.A. in uniform defileerde.
De heer Mussert. algemeen leider van de
N. S. B., heeft een rede gehouden, waarin hij
verklaarde dat het de taak van de N. S. B.
is om het Nederlandsche volk. dat dag in dag
uit wordt bedrogen, voor te lichten
De heer Mussert besprak vervolgens de
vraag hoe wij staan te midden der andere vol
ken. Daarbij behandelde hij het communisme,
als het parool van Moskou noemende: „gelei
delijke uitbouw der wereldrevolutie door de
Europeesche staten tegen elkander op te zet
ten, met de democraten aan te pappen (want
via de democratie is hun doel te bereiken) en
vooral het fascisme, hun eenigen vijand, te
kraken". Zonder Italië en zonder Duitschland
was Europa al tien jaren een kolonie van Mos
kou. Maar dwars door Europa ligt deze dam
Rome-Neurenberg. Vernietiging van Italië,
omsingeling van Duitschland, oorlog tusschen
de Europeerche natiën, met als zeker gevolg
de zegepraal van het bolsjewisme, ziedaar,
waar Moskou doelbewust op aan stuurt.
Hierna besprak de heer Mussert den toe- I
stand in Italië, welke hem bracht tot de con
clusie, dat, als Italië Abessynië verovert, het
dit doet, omdat het niet anders kan, omdat
het moet kunnen beschikken over grondstof
fen, omdat het een uitweg moet vinden voor
zijn bevolkingsoverschot, waarvoor alle landen
hun grenzen hebben gesloten.
Men zegt, dat Abessynië lid is van den Vol
kenbond, maar uit dit feit blijkt alleen, dat
de Volkenbond een enorm gevaar is voor den
vrede in Europa. Zonder den Volkenbond was
het een koloniale kwestie en zou Engeland
zijn vloot gebruikt hebben om een stuk van
den buit te krijgen. Van den aanvang af heeft
Mussolini gedaan, wat mogelijk is, om het
geschil buiten Europa te houden, en doet
Litwinof al het mogelijke om er een oorlog
tusschen de Europeesche staten uit te fabri
ceeren.
In de Volkenbondsverplichtingen ligt. aldus
de heer Mussert. de oorzaak der ellende. Er
bestaat geen Volkenbond, die met recht dien
naam kan dragen, maar een bond van volke
ren, die ten doel he°ft om het. schreeuwend
onrecht, dat aan de Duitsche, de Oostenrijk-
sche, de Hongaarsche en Bulgaarsche volke
ren is aangedaan, te handhaven door gemeen
schappelijk geweld. Troelstra heeft verklaard,
dat de bond bedoeld is als organisatie der
overwinnaars, die met behulp der neutralen
de overwonnenen in de positie van politieke
en economische, minderwaardigheid zal hou
den. De heer Mussert merkte op dat wij. door
tot dezen bond toe te treden, ons hebben ver
laagd van een onafhankelijken staat tot ten
werktuig in de handen van Engeland en
Frankrijk en onzen bodem hebben bestemd tot
slagveld van Europa.
Over onze verhouding tot Indië sprekende,
zeide ir. Mussert dat hij, na hier drie jaar
lang met modder te zijn gesmeten, in Indië
voor het eerst weer een vaderland gevonden
heeft, vrij van politieke terroristen. De gou
verneur-generaal, zeide ir. Mussert, heeft niet
meegedaan aan de politieke terreur. Hij acht
zich blijkbaar niet een werktuig in de handen
van politieke terroristen, maar een vertegen
woordiger van de Kroon. Hij heeft het ambt
van gouverneur-generaal hoog gehouden.
Daarvoor behoort het geheele Nederlandsche
volk hem dankbaar te zijn. In zijn handen is
het gezag in Nederlandsch Indië veilig.
Het bestuur in Indië, merkte ir. Mussert op,
is in hoofdzaak fascistisch; men heeft daar
lak aan Aalberse, lak aan Albarda. Men min
acht daar het politieke gekonkel en gekra
keel, dat het politieke leven hier te lande be-
heerscht. Een sterk, eendrachtig en met vaste
hand geleid volk, dat is, wat zij daar noodij
hebben. Drie kwart van de Nederlandsche be
volking in Indië is vóór ons. Uit uw naam,
mijn kameraden, aldus spr., heb ik beloofd,
dat zij op ons kunnen rekenen. Anderzijds
staan daar reeds nu de kameraden klaar om
ons te steunen in onzen strijd. Ook zij zullen
woord houden. Zoo zullen wij den band tus
schen Nederland en Indië onverbrekelijk ma
ken. Wanneer daarbij zal komen, dat wij van
Nieuw-Guinea een Nieuw-Nederland kunnen
maken, waar duizenden en duizenden onzer
volksgenooten een sober, arbeidzaam, maar
vrij en onafhankelijk bestaan kunnen vinden,
dan zullen wij de grootste daad verrichten
voor de voortleving van ons volk tot in verre
eeuwen.
Met het zingen van twee coupletten van
het Wilhelmus en een driewerf „Houzee" werd
de bijeenkomst gesloten. (A.N.P.)
Lijm- en gelatinefabriek gaat
zoutzuur leveren.
Voor tinsmelterij.
De Hollandsche Metallurgische bedrijven te
Arnhem, zijnde het tinsmelbedrijf der Billi-
ton Maatschappij, hebben een langjarig con
tract afgesloten met de N.V. Lijm- en Gelati
nefabriek te Delft voor de levering van zout
zuur, waartoe de zoutzuurfabriek van de
lijmfabriek een kleine uitbreiding zal onder
gaan. Tengevolge van de zware concurrentie
met het buitenland wordt dit zoutzuur met
een zeer kleine winstmarge vervaardigd. Het
is echter bijzonder toe te juichen, dat deze
samenwerking van twee Nederlandsche be
drijven aan de werkgelegenheid hier te lande
ten goede komt. (A. N. P.)
Wijzigingen in het vaste
lastenontwerp.
Regeering heeft haar standpunt nog niet
bepaald.
Naar aanleiding van berichten, die in som
mige dagbladen zijn verschenen over wijzi
gingen in het vaste lastenontwerp. wordt van
officieele zijde medegedeeld, dat omtrent
eventueele veranderingen, welke bij nota van
wijziging in dat ontwerp zullen worden
bracht, nog niets vaststaat. De regeering heeft
haar standpunt dienaangaande nog niet be-
Filmstad officieel geopend.
Door minister Gelissen.
Onder prachtig najaarsweer heeft Zater
dagmiddag te Wassenaar de opening van Loet
C. Barnstijn's filmstad plaats gehad. Minister
Gelissen sprak de openingsrede uit.
Na een korte beschouwing over de beteeke-
nis en de ontwikkeling van de cinematografie
bracht spr, hulde aan den heer Barnstijn. die
thans een grooten stap doet in het industrieele
leven. Naar men spr. verzekerd heeft, kan deze
filmfabriek glansrijk doorstaan de vergelij
king met iedere andere instelling van dien
aard in Europa.
Bij den bouw zijn de inzichten van den heer
Barnstijn getoetst aan de ervaring in het
buitenland opgedaan. Weldoordacht, goed
voorbereid is hier een filmfabriek verrezen,
die in technisch opzicht aan zeer hooge eischen
kan voldoen. De bekwaamheid onzer Neder
landsche ontwerpers, leiders en uitvoerders,
van de onderwerpen, die hier verfilmd zullen
worden, hun inzichten omtrent moraliteit, hun
kunstzin mogen het buitenland tot voorbeeld
strekken. De historie onzer cultuur en ons
volkskarakter bieden hiervoor goede waar
borgen.
Het is verheugend, dat de heer Barnstijn
een flinken stap heeft willen doen in de rich
ting eener verdere industrialisatie van Neder
land. Aldus dient hij niet alleen kunst en
techniek, hij draagt hierdoor in belangrijke
mate bij tot werkverruiming Ook dit laatste
is van niet te onderschatten beteekenis De
nieuwe onderneming moge binnenkort de
algemeene waardeering vinden in binnen- en
buitenland.
De minister verklaarde tenslotte de film
stad voor geopend.
Voorts hebben nog de heeren D Hambur I
ger Jr.. voorzitter van den Ned. Bioscoopbond
en mr. J. van IJzeren, secretaris van den heer
Barnstijn, gesproken.
Ocl, WOGII POIII Wob
MogJi Boeli Hopsasa....
Gloriana zingt zen lied
Wat ze zingt versta ik niet,
'tls een lof zang,want ik hoor
als refrein steeds f/
5neeuwvJ\tqloor.
Andere regeling voor benzine
uitvoerverbod.
Bepalingen moeten soepeler toegepast
kunnen worden.
(Adv. Ingez. Med.)
Ervaringen van
een Eerstejaars in Amsterdam.
Nee meneer, zei de oude aapjeskoetsier
hoofdschuddend, nee meneer, Amsterdam is
niet meer wat 't geweest is. En hij veegde
weemoedig langs zijn neus met de mouw van
zijn duffelsche jas.
D'r was een tijd. ging hij na een poosje
voort en het leek of hij niet meer tegen ons
piaatte, maar zijn woorden zoomaar liet val
len de ruimte in. dat wij, as ik me zoo eres
mag uitdrukken, bij het stadsbeeld hoorden.
Toen was 'n koetsier 'n mensch meneer
Wat is-ie tegeswoordig? Toen droeg 'n koet
sier een hooge zij je. waar je je eigen in spie
gelen kon. En nou.Triestig nam hij zijn
hoofddeksel af, dat inderdaad meer op een
verregende kat leek dan op een hoed.
Maar 't is dan ook een vrij kwalijk ver
voermiddel. zoo'n bakkie, zei Bob harteloos.
Als je haast hebt neem je toch zeker een
taxi! Jullie gaan veel te langzaam.
Langzaam? Zeggu me nou es eerlijk me
neer: wat is langzaam? Ze weten tegeswoor
dig van malligheid niemeer wat ze doen. Wat
is hard? Assu met 'n trammetje na 't station
gaat. is dat hard? Niks, zeit 'n taxi Gaat u
hard met 'n auto? Nee. zeit 'n vliegmesjien.
Hard meneer, das net zoo lang asset breed is.
En ik ken u vertellen, ik heb met Sjaan hier
gereje en ik heb met 'r moeder gereje, maar
toen die nog in d'r lui goeie jare wazze, toen
konne ze de sokken d'r in zetten dat geen
paard van 't Plein ze bij hield. Ja. nou is
ze oud, 't is amper dat ze tegen die rotbrug-
getjes van de Reguliersgracht op komt. maar
is 't 'r kwalijk te nemen? 't Benne niet alleen
de jaren die 't 'm gedaan hebben, meneer,
't Is ook 't sjagrijn.
En zijn hand gleed liefkoozend langs een
puntig uitsteeksel op Jeannes schoft.
We stonden er een beetje schimmelig bij.
't Waren drukke dagen geweest. Eerst het
Groenentooneel, dat op 'n volkomen fiasco
was uitgeiooper., behalve dat we tot, slot het
publiek met spuitwaterflesschen hadden mo
gen bevuren: toen de geëmancipeerde kroeg
jool voor 't eerst op stoelen in de Kroeg
en tenslotte de inauguratie, plechtig in de
aula van de Universiteit met een officieele
speech van den Rector. Daarop was 't diner
gevolgd met wilde redevoeringen die nie
mand verstond en toer waren we de stad in-
gesjouwd. naar 't Pleir. der Pleinen natuur
lijk. Tot onze schade had echter onze in
vasie een volledige mobilisatie van alle zwaar
gewicht-Barportiers ten gevolge gehad, die
ons overal de toegans versperden. En zoo
waren we wat katterig beland bij den ouden
aapjes koetsier, die zielig naast z'n rossinant
stond te kleumen in den motregen.
De heeren hadden voor 'n jaar of twin
tig. dertig geleje motten studeeren. zei de
wagenmenner. Dat ware tij je. Heb u weles
van Hollandais gehoord of van Astor?
Wel van Astoria, zeiden wij als uit één
mond. Daar waren we eens met H.E.R.M.E.S.
geweest, verduiveld leuke kroeg.
Och meneer, das allemaal niks. Praat
u mijn niet over de kroegen van vandaag de
ig. Goed voor de sjiek, niet voor u of mijn.
We keken eikaar bij deze gelijkschakeling
even aan. maar we zeiden niets.
- In mijn tijd meneer, dat zal u niet ge-
looven. maar toen dronk je zóó'n pikketanes
met zóó'n kop er op zijn handen wezen
afmetingen aan, waar ik van rilde voor
zeve cente. En goed spul meneer, niet dat
misselijke goed van miksjers en kokteelen.
Zuiver asals jenever, meneer. Zuiverder
ken je niks bedenken wat u.
We waren het volkomen eens.
En de walletjes meneer. As ik u daar
verhalen van vertelde. Dat was 'n mooie
tijd. Daar had je toen nog van die kleine,
gezellige, stiekeme cafétjes. De politie wist
er van, maar ze knepe ên oogje dicht Of
liever alle twee. 's Nachts na eene begon 't
daar pas. 'n Trekharmonica, 'n glaasje bier,
aardige meisies. Geen afzetterij, geen ge-
meenigheid, alles in 't ordelijke zoo gezeid.
As 't hier op 't Plein sluiten was, kwamen
ze bij me, de heeren. Taaje, zeie ze, waar
breng je ons vanavond na toe? Heeren, zei
ik, wat zal 't wezen, No. 76, of No. 113. of 27?
En de Bor meneer, de ouwe Bordeleeze in
de Leidsche straat. Niet die groote kast, die
nou leeg staat, nee, aan den overkant. Daar
kon je nou om es een voorbeeld te noemen,
met je overgrootmoeder na toe gaan, en de
ouwe hommel zou d'r eigen niet hebben hoe
ven sjeneeren. En even zoo vroolijk gezellig
meneer. Wat ik daar 'n uren heb staan
wachten, wat ik daar 'n heeren vandaan
naar huis heb gereje Taaje. zeie ze. zachies
rijje. ik lijk wel te denken dat ik niet als te
lekker ben. En wil u gelooven, dat ik ze ree.
of ik 'n zuigeling in de wieg achter me bok
had? En Sjaan meneer het dier draaide
den kop om en keek den baas droefgeestig
aan 't was of ze 't begreep. Zoo soepel
asse dan liep. zoo zacht van optrekken.
'n Taxi stopte vlak bij ons met afgrijselijk
remgeknars.
't Moderrene verkeer, zei de Taaje met
de diepste minachting. Motten de heeren me
wagentje niet eens probeeren?
We kochten het af met een paar sigaren
en liepen door. Maar ik voelde achter me de
oogen van Jeanne, die mij verwijtend na
vaarden.
A. A. MATRIS.
In een extra nummer van de
Staatscourant is opgenomen een be
schikking van den minister van Han
del. Nijverheid en Scheepvaart. Bij
deze beschikking heeft de minister in
getrokken zijn beschikking van 9 Oc
tober j.l. met betrekking tot het ver-
leenen van dispensatie van het verbod
van uitvoer van benzine.
Voorts heeft de minister bepaald, dat
van genoemd verbod algemeene dis
pensatie verleend zal worden, behalve
voor die hoeveelheden en soorten ben
zine ten aanzien waarvan door hem
met belanghebbenden is of nader
wordt overeengekomen, dat uitvoer
niet zal plaats hebben.
Omtrent bovenstaande meldt de Tel. nog:
De nieuwe ministerieele beschikking in zake
het benzine-uitvoerverbod heeft ten doel de
toepassing van het verbod, voornamelijk ten
aanzien van het verleenen van dispensaties,
soepeler te maken.
Bij den aanvankelijken vorm van het uit
voerverbod was de situatie zoo. dat de uit
voer van benzine verboden was. doch dat dis- j
pensatie van het verbod verleend werd ten
aanzien van hoeveelheden, die noodig waren j
voor de eigen behoefte van het motorrijtuig,
dat de grens passeerde. Dit beteekent dus dat
de hoeveelheid in de tanks der auto's vrij was
en uitgevoerd kon worden.
Echter dreigde de handel en vooral de
transitohandel van het verbod in dezen vorm
te veel overlast te krijgen. Daarom heeft men
de zaak nu feitelijk omgedraaid, en den uit
voer vrijgelaten behalve voor bepaalde hoe
veelheden en soorten ten aanzien waarvan de
minister met belanghebbenden overeenkomt,
dat zij niet zullen worden uitgevoerd. Ook op
deze wijze kan de strekking van het benzine
uitvoerverbod volledig tot haar recht komen.
Een halve eeuw geleden
Uit Haarlems Dagblad van 1885.
14 October:
Met de Haarlem—Zandvoort Spoor
weg Mij. zijn in de maand Aug. 1885
vervoerd
53244 passagiers, waarvan de opbrengst
was 13975.55
van goederen f 924.36
van diversen f 857.57Vs
Totaal 15757.48'i
Uitmakende per dag en per kilometer
59 80.
Door onze lens gesnapt.
Vrouwelijk hoofdpersoon van
donker Oss in arrest.
Vele jongeren in het verderf gestort.
De houdster van de stille kroeg in
het Schayksche veld is Oss waar
.jarenlang vele personen uit donker
Oss bijeenkwamen om plannen te be
ramen voor hun rooftochten en waar
zij na met succes de daad ten uitvoer
te hebben gebracht weer bijeen
kwamen om den buit te verkoopen en
de opbrengst te verbrassen of te ver
dobbelen. de 46-jarige vrouw Joh
v. B. geb. V., bijgenaamd „Hanneke
van Martekus", is door de marechaus
see gearresteerd.
Deze vrouw heeft vele jongeren in het ver
derf gestort en vele stamgasten zijn haai
reeds naar de gevangenis voorgegaan, thans
is ook haar beurt gekomen. De schoonmaak
te Oss zou zonder haar arrestatie niet volle
dig zijn geweest.
Kon. Ned. Toonkunstenaars-
vereeniging.
Eenige onderwerpen uit de geluidsleer.
De heer H. M. Janett. leeraar aan de 2e H.
B S B aan het Santpoorterplein, hield Za
terdagavond in het natuurkundelokaal va n die
school voor de afd. Haarlem der Kon Ned.
Toonkunstenaarsvereeniging een voordracht
met demonstraties over „Eenige onderwerpen
uit de geluidsleer".
De spreker begon met te zeggen, dat r.ij
het geluid uitsluitend uit physisch standpunt
zou behandelen en zette daarna uiteen, dat
het geluid door trilling ontstaat en door de
luchf wordt voortgeplant met een snelheid
\an ongeveer 340 M per seconde. De nagalm
van een geluid duurt veel langer dan men wel
zou meenen en kan in groote gebouwen zeer
hinderlijk zijn.
De hoogte van een toon staat in verband
met het aantal trillingen. Aangenomen mag
worden dat bij een gering aantal trillingen
'minder dan 16 per seconde) het normaal
menschelijk oor geen geluid meer waarneemt.
Bii de 32 trillingen per seconde begint de mu
zikale toon. Het aantal trillingen mag. om als
geluid waarneembaar te zijn, ook niet te groot
worden. De gren.s ligt bij ongeveer 18000 a
19000. In de muziek komt men meestal niet
hooger dan 7000 a 8000 trillingen. Zeer onre
gelmatige trillingen veroorzaken een geruisch.
Aan de hoofdtrilling worden door verschil
lende oorzaken, bijvoorbeeld door den vorm
van den mond. boventonen toegevoegd. Om
dit aan te toonen sprak de heer Janett de
verschillende klinkers luide uit; hierdoor
werd een lichtend plaatje in trilling gebracht.
Een snel draaiende spiegel projecteerde de
beeldjes van het lichtend plaatje en zoo kre
gen we de klinkers „in levenden lijve", zooals
de inleider het noemde, in grilligen vorm op
een scherm '„afgebeeld".
Voorts werden de trillingen van een stem
vork, door middel van stroboscopische verlich
ting, zeer verlangzaamd en daardoor duidelijk
zichbaar gemaakt. Aangetoond werd ook, dat
een trillende snaar op bepaalde punten in rust
blijft; dit zijn de „knooppunten", waartegen
over de „buikpunten", de grenzen van de
grootste trilling, staan.
Vervolgens behandelde spr o.m. het ver
schijnsel van de reconnance, waarvan in de
muziek voortdurend gebruik wordt gemaakt.
Een luchtkolom resonneert boven een stem
vork; een snaar resonneert op den toon van
een andere snaar.
De spreker gaf aan zijn belangwekkende voor
dracht een slot van humoristischen aard door
het doen draaien van eenige gramofoonpla-
ten. Eerst, een plaat, die een mooie, gedragen
voordracht, door Paul Huf. van het Wilhelmus,
weergaf. Daarna werd dezelfde plaat tweemaal
te snel gedraaid, waardoor de voordrager niet
alleen veel sneller, maar ook op veel te hoogen
toon en zoo goed als onverstaanbaar sprak.
Toen de plaat vervolgens te langzaam werd
gedraaid, was het geweldig gebas al even
vermakelijk als het hoogtonig gepiep.
Eenzelfde verminking onderging Arabesque
van Debussy. Thans werd de plaat van ach
teren naar voren afgedraaid Het resultaat
was kostelijk van dwaasheid.
De voorzitter der afdeeling. de heer E. A j
Cats, sloot de bijeenkomst met een woord van
hartelijker, dank aan den inleider.
DE HEER F. S. NOORDHOFF.
De heer F. S. Noordhof f. die 26 Juni van
dit jaar tot lid van den Haarlemschen Ge
meenteraad werd gekozen, werd in 1882 gebo
ren en bezocht de 5-jarige H. B. S. te Sneek.
Hij was van 1901 tot 1915 werkzaam bij het
Gevangenis-, Rijks- Tucht- en Opvoedings
wezen in administratieve betrekkingen. Daar-
•na was hij van 1915 tot 1930 voorzitter-redac
teur van den Centr. Ned. Ambtenaarsbond.
Voorts was hij van 1921 tot 1924 lid van den
gemeenteraad van Baarn.
Sedert 1930 is de heer Noordhoff redacteur
bij het Ned. Verbond van Vakvereenigingen
(week- en maandblad). Verder is hij lid van
den Hoogen Raad van Arbeid en maakt hij
deel uit van de Centrale Commissie voor de
Statistiek en van den Raad van Toezicht op
de Rijksverzekeringsbank.
Hij is schrijver van onderscheidene brochu
res en van het boek „Petroleum en Petroleum-
politiek
(Adv. Ingez. Med.)
Receptie H. Kwekkeboom.
Bij het 25-jarig jubileum.
Ter gelegenheid van het feit dat de heer
H. Kwekkeboom vijf en twintig jaar dans-
leeraar is, werd Zaterdag in het instituut aan
de Nieuwe Gracht een receptie gehouden,
waar vooral leerlingen en oudleerlingen van
hun sympathie getuigenis aflegden
Zeer veel bloemwerken versierden de feest
zaal. waaronder er waren van Haarlemsche
collega's, van welken wij noemen de heeren A.
Kwekkeboom, Fortgens, De Lange, Micgielse
en Van Aken en Schroder.
Van de Nederlandsche vereeniging van
Dansleeraren was eveneens een bloemstuk
aanwezig. De secretaris, de heer M. A. Meu
niers feliciteerde den heer Kwekkeboom. die
voorzitter van de vereeniging is, en memoreer
de in zijn rede de groote verdiensten van den
jubilaris voor de danswereld in het algemeen.
Verder hadden bloemen gezonden: de hee
ren Constance uit Den Haag, M. A. Meuniers
uit Rotterdam, Blumer uit Rotterdam, Stee
houwer uit Dordrecht, mevrouw Boer uit Dor
drecht, allen collega's van den heer Kwekke
boom.
Ook uit het buitenland waren gelukwen-
schen gekomen, o.a. van Maurice Matty te
Antwerpen en van den Belgischen bond van
dansleeraren. Voorts van Victor Sylvester te
Londen, den leeraar der leeraren en van de
British Association of Teachers of Dancing.
Deze dag heeft den heer Kwekkeboom en
zijn echtgenoote bewezen dat de naam Kwek
keboom in de nationale en internationale
danswereld niet alleen groote bekendheid ge
niet, doch ook een zeer goeden klank heeft.
Landbouwer door trein
gegrepen en gedood.
Nabij het station Staphorst is een landbou
wer. die met paard en wagen den onbewaak-
ten overweg aldaar passeerde, door een goe
derentrein gegrepen. Voerman en paard wer
den op slag gedood. Het slachtoffer is de
60-jarige H. Nijboer, ongehuwd. De overweg
ter plaatse is geen verkeersweg, doch geeft
-'en boeren gelegen hun landerijen te bereiken.
Het uitzicht t;r p'aatse is zeer goed. zoodat
wel vaststaat dat Nijboer niet behoorlijk moet
hebben uitgekeken.