Hoe Baldwin c.s. reclame maken VERTELLING DINSDAG 22 OCTOBER 1935 HA'AREE M'S DAGBEAD IT Verkiezingsactie, die twee millioen pond kost. Bioscoopwagen verkondigt de lof der regeering. Londen, 21 (Van onzen correspondent.) De voorzangers der politieke partijen heb ben vele woordej-i gewijd over het pro en con- tra van de wanscheïijkheid van algemeene verkiezingen op dit voor Europa zoo hache lijke oogenblik. Het pro is gekomen van de woordvoerders der partij aan het roer, het contra van hen, die hopen eens aan het roer te zullen staan. De laatstgenoemden hebben zich op het standpunt gesteld en dit verdedigd dat de uitschrijving der ver kiezingen „een gemeene streek" is. Deze va- derlandsche term is de geschiktste om u den aard der gevoelens te doen beseffen, welke de tegenpartij bezielen. Over de ponden en de propaganda heeft men niet gesproken. Dit hiaat zullen wij vullen, opdat uw beeld van karakter en stemming van een moderne ver kiezingscampagne in Engeland compleet zij. Een verkiezing in dit land kost een fabel achtig groote som. Voor de geboorte van het nieuwe Lagerhuis zullen minstens 2.000.000 werden uitgegeven. Een bedrag van 350.000 hiervan komt voor rekening van den belas tingbetaler, want dit wordt uitgegeven door de Schatkist voor betalingen aan voorzitters der stemkantoren en andere kosten, die aan het kortstondig bedrijf dezer officieele kan toren zijn verbonden. De gezamenlijke candidaten zijn bij de wet gerechtigd tezamen 750.000 uit te geven. Het bedrag per hoofd wordt berekend naar het aantal kiezers in het district. In kiesdis tricten. die een heel of bijna heel graafschap bestrijken mag de candidaat 6 stuivers per kiezer uitgeven, in gemeentelijke distric ten 5 stuivers. De 900.000, die nog overblijven van de genoemde 2.000.000 worden uitgege ven door de politieke partijten. Dit bedrag komt uit de partijkassen en uit de beurzen van gulle donateurs, die bereid zijn aan hun politiek geloof met contanten kracht bij te zetten. De opgegeven bedragen zijn benade ringen. Ze kunnen wat hooger, wat lager zijn, maar zijn niet ver van de tegenwoordige werkelijkheid af. Vroeger vloeide het verkie- zingsgeld veel ruimer, d.w.z. een halve eeuw geleden toen een wet op corrupte praktijken nog geen einde had gemaakt aan de pogingen van rijke candidaten de stemmen der kiezers te koopen met contant geld en met rondjes In de proeflokalen. De genoemde wet heeft aan de gemeenschap meer geweten gegeven en onschuldiger middelen om bij de kiezers in het gevlei te komen worden thans .aange wend; de candidaten kussen de zuigelingen en keuvelen met moeder de vrouw aan de waschtobbe. Maar geld speelt toch nog een machtige rol in de verkiezingen van dezen tijd. De partij, die een goed gevulde kas heeft begint in een voordeelige positie, omdat ze ruimer en op aantrekkelijker wijze haar politiek voor de kiezers kan brengen dan de partij die zuinig aan moet doen. De candidaat heeft zijn vijf of zes stuivers per kiezer noodig voor loon voor zijn agent, secretarissen voor druk werk. schrijfpapier, vergaderingen en per soonlijke onkosten. Welgestelde candidaten betalen deze kosten uit eigen zak maar an deven krijgen ze geheel of gedeeltelijk uit de partijkas. Als steeds trekt de Conservatieve Partij die de meest welgestelde menschen heeft on der haar leden en aanhangers met den best gevulden geldbuidel den verkiezingsboer op. Ze heeft het grootste deel van de kosten van het regeeringsreclamebureau geleid door dien meesterlijken impresario Sir Kingsley Wood betaald. Over enkele dagen trekken de bioscoopwagens van Sir Kinsgley het land in, volgeladen met geluidfilms, welke het publiek weinig minder onderhoudend zal vinden dan de programma's der filmpaleizen. Ze vertegenwoordigen knappe en listige propa ganda, ook al blijven ze vooronderstellen, dat het kiezersvolk deerlijk in schranderheid te kort schiet. Wij hebben een soort „press view" van de politieke sterren gehad in Bush House, dat ontzegwekkende complex kantoorgebouwen op de grens van West End en City bij The Strand, en weten dus bij voorbaat wat boeren, bur gers en buitenlui allerwege in het land te zien en te hooren zullen krijgen. De heeren hebben zich door vrij lange praktijk een filmtechniek eigen gemaakt, die gunstig afsteekt bij hun eerste optreden voor de camera, waarover wij vroeger eens hebben geschreven, en die zich effectief doet gelden. Baldwin spreekt ten deele plechtig, ten deeie vermanend en ten deele gemoedelijk over hetgeen de Nationale regeering in vier jaren heeft volbracht. Maar zijn speech schijnt bij gedeelten over de ac tualiteit heen te zijn. Hij vraagt of de ver bazingwekkende vooruitgang, welken men zich heeft zien voltrekken onder het nationaal bestuur, in gevaar moet worden gebracht, door hervatting van den poütieken partijstrijd, door politieke schokken. Wanneer men dat hoort kan men zijn ooren moeilijk gelooven. Want het heeft er op het oogenblik allen schijn van dat de hervatting van den partijstrijd en de politieke schokken juist door Baldwin en de zijnen in het leven worden geroepen met hun besluit haast te zetten achter de verkie zingen. MacDonald ziet men zitten in een hoekje van zijn werkkamer, weggezakt in zijn stoel, in een comfortabele houding, als deel van een gezelschap heeren in het after dinner uur. genoegelijk en gezellig oreerend over de politiek. MacDonald is de verdediger van de Nationale regeering en raakt in een sentimenteele stemming en betoogt dat de moeders van het land haar kinderen veilig kunnen toedekken voor den nacht zoo lang er een nationaal bestuur is, dit nationaal be stuur, dat met al zijn macht en wil vrede voor het land en voor de wereld zal handhaven. Op gelijksoortige wijze spreekt Sir John tot de natie. Hij heeft het beste filmgezicht en de beste filmgestalte. Maar de drie groote man nen kunnen noch mogen (van Sir Kingsley Wood) het gansche program vullen. De leuze is vooral geweest „laten de dingen voor zich zelf spreken". Wij krijgen tooneelen van wel vaart en vreugde te zien en men wordt ver zocht er uit af te leiden, dat de filmcamera zulke tooneelen nimmer zou hebben kunnen opnemen, indien er geen Nationale regeering was geweest, die het land in vier jaren zoo beelden van het landbouw- en boerenbedrijf, die een sterken indruk geven van landelijke tevredenheid en lucratieven arbeid en die de toeschouwer moet verbinden aan de energieke ordening van varkens en melk door minister Elliot. De bioscoopwagen heeft verder films die het Engelsche volk toonen in sport en spel en zeekant-genoegens. De moraal is, dat er ruim geld is voor ontspanning dank zij het beleid van Neville Chamberlain, dat met ver trouwen en met crediet tevens meer geld heeft gebracht in den zak van den gemiddel den man. De rock stijgt op uit de schoorsteenen van Sheffield, symbool van herleefde industri- eele bedrijvigheid. De achterbuurten zijn voor den warmen hervormingszin van de Nationale regeering verdwenen als sneeuw voor de zon. Tot die conclusie moet ons het filmbeeld nei gen, dat rijden en rijen nieuwe huizen laat zien. Kluchtigheid" ontbreekt niet in het pro gram. Maar aangezien geen lid van de natio nale regeering ongestraft den clown zou kun nen spelen heeft men populaire beroepsman nen voor dit deel der vertooning laten op treden. De vermaarde buikspreker Arthur Prince brengt zijn even vermaarde pop Jim af van diens voornemen zich bij de Socialisten aan te sluiten. Eenige aanwezigen in Bush House vonden de propagandistische waarde van dit beeldje bedenkelijk, omdat de buik spreker een hersenlooze pop overreedt. Maar alles tezaam genomen is het propa gandistisch vermogen moeilijk weerstaanbaar. En wat kunnen de andere partijen er tegen over stellen? A. K. van R. EERSTE KAMERMUZIEKAVOND van de Afd. Haarlem der M. t. B. d. T. ZINO FRANCESCATTI. Het vioolspel van Zino Francescatti doet in de allereerste plaats den eminenten virtuoos kennen. Alle duivels- of heksenkunsten, die Paganini verzonnen heeft schijnen kinderspel voor hem te zijn. Reeksen flageoletten, dubbel- flageoletten en zelfs flageolettrillers worden te voorschijn gebracht met een zekerheid, die aan mathematische noodzakelijkheid doet denken. Zijn voordracht van Paganini's „I Palpiti" leverde daarvan de meest doorslaan de en verbluffende bewijzen; de als toegift ge speelde 24ste Caprice geleek daarna zelfs een voudig. Dat zijn staccato onberispelijk, zijn toon groot en van de hoogste welluidendheid is, dat hij, om kort te gaan, de techniek van het vioolspel in haar vollen omvang souverein beheerscht, daarvan hebben Maandagavond allen, die in den Stadsschouwburg aanwezig waren, wel de overtuiging gekregen. We had den in een vorig seizoen reeds een voorproefje van zijn virtuositeit gehad, toen hij op een Bachconcert het vioolconcert van Paganini speelde en zich daarbij een evenknie van Vasa Prihoda toonde. Vraagt men nu naar den artistieken oogst dien ons gemoed Donderdagavond heeft mogen binnenhalen, dan zijn we geneigd, dien niet zoo hoog te schatten als de opbrengst die de geest genoot. Recht verwarmd heeft zijn spel mij alleen in het bewonderenswaardig en vol innigheid voorgedragen Adagio van Beetho ven's Sonate op. 24. Het eerste Allegro dier so nate wilde aanvankelijk niet op gang komen: droog en schoolsch verliep het tot kort vóór dat de doorwerking begon: eerst toen kwam er wat levendigheid in. In het Trio van het Scherzo ontspoorde de viool evenin het Rondo nam hij revanche voor het eerste Allegro, maar op een wijze die mij den indruk van over drijving gaf: zóó smelterig en sentimenteel heb ik me het thema van het Rondo nooit kunnen voorstellen. Het concert van Vivaldi-Kreisler speelde Francescatti elegant en met grooten zwier. Merkwaardig zijn in dat werk de gelijkenissen met het finale-thema van Mozart's Symphonie in Es gr. t., merkwaardig is ook de romanti sche sfeer van het middendeel, dat nu eens naar de latere Fransche school, dan weer naar Schumann vooruit wijst. Saint-Saëns', .Introduction et Rondo ca- priccioso" heb ik van andere violisten wel eens niet wat meer Fransche gratie en verfijning gehoord dan Francescatti er aan gaf. In zijn „Berceuse sur le nom de Ravel" heeft hij de schrijfwijze van Ravel met succes nagevolgd en een fijn klinkend stukje geleverd; hoe hij echter dien naam in noten vertaald heeft, is me niet duidelijk geworden. Het allermeest heeft de violist mij voldaan in zijn eerste toegift, een prachtig werk van Wilh. Friedeman Bach, dat hij op magistrale wijze voordroeg. Theo van de Pas secondeerde als gelijk waardige, soms, b.v. in de Sonate van Beetho ven, zelfs als de meerdere, althans in muzi kaal opzicht. Het luisteren naar zijn exquis verzorgde pianopartijen is op zich zelf steeds een genot, en de violist liet hem terecht her haaldelijk in den bijval deelen. K. DE JONG. MUZIEK. Chr. gemengd koor „Haarlem" Ofschoon dit koor haast negen jaar bestaat, ontmoet men het in de concertzaal zeiden of nooit. Dat is geen wonder, want het heeft buiten de concertzaal om een drukken werk kring. De resultaten van zijn arbeid genieten voor een groot deel de gevangenen, en, zooal.s ons de voorzitter vertelde, het koor verrricht daar zijn werk met bijzondere toewijding, om dat het daar zoo zeer op prijs wordt gesteld. Men kan zich dit indenken: Sweelinck te hoo ren. en Bach, en Orlando di Lasso in een zoo beklemmende afzondering. Maar ook weer zonnige liederen zijn het, die het koor „Haar lem" doet hooren. We kregen er o m. een als toegift; een „Reisliedje" van Zöllner; dan nog het frissche „Zondagmorgen" van Dopper en mooie zangen van Cath. van Rennes. Ook bij de Diaconie is het koor een graag geziene gast. En de zieken <Diaconessenhuis> de jonge bewoners van „de Lichthoeve" Sant- Toch is dit jammer, want het Chr. gem. koor ..Haarlem" heeft een uitstekende wijze van zingen, en heeft in den loop der jaren een mooi programma verworven, 't Is waarlijk geen kleinigheid, om na een geannonceerde „Psalm 75" van Sweelinck er zoo maar een als toegift uit te voeren van denzelfden Meester der to nen. Dit kwam eigenlijk zóó; tijdens de uit voering van Psalm 75 geraakten op een ge geven moment de polyfone verwikkelingen der stemmen een oogenblik in 't ongereede. Men weet het: bij de oude meesters is zoo iets fu nest. De kundige leider, E. van Zoest, klopte af en zette terstond het werk opnieuw op en van meet af kon men overtuigd zijn. dat een ongeluk zich niet meer zou herhalen. Daarbij klonk nu alles ook mooi in evenwicht, en in nog fraaiere fraseering. En om te toonen. dat men Sweelinck en zijn moeilijke werken niet vreesde, gaf de dirigent als toegift nog Psalm 22, dat ook mooi werd geregistreerd en toon- vast werd gezongen. Of er geen opmerkingen zijn? Och ja. In een strofenüeö van Bach mogen de pauzen tusschen de strofen niet al te kort worden ge nomen. Op de sluiting: Halleluja is een terug houding in het tempo geoorloofd, maar zij werd hier veel te groot genomen, zoodat men het rhythme niet meer bleef voelen. Bij Lassus raakte men aan 't eind in dc klem maar ieder wist zich zonder zelfkwelling te bevrijden uit den strik, die de toondichter zet voor argclooze zangers. Het tempo van dit stuk was overigens te zwaar: men neme het in doorgesneden maat. En dan mag ik ook niet verzwijgen, dat bij Zöllner de bassen aan 't slot een leidtoon zingen inplaats van den grond toon van de dominant; anders gezegd: zi_ laten zich hier door ae sopranen verleiden cm met die partij mee te zingen. Kleinigheden allemaal, maar vcor een goed koer als „Haar lem" evenzoovele ontsieringen. Behalve den zeer te waardceren koorzang waren er leutige liedekens bij de piano. De penningmeester schenk ze met groote vrij gevigheid, losjesweg, en goed aangevoeld. Dus vielen ze ook in den smaak, zoociat men lust kreeg om ze zelf mee te zingen. Ant. de Munnik zorgde welwillend voor de begeleiding en ook de liederen van Cath. van Rennes nam hij voor zijn rekening. Men had dit concert op te vatten als een propagancla-uitvoering. en vóór de pauze lichtte de voorzitter een en ander toe. Het is een propaganda geweest, die niet den eigen zak spekt, maar die leniging brengt in den nood op plaatsen waar het koor „Haarlem" zich vrijwillig zijn werkkring koos. Hierom alleen reeds is steun op zijn plaats. Maar niet minder om de serieuze wijze waarop dir. E. van Zoest zijn taak opvat. G. J. KALT. poort, en dan neg Eethesda Sarepta. Een veel- omvattende werkkriug, die voor uitvoeringen flink op de been heeft geholpen. Er is een serie ja de concertzaal nauwelijks tijd laat. Hoe en waar is werk voor de jeugd te vinden? De Nationale Vereeniging tegen de Werk loosheid heeft te Amsterdam vergaderd ter behandeling van het vraagstuk: Welke maat regelen zijn mogelijk ter bevordering van werkgelegenheid voor jeugdige werkkrachten? Is zij mogelijk door ontslag van ouderen, welke categoriën komen daarvoor in aanmer king, op welke wijze zijn bezwaren ertegen te ondervangen? Beperking van arbeidstijd voor ouderen, verhooging van den leerplichtigen leeftijd? De eerste praeadviseur, de heer J. A. Berger, komt tot de slotsom, dat van een afzonder lijk jeugdwerkloosheidsprobleem in dien zin, flat het met andere middelen zou moeten wor den opgelost dan het werkloosheidsvraagstuk in het algemeen, geen sprake is. Werkloos heid mogen op jeugdigen een anderen invloed hebben dan op volwassenen, de oorzaken van de kwaal, en dus de geneesmiddelen er voor, zijn gelijk: de laatste moeten bestaan in het voeren van een constructieve welvaarts- politiek. Speciale maatregelen voor de jeugd, als leerplichtverleniging en vervanging van oudere arbeiders door jongere, kunnen hier naast staan; vooral van het laatste ver wachte men echter niet teveel. Praeadviseur onderscheidt tusschen crisis werkloosheid, waartegen de maatregelen tij delijk moeten zijn; werkloosheid tengevolge van mechanisatie, rationalisatie en structuur wijzigingen. waartegen men ten aanzien van de oudere werkloozen de kwestie der ..be roeps-omvorming" onder het oog moet zien. terwijl voor de jeugd de beroepskeuze meer van belang is; en werkloosheid tengevolge van de bevolkingstoeneming, waarmede gepaard gaat een voortgaande groei van het aantal beroepsarbeiders, ook van het aantal vrouwe lijke arbeiders. In ons land klemt het vraag stuk van den groei der bevolking in verband met de jeugdwerkloosheid sterker dan in vele andere landen. In ons land dreigt een perma nente werkloosheid te ontstaan, die in de eerste plaats de jeugd bedreigt. Uitbreiding van den leerplichtigen leeftijd tot 16 jaar acht praeadviseur van de aangeprezen maat regelen verreweg den belangrijksten. Ontslag van ouderen zou steeds gepaard moeten gaan met schadeloosstelling (pen sioen). Om te beginnen zullen wettelijke be palingen moeten waarborgen, dat eventueele bijdragen, gestort in de ondernemingspen sioenfondsen. voor het gestelde doel worden aangewend. De heer Berger ziet aan 't vervan gen van ouderen door jongeren groote prac- tische bezwaren verbonden. De tweede praeadviseur, de heer W. F. Detiger, bespreekt drieërlei mogelijkheid tot het geven van werkgelegenheid aan jeugdi gen, nl.: A. inperking van het aantal gegadig den voor den voorhanden zijnden arbeid; B. rationeelere verdeeling daarvan over alle ge gadigden; en C. reëele vergrooting der ar beidsgelegenheid. Opzettelijke inperking van het aantal gegadigden voor voorhanden zijnden arbeid staat gelijk met verplaatsing der werkloosheid. Door kunstmatige vervan ging van ouderen belast men het nageslacht met een niet te dragen ouderdomszorg. Ver lenging van den leerplicht tot 15 jaar zal niet veel resultaten opleveren, omdat onder de werkende jongens en meisjes het percentage 14-jarigen toch gering is. Bovendien werkt de maatregel slechts voor één jaar. Ook van ver vanging van vrouwen en meisjes door man nen en jongens verwachte men weinig voor een vermindering van de werkloosheid, voor al onder de jeugdigen. Arbeidsduurverkorting kan nooit voor de jeugdige arbeiders alleen worden ingevoerd cm bedrijfstechnische en bedrijfsorganisato rische bezwaren. In het algemeen verwacht ook deze praeadviseur van de tegenwoordig algemeen aangeprezen middelen tot bestrij ding van de werkloosheid onder de jeugd geen afdoende resultaten. Als bruikbare lapmid delen, die tezamen aangewend, zekere tast bare gevolgen kunnen hebben, zijn ze niet te verwerpen, maar dan moeten ze niet worden ingevoerd als algemeene overheidsmaatregel, want dan wekt men bewust meer verwach tingen dan vervulbaar zijn. maar voortvloeien uit incidenteel vrijwillig overleg. Ook de heer Dc-tiger verwacht meer van de algemeene con structieve wel vaartspoli tiek. gericht op de vermeerdering van de arbeidsgelegenheid in het algemeen. j I1HI illIll 111 III llllIll llilllllll Lichtboog, Op de zeventiende trede van de trap die naar zijn gezellige flatje leidde, overkwam het den heer Alderman. Hij keerde huiswaarts van zijn kantoor, waar hij sinds onheugelijke tijden zijn tijd en zijn pantalons sleet op een hoogc kruk aan den grooten lessenaar en was zich in de verste verte niet bewust dat een dreigend gevaar als het ware onder den loo- per op den loer lag. Op zijn snerpenden gil stoof mevrouw Al- derman uit haar keukentje. Een geur van ge braden biefstuk volgde haar op den voet. Over de leuning kijkende zag zij haar wettigen ge- maai in een zeer ongemakkelijke houding halverwege de trap hangen. Het linkerbeen stak als een stoelpoot achterwaarts, het rech ter was saamgevouwen onder de borst. Het geheel toonde het aanzicht van een athleet die verstard is midden in den hinkstapsprong Een dof gebrul was het eenige antwoord op mevrouw's zenuwachtige vragen, die als over vloedige Meiregen over de leuning neerlikkel- den. Zij stoof haar echtvriend tegemoet en trachtte het linkerbeen neer te klappen. Maar iets in den onderrug van den heer Alder man weerstreefde al haar pogingen. Krui pend. klimmend, glijdend en hinkend bereik te hij tenslotte het portaaltje. Daar stond hij, in een hoek van 45 graden en met zoo een smartelijken blik in de doffe oogen. als slechts zij hebben op wie het Leed der We reld eensklaps is aangestormd. Het leed geen twijfel: een ernstige aandoening van de wer velkolom was bezig een braaf mensch, een goed huisvader en eon onberispelijk employé aan de zijnen te ontrukken. Men ontbood in allerijl den huismedicus. De gepaste ernst zijner gelaatstrekken maak te na een kort doch uitermate pijnlijk onder zoek plaats voor een fijn lachje, dat tegelijk geruststellend en irriteerend op den lijder werkte. De patiënt had het spit. Niets meer. maar ook volstrekt niets minder dan het spit. Het spit in den rug. Doodgewoon alledaagsch en onschuldig spit. Maar intusschen lag daar op zijn sponde een mensch. Een wezen van vleesch en bloed. Een bewerktuigd organisme. Ben schepsel Gods, wien de minste beweging een rauwe gil ontwrong. Van wat bij het aan breken van den dag een gezeten vieren vijf ti ger met een redelijke positie was geweest, resteerde nog slechts een wrak, geschikt voor afbraak en voor niets anders. De dokter schreef latijnsche woorden op een velletje papier. De lijder slikte. Het spit bleef. De dokter keerde weer en schreef nieuwe woorden van wijsheid. Het wrak wurgde de bijtende sappen door het keelgat. Het spit bleef. Teen speelde de medicus zijn hoogste troef uit. Het radicaalste aller radicale middelen, het medicament waarvoor zelfs de koning der spitten smadelijk den aftocht zou moeten blazen, zou op den kranke worden toegepast Men zou een lichtboog laten komen, Men zou den 'naakten onderrug van den heer Alder man met electrische lampen beschijnen, en op die wijze dc kwaal uitdrijven. Er werd gebeld. Mevrouw Alderman trok open. De kreet: Lichtboo-hoog! resonneerde in het portaaltje. Kunt u hem even boven brengen? vroeg mevrouw. Jawel dame, dat zal wel gaan! Onder luid gerinkel viel het traplampje in gruzele menten. Met hartkloppingen keek de zorgza me huisvrouw naar beneden. Om den hoek van de trap verscheen onder luid gestamp voet van den drager een vreemd cylinder- vormig gevaarte. Het stootte een belangrijk brok kalk uit den muur, wendde zich als een vreemdsoortig monster naar de andere zijde, versplinterde een stuk van de leuning en kwam toen met zoo groote snelheid recht op mevrouw Alderman aangestormd, dat zij ang stig achteruitdeinsde. Achter het toestel dook een vuurrood manspersoon op, wien plakken kalk in de haren kleefden. Het was de licht boog. Men ontdeed den lijder van zijn pyjama en wentelde hem zachtkens op den buik. Me vrouw, door den brenger dienaangaande ge ïnstrueerd, greep het toestel bij het handvat. Het ontplooide zich als een nieuw model pa rachute en deed zich op als een volslagen tunnel, van binnen met lampen bezaaid, van buiten voorzien van een snoer en stopcon tact. Als een periscoop op een onderzeeër rees uit het midden een thermometer fier omhoog. Met inspanning van al harer krachten plaat ste mevrouw het instrument over den bereids van koude rillende echtgenoot, behing het ge heel overvloedig met wollen dekens, sloot de electrische verbinding aan. Toen draaide zij aan het stopcontact. In de reeds schemerige kamer geleek de heer Alderman een afzichtelijke schildpad, een knielende kameel, een arke Noachs-met-lïcht- in-de-kajuit, dat uitstraalde door de rood en wit gestreepte deken. Een behagelijk geknor kwam uit het nog even zichtbare hoofd. De vrouw des huizes keek op de klok. Tien voor zeven. Toen op de thermometer, waarvan het kwik al even begon te rijzen. Ik lig nietheelemaalzei een wat vreemde stem. Het schip deinde plotse ling heftig, het ankertouw aan het stopcon tact zwiepte gevaarlijk. Mevrouw schoot toe en bracht de machine weer tot kalmte. Mijnmijn buikis nietzie je...., begon de gesmoorde stem opnieuw De heer Alderman, de ver vooruitgeschoven kin diep in het kussen geperst, het gelaat angstig-rood opgezet, hijgde zwaar. Diedie dekenkriebelt zoo bracht hij steunend uit. De echtgenoote schoof de deken wat op.. Een heete luchtstroom sloeg haar tegemoet Het kwik rees. Na tien minuten puilden de oogen van den zieke levensgroot uit hun kassen. Droppels gleden langs zijn neus. doch handen om te wisschen had hij niet. Die lagen beklemd on der de borst. Het kwik rees. Na een kwartier zou de ark, ware hij wer kelijk De Ark geweest onherroepelijk op de golven zijn weggedreven. Een diep gesteun steeg uit zijn binnenste op. Als een schroef trappelden twee voeten aan de achtersteven terwijl de voorsteven fluitende tonen voort bracht. Het kwik vulde den ganschen thermo meter. Toen loosde de lijder nog één diepje zucht. Daarna trad een ijzingwekkende stilte in. Mevrouw vertilde zich aan het apparaat, wierp zich met leeuwenmoed op het kreeft- roode lichaam van haar tweede leven en wreef dit. met een ruwe badhanddoek tot het gloeide. Zij wikkelde hem in drie dekens en schoof een heete kruik aan zijn voeten. De heer Alderman duldde alles zwijgend. Slechts de gefolterde blik zijner oogen verried wat hij leed. Maar toen zijn gade den volgenden morgen, vergezeld van het onzalig instrument, de zie kenkamer binnendreunde. vond zij haar echt genoot met verwrongen ledematen vóór zijn bed. een sok aan en een in de hand. Zijn be wegingen waren star als die eener marionet, maar zijn oogopslag zeïde: Ga. En zwijgend laveerde mevrouw de kamer uit. Mijnheer ging achterwaarts, op handen en voeten de trap af; met een taxi ging h\j naar kantoor. De helsche machine liet men takelen. MAC PETER. SCHEEPVAARTBERICHTEN. HALCYON LIJN. Vredenburg Narvik n. Rotterdam 18 (4 nam.) 300 mijl N.O. van Wiek. Stad Zwolle Rotterd. n. Palermo p. 18 Gi braltar. Stad Vlaardingen. Vlaardingen n. Wabana 20 10.40 v.m. 300 mijl Z.W. van Valentia. Flensburg 21 van Viaardingen te Schie dam. HOLLAND—AMERIKA LIJN. Edam 20 v. New-York te Rotterdam. Maasdam, Rotterdam n. New-York p. 21 fv.m.) Lizard. Dinteldijk, Rotterdam n. Vancouver 20 te Lenden. Leerdam, Rotterdam n. New-Orleans 19 v. Pto. Mex. Veenaam. New-York n. Rotterdam 21 (12 midd. G. T.) te Plymouth verwacht. Drechtdijk, Vancouver naar Rotterdam 20 van Liverpool. Burgerdijk, New-Orleans n. Rotterdam 19 te Londen. Delftdïjk 18 van Rotterdam te Vancouver. HOLLAND—WEST-AFRIKA LIJN. Maaskerk 20 van West-Afrika te Rotter dam vertrok 22 naar Hamburg. HOLLAND—OOST-AZIë LIJN. Gaasterkerk (uitreis) 20 van Colombo. Serooskerk (thuisreis) p. 20 Gibraltar. Meerkerk 21 van Hamburg te Rotterdam. HOLLAND—AFRIKA LIJN. Springfontein 20 van Rotterdam n. Ham burg. Heemskerk (thuisreis) 21 te Antwerpen. Boschfontein 21 van Rotterdam te Ham burg. Meliskerk (thuisreis) 19 van Mombassa. Jagersfontein (thuisreis) 20 van Port Na- tal. Nijkerk 21 van Beira naar Rotterdam. Randfontein (uitreis) 20 van Teneriffe. Bloemfontein (uitreis) 21 van Suez. HOLLAND—AUSTRALIë LIJN. Almkerk (thuisreis) 19 van Dakar. Tajandoen 21 van Rotterdam naar Bris bane. KON. NED. STOOMBOOT MU. Mars 21 October van Valencia te Barce lona. Trajanus 21 Oct. van Alexandrië te Sa- mos. Bennekom Amsterdam naar Chili 19 van Callao (verb.). Alkmaar 21 van Amsterdam naar Ham burg. Stella Tanger n. Malta p. 18 Gibraltar. Venezuela 18 van Barbados naar Trini dad. Achilles Amsterdam n. Hamburg 20 van IJmuiden. Ajax 19 van Amsterdam te Kopenhagen. Ariadne Amsterdam n. Gibraltar 20 van IJmuiden. Baarn, Chili n. Amsterdam via Liverpool 19 v. Curasao. Bacchus 20 van Messina te Palermo. Calypso 19 van Oran n. Genua. Colombia 20 van Cristobal naar Cartha- gena. Costa Rica, Amsterdam n. Barbados p. 20 Beach/Head. Ganymedes 20 van Izmir te Stamboul. Hebe 21 van Nakskov n. Amsterdam. Helder 20 van Tarragona te Valencia. Perseus 19 v. Stettin n. Amsterdam. Pluto 18 van Uddevalla n. Amsterdam. Rhea Amsterdam n. Kopenhagen 20 van IJmuiden. Simon Bolivar 18 v. Amsterdam te Ham burg.- Triton Piraeus n. Amsterdam, via Duin kerken 19 op 160 mijl Z.W. van Ouessant. Venus 19 van Bari n. Calatama. Vesta 20 van Hamburg n. Amsterdam. Vulcanus 19 van Venetië te Triest. Titus Ceuta r.aar Genua p. 18 Gibraltar. Amazone Rotot, n. Malaga p. 20 Prawle Point. KON. HOLLANDSCHE LLOYD Waterland 21 van Hamburg te Amster dam. Montferland (uitr.) 17 van Santos. ROTTERDAMSCHE LLOYD. Baloeran 21 van Batavia te Rotterdam. Dempo (uitreis) 21 te Belawan. Slamat (thuisreis) 20 van Sabang. Kota Radja 20 van Rotterdam te Ham burg. Kola Gede (uitreis) p. 19 Perim. Kota Nopan 20 van Rotterdam te Batavia. Indrapoera (uitreis) 21 van Lissabon. Kota Baroe (thuisreis) pass. 21 Ouessant. ROTTERDAM—ZUID-AMERIKA LIJN. Alpherat, 21 van Rotterdam n, Hamburg. Alcyone (uitreis) p. 20 Dungeness. Alchiba (thuisreis) 19 van Santos. STOOMVAART MIJ. NEDERLAND. Poelau Roebiah (thuisreis) 20 v. Pt. Said. Tabinta 21 v. Batavia te Amsterdam. Poelau Tello 21 van Amsterdam n. Londen. STOOMVAART MIJ. O^FIAN.. Melampus, Batavia n. Amsterdam pass. 21 Perim. Antenor, Japan n. Rotterdam 20 v. Shang hai. City of Hereford, Hankow n. Rotterdam p. 20 Ouessant. Polephemus. Amsterdam n. Batavia via Swansea p. 20 Lizard. Eurymedon, Liverpool n Java p. 20 Perim. Benmohr. Otaru n. Rotterdam p. 19 Perim. Glenearn. Dairen n. Rotterdam 19 te Singa pore. Patroclus, Dairen n. Rotterdam 20 v. Port Said.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 3