Nieuwe Uitgaven WOENSDAG IS DECEMBER 1935 HAARLE M'S DAGBEAD 10 LETTEREN EN KUNST CONCERT DER H.O.V. DUITSCHE AVOND. Op den aan Duitsche muziek gewijden avond was natuurlijk een Duitsche solist. Deze solist nu was geen onbekende voor de H. O V.-leden: het was de eminente cellist Adolf Steiner, die in Januari van dit jaar met ons orkest het celloconcert van Dvorak speelde en zich daarbij deed kennen als een der meest voortreffelijke cellisten van onzen tijd. Of hij de grootste van Duitschland is. zooals op de aanplakbiljetten stond, laat zich niet zoomaar een-twee-drie uitmaken, aan gezien er geen objectieve gegevens bestaan om dat te beoordeelen, net als b.v. bij het schaken.Voor de toekenning van 'n cello-.-am- pioenschap zou een volksreferendum noo- dig zijn. De gedachte alleen al aan zooiets is in staat om iemand te doen huiveren Daar om willen we maar in 't midden laten of Adolf Steiner de grootste Duitsche cellist is en tevreden zijn met de Dinsdagavond op nieuw opgedane ervaring dat hij in elk ge val een zeer groot cellist genoemd mag worden. Zijn vertolking van Haydn's bekend cello concert was in alle opzichten superieur. Technisch schijnen er voor dezen speler geen moeilijkheden te bestaan en door zijn prach tige toonontwikkeling en muzikale intelli gentie kan hij het zich veroorlooven om het tempo van het Adagio zeer langzaam en dat der finale zeer rustig te nemen, zonder dat de spanning bij den hoorder verslapt. Toch heeft het werk dat hij na de pauze met het orkest voordroeg, mijn belangstel ling In veel hooger mate gewekt en gaande gehouden dan Haydn's concert deed. Dat werk was niet de op het programma vermelde ..Fantastische Suite" van Steiner's leermees- Hugo Becker, maar een Celloconcert van den modernen componist Hans Bullerian, waar van Dinsdagavond de eerste uitvoering in ons land plaats had. De naam van den com ponist bleek gelukkig net zoo min een voor teeken voor den te verwachten aard van zijn werk als die van den componist van de opera „Das goldene Kreuz". Ignaz Brüll, of die van de zangers Schorr en Stumm. Integendeel: in dat celloconcert zit een zeer groote dosis mooie en warm gevoelde muziek. Doch het is er een beetje eigenaardig mee gesteld: zoo lang of zoodra de componist het orkest alleen aan het woord laat, schijnt hij zich verplicht te achten ..modern te doen door het schrij ven van schrijnende dissonanten, maar zoo dra het solo-instrument zijn stem doet hoo- ren luwt de dlssonantenstorm en wordt de muziek tonaal en vaak zeer welluidend en zwelgt, zij bovendien soms in „romantisch angehauchte" cantilenes, die een Mendels sohn of een Max Bruch geen oneer aange daan zouden hebben. En die bezitten dan zoo'n weldadige warmte, dat men de or kestrale interjecties en sommige wat reml- nisceerende figuraties zonder spijt of gemor mee in den koop neemt, wijl die koop ten slotte dan toch nog een goede blijkt te zijn. Ik wil een kort overzicht van de indrukken geven: Na enkele, voor menig oor zeer on aangename orkestsamenklanken zet het solo-instrument een soort van recitatief in. beginnende in de donkerste liggingen der C-snaar. maar spoedig in geweldige spron gen zich over bijkans het geheele toonge- bied der cello bewegend De atonaliteit houdt op; er volgen bekende figuren, veelal in dub- belnoten. Men zou dit deel de Introductie kunnen noemen, evenals b.v.'bij Bruch's Eer ste Vioolconcert het geval is Een Tutti leidt dan over naar een gevoelvolle cantilene der cello, die weer door een aan dissonanten rijk orkestgedeelte onderbroken wordt. Het komt nu allengs tot een groote stijging, dan tot een inzinking, waarna een herhaalde toon der hoorn en een pizzicato der strijkers het langzame deel inluiden. De solo-cello heeft hier een zeer mooie partij. De stemming ver stilt en leeft weer op om eindelijk op een half slot af te breken. Dan vangt de Finale aan: een gedeelte vol bewegelijkheid, en vol van de ontzettendste technische moeilijk heden, maar klaar in harmonische structuur. In een onvervalscht A groote terts eindigt het werk. Ik sprak daar van ontzettende technische moeilijkheden. Wie zich wel eens aan het be spelen van een cello gewaagd heeft kan ze eenigszins schatten, maar uit het spel van Adolf Steiner waren ze niet te bemerken. Dat demonstreerde een onfeilbare zekerheid, alsof 't niet anders kon. Door dat spel en door de introductie van het totdusver hier onbekende werk van Hans Bullerian heeft hij dezen avond al tot een zeer belangrijken gemaakt en ons aller dank verdiend Maar er was nog meer dat dezen avond tot een belangrijken en mooien verhief, al moest het 3de Brandenburgsche Concert vervallen door de ontstentenis van eenige strijkers. Dat vervallen bleek bovendien in zooverre niet erg. daar. naar de dirigent Frits Schuurman meedeelde Bach's werk slechts tot een later concert werd uitgesteld, en bovendien was het programma ook zonder dat al bovenma tig lang. Het openingsstuk, de Zauberflöte- ouverture werd frisch uitgevoerd, maar het eigenlijke zwaartepunt der orkestwerken lag in het slotnummer, de Vierde Symphonie van Brahms. Schuurman, die uit het hoofd dirigeerde, heeft dit monumentale werk in al zijn grootschheid en veelzijdigheid door voeld en er een zeer plastische en warme vertolking van gegeven. Dat was een echte Brahms, waar door de vaak stroeve uiter lijkheid heen de warmte der kern heen straal de. Een hartelijk „bravo" past daarvoor, ook aan 't adres van ons orkest, dat onder Schuurman's inspireerende leiding met bij zondere toewijding zijn taak vervulde. Etn ten aanzien van de uitvoering der orkestbe geleidingen bij de solowerken past ook niet anders dan woorden van lof. Twee opmerkingen mogen mij nog ver gund worden. Ten eerste: Schuurman's ken nis der partituren dwingt bewondering af en zij komt ook aap. de suggestieve kracht van zijn leiding ten goede. Echter kregen we den indruk dat eenige beperking van de uitbundigheid zijner gebaren aan die sug gestieve kracht geen afbreuk zou behoeven te doen. Een musicus van temperament heeft neiging zich te laten gaan. doch de juiste weg ligt ook hier in het midden. Dat kan b.v. de leiding van Mengelberg bewijzen. Ten tweede: De toelichtingen die het pro gramma bij sommige der uit te voeren wer ken geeft moeten ten doel hebben de hoor ders voor die werken belangstelling in te boezemen. Dit nu kan niet geschieden door een toelichting als die van H A. bij Brahms' Symphonie. Wanneer een musicus in zoo'n werk niet anders voelt dan den moeizamen arbeid van een man die gebonden zit aan harmonie, metrum en toonsoort, dient hij zich Incompetent te verklaren er een inlei ding voor te schrijven en moet hij dit over laten aan iemand, die Brahms' muziek an ders aanvoelt. Over de waarde dier muziek behoeven we niet meer te twisten: Brahms' Symphonieën hebben het judicium van den tijd glansrijk doorstaan: ze zijn ..klassiek' geworden. En een poging om hun waarde te verduisteren doet denken aan een bekende proef uit de natuurkunde: een vlammetje van een lucifer, dat in het zonlicht gehouden eer. schaduw werpt op een daarachter ge plaatst stuk wit papier. Maar een zonsver duistering kan die lucifer toch niet teweeg brengen. K. DE JONG. HET TOONEEL BOEFJE'S JUBILEUM. Zoo heeft ook Boefje hier zijn jubileum ge vierd en is Annie van Ees door een stamp volle zaal waarin wij opmerkten burge meester Maarschalk, oud-burgemeester jhr. Boreel van Hogelanden en minister Slingen- berg op aller hartelijkste wijze gehuldigd. Wat moet ik na 500 voorstellingen nog voor nieuws over Boefje schrijven? Wacht, daar schiet mij toch nog een aardige herinnering te binnen. Ik sprak eens met een onzer brand wachten een man, die tientallen jaren alle voorstellingen van achter de coulisses had aanschouwd en nog niets van zijn liefde voor het tooneel had verloren en die dikwijls van een gezonder, frisscher oordeel over het too- neelspel blijk gaf dan heel deftige bezoe kers in de Stalles over Annie van Ees. „Ik heb nog bijna nooit iemand gezien, die er zoo heelemaal in is als Annie van Ees in .Boefje" zei hij. „Wilt u wel gelooven, me neer, dat de tranen haar soms nog over het gezicht loopen, als zij na de Celscène van het tooneel komt. Dat zie je maar heel zelden. Al! sen mevrouw Van der Horst en Tilly Lus konden d'er soms net zoo heelemaal in wezen, dat zij echt huilen!" Het was ongeveer na de honderdste voor stelling van Boefje, dat deze brandwacht me dat vertelde. Het was voor mij het directe bewijs, dat Annie van Ees een der actrices is die bij het spelen niet buiten haar rol staat, maar de rol ondergaat en ik vond het aardig, om deze getuigenis van achter de schermen bij haar 500 sto Boefje eens te vermelden. De huldiging begon gisteren dadelijk al, zoodra Jan uit zijn hok onder de bedstee te voorschijn kwam. Met zijn hoofd naar den grond gekeerd, alsof hij ..bedüsd" was voor die applaudisseerende deftige zaal. stond Boefje daar te wachten, totdat het publiek bedaard was en hij Mr. Halma zijn zwarte knuistje kon aanbieden. Maar de eigenlijke huldiging had plaats aan het slot. in de vrcolijke voorhof van het gesticht der Broeders. Jan, als schoon ge- wasschen voor dit greote feest, kwam glun derend naar voren en het deed eenigszins komiek aan al die deftige heeren in rok en smoking daar voor 't Boefje te zien staan, klaar om hem in de bloemen te steken. De eerste spreker was de heer Boes, die als wethouder namens de gemeente Haarlem Annie van Ees een fraaie bloemenmand aan bood. ..Een kwart millioen Nederlanders heb ben u zeker als boefje g.ezien", zoo zei de heer Boes en hebt uw kunst dienstbaar ge maakt voor een mooie sociale taak. U hebt met uw creatie van Jan Grovers bewezen„dat een kind niet behoeft onder te gaan, ook al schijnt het er toe voorbestemd. De stad Haarlem huldigt u als het populairste boefje van Nederland. De heer Enschedé kwam Annie van Ees huldigen namens Pro Juventute. Hij sprak zijn dank uit, voor wat de actrice met haar groote kunst voor Pro Juventute had. ge daan. Juist in dezen tijd van toenemende criminaliteit was het. volgens den heer En schedé, goed, dat Annie van Ees zeer de belangstelling wekte voor Boefje en het werk, dat Pro Juventute voor verwaarloosde kin deren doet. Daarna trad Dr. Tjebbo Franken als voor zitter van het huldigingscomité en van de afdeeling Haarlem van het Tooneelverbond naar voren en het was in een korte, maar allerhartelijkste speech, dat hij zijn bewon dering uitsprak voor Annie van Ees' Boefje. Deze Boefjes", zei Dr. Franken, „heooon een groote plaats in mijn hart. 1ste Degene, die tot model heeft gediend en die nu een flmk man in de maatschappij is geworden, 2de het papieren Boefje en de man diie hem tot leven heeft gebracht in zijn boek. en ten 3e het Boefje, dat hier voor mij staat en dat één eigenschap bezit, dat het eigenlijke Boefje niet had en wel, dat het onverbeter lijk is". Een extra warm applaus volgde op deze geestige woordspeling. Laatste spreker was Mr. P. Tideman en toen de heer Tideman het echtpaar Van der Lugt Mesert dat hij voor dezen feestavond den naam van Van Ees gaf verzocht in daarvoor expresselij k neergezette stoelen plaats te nemen, begrepen wij, dat deze spreker, die als oudste advocaat van Haarlem het woord voerde, minder kort van stof zou zijn. De heer Van der Luet Melsert had den heer Tideman eens naar aanleiding van een kritiek een briefje gezonden, waarin hij hem schreef, dat hij niet louter tooneelspeler was. maar ook lid van de cultureele samenleving. Dit had de directeur van het Rotterdamsch Hofstad Tooneel vooral ook met de opvoering van Boefje, bewezen. Dank zij Brusse, dank zij het echtpaar Van der Lugt Melsert en de regeering, hebben wij thans in Nederland een kinderrecht en kinderrechters gekregen, waarop Nederland even trotsch mocht zijn als op zijn K.L.M. en op Max Euwe. De heer Tideman herinnerde aan de woorden van Prof. Sassen, die had gezegd, dat het recht alleen kan groeien uit het religieuse hart en hij was er van overtuigd, dat het ethische element in het recht zou groeien en bloeien. Daarna sprak de heer Tideman nog eenige woorden als journalist, waarbij hij Prof. Huizinga en zijn veelbesproken boek In de Schaduwen van Morgen aanhaalde, maar de zin van deze woorden is mij eerlijk gezegcl ontgaan, doordat de heer Tideman met den rug naar het publiek sprak en dus zeer moei lijk te verstaan was. Wel bleek het mij uit deze woorden al thans van wat ik ervan opving dat Jan Grovers in die jaren in ontwikkeling zeer was vooruitgegaan en bijna al rijp werd be vonden om de Hoogeschool van Wijsbegeerte te Amersfoort te bezoeken. En toen wij eindelijk weer op den beganen grond terugkeerden, was het aan Boefje om zijn dank te uiten. Hij deed het minder luid ruchtig dan in het Huis van den Broeder Overste en wij waren even verbaasd, toen wij hoorden -hoe beschaafd hij plotseling sprak en hoe mooi zijn stem klonk, toen hij de dames en heeren in de zaal bedankte. En daarna was het aan de zaal om nog eens uiting te geven aan haar bewondering en zij deed dat op de helaas altijd wat barbaarsche wijze, waarop een zaal dat doen kan, na melijk door luid handgeklap en voetge- tr appel. Het was een allerhartelijkst, mooi jubileum en het gesticht van Jan zag er. toen het scherm neerging, uit als één groot bloemen- NA A R DAUDEy KLHOUTSTR 66 T6LI1109 (Adv. Ingez. MecU) hof. Jan zelf stond met een gelukkig gezicht te glimlachen, in zijn handen nu niet het be roemde konijn maar een tak prachtige La- rat-orchideeën haar aangeboden namens de advocaten. J. B. SCHUIL. Wrange schetsen, door G. J. van Lonkhuyzen. De heer G. J. van Lonkhuyzen heeft in zes schetsen: Werkloozenzorg, Zondagsrust. Ons schepelingenrecht, Ongevallenregeling, Het loon der grijsheid, Het Kantoor van den Ar beid, getracht de werkzaamheid der Indisch? Europeesche vakvereenigingen te schetsen. Het brengt geen toekomstbespiegelingen, doch schetst alleen een stuk historie. Het werkje is uitgekomen bij drukkerij Emm ink, te Batavia. Het Nederlandsche Boek 1935. Uit-g. Ned. Uitgeversbond. De Gids, die ons op de hoogte moet brengen van al het nieuwe, dat is verschenen Het Nederlandsche Boek heeft zich weer aan gemeld. Dr. N. G. van Huff el schreef een ar tikel over oude illustraties. Verder is een prijsvraag uitgeschreven. Zottekc, door Jos. Brusse van Huizen. Van Zotteke, het verhaal van den levens loop van een Antwerpsch volkskind schrijf ster mevr. Jos. Brusse—van Huizen is een tweede druk verschenen. Bij het verschijnen van dit boek schreven wij in ons blad: „Er ,-s in de wijze, waarop Zotteke's leven geconci pieerd en verteld is. zulk een bezonnen har telijkheid, zooveel echte, rijpe-menscher- humor, dat 't boek onze belangstelling voort durend gaande houdt, en na lezing ons bij zal blijven Uitgever is de N.V. Brusse te Rotterdam. „Antiscmitismus" door R. N. en H. CoudenhoveKalergi. Pan- europa Verlag. ZurichWeenen. Het eerste deel van dit boek, „Judenha5S von heute", door R. N. CoudenhoveKalergi, behandelt de voorvallen en krachten die tot het nieuwe opvlammen van den Jodenhaat in onzen tijd geleid hebben. Het tweede deel. „Das Wesen des Antisemitismus", door H. CoudenhoveKalexgi. dat opnieuw bewerkt werd. vormt een beschouwing over de kern van het antisemitisme en zijn historische ont wikkeling in Europa. Azië. Amerika en Afrika. Wij laten hieronder een citaat volgen uit het derde hoofdstuk van het eerste deel: „Hetzij men de Joden als religieuze gemeen schap, als natie, als ras of als kaste be schouwt, in ieder geval vormen zij overal in de wereld een minderheid: en bijna overal in de wereld worden minderheden van allerlei aard door meerderheden onderdrukt In de oudheid werden de Joden gehaat en vervolgd, omdat zij de monotheïstische min derheid waren tegenover de polytheïstische meerderheid: omdat zij de eenige minderheid waren, die weigerde Romeinsche goden en kei zers te vereeren. Sinds het bestaan, van het Christendom deelde de Christelijke minderheid deze ver volging. Pas toen de Christenen meerderheid gewonden waren, namen de Christenvervol gingen een einde. Maar de Jodenvervolgingen zetten zich tot op den huidigen dag voort, om dat de Joden een minderheid gebleven zijn. Had de Joodsche godsdienst het Romein sche Rijk veroverd en was de Christelijke reli gie in de minderheid gebleven, dan zouden in de volgende eeuwen de Christenen het slacht offer der vervolgingen en progroms geworden zijn. Door de geheele Middeleeuwen heen waren de Joden niet alleen een minderheid, maar de minderheid. Zij waren het levende bewijs, dat men mensch zijn kon, ook zonder Christen t<e zijn. Want geheel Europa vormde in dien tijd één enkele Roomsch-Katholieke nacie met den Paus als „opperste herder". De Joden al leen weigerden zich bij deze groote Christe lijke gemeenschap te voegen. Zij werden ver volgd, omdat zij minderheid waren. A. J. D. van Oosten schreef eenige Kerst gedichten. De uitgave is van Bosch en Keu- ning, te Baarn, Libellenserie no. 47. Suikerfreule.Filmeditie. L. J. Veen's Uitgevers Mij. N.V. Van Suikerfreule, dat reeds -in drie ver schillende vormen bekend was; roman, too- neelstuk en film is thans ook een filmeditie verschenen, waarin de bekende geschiedenis van Henri van Wermeskerken geheel is be handeld volgens het scenario voor de film. Deze uitgave zal evenals de vorige haar weg wel vinden. CENTRALE TANDHEEL KUNDIGE KLINIEK KENAUPARK 26a, HAARLEM, TELEF. 12644 SPREEKUREN iederen werkdag 911 en 1—2 uur. DINSDAGSAVONDS 6.30—8.30 u. ZATERDAGSMIDDAGS geen spreekuur. (Adv. Ingez. Med BLOEMBOLLENSANEERINGSPLAN. De Amsterdamsche bloemkweeker. die zich voor de vijfde kamer der rechtbank in hoo ger beroep te verantwoorden heeft gehad wegens overtreding van de bepalingen be treffende de saneering van de bloembollen cultuur, is overeenkomstig den eisch van het O.M. vrijgesproken. Verd. zeide geen bloem bollen, doch bloemen te hebben gekweekt. GEVONDEN VOORWERPEN EN DIEREN. Handschoenen en ceinturen. Politiebureau. Smedestraat; tabaksdoos, inh. rijwiel bel. merk. van Looy. D. Spaarne 40: étui met schoolbehoeften. Ruysbroek. Byzantiumstr. 47; kinderhoedje. Sepers. Reitzstraat 43; hond. Luyn. Zomervaart 120: idem. Jansen, Leidschevaart 113; regenjas. Politiebureau. Smedestraat; muts, Beun. Hodsonstraat 10; portemonnaie met inhoud, v. Teunenbroek, Mentawistraat 38: idem, Prins. Timorstraat 23. Heemstede: idem. Volbrecht, Casteleyn- straat 4: gouden ring. Roosen. Rechthuis straat 52; rozenkrans. As. Olycanstraat 2: kindersandaal. Politiebureau. Smedestraat: schaats. Alkema, Junoplantsoen 68: dames vulpen. Dirkhof. Gen. de la Reystraat 57; vulpen, Laarschot, Voorzorgstraat 47. Drie redacteuren van „Volk en Vaderland" staan terecht. Gevangenisstraf en boeten geëischt. Ook een strafproces wegens een artikel in „Nieuw Nederland". Als gevolg van het beslag doen leggen, op 30 October jl., door den officier van justitie bij de Arrondissements-Rechtbank te Utrecht Mi-. A. N. Fabius, op de rotatiepers der N.V. Drukkerij v.h. L. E. Bosch en Zoon, in ge bruik voor het drukken van „Volk en Vader land". weekblad voor de Nationaal-Socialisti- sche Beweging in Nederland en van het pro ces-verbaal. opgemaakt tegen drie redacteu ren in verband met een entrefilet in den vorm van een advertentie en enkele artike len in dit weekblad, hebben Dinsdag drie re dacteuren zich voor de Utrechtsche Recht bank te verantwoordden gehad, terwijl mede een strafzaak op de rol stond terzake van beleediging in het te Utrecht verschijnend maandblad „Nieuw Nederland". Wat „Volk en Vaderland" betreft waren gedagvaard de heeren Mr. S. A. van L., hoofdredacteur, mr. H. R„ als waarnemend hoofdredacteur en J. H.. rédacteur. Van „Nieuw Nederland", was gedagvaard dr. E. G. H. V. Mr. van L. is ten laste gelegd, dat hij in „Volk en Vaderland" een artikel heeft doen opnemen, getiteld „Het Roode Gevaar", in welk artikel een uitlating voorkwam, welke volgens de dagvaarding van opzette lijk beleedigenden vorm is voor de Regeering des lands, althans voor het openbaar gezag of eenig openbaar lichaam. Mr. R. is ten laste gelegd, dat hij te Utrecht en elders in Nederland opzettelijk als waar nemend hoofdredacteur van ..Volk en Va derland" in hetzelfde nummer van voor meld blad heeft doen opnemen een artikel of geschrift, waarvan het eerste deel al dus de dagvaarding kennelijk doelde op den gewezen Minister van Defensie Dr. Dec kers en opzettelijk genoemden functionaris beleedigde ter zake van de rechtmatige uit oefening van zijn functie als minister van Defensie, terwijl het laatste deel kennelijk sloeg op de Regeering onzes lands en eene uitlating in opzettelijk beleedigenden vorm daarover, althans over het openbaar gezag of eenig openbaar lichaam, opleverde. Van het tweede geïncrimineerde artikel of geschrift, getiteld „Visschers in Nood", be vatte volgens de dagvaarding de laatste zin uitlatingen in opzettelijk beleedigenden vorm voor de Varkens-Centrale, Tarwe-Centrale en Zuivel-Centrale. alle openbare lichamen of instellingen zijnde. Wat de strafzaak tegen den heer H. aan gaat. hem is ten laste gelegd, dat hij, even eens in het bewuste nummer van „Volk en Vaderland", een artikel heeft doen opne men. getiteld: ..Uit den Praathof", van beide Front-en geen Nieuws", van welk artikel de laatste zin naar de dagvaarding mede deelt eene uitlating in opzettelijk beleedi genden vorm voor de Eerste Kamer der Staten Generaal oplevert. Dr. V. is gedagvaard terzake dat hij in of omstreeks de maand Sept. 1935 zich in het openbaar bij geschrifte in opzettelijk belee digenden vorm heeft uitgelaten over den Ne- derlandschen Ministerraad, mitsdien over een openbaar lichaam, en opzettelijk den voor zitter van den Raad van Ministers, tevens minister van Koloniën, Dr. H. Colijn, terzake van de rechtmatige uitoefening zijner bedie ning heeft beleedigd. Verdachte mr. R. verweert zich met de op merking, dat de advertentie niet doelt op een persoon, in casu den gewezen Minister van Defensie, maar op een systeem, dat hij demo-liberaal systeem noemt. Wat het geïncrimineerde artikel „Visschers ln Nood" betreft zegt verd. van meening te zijn, dat de schrijver van dit artikel geen bepaalde Centrale op het oog heeft gehad, dus dat er ook geen opzet is geweest om te beleedigen. Verdachte H. ontkent eveneens het hem tenlaste gelegde. Mr. Van L. de derde verdachte, hoofdre dacteur van ..Volk en Vaderland", noemt het hem ten laste gelegde „ten eenenmale een vergissing". Requisitoir. De officier van justitie, jhr. mr. Twiss Quarles van Ufford, acht de ten laste geleg de beleedigingen bewezen. Dat met de advertentie minister Deckers bedoeld wordt. Is voor iedereen duidelijk. Ware het bij dit geschrift alleen gebleven, dan zou de regeering waarschijnlijk geen vervolging gelast hebben; er wordt echter al langer dan een jaar in „Volk en Vaderland" stelselmatig tegen de regeering geageerd. De feiten ten aanzien van verdachte mr. R. achtte spr. zeer ernstig: de eisch tegen hem luidde drie maanden gevangenisstraf. Wat de beide andere verdachten betreft zij hebben hun artikelen geschreven voor ge wone menschen en niet voor philosophische studenten, die elke passage meer critisch zouden beschouwen. Zoowel tegen verdachte H. a1' tegen ver dachte mr. Van L. eischt de off. :r honderd gulden boete. subs, dertig dagen hechtenis. De verdediger van de drie verdachten, mr. A. J. van Vessem. gaat in zijn pleidooi uit voerig in op den inhoud van de gewraakte advertentie; spr. noemt daarbij dc namen van een groot aantal ministers, totdat pl„ op verzoek van den president, die opmerkt dat de persoonlijke omstandigheden van mi nisters hier niet ter zake doen, van dit punt afstapt. PI. zegt met. geen mogelijkheid in de advertentie een beleediging te kunnen zien. wel scherts. Ook de andere tenlasteleggingen acht pi. allerminst bewezen, zoodat z.i. vrijspraak zal moeten volgen. PI. is van oordeel dat de vervolgingen ten onrechte van regeerir>°sziide gelast zijn; het komt pl. voor dat er een zekere staatsgreep heeft plaats gehad ten opzichte van de taak van het parket, zulks in strijd met de wet op de rechterlijke organisatie. In zijn repliek zegt de officier dat de re geering een vervolging heeft gelast om een waarschuwing te geven. Nadien is niet ge bleken. dat nieuwe beleedigende artikelen in „Volk en Vaderland" zi;n verschenen. Uitspraak 31 December. Dr. V zegt noch het Kabinet noch dr. Co- lijn te hebben willen beleedigen. De tenlastegelegde feiten van beleediging bewezen achtende, eischt de officier tegen hem twee honderd gulden boete, subs. 60 dazen hechtenis. De verdedigc mr. A. J, van Vessem ont kent het bdeedigend karakter van de ge wraakte uitingen in h-^ artikel. Uitw»-»!* eveneens 31 December. Vergadering der N. S. B. De heer Berlage spreekt in den schouwburg Jansweg. In den Schouwburg Jansweg werd Dinsdag- ,rond door de N. S. B. een vergadering ge houden, waar als spreker optrad de heer Berlage. Slechts diegeen, die zich heeft ontdaan van zijn demo-liberalisme kan nationaal-socia- list worden. Slechts hij. die hetgeen hem wordt voorgehouden met andere oogen gaat bezien. Het is wel opmerkelijk, zeide spr.. dat den laatsten tijd zooveel aandacht wordt be steed aan de N. S. B.. terwijl men haar toch onbenullig noemt. Het is wel een teeken, dat men de N. S. B.-ers toch niet zoo onbenullig vindt. Sprekende over de vertooning van „De Beul" ontkende spr., dat door N. S. B.-ers anonieme brieven aan den burgemeester van Amsterdam waren geschreven. Het is onjuist te denken, dat een N. S. B.-er tot zoo'n laf heid in staat zou zijn. Want, zoo zeide spr., N. S. B.-er kan slechts hij worden, die bereid is desnoods met zijn leven voor zijn beweging in te staan. Vervolgens sprak de heer Berlage over de beweegredenen, waardoor hij ertoe was ge komen voor de N. S. B. te werken. De voor naamste reden was, dat spr. ervan overtuigd was voor een goede en ware zaak te strijden. Het is niet altijd makkelijk, het nationaal- socialisme onder allerlei groepen van de be volking te verbreiden, vooral niet omdat de arbeiders nog steeds met diverse soorten van lectuur worden vergiftigd. De nationaal-socialisten willen een andere orde dan de bestaande verworden democratie vestigen, waarin de vooraanstaande menschen vaak vooraangedrongen zijn. De nationaal-socialistische beweging zal ze gevieren, niettegenstaande de maatregelen van wijs beleid, die immer tegen de N. S. B. worden gericht (applaus). Spr. zeide groote waardeering voor de persoon van dr. Colijn te hebben, doch niet voor het parlementaire stel sel, waarin het mogelijk is, dat iemand door cumulatie een zeer groot inkomen verwerft. Intusschen gaat de regeering deze cumulatie, waartegen de nationaal-socialistische bewe ging altijd heeft geageerd, bestrijden. Zoo gaat het met meer misstanden, die thans verdwij nen onder invloed van het bestaan der N. S. B. Speciaal richtte spr. zich tegen de houding van prof. Kortenhorst, die zijn voorbarige uit lating alleen gebruikte om de N. S. B. te schaden. De heer Berlage drong er op aan, dat men naar de nationaal-socialistische vergaderin gen zou gaan. met den vasten wil iets ervan te leeren, want zoo kan men slechts werke lijk nationaal-socialist worden. Nadat spr. over de beteekenis van het in signe had gesproken, zeide hij, dat de natio naal-socialist niet beter is dan anderen, doch beter wil. Spr. leverde critiek op het Plan van den Arbeid aan de hand van uitlatingen van socia listen en sprak daarna over het al dan niet legaal zijn van de N. S. B. Vooral kantte spr. zich tegen de kleurlooze houding der socialisten en katholieken. „Dit is walgelijk", zeide spr., „en niet, zooals is ge zegd, dat een N. S. B.-er ter communiebank schrijdt" (applaus). De heer Berlage eindigde met in het kort eenige punten van het programma der N. S. B. te behandelen en besloot met een aansporing tot volhouden van den strijd. SCHEEPVAARTBERICHTEN. HOLLAND—AMERIKA LIJN. Nariva, Vancouver n. Londen 16 van South ampton. Breedijk 16 van Rotterdam te Philadelphia. Dinteldijk, Vancouver n. Rotterdam 16 te San Fransisco. Edam Rotterdam n. N.-York 15 te Boston. Spaarndam, New-York n. Rotterdam 15 (8.53 n.m.) 380 mijl West van Land's End. Beemsterdijk, Rotterdam n. New-York 15 (4.57 n.m.) 25 mijl West van Niton. Binnendijk, New-Orleans n. Londen en Rott. 15 Dec. (12 midd.) 1210 mijl Z.W. van Scilly. Narenta 13 van Rotterdam te Vancouver. HALCYON LIJN. Vredenburg, Wabana n. Rotterdam 15 (5.22 n.m.) 320 mijl Z.W. van Valentia. Rozenburg 17 van Sas van Gent naar Rot terdam (of Vlaardingen) en pass. Vlissingen. HOLLAND—AFRIKA LIJN. Nijkerk 17 van Amsterdam naar Beira. Heemskerk 16 Dec. van Rotterdam te Beira. HOLLAND—WEST-AFRIKA LIJN. Maaskerk (thuisreis) 17 v. Havre. HOLLAND—AUSTRALIë LIJN. Tajandoen (thuisreis) 17 v. Sydney. HOLLAND—OOST-AZIë LIJN. Gaaster kerk (thuisreis) 14 Dec. v. Manilla. HOLLAND—BRITSCH-INDIë LIJN. Hoogkerk (thuisreis) 17 December te Madras KON. NED. STOOMBOOT-MIJ. v. Renssplaer 16 v. West-Indië te New-York. Euterpe 17 Dec. van Bordeaux te Amsterdam. Hermes 17 Dec. van Izmir naar Stamboul. Baarn, Amsterdam n. Chili pass. 17 Terceira. Agamemnon, Barcelona n. Amst. 17 v. Rott. Ariadne 16 v. Danzig n. Kopenhagen. Euterpe Bordeaux n. Amst. p. 16 (11.25 n.m.) Lydd. Juno 16 v. Carthagena n. Alicante. Rhea 16 v. Tarragona n. Valencia. Saturnus 16 v. Algiers n. Antwerpen. Stuyvesant Paramaribo n. Amst. 17 (v.m.) te Havre. Theseus 17 v. Stettin te Amsterdam. Titus 16 v. Susak n. Bari. Ulysses 16 v. Candia n. Catacolo. Vesta 16 v. Bonanza n. Huelva. ROTTERDAMSCHE LLOYD. Kota Gede (thuisreis) p. 16 Pantellaria. Kota Radja (uitreis) 17 v. Port Said. Buitenzorg 17 v. Rott. te Batavia. ROTTERDAM—ZUID-AMERIKA LIJN. Alpherat (thuisr.) 16 van Rio Janeiro. Alphacca (uitreis) pass. 16 Dec. Ouessant. STOOMVAART MIJ. NEDERLAND. Chr. Huygens (uitreis) 16 Dec van Belawan. Poela Roebia (uitreis) 16 Dec. van Padang Johan van Oldenbarnevelt (uitreis) p. 16 December Gibraltar. STOOMVAART-MIJ OCEAAN. Glenogle 16 van Dairen naar Rotterdam. Eurybates 15 van Amsterdam te Batavia. City of Wellington, Japan n. Rotterdam 16 December van Singapore. Gleniffer. Dairen n. Rott. 14 te Singapore. Phrontis Batavia n. Liverpool p. 15 Prawle Pfc

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1935 | | pagina 14