Bestrijding van Baldadigheid. HEERENKLEEDING J. VAN DAM COSTUUMS v R IJ DAG 13 M A' ART 1936 HAARDE M'S DAGBE'AD 6 STADSNIEUWS Ernstige aanrijding voor Haarlem's rechtbank. ƒ75.- of 25 dagen geëischt. Een Leidenaar heeft als automobilist in den avond van 2 November een fietser aangereden, die als rechtskomend verkeer recht van voor rang had. De aangeredene werd ernstig ge wond en is eenige dagen later overleden. Het ongeluk is geschied bij de Derde Poellaan en den Heerenweg te Lisse. Dr. J. p. L. Huist uit Leiden, die de sectie op hst lijk heeft verricht, gaf een uiteenzetting welke wonden het slachtoffer had opgeloopen en meende dat door een tijdig chirurgisch in grijpen de man wellicht behouden had kunnen worden. De bloeduitstorting als gevolg van de schedelbreuk kan, aldus Dr. Hulst, niet in alle gevallen gekenmerkt worden als zwaar licha melijk letsel. Ook van de zijde der verdediging werd be toogd dat chirurgisch ingrijpen 's mans leven misschien had kunnen redden. Een dergelijke deskundige verklaring legde de verdediger, mr. J. W. van Blokland, over. Een verpleegster kwam als getuige déchar ge. Zij heeft achter in de aanrijdende auto ge zeten, heeft niets van de aanrijding gezien, doch wel den slag gehoord. De aangeredene was niet bewusteloos na de aanrijding, heeft deze getuige geconstateerd. Dit was van belang in verband met de genees kundige verklaringen van Dr. Hulst en de zijde der verdediging, waarin over de wenschelijkheid der operatie werd gesproken. Dit symptoom had volgens Dr. Hulst, een ernstige overwe ging mpeten zijn, tot operatief ingrijpen over te gaai). Een iiitenant van het korps motordienst deelde als deskundige mede, dat de fietser de auto wel had kunnen zien, indien deze goed verlicht was geweest. Het feit dat in de auto drie personen, inclusief den bestuurder op de voorste bank hadden plaats genomen, achtte hij voor het betreffende type auto niet be zwaarlijk. Het uitzicht ter plaatse is behoor lijk en deze getuige vond het ook begrijpelijk dat de verdachte toen hij den fietser op 15 meter afstand voor zich zag, naar links heeft uitgeweken. Een getuige, die op korten afstand van de plaats van het ongeluk woont, heeft den fiet ser met matige snelheid zien rijden. De auto heeft hij pas op het laatste oogenblik kunnen zien. Deze getuige heeft den fietser opgemerkt door de fietslahtaren, hetgeen de officier deed opmerken dat dus elk oplettend mensch den fietser had kunnen zien. De auto heeft op de tramrails gereden, meent de getuige. De luitenant van den motordienst meent ook dat men voldoende kan zien, mits er voldoende verlichting is. De straatverlichting is er slecht. De getuige, die bij de plaats van het onge luk woont, keek uit of er een tram aankwam. Daardoor meent hij wel zeker te weten dat geen auto den aanrijdenden wagen tegemoet kwam. De verdachte zei dat hem een vrachtwagen tegemoet kwam, waarvoor hij dimde. Op het oogenblik van het ongeluk week de verdachte naar links uit en kwam ter linkerzijde van den weg tot stilstand. De vrachtauto was toen op ongeveer 75 meter afstand voor hem. Deze wagen is later doorgereden. Zijn eigen snelheid schatte hij op 45 k.m. Hij wist niet dat er een zijweg was. De verdachte zei den fietser niet eerder dan op 15 meter afstand te hebben opge merkt. Deze was toen nog in den zijweg. Ter wijl de verdachte remde, week hij bovendien naar links uit. De officier zei dat de verdachte heeft ge meend dat de fietser hem zou voorlaten en eerst is doorgereden om pas later te remmen. Dit was foutief, ongeacht de onvoorzichtig heid van den fietser om den drukken Hee renweg over te steken. Verdachte gaf toe in de meening ver keerd te hebben dat de fietser hem voorrang zou geven. De officier verweet den verdachte ook geen signaal gegeven te hebben. Een jongeman die op den hoek stond, be vestigde een en ander over de snelheid en de wijze van rijden van den fietser. Hij heeft geen vrachtauto zien naderen, nooh later een ge zien. De luitenant van den motordienst vond dat men behoort te remmen, wanneer men dimt, doch gelooft dat het meerendeel der automo bilisten dit nalaat. Mr. Top was dit niet met den getuige eens. Een dame, die voor in de auto had gezeten, weet niet op welken afstand de fietser was, toen zij hem voor het eerst zag. Wel heeft zij den vrachtwagen gezien. Een gelijke verklaring legde een studient af, die achter in de auto had gezeten. Een getuige a décharge, die van verdachte chauffeeren heeft geleerd, kent 'hem als een goed ,en rustig rijder. Een andere student, die ook voor in de auto heeft gezeten, zei dat de verdachte toen hij den fietser had gezien, geremd heeft en het stuur naar links heeft gewend. In zijn requisitoir zei de officier dat dit ongeluk een van de vele soortgelijke is. 't Is een voorbeeld van onvoorzichtigheid van bei de zijden. De fietser had voorzichtigheids halve moeten wachten en niet moeten den ken: „ik kom van rechts en rijd door". Dat is dom. De verdachte heeft juist andersom gerede neerd. Dit is ook verkeerd. Het was zijn plicht geweest onmiddellijk te stoppen. Z. i. moet een veroordeeling volgen wegens onvoorzich tig rijden. Alleen de verdachte en zijn ge tuigen hébben een tegemoetkomende auto gezien. De andere getuigen niet. Als verd. ge dimd heeft, heeft hij verder onoordeelkundig gereden. Ook had hij nog even signaal moe ten geven. De verdachte had den fietser bijtijds kun nen zien, goed kunnen remmen, want deze waren in orde. Zijn geheele manoeuvre was verkeerd. De officier bleef het afkeuren, dat op de voorbank drie personen zaten. De eisch luidde f 75 of 25 dagen. De verdediger, mr. J. W. v. Blokland, uit Leiden, meent dat de fietser beter had moe- tei opletten. Voorts meent hij het ongeluk te moeten wijten aan een samenloop van om standigheden en dat er geen grove schuld bij verdachte aanwezig is. Een operatie had het slachtoffer ook waarschijnlijk kunnen redden. Hij pleit vrijspraak subsidiair een nader onderzoek naar de doodsoorzaak. Uitspraak op 26 Maart. Fietsen gestolen. Tegen een man, die in de Zaanstreek ver scheidene fietsen heeft gestolen eischte de officier van justitie 1 jaar en 3 maanden met aftrek, omdat de verdachte van dit stelen een beroep had gemaakt. De man bekende de fietsen gestolen te hebben en door armoede tot zijn daden geko- men te zijn. Het steunbedrag is te weinig. Het rapport dat over verdachte is uitge bracht luidt niet gunstig. Bovendien heeft de verdachte reeds eenige vonnissen voor ver scheidene kwesties achter den rug. De verdediger, Mr. A. C. F. Hendrikse, be lichtte de armoedige omstandigheden en zei dat de verdachte voor zijn huisgezin een goed vader is Hij vroeg clementie. Verdachte vroeg een gedeeltelijk voorwaar delijke straf. Botsing met doodelijken afloop. Op het kruispunt Provincialeweg en den Westzanerdijk te Zaandam is op 20 Januari een botsing geweest tusschen een auto en een driewielige bakfiets. Behalve ernstige wonden kreeg de aangereden bakfietser een schedelbasisfractuur en is, na naar het zie kenhuis te zijn vervoerd, daar overleden. De dood is te wijten aan het feit dat het slacht offer is opgestaan en ondeskundig is ver voerd. Het ongeluk geschiedde des avonds, toen het zeer slecht en regenachtig weer was. De bakfiets had iampen, die geen zijwaarts licht verspreidden. Als verdacht van het veroorzaken van li chamelijk letsel door schuld, stond een auto mobilist uit Soestdijk terecht De officier van justitie eischte f250 boete subs. 25 dagen hechtenis. De raadsman mr. W. Groenewegen uit Amsterdam pleitte clementie wegens den on- gunstigen samenloop van omstandigheden die tot het ongeluk geleid had. MIJ. TOT BEVORDERING DER TOONKUNST. Het vijfde ledenconcert van de Mij. tot bev. der Toonkunst zal plaats vinden op Maandag 16 Maart a.s. in den Stadsschouwburg. Het Budapester Strijkkwartet zal dien avond kwartetten ten gehoore brengen van Mozart, Schubert en Brahms. DE ANGOB BIJEEN. De Angob hield de gewone huishoudelijke vergadering. De voorzitter richtte een woord van welkom tot de beide nieuwe leden. Besloten werd ook dit jaar weder tijdens de blauwe week met bloempjes en jeugdma- nifesten in de omliggende gemeenten te werken. De commissie tot bestudeering. van het Jeugdrapport zal op een nader te bepalen datum dit rapport voor de rijpere jeugd uit een zetten. Besloten werd om gezamenlijk een bezoek te brengen aan het gebouw der Woodbroo- kers te Bentveld. Alliance Franqaise. M. Jean-Albert Sorel over Napoleon. Voor de afdeeling Haarlem van de Alliance Francaise heeft gisteravond gesproken de heer Jean-Albert Sorel, advocaat aan het Hof van Appèl te Parijs, over het onderwerp „Les approches de Napoleon", waarbij hij de loop baan van Napoleon Bonaparte behandelde tot aan het oogenblik. waarop de periode van zijn grootste glorie begon. De heer J. H. Sauveur leidde den spreker in, nadat hij eerst een bijzonder woord van wel kom had gericht tot den minister van sociale zaken, mr. M. Slingenberg en diens echtge- noote. Van den heer Sorel zeide de voorzitter, dat deze behalve jurist een bekend literator is, schrijver van verscheidene boeken, waar onder een tooneelstuk, dat veel succes ver wierf. Bovendien redigeert hij een periodiek. Zijn vader is de bekende historicus Albert- Emile Sorel. M. Sorel behandelde allereerst de periode der Fransche revolutie, die aan den Napoleon- tischen tijd voorafging en gaf vervolgens een karakteristiek van de vele hypothesen, die om de komst van Bonaparte zijn opgebouwd. Taine zag hem voor alles als avonturier, an deren weer als idealist. Men zal uit al die stel lingen wel een kern moeten puren en die voe gen bij het feit, dat de omstandigheden het optreden van een figuur als Bonaparte nood zakelijk maakten. M. Sorel heeft het bij zijn bespreking van Napoleon's groei naar de macht niet bij een dorre opsomming van jaartallen en gebeurte- Voor het betere genre Ged. Oude Gracht 78 Tel. 12236 vanaf f15.-tot37.se nissen gelaten. Tusschen zijn historisch over zicht door heeft hij voortdurend den mensch Bonaparte op den voorgrond gezet, dien hij ons uitgebeeld heeft in al zijn markante eigen schappen: lielde voor het werk om het werk zelve, zin voor literatuur, drang naar studie, energiek zonder weerga, hautain soms, zwijg zaam en in zichzelf gekeerd. Maar boven al les was hij: man van de natie. Zijn leermees ters merkten reeds vroeg zijn uitzonderlijke gaven op. „Hij verdient beschermd te worden", was het oordeel aan de krijgsschool te Brienne, maar Bonapart-e wenschte die bescherming niet. In levendigen verteltrant verhaalde M. Sorel van Napoleon's stijgende successen als leger aanvoerder, den veldtocht tegen de Oosten rijkers, de verovering van Egypte, de expedi tie naar Syrië. Toen in 1799 op het vasteland de strijd tegen Frankrijk ontbrandde keerde Napoleon naar zijn land terug waar hij als de nationale held werd binnengehaald. Maar Bonaparte had ondanks zijn tot groote hoogte gestegen macht zijn oude karaktereigenschap pen behouden. Temidden van dat enthousias me stond hij als de zwijgzame, de in zich zelf gekeerde. En hij onttrok zich zoo spoedig mo gelijk aan de huldiging M. Sorel heeft Bonaparte vooral ook zeer fijn geschetst in zijn gevoelsleven, dat culmi neerde in zijn ontzaglijke liefde voor zijn eer ste vrouw Josephine de Beauharnais. Napo leon's sterk ontwikkeld gevoel verklaart o.m. de sympathie, die hij voor Bernardin St. Pierre koesterde, een feit, waarop de heer Sauveur nog eens in het bijzonder de aandacht ves tigde. GYSBERT JAPICX IN DEN JANS SCHOUWBURG. Zaterdagavond 21 Maart zal in den Jans schouwburg door het koor „Frisia", van de Friesche vereeniging „Gysbert Japicx" wor den opgevoerd: Keapman Oark, een operette in drie bedrijven met muziek van Martin Schuil. Directeur van het koor is de heer J. Post. (Adv. Ingez. Med.) GEVONDEN VOORWERPEN EN DIEREN. Handschoenen en ceinturen, Politiebureau Smedestraat, heerenpolshorloge, de Gock, Ma- doerastraat 6, damesarmbandliorloge, Wal raven, Rijksstraatweg 291, hondje, Kennel Fauna, Fr. Varkensmarkt, hondje, Janssens, De Ruijterweg 32rd., knot breikatoen, v. Kleef Gr. Houtstraat 154rd., portemonnaie met in houd, Meijer, Ged. Voldersgracht 13, rijwiel plaatje, Horeman, Gen. Joubertstraat 3rd., Idem Spierings, Ruijsdaelstraat 14rd., idem Staal, Neptunusstr 16rd„ Lipssleutel, v. Vlo ten, rijwielbewaarder Twentschebank, kin- dertasch, Klabau, Aagje Dekenstraat. 4 Voorkomen is beter dan genezen. Zoolang een hek stevig op zijn fundamen ten staat, aai geen jongen het in zijn hoofd halen 't te vernielen. Maar staat het eenmaal wankel en de eigenaar grijpt niet direct in, dan is er alle kans, dat 't tegen den grond gaat! Als een jonge boom niet wordt ge steund. en de jeugd ziet zoo'n boom in den storm heen en weer zwiepen, dan krijgt zij er belangstelling voor en helpt een handje. Die boom wordt dan door vereende kracht van wind en jongenshanden geveld. Maar als naast iederen jongen boom een stevige stutpaal staat die niet eerder wordt verwij derd, of de boom moet sterk genoeg zijn om een krachtigen wind te weerstaan, dan wordt er geen meer vernield! De wankele toe stand van een hek. of het niet steunen van een boom, kunnen dus aanleiding zijn voor baldadigheid. Zeer veel is reeds geschreven over de toe- 'nemende baldadigheid onder de Nederland- sche jeugd. Zelfs is beweerd, dat dit euvel in geen enkel ander land zulke groote afme tingen heeft aangenomen als in ons land. Als we die baldadigheid op den keeper be schouwen, kunnen we direct twee groepen onderscheiden. In de eerste plaats, de opzet telijke vernielzucht van opgeschoten jeugd, die voor haar daden aansprakelijk gesteld kan worden en in de tweede plaats de daden van jongere kinderen, die meer in onnaden kendheid worden bedreven. Voor de bestrij ding van den eersten vorm is een streng po litietoezicht noodzakelijk, met strenge straf fen. Aan de bestrijding van beide vormen en speciaal aan die der tweede groep, kunnen wij echter allen medewerken. Neem de aanleiding weg! Immers, de jeugd handelt dikwijls naar een impuls, een plotselinge ingeving als reactie op hetgeen zij waarneemt. En als het geen zij waarneemt geheel normaal is, is er meestal geen aanleiding voor een handeling en blijft zij achterwege. Als we dus zorgen dat de jeugd geen dingen ziet die haar aanleiding kunnen geven voor baldadigheid, zijn we reeds een flink stuk op den goeden weg. De lijn tusschen beide vormen van balda digheid kan niet scherp worden getrokken, omdat de eerste groep dikwijls de aanleiding geeft aan de tweede. Het onderscheid is ech ter duidelijk, als we voor oogen houden dat de eerste groep doelbewust vandaliseert. ter wijl er bij de tweede groep meer sprake is van navolging van een slecht voorbeeld, of een handeling waarbij niet wordt gedacht aan mogelijke gevolgen. Streng optreden tegen de eerste groep, werkt hierdoor dikwijls preven tief op de tweede. Brandmelders met een handboei? Brandmelders zijn in vele steden een ge liefd onderwerp om baldadigheid te bedrij ven. In onze groote steden rukt de brand weer honderden malen per jaar uit, op balda dige alarmeering. In het buitenland: heeft men geprobeerd het onnoodig uitrukken van de brandweer te voorkomen, door een systeem, waarbij een stalen ring sluit om den pols van dengene die de alarmeering bewerkt. De melder wordt dan gevangen gehouden tot de brandweer verschijnt en hem door middel van een sleu tel verlost. Maar neem nu het geval dat er brand uitbreekt en men zoo'n melder gebruikt dan kan men meteen zelf geen hand meer uitsteken om nog iets te redden! Het zou een veel betere oplossing zijn, om een brand melder een veel voornamer aanzien te geven. Want de jeugd zal niet gauw iets vernielen dat zij werkelijk mooi vindt. Natuurlijk gaat dit met kosten gepaard, maar de kost gaat vóór de baat, en onnoodig uitrukken kost ook veel geld. Zoodra een huis is afgebouwd, heeft het voor de jeugd opgehouden interessant te zijn. Een reeks half-afgebouwde huizen, dat trekt de jeugd aan! En als er dan geen toe zicht is, wordt het een waar dorado. Zij springen op een zwiepende plank, niet om die stuk te maken, maar om de veerende werking. Natuurlijk gaat de plank stuk, maar daar wordt verder niet over nagedacht. Wel gemoed zoeken zij naar nieuwe speelwerk- tuigen, tot ook die gevallen zijn Misschien haalt er één een gat in zijn knie of een scheur in zijn goed, maar dat is gauw vergeten en dan blijven alleen de „brokken" en die zijn voor den bouwer. Voorkomen is beter dan genezen, laat daai-om uw bouwwerk bewaken, ook als er niets te stelen is. Bovendien denkt de jeugd niet na over mogelijke ongelukken die van haar spel het gevolg kunnen zijn en is dus ook uit dat oogpunt bewaking noodzakelijk. Werk zelf mede! Nu de autobezitter. Iemand, die zelf geen garage heeft, moet bij een garagehouder stallen. De meeste menschen stallen him wagen „met volledig onderhoud", voor een zeker bedrag per maand. Nu is in dat vol ledig onderhoud begrepen één groote wasch- beurt op Zaterdag. Onderstel, wielen efi spatborden worden dus eenmaal per week grondig schoon gemaakt, de carrosserie ge- wasschen en zoo noodig met een poetsmid del behandeld. Nu kan men het volgende constateeren; de jeugd, in haar onnadenkendheid, heeft veel meer eerbied voor een schoone en glan zende auto die haar bewondering opwekt, dan voor een vuilen, stoffigen wagen. Zij gaat bij den laatsten eerder over tot bal dadigheid Zij plaatst bij voorkeur haar initialen in een stoffig portier of achterpaneel en schopt tegen de spatborden om te zien of de mod der er af valt. 't Gevolg is een reeks krassen in de lak. die slechts met de grootste moeite zijn te verwijderen. Daarom zou men een maal per week ook nog eens zelf zijn wagen kunnen wasschen. Het onderstel laat men aan den garagehouder endeze heeft 's Za terdags niet zóó'n erg smerige auto. Het wasschen van een wagen is werkelijk zoo'n kunst niet! Een groote spons en eèn goede lan zijn uw materiaal. Het gebruik van veel water is een eerste verelschte. De wagen moet kletsnat worden afgesponst en als op die manier al het vuil is verwijderd, wascht men hem met een uitgeknepen spons na. Daarna wordt de auto gezeemd, te be ginnen met de ruiten. Het resultaat is verrassend en het loont ruimschoots de moeite die men zich er voor geeft. Als een auto er altijd netjes uitziet, krijt men er vanzelf plezier in. En de hoofd zaak is, dat de jeugd bewondering krijgt voor uw auto, en daardoor baldadigheid ach terwege laat. Er zijn ettelijke gevallen op te noemen van schade, ontstaan door jeugdige onbezonnen heid, die met weinig moeite voorkomen had kunnen worden. Veel branden zijn ontstaan door in brand gestoken afvai. Ruim afval op en er is geen kans dat de jeugd er een lucifer bij houdt! Als ledereen zijn voertuig afsluit, kan dat misschien toch gestolen worden door een ge- raffineerden dief, maar de jeugd zal er niet mee uit rijden gaan. Het ingooien van ruiten van leegstaande huizen, kan men voorkomen door een paar oude gordijnen voor de ramen te hangen. Zoo kan men zelf zeer vele voor zorgsmaatregelen nemen. Gelukkig wordt er veel gedaan om de jeugd, die op deze manier alle terrein voor avontuur wordt ontnomen, iets in de plaats te geven. Door openstelling van sportterrei nen en uitbreiding van de gelegenheid voor gratis" of zeer goedkoop zwemmen, het be vorderen van studieclubs en gelegenheid ge ven voor tuinieren en andere handarbeid, kan nog veel gedaan worden. De opvoeders der jeugd, kunnen aan de bestrijding van baldadigheid krachtig mede werken. Er moet niet alleen verboden wor den, maar er moet gewezen worden op de gevaren die er aan verbonden zijn. Iets dat verboden wordt, heeft dikwijls extra beko ring! Door tactisch optreden en wijzen op de gevolgen, zal de jeugd het leelijke en gevaar lijke van baldadigheid begrijpen en daardoor hoogstwaarschijnlijk op rijperen leeftijd niet tot de eerste groep gaan behooren. Als ieder medewerkt, zal aan onze jeugd ook veel leed bespaard worden. P. H. K. Kon zijn arm niet opbeuren. Nu vrij van alle pijn. „Ik kan niet dankbaar genoeg zijn voor het geen Kruschen Salts voor mij gedaan heeft. Ik neem iederen morgen op mijn nuchtere maag de dagelijksche dosis tegen rheumatiek. In mijn werkkring ben ik blootgesteld aan weer en wind, terwijl ik bovendien bijna 20 K.M. per dag moet fietsen. Het was zoo erg, dat ik mijn arm niet meer kon opbeuren mijn beenen deden mij ontzettend pijn als ik een kleine afstand gereden had. Nadat ik vrijwel alles geprobeerd had, en zelfs alle tanden had laten trekken, raadde een vriend mij eens een proef met Kruschen Salts te nemen. In korten tijd verminderden toen de pijnen en heden ten dage blijf ik volkomen gezond door mijn dagelijksche dosis Kruschen Salts." D. G. T. te B. Rheumatische pijnen hangen samen met een overmaat van urinezuur in het bloed. Dit gevaarlijke zuur ontstaat als gistingsproduct van afvalstoffen, die zich in het lichaam hebben opgehoopt. Kruschen Salts nu spoort de afvoerorganen ingewanden, nieren en lever aan tot krachtiger werking, waardoor de afvalstoffen langs de natuurlijke kanalen zacht en volkomen uit het lichaam zullen wor den verwijderd. Het bloed wordt gezuiverd, waardoor de pijnen afnemen om tenslotte geheel te verdwijnen. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en erkende drogisten a 0.90 en 1.60 per flacon, omzetbelasting inbegrepen. Let op, dat op het etiket op de flesch, zoowel als op de buitenverpakkïng, de naam Rowntree Handels Maatschappij, Am- sterdam, voorkomt. (Adv. Ingez. Med.) Boven Zóó kan de jeugd zich zonder gevaar vermaken. Rechts Gevaarlijke onnadenkendheid Haarlemsche Bestuurdersbond Uit het jaarverslag. Aon het jaarverslag van den Haarlemschen Bestuurdersbond ontleenen wij Wij moet dan tot ons leedwezen constatee ren, dat er in het maatschappelijk gebeuren nog niets is verbeterd. Van eenige opleving of teekenen van economisch herstel is geen sprake, wel van steeds grooter wordende werk loosheid. Is het een wonder, dat daarom de vakorga nisaties er niet in leden tal op vooruit zijn ge gaan? Ook onze bestuurdersbond kon er niet in slagen het ledental op te voeren. Er valt in tegendeel eenigen teruggang waar te nemen, hoewel dit verschijnsel niet verontrustend be hoeft te zijn. Immers, bij een zoo groote werk loosheid zal het steeds moeilijker worden dat jeugdige arbeidskrachten tot het bedrijfsleven, worden toegelaten, 't Gevolg hiervan is, dat bij de vakorganisaties minder nieuwe bedrijfs- genooten worden ingeschreven. Daartegenover staat, dat ouderen het bedrijfsleven verlaten, waarvoor geen anderen in de plaats komen. Het jaar 1935 is voor de beweging een merk waardig jaar geweest. Een belangrijke gebeurtenis was in het af- geloopen jaar, de publicatie van het „Plan van den Arbeid". Aan de beweging ontvielen dit jaar te Haar lem twee toegewijde werkers, Molle Eisma en J. Joosten. De 1 Meidag is in alle opzichten geslaagd. Op 6 Juni zou wederom een, demonstratie door Haarlem's straten worden gehouden, naar aanleiding van de bezuinigingsplannen der re geering. Daartoe werd echter de toestemming van den burgemeester niet verleend. In de plaats hiervan werd op den avond van denzelfden dag 'n demonstratieve meeting ge houden in het Veilinggebouw. Den 24en November had een kadervergade ring plaats over het „Plan van den Arbeid" in het Gem. Concertgebouw, welke door nagenoeg alle besturen van Partij en Vakbeweging en verdere instanties werd bijgewoond. Er werden dit jaar gehouden 4 algem. leden- gaderingen en 19 bestuursvergaderingen. De verhouding tot de organisatie en instan ties der beweging liet ook dit jaar niet te wen- schen over. Tevens wordt met voldoening vermeld, dat ook tusschen de Plaatselijke Vakcentrales een zeer goede verstandhouding bestond. Dit manifesteert zich door de voortreffelijke samenwerking bij de verschillende zaken. In de eerste plaats kwam een regeling tot stand, waardoor werklooze leden in de gelegenheid werden gesteld gratis boeken in bruikleen te ontvangen van de Stadsbibliotheek. In de tweede plaats kwam een bevredigende regeling inzake de verstrekking van goedkoope brand stoffen voor de werkloozen. Ten derde werd volledige overeenstemming bereikt inzake de te voeren actie bij het gemeentebestuur tot verkrijging van betere toestanden in de werk verschaffing enz., en tot het verkrijgen van vergoeding voor het vele werk, dat verricht moet worden door de penningmeesters van de organisaties, in verband met de groote werk loosheid. Ook in 1935 werden verschillende adressen door den H.B.B. verzonden. Het aantal aangesloten organisaties bedroeg op 31 December 1935 in totaal 28 met een ge zamenlijk ledental van 7430. De H.B.B. telde op 31 December van het vorige jaar 7645 leden, zoodat een achteruit gang valt te boeken van 215 leden. Uitgetreden uit den H.B.B. zijn de Straat makers Haarlem en Bloemendaal. Van het Districtsbureau voor Arbeidsrecht wordt met voldoening gezegd, dat dit een van de best geoutileerde bureaux op dit gebied in den lande is. Onder de voortreffelijke leiding van Mr. H. O. Drilsma, mag dit bureau zich meer en meer in het vertrouwen van de organisaties en hare leden verheugen. De financieele positie van het gebouw De Centrale baart nog steeds veel zorg. De aller noodzakelijkste onderhoudswerken kunnen ter nauwernood verricht worden, omdat de in komsten zulks niet gedoogen. Tenslotte wordt een woord van hartelijken dank gebracht aan het Centraal Comité voor werkloozen „Naast materieele zorg. mag toch niet verwaarloosd worden de zorg tegen de geestelijke en moreele inzinking van de werk looze arbeiders". GROENTEMARKT Haarlem, 11 Maart 1936. Lof f 0.09—0.16 per K.G, Knakpeen f 0.16—0.18 per K.G. Veldsla f 0.16—0.30 per K.G. Spruiten f 2 503 per zak Sla f 0.400.90 per kist Andijvie f 0.750.90 per kist. Boerekool f 1.001.25 per kist Gelekool f 0.600.75 per kist Spinazie f 0.901.10 per kist Rxiodekool f 0.120.22 per stuk Knolselderie f 0 05—0.10 per stuk Raapstelen f 0.75—0.80 per kist Pieterselie f 0.07—0.20 per bos Selderie f 0.020.10 per bos Prei I 0.03—0.10 per bos

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 10