3JT?
Het atoom gespleten.
MAANDAG 2 MAART 1936
H A A R L E M'S DAGBLAD
3
Regeering houdt zich nog met
de spelling bezig.
Geslacht en verbuigingsregel heeft niet haar
instemming.
In cc Memorie van Antwoord aan de
Eerste Kamer betreffende de Rijksbegrooting
van Onderwijs wordt over het spellingspro
bleem gezegd:
Het vraagstuk der spelling heeft de minis
ter op voorstel van en in overeenstemming
met de Belgische regeering voorgelegd aan de
Commissie-Van Haeringen, die uit taalkun
digen bestaat.
Het antwoord dier commissie is ingekomen
op 15 Januari 1936 en onverwijld ter kennis
van ce Belgische regeering gebracht, verge
zeld va een klaar oordeel en een klaar voor
stel vai de Nederlandsche regeering. Het
antwoord bestaat in twee nota's één over
geslacht en verbuiging; één over voornaam
woordelijke aanduiding die bestemd zijn
om deel uit te maken van de „Inleiding" tot
de ..Woordenlijst, in bewerking bij de Ne-
derlandschBelgische commissie, ingesteld
bij beschikking van den Nederlandschen Mi-
nistor van Onderwijs, Kunsten en Weten
schappen van 23 December 1934".
De inhoud der nota's kan in het kort aldus
worden samengevat. Uit den 5den en 6den
spellingregel volgt, dat de overgroote meer
derheid der tot nog toe mannelijke woorden
dit geslacht verliezen; de voornaamwoorde
lijke aanduiding wordt dan niet meer beslist
door het geslacht; de keuze wordt voortaan
bepaald door traditie, persoonlijke vrijheid en
persoonlijk inzicht.
Op voorstel van den minister heeft de Mi
nisterraad uitgesproken, dat deze nota's in
geen geval kunnen worden aanvaard. Daar
toe drijft drieërlei overweging; ten eerste
wordt aldus de taal geschonden; ten tweede
wordt het. verschil tusschen het gebruik der
Nederlandsche taal in Noord- en Zuid ver
groot in plaats van verkleind; ten derde wor
den tuchteloosheid en slordigheid bij de leer
lingen aangekweekt, indien zij voor het ge
bruik hunner taal zich niet naar regels moe
ten richten, doch zich door persoonlijk in
zicht of persoonlijke vrijheid mogen laten lei
den.
Aan de Belgische regeering is van deze be
slissing kennis gegeven en is voorgesteld, on
verwijld uit de opdracht aan de Commissie-
Van Haeringen de samenstelling van een
woordenlijst en de bemoeienis met de voor
naamwoordelijke aanduidingen te doen ver
vallen. Een antwoord is nog niet ontvangen.
Intusschen houdt de minister zich gezet be
zig met dit vraagstuk.
Mevrouw De BoerVan Rijk
niet naar de West.
Naar wij vernemen zuilen de plannen van
mevrouw de Boer—van Rijk om dezen zomer
deel te nemen aan een tournee naar West-
Indië waaromtrent eenigen tijd geleden
mededeelingen in de pers verschenen zijn
niet doorgaan.
Het garantiefonds, dat voor dit doel in
West-Indië moest worden bijeengebracht, is
ten gevolge van de vooral in dit gewest heer-
schende crisis gebleven beneden het bedrag,
dat voor de reis van het ensemble van me
vrouw de BoerVan Rijk noodzakelijk was.
Willem van der Veer die zich zeer veel van
een tournee naar de West met mevrouw De
BoerVan Rijk. had voorgesteld, laat zich
door dezen tegenslag echter niet ontmoedigen
en zal trachten om evenals vorige jaren in de
komende zomermaanden met een klein ge
zelschap op te treden in de West (A.N.P.)
14-JARIG MEISJE VERMIST.
Sinds Vrijdag wordt te Ommen vermist het
14-jarig dochtertje van den heer Arninkhof.
Het meisje, dat Vrijdagmorgen per trein
naar Zwolle is vertrokken, waar zij op school
is, is daar niet aangekomen Naar aanleiding
van het signalement, dat dien dag door de
politie werd verspreid, hebben zich eenige
taxi-chauffeurs aangemeld, die het kind in
Den Bosch zouden hebben gezien.
Vragen over „Der Stürmer".
Het blad zou in Amsterdam verkocht worden.
De heer Boon heeft aan den minister van
justitie de volgende vragen gesteld;
1. Is het den minister bekend, dat in het
perceel Kalverstraat no. 7 te Amsterdam,
waar sinds begin Januari 1936 gevestigd is
de sigarenwinkel Het Nederlandsche Sigaren-
bedrijf de Driehoek, naast N. S. B.-materiaal
en uitgaven van de Duitsche Moederbewe
ging ook verkrijgbaar is het Duitsche week-
blaJ Der Stürmer van Julius Streicher te Neu
renberg, dat daar wekelijks in talrijke exem
plaren voorradig is en voor de somma van
15 cents aan het publiek geleverd wordt in een
achter den winkel gelegen vertrek?
2. Is het den minister bekend, dat de Duit
sche regeering in den inhoud van dit week
blad aanleiding heeft gevonden den uitvoer
daarvan naar het buitenland te verbieden?
3. Heeft de minister kennis genomen van
het in bedoelden winkel verkochte nummer
van Februari 1936 no. 9, aanvangende met
een plaat met het onderschrift;
„Durch die Jahrtausende hinfort,
„Haufte der Jude Mord auf Mord
J3er Jude laszt vom Morden nicht
„Bis ihn erreicht was Weltgericht".
terwijl de verdere inhoud op hetzelfde peil
staat?
4. L de minister niet van oordeel, dat te
gen de verkoopers een strafvervolging dient
t° worden ingesteld op grond van de wet van
19 Juli 1934, Staatsblad 405. houdende nadere
voorzieningen ter bescherming van de open
bare orde?
5. Is ae minister voorts bereid zich in ver
binding te stellen met zijn ambtgenoot van
buitenlandsche zaken, met verzoek of deze
door bemiddeling van Hr. Ms. gezant te Ber
lijn aan de Duitsche regeering inlichtingen
wil vragen naar de motieven, waarom blijk
baar de uitvoer van dit orgaan wel wordt toe
gestaan, indien de verkoop in Nederland ge
schiedt door personen, die functies bekleeden
in de Nationaal Socialistische Beweging, lei
der ir. A. A. Mussert en daarbij kenbaar te
n aken. dat verspreiding van dit weekblad
hen evenals iederen anderen verkooper in
Nederland aan een strafvervolging bloot
stelt?
Voor ijzelgevaar zal worden
gewaarschuwd.
In de weerverwachting.
Naar aanleiding van de vele verkeersonge
vallen, welke ook dit jaar weer als gevolg van
beijzelde wegen zijn geschied, had de A. N. W.
B. zich met een adres tot den Minister van
Waterstaat gewend met het verzoek, het ne
men van tijdige en doeltreffende maatrege
len tegen dit euvel op de Rijkswegen zooveel
mogelijk te willen bevorderen.
De Minister heeft thans, in antwoord
hierop aan den A. N. W. B. medege
deeld, dat van den Hoofddirecteur
van het Koninklijk Nederl. Meteorolo
gisch instituut te De Bilt de toezeg
ging verkregen werd, dat in het ver
volg de waarschijnlijkheid van ij zei in
de weersverwachtingen zal worden
vermeld
De vraag, wat zal kunnen geschieden om
de gladheid van wegen, welke het gevolg is
van een. laag bevroren neerslag, zoo doelma
tig mogelijk te bestrijden, is nog ten Departe-
mente in onderzoek
Bergstorting te Geulhem.
Geen persoonlijke ongelukken.
Zondagmiddag tusschen drie en vier uur
is te Geulhem onder de gemeente Houthem op
een terrein toebehoorende aan de Mergelwer-
ken van de firma Wijnands, een kalksteen
heuvel over een lengte van tachtig Meter in
gestort. Van alle kanten vielen rotsblokkn
omlaag, waarvan een aantal in den Geul te
recht kwam. Zware eikeboomen, welke op
den top van den ongeveer veertig meter
hoogen heuvel groeiden, werden eveneens mee
in de diepte gesleurd. Het geheel biedt thans
een chaotischen aanblik. Het gedreun der in
storting was tot ver in den omtrek te hooren,
zoodat van alle kanten de menschen ver
schrikt kwamen toeloopen. Gelukkig bleek,
dat er geen persoonlijke ongelukken waren
gebeurd. Dit is zeker te danken aan het
feit, dat het Zondag was en de weg, welke
langs den heuvel loopt, nagenoeg verlaten lag
De vermoedelijke oorzaak van de instorting
is het te veel uitgraven van kalksteen, waar
door de heuvel uitgehold was.
Aangezien er zich geen huizen of instal
laties in de nabijheid van den berg bevinden,»
is er geen schade aangericht.
Beginselprogramma R.-K.
Staatspartij vastgesteld.
Vergadering van den Partijraad.
In de Zaterdag voortgezette vergadering
van den Partijraad der R.K. Staatspartij werd
onmiddellijk aan de orde gesteld de behande
ling van het beginselprogram dier partij.
Prof. dr. Kors O. P., hoogleeraar te Nijme
gen, leidde het onderwerp in.
Vervolgens werd over de diverse punten in
het program, wat de algemeene lijn betreft,
van gedachten gewisseld.
Aangenomen werd het volgende amende
ment van den kring Amsterdam betreffende
de paragraaf justitie: de wijziging in de
maatschappelijke structuur vinde aanpassing
in de ordening van het rechtsleven. Betreffen
de de paragraaf gebiedsdeelen buiten Europa
bracht het partijbestuur nog de volgende wij
ziging aan: de belemmering van de geloofs-
prediking door eenig preventief toezicht van
de zijde der burgerlijke overheid, worde weg
genomen.
Dr. Moller was van meening, dat repressief
toezicht wel het recht en zelfs de plicht van
de overheid is, als de geloofspredikers als
burgers zich tegen de rechtsorde keeren, door
bijvoorbeeld de openbare orde te verstoren.
Aangenomen werd een amendement van het
Partijbestuur, dat als volgt luidt: „Onderwijs,
als wezenlijk deel der opvoeding, is plicht en
recht der ouders. Dit vordert vrijheid van on
derwijs en leide ertoe de openbare school
slechts als aanvulling der bijzondere te aan
vaarden. Den staat komt het alleen toe ter-
wille van het algemeen welzijn aan beide vor
men van onderwijs gelijkwaardige voorwaar
den van deugdelijkheid te stellen. Inzake fi
nanciering uit de overheidskassen mag van
verschil in behandeling geen sprake zijn, het
geen eveneens gelde voor de vrije jeugdvor-
ming", Het program werd ten slotte met al
gemeene stemmen zonder hoofdelijke stem
ming goedgekeurd.
Wetenschappelijk centrum
voor lichamelijke opvoeding?
Cultuurmoeheid van de jeugd.
De Nederlandsche Vereeniging tot Inrich
ting van een Wetenschappelijk Centrum voor
Lichamelijke Opvoeding hield Zaterdag haar
jaarlijksche algemeene vergadering te Am
sterdam. Aan deze vergadering had de ver
eeniging verbonden eenige openbare lessen,
die in de middaguren gehouden werd°n in het
Schoolgebouw in de Nicolaas Maesstraat in
tegenwoordigheid van een groot aantal genoo-
digden.
Na afloop van deze openbare lessen werd
door dr. S. Elzinga. inspecteur van het gym
nasiaal en middelbaar onderwijs in de 3de in
spectie, gesproken over „De taak van het on
derwijs in de lichamelijke opvoeding voor on
zen tijd".
De lichamelijke opvoeding moet trachten
een correctief te vormen tegen de nadeelen.
die door de cultureele ontwikkeling voor de
physische vitaliteit dreigt. Om te komen tot
verbetering wijst spreker op de noodzakelijk
heid de overlading bij het voorbereidend hoo-
ger en middelbaar onderwijs en ook bij het
hooger onderwijs te bestrijden, een meer har
monisch geheel van lichamelijkp en geestelij
ke opvoeding te scheppen, deze lichamelijke
opvoeding zoowel bij het lager en middelbaar
als bij het hooger onderwijs verplicht te stel
len en systematisch te regelen en de lichame
lijke opvoeding te brengen uit de afzondering
naar het organisch verband met de opvoeding.
Spr. beseft, dat dit niet gemakkelijk zal zijn
en dat de opleiding van den leeraar in de
lichamelijke opvoeding hierbij van de grootste
beteekenis is. Slechts langs dezen weg van een
beter en meer harmonisch opvoedingssysteem
acht hij het mogelijk de cultuur moeheid, die
onze jeugd steeds meer druk!, te verdrijven en
een jeugd te vormen, die in staat is tegenover
de groote problemen van dezen tijd te staan
met idealisme en kracht.
Interessante proeven in
Engeland.
Onze Londensche correspondent schrijft:
Er is heel wat gebeurd met atomen sedert,
wij in het begin van deze eeuw leerden, dat
ze deelen waren van de molecule, die op
haar beurt het kleinste deeltje was waarin
stof kon worden verdeeld zonder haar aard
of haar scheikundige samenstelling te veran
deren. De molecule was meer begrip dan tast
bare werkelijkheid, hoewel haar bestaan
buiten twijfel mocht worden geacht. Voor
het stoom moest dit zoo mogelijk nog ster
ker gelden. En het zal nog wel zoo zijn. Niet
temin gaan de geleerden zeer gemeenzaam
met het atoom om en soms hardhandig en
wreed voor gewoon menschelijk gevoel. Pro
fessor Rutherford, die in Cambridge aan het
hoofd staat van de faculteit der proefonder
vindelijke natuurkunde, is een van de man
nen in de wereld, die het meest weet van de
atomische samenstelling van moleculen en
van atomen zonder meer. Eenigen tijd geleden
hebben deze professor en zijn vaardige helpers
in hun laboratorium van de genoemde uni
versiteit bewezen dat de eens aanvaarde
wetenschappelijke stelling dat het atoom
ondeelbaar is niet langer houdbaar is. Zij
hebben immers het atoom gespleten. Zij heb
ben het gedaan tegen de waarschuwingen en
adviezen van onwetenschappelijke theoretici
in. Dat slag theoretici is talrijk in de wereld,
talrijk ook in Engeland zooals de kranten,
vol alarm over de mogelijke gevolgen van
splijting van een atoom, getuigden. De ont
zettende voorstelling was ongeveer, dat alle
atomen den smaad, een hunner door professor
Lord Rutherford aangedaan, zouden wreken
door en massa uiteen te vallen. Het splijten
van het eene zou zich meedeelen aan alle
andere, met het gevolg dat het heelal een
planeet minder rijk zou zijn.
Toen lazen wij op een goeden ochtend in
de krant, dat de professor werkelijk een
atoom had gespleten, den vorigen dag om
streeks vier uur in den namiddag. Dat was
zestien uur geleden; en het hout om ons heen
was nog hout, het staal nog staal, het glas
nog glas. De huizen waren er nog. De straat
was er nog. En naar allen schijn zette de
aarde haar normale reis op de haar aange
wezen baan van het heelal in haar gewone
edaante voort. Het laboratorium ging voort
atomen te bombardeeren met splijtende uit
slag. Het is nu bijna sleurwerk geworden en
het nieuwtje is van de zaak af.
Maar men geeft ons daar in Cambrigde niet
de kans het atoom te vergeten. Wij hebben
thans gehoord, dat het in de kou wordt gezet,
een kou veel strenger dan de Noordpool of
Siberië ooit te voelen hebben gegeven. De
geleerden, die tegenwoordig niet zoo wars
zijn van openbare belangstelling, gaan in het
Museum voor Wetenschap in Londen een
demonstratie geven van lage temperaturen.
Zij zouden in deze zaak machteloos zijn ge
weest indien de heeren van het laboratorium
van professor Kamerlingh Onnes in Leiden
hun niet hadden doen weten hoe zij dit ver
krijgen van de laagst mogelijke temperaturen
(binnen 3/1000ste graad van het volstrekt
nulpunt, een heel ander nulpunt dan dat van
Celsius) moeten aanpakken. Het doel is het
atoom te bevriezen, het stijf en bewegingloos
te maken, het in al zijn naaktheid bloot te
stellen aan de onbarmhartige kou, zooals die
wellicht heerscht in de uiterste buitenwijken
van het heelal. Wij kunnen slechts hopen, dat
de veronderstelde atomische solidariteit, die
zoo genadig was zich niet te openbaren bij 't
splijten, ook in dit geval achterwege
zal blijven.
Waterstaat zegt vervulling van
wenschen toe.
„Nachtegaal" bij Rome in de
modder weggezakt.
Het uitgaande Indië-toestel „Nachtegaal",
dat Zaterdag van Schiphol was vertrokken, is
dien dag te Rome in plaats van op het vlieg
terrein Littorio, dat als onbruikbaar was op
gegeven, op het vliegveld Ciampino geland.
Ook dit terrein bleek echter ongeschikt te zijn
want het toestel is na de landing in den
modder weggezakt. Het vliegtuig kon dienten
gevolge Zondag niet vertrekken. Men moet
nu afwachten, wanneer de „Nachtegaal" weer
zal kunnen opstijgen.
Naar beveiliging van
onbewaakte overwegen?
Electrificatie alleen op drukke lijnen.
In zijn Memorie van Antwoord aan de
Eerste Kamer doet minister Van Lidth de
Jeude verschillende toezeggingen betreffende
door Kamerleden geuite wenschen.
De minister deelt mede, dat de spoorwe
gen, na zox-gvulaig onderzoek van onder
scheidene methoden van automatische bevei
liging voor onbewaakte overwegen, een der
gelijke beveiliging hebben uitgewerkt, welke,
voorloopig bij wijze van proef, bij een onbe-
waakten overweg in een rijksweg tot uitvoe
ring zal komen. Valt deze proef gunstig uit.
dan zal deze beveiliging bij de overwegen in
wegen met druk autoverkeer worden aan
gebracht.
Verwacht wordt, dat met behulp van den
steun van het Werkfonds mogelijk zal zijn.
het deel Amsterdam—Sassenheim van den
ontworpen weg No. 4 begin 1938 voor het
verkeer open te stellen en het gedeelte Den
HaagBodegraven van den weg Den Haag
Utrecht aan het einde van dat jaar.
Met het bezien van de plannen voor de
derde vijfjarige periode, nl. van 1937 tot 1942,
zal de Kamer moeten wachten tot de vol
gende verkeersfondsbegrooting.
De minister is van ooi-deel. dat vele onge
lukken op den weg het gevolg zijn van gebrek
aan verantwoordelijkheidsbesef en wijst op
de verscherpte strafbepalingen op dit stuk
in de nieuwe wegenverkeerswet. De inwer
kingtreding van deze wet zal moeten ge
schieden gelijktijdig met de totstandkoming
van de uitvoeringsbepalingen.
Reeds vóór de totstandkoming dezer wet
was een ingrijpende wijziging van het motor
en rijwielreglement en van de motor- en rij
wielbeschikking in voorbereiding. Daar deze
voorbereiding reeds in een ver gevorderd
stadium was, heeft de minister gemeend nog
voor het in werking treden van de nieuwe
wet deze wijziging, welke in het algemeen
urgent is te achten, alsnog te moeten bevor
deren; zij kan thans spoedig worden tege
moet gezien.
Het ligt in de bedoeling bij verdere uitbrei
ding van de electrificatie van spoorwegen
het daarvoor benoodigde materieel in te
richten overeenkomstig het materieel, dat
op de lijn RotterdamHoek van Holland
dienst doet. Wegens de hooge vaste kosten
is electrificatie slechts voor lijnen met druk
verkeer rendabel. Electrificatie van lijnen
in het midden des lands is in overweging.
Na de gunstige ervaringen met de gewij
zigde dieselmotoren, wordt de diesel-electri-
sche tractie geleidelijk weer uitgebreid. Het
gedeelte van den spoordijk om Amsterdam
tusschen Duivendrecht en Watergraafsmeer
zal in 1938 in gebruik genomen worden.
Behalve belastingen op motorrijtuigen,
kunnen, zoo zegt de minister, ook andere
feiten, zooals achteruitgang van de volkswel
vaart en van het bedrijfsleven, van invloed
zijn op vermindering van het aantal motor
rijtuigen.
De minister kan dan ook niet toezeggen,
dat hii in overleg met den minister van Fi
nanciën het daarheen zal leiden, dat de druk
der belastingen zoodanig verminderd wordt,
dat het aantal automobilisten niet afneemt,
hoewel deze aangelegenheid zijn volle aan
dacht heeft.
Man dreigde vrouw en
kinderen te dooden.
Sinds geruim en tijd heerschte er oneenig-
heid in het gezin van P. te Heerlerheide. Man
en vrouw leefden voortdurend in onmin en de
twisten liepen soms zoo hoog, dat de vrouw uit
vrees voor gewelddaden naar haar familie te
Voerendaal vluchtte. In den loop van deze
week was de vrouw naar Voerendaal gegaan.
Vrijdagavond kreeg zij' van haar man een
brief, waarin hij dreigde, haar dood te zullen
schieten en ook de kinderen van het leven te
zullen berooven. De vrouw, die het ergste
vreesde, deed van dezen brief mededeeling
aan de politie. De Heerlensche recherche stel
de onmiddellijk een onderzoek in en kwam tot
de ontdekking dat de man werkelijk de be
doeling had, zijn bedreigingen ten uitvoer te
brengen. In zijn woning werd een revolver
met scherpe patronen aangetroffen en bij zijn
verhoor gaf de man toe, het plan te hebben
gehad, vrouw en kinderen te dooden. Hij is ge
arresteerd en Zaterdag op transport naar
Maastricht gesteld. (A.N.P.)
Een halve eeuw geleden
Uit Haarlem's Dagblad van 1886.
lM
2 Maart:
De Haarlemsche Liedertafel „Zang en
Vriendschap" gaf haar tweede concert
in dezen winter, ditmaal met medewer
king van het Oostenrijksche Dames
kwartet. de dames Tschampa en Lidl. en
de heer A. C. R. (tenor) van 's-Hage.
Het zeer gevarieerde programma bood
ons als eerste nummer aan „Hymne aan
de Muziek" van Lachner, voor koor. welk
stuk flink werd uitgevoerd. Het dames
kwartet gaf daarna „Frühlingslied" en
het schalksche Zweedsche volksliedje
„der verschmahte Freier", beide van
Langer. Onder de overige door het
kwartet gezongen stukken oogstte vooral
„Schwedischer Hochzeitsmarsch" van
Södermann veel bijval in. De zangeres
sen werden eenige malen teruggeroepen
en gaven daarop nog eenige stukjes ten
beste. Vooral het aangename, diepe ge
luid der 2e alt kwam bijzonder tot zijn
récht, ook de le sopraan is verre boven
het middelmatige verheven.
De kalme voordracht, zonder eenige
zweem van effect-bejag, bracht er mede
toe bij om den aangenamen indruk dier
vier welluidende stemmen te verhoogen.
Het Oostenrijksche dames-kwartet zal
steeds ten onzent een aangename ver
schijning zijn en wij roepen het dus van
harte een tot weerziens toe.
„Frühlingssymphonie" voor koor, ls
een fraai stuk, van Von Weinzierl. dat
door de vereeniging geen oneer werd
aangedaan. Meer beviel ons echter „Die
Flüchtlinge" van R Hol; de overige
stukken hadden den bijval, dien zij ver
dienden.
Gaarne hadden wij meer nieuwe stuk
ken gehoord, doch naar wij vernamen,
was dit door omstandigheden nog niet
mogelijk.
Ongetwijfeld heeft de liedertafel haar
leden een hoogst aangenamen avond
bereid.
De dieren „En dat noemt zich dan de Kroon der Schepping." (Sydney Bulletin)'
Als de kraaien komen slapen.
't Is avond in het duin. De zon is juist on
dergegaan en heeft den westerhemel in
lichtelaaie gezet. Daarna zijn de wolken door
diep purper tot bleek violet verkleurd. Een
enkele ster flonkert reeds, Het spichtige
maansikkeltje lijkt in het ijle takwerk van
een eenzamen berk verward te zijn geraakt.
Door het schemerduistere duin sluipen drie
zwarte gedaanten. Een konijntje huppelt
verschrikt voor hen uit. het witte staartje
even oplichtend in den schemer. Dof gaan de
voetstappen in het rulle zand. Zwijgend slui
pen de gestalten verder. Boven een oude zee
den wordt de Groote Beer zichtbaar en wie
scherpe oogen heeft, kan ook de Poolster al
zien.
De schimmen bereiken het Sprenkelbosch-
je. Voorzichtig sluipen zij voort. Geschuifel
van voetstappen op het dorre blad, gekraak
van takken klinken luid op in de stilte van
den avond. Dan houden de spoken of zijn
het roovers halt. Steeds zwijgend zetten
zij zich tegen een half omgevallen berk en
wachten.
Nu komen de kraaien. „Schwarze Tauben
des Teufels", noemt Horst Wachs ze ergens.
De grootere bonte- en zwarte kraaien en
l'oeken -meer verspreid vliegend, de kauw
tjes in groote troepen. Die kondigen zich al
op grooten afstand aan door hun geschreeuw
kièh, kièh, kièh. Als de vogels door elkaar
vliegen, is ook duidelijk het verschil in groot
te te zien. De kauwtjes zijn beduidend klei
ner dan de andere soorten.
Eerst vliegen de vogels nog wat boven het
boschje. maar al spoedig laten ze zich neer
in de kruinen der berken. Daar zitten ze,
zwarte inktmoppen tegen den lichten avond
hemel. waarin nu ontelbare sterren glimmen.
Het is een gebabbel en gekrakeel van je
welste. De kauwtjes overstemmen alles, met
hun hooge. geaffecteerde stemmen. De an
dere kraaien, meer bezadigd, praten lang
zaam, met diepe basstemmen. Gezellig wor
den de gebeurtenissen van den afgeloopen
dag nog eens opgehaald.
Nog steeds komen nieuwe troepen vogels
aan. die zich na wat rondgevlogen te heb
ben, neer laten in het boschje. Overal zitten
de zwarte vogels in de zacht wiegelende ber
kenkruinen. Tot vlak boven de schimmen
daar beneden, die geheel in het duister op
gaan. Langzamerhand wordt het toch wat
stiller. Nu en dan klinken de stemmen luider
op. komt het tot een twistgesprek, dat spoe
dig weer luwt. Her wordt stiller en stiller in
het boschje. De kraaien gaan ter ruste.
Een enkele, late vogel wiekt nog boven
de boomen. Zwarte onheilsvogel, die zich met
donkere vleugellappen moeizaam voortbe
weegt. Een oogenblik is het heelemaal stil.
Dan komt een late vogel aansuizen, die met
luid vleugelgeklepper daalt. Hij mist een tak
en rolt een paar „verdiepingen" naar beneden.
Daar blijft hij beduusd zitten. Zeker een oude
vrijgezel, die boven z'n theewater thuiskomt!
De andere vogels protesteeren met harde,
booze stemmen.
.,'t Is een schandaal om iemand zoo uit
den slaap te houden. Je hebt je nachtrust
toch waarachtig wel noodig".
De rust keert weer. De goegemeente sluimert
in, slaapt den slaap des rechtvaardigen na
een dag van harden arbeid op den akker» in
het boscn of aan het strand.
Nu beginnen de zwarte schimmen zich weer
te roeren. Voorzichtig rijzen zij overeind. Een
dor takje kraakt, en nu is het of de hel
losbreekt. Met luid geraas vliegen de duizen
den vogels op. Met harde tikken slaan de
vleugels tegen de berketwijgen. Het is als het
geraas van een hagelbui op je tentdak. En
daarboven uit klinken de toornige vogelstem
men. die luide hun ontstemming over een
dergelijk optreden doen hooren.
Beschaamd sluipen de rustverstoorders
weg. De maan is nog in het eerste kwartier,
maar de sterren werpen een vaag, poeierig
licht over het landschap. Verzilverd staan
boom en struik, waarvan de knoppen reeds
zwellen. De hazelaar, met stuifmeelkatjes be
hangen, lijkt een zilveren fontein. Het water
in de kanalen lijkt vloeibaar metaal.
Zwijgend loopen we door dit tooveriand,
dat zoo geheel verschillend is van het koud-
brutale landschap van overdag, waarmee v/e
zoo vertrouwd zijn, waarin we eiken boom
elk paadje kennen. Hierna zijn we in een an
dere wereld,, een onbekend sprookjesland,
waarin de mensch. als lompe rustverstoorder,
al heel slecht past.
Haarlem. Maart 1936.
TAMALCXNE.