DE GOUDEN BRUG.
De Amerikaan Person van de World Power Conferentie De sluis bij de „Waarbeek" in het nieuwe kanaalpand Hengelo-Enschede van het Twente- H. M. de Koningin bracht Vrijdag een bezoek aan de Jaarbeurs te Utrecht,
tijdens zijn voordracht welke hij Vrijdag voor het Konink- Rijnkanaal wordt binnenkort in gebruik gesteld Een foto tijden, de rondgang
lijk Instituut van Ingenieurs te Amsterdam hield
Haring-trekken bij den Helder. Gedurende enkele weken
hebben de visschers handenvol werk. De buit wordt
binnengehaald
Vorstelijke belangstelling voor de Jaarbeurs te Utrecht. - H. M. de Koningin bij de
Haar bezoek aan de Jaarbeurs
De eerste parade
der Duitsche troe
pen, welke Don
derdag teCoblenz
werd gehouden
als gevolg der be
zetting van het
Rijngebied
De Japansche premier Okada brengt
zijn stem uit bij de verkiezingen, welke
in Januari plaats hadden
bezichtiging van een der exposities tijdens
FEUILLETON
SOMAN VAN HANNO PLESSEN.
(Nadruk verboden)
J6)
München, 28 Dec. 1935.
Beste Sylvester!
Je brief heb ik ontvangen en na al
het verdriet, dat je mij reeds bereid hebt,
was dit wel een bijzonder prettige Kerst
verrassing. Helaas kon ik je niet omgaand
antwoorden, zooals je verlangde, omdat ik
een en ander toch eerst eens kalm moest
overdenken. Nu echter wil ik je m'n be
sluit meedeelen en het is me, bij al m'n
ellende, een voldoening te weten, dat je
dezen brief moet lezen en niet eenvoudig
weg kunt loopen, zooals anders, als ik je
wat zei, dat je niet aanstond. Misschien
plaagt je geweten je toch wel een beetje.
Eerst laat je me maandenlang je levens
onderhoud betalen en als ik het met m'n
werk, zelfs als ik nachten achtereen achter
de machine blijf zitten, niet kan bolwerken,
zie je er zelfs niet tegen op een beroep te
doen op m'n spaarduitjes. Je schijnt ver
geten te zijn, dat je me beloofd hebt mij
alles te zullen teruggeven, als je je Schlager
aan Rivoli zou hebben verkocht. Ik heb al
tijd gedacht, dat je het eerlijk meende en
het was me ook bekend, dat je met de
muziek veel geld kunt verdienen. Dat heeft
de boekhandelaar Goll van den overkant
mij ook steeds voorgehouden en daarom
heb ik hem voor het verstellen van zijn
waschgoed altijd maar weinig in rekening
gebracht. Hij was tenslotte de eenige, die
begreep, waarom ik dat alles voor je deed
en meer dan eens heeft hij het over mijn
moederlijkheid gehad, waarbij hij dan op
merkte, dat ook eenvoudige menschen
vaak geroepen worden geheel onzelfzuchtig
een genie te ondersteunen en zoo. Ik heb
er nooit iets op geantwoord en alleen maar
bij mijzelf gedacht hoe verbaasd hij zou zijn
als wij samen zouden trouwen, zooals je me
steeds beloofd hebt. Dan zou het mij im
mers ook goed gaan en geloof me dan zou
ik weer jong zijn geworden. Die paar jaar,
welke ik ouder ben dan jij, zou niemand
me hebben aangezien. Maar dat is nu alles
een illusie gebleven. Door je mooie praatjes
en beloften ben je er maar al te goed in
geslaagd van m'n goedgeloovigheid en liefde
te profiteeren. En toen je het geld van
Rivoli hebt ontvangen, heb je mij er geen
cent van gegeven, ja, je hebt er zelfs geen
woord over gesproken. Eerst achteraf ben ik
alles te weten gekomen, maar toen was het
te laat, want intusschen had je kans ge
zien je met al je hebben en houden uit de
voeten te maken. Dat noem ik een ten
hemel schreiende ondankbaarheid. Of
dacht je met je kaart uit Innsbruck van
15 dezer eenvoudig van alles af te zijn?
Zooals je schrijft moest je naar de bergen,
rust en verstrooiing zoeken om weer mensch
te worden, omdat je het in het kleinburger
lijke milieu niet langer uithield. Maar dan
vergis je je toch. Ik laat me door jou niet
langer voor den gek houden. Nu, nu je
voor de zooveelste maal weer eens in de
knoei zit, herinner je je plotseling mijn
bestaan; denk je, dat ik je zal helpen, om
dat je in dat sjieke hotel en dat deftige
gezelschap, waarin je schijnt te verkeeren,
bent vastgeloopen. Je zweert, dat het de
laatste maal zal zijn en dat je anders zult
worden. Ik moet je de blamage besparen
tegenover die barones von Geitler-Hattorff,
die een deftige, oude dame is en die je door
haar invloedrijke relaties bij je verdere
loopbaan behulpzaam zal zijn. Beste Syl
vester, die verhaaltjes ken ik nu wel lang
zamerhand en daar loop ik niet meer in.
Je hebt al gaa.k bedrogen. Ik geloof
je niet meer. Nu is het uit. Je moet nu maar
eens probeeren op een andere manier aan
geld te komen. En als je dat lukt, betaal
dan eerst eens je schulden in het klein
burgerlijk milieu in München aan de Kerk
pleinstraat no. 16, waar ik me voor jou ge
ruïneerd heb, vóór je ander slachtoffer
vond en de fijne meneer uithing bij baro
nessen en andere menschen van adel.
Met dezen wensch verblijf ik,
EMMA KOCH,
P.S.
Zooeven was de boekhandelaar Goll hier,
die medelijden bleek te hebben en me mee
deelde, dat hij een baantje voor je heeft.
Een kennis van hem opent dezer dagen een
nieuw bierrestaurant aan het Mariahilf-
plein en zoekt een pianist voor 's avonds
van 8 tot het sluitingsuur. Loon 6 mark per
dag en avondeten met bier, wat me werke
lijk heel behoorlijk lijkt. Tramgeld heb je
niet noodig, omdat het vlak in de buurt is.
Dat dunkt me een kans, waarmee nog alles
is goed te maken. Op den duur zul je zeker
meer verdienen en wie weet, word je dan
nog eens dirigent van een goed strijkje. In
ieder geval zouden wij den eersten tijd
gemakkelijk rond komen, zonder dat we
mijn allerlaatste spaarduitjes zouden be
hoeven aan te breken. Ik heb nu ook weer
nieuwe klanten gekregen door mevrouw
Hahnel. Daar verdien ik drie maal zooveel
als dat ik voor de confectiezaken naai.
Wees nu eens verstandig en niet eigenwijs.
Schrijf me per omgaande, dan stuur ik je
het reisgeld derde klas van Innsbruck naar
München, maar voor je nobele avonturen
in Igls betaal ik geen cent. Geef den eige
naar van het hotel je mooie koffers en
pakken maar, die je hier toch niet noodig
hebt. Tot Innsbruck kan je gaan loopen,
Zoo ongemerkt als je uit München bent
verdwenen, zal je het uit Igls ook wel kun
nen. gat a! die deftige menschen denken,
laat me koud. Maar ik wil het dan toch nog
één keer met je probeeren, omdat ik je
lief heb, zoo slecht als je ook voor me bent
geweest.
Ik verwacht je antwoord met ongeduld.
Je EMMA.
Slechts een paar minuten heeft Johanna
noodig gehad om dezen brief te lezen. In die
enkele minuten echter is een wereld in haar
ineen gestort. Een rechtlijnige wereld van
goed en kwaad, een wereld, waarin slechts
zwart en wit zijn, die geen schakeeringen kent,
geen middenweg en geen compromis. Bij alle
verstand en alle ervaring, bij alle tolerantie
van denken en oordeelen als modern mensch
van onzen moeilijken en aan problemen zoo
rijken tijd, bezit Barones Geitler-Hattorf
nochtans slecht een theoretische levenskennis.
Met haar gebrek aan pratische ervaring ont
breekt haar het vermogen zich in noodtoe
standen in te leven, welke door hun benau
wende constellatie niet zoo zonder meer zijn
op te heffen. Zij weet niets van situaties, die
elk voor zichzelf en van binnen uit beoordeeld
moeten worden en zelfs haar liefde vermag
hier geen vergelijk treffen, geen brug te slaan
over den afgrond, welke zich hier zoo ver
bijsterend heeft geopenbaard.
Als een centenaarslast drukken de pulnhoo-
pen van deze, zoo plotseling verwoeste wereld
haar op het hart. Dat hart, dat de onloochen
bare beteekenis van dezen brief zoo diep heeft
getroffen.
Nog verdoofd door de kracht van den toe-
gebrachten slag blijft Johanna onbeweeglijk
en dof voor zich uitstarend zitten, tot zij plot
seling uit het gegons van stemmen in de ge
lagkamer beneden die van Sylvester Vonberg
hoort:
„Halloaannemennog een cognac.
Dan staat zij op, traag en stijf. Het is,
of zij door onzichtbare draden omhoog wordt
getrokken. Haar gelaat is ingevallen. In de
donker omschaduwdc oogen brandt de ver
beten smart van dit uur, welke een harde trek
om den jongen mond heeft gegraven. Een
oogenblik strijdt Johanna met gevouwen han
den tegen dit verdriet, eenigen minuten lang
heeft ze noodig om de verraderlijke trilling
om haar mondhoeken meester te worden,
maar tenslotte weet zij de verleiding om zich
ten volle aan haar diepe smart over te geven,
te weerstaan. Dank zij de sinds haar kinds
heid beoefende zelfbeheersching, weet zij zich
althans in zooverre te herstellen, dat het haar
mogelijk wordt kalm te overleggen ente
handelen.
De wensch om den man, die van dit alles
oorzaak is, niet meer te ontmoeten, vormt
daarbij het leidend motief, want het is Jo
hanna onmogelijk hem ter verantwoording te
roepen en daarbij zijn leugens en verraad ter
sprake te brengen. Weg, wil ze, Weg, zoo spoe
dig mogelijk! En daarbij handelen! Verzetten
wil ze zich tegen den vreeselijken slag die
haar is toegebracht. In deze richting werken
de gedachten van het meisje, aanvankelijk
koortsachtig, al spoedig echter exact
Op de ronde tafel voor de canapé ligt naast
een menu en een inktpot, een pennemes. Daar
mee tornt Johanna een naad open van haar
skijumper, waarin zij, om op alle eventuali
teiten. waarmee bij groote bergtochten steeds
rekening dient te worden gehouden, te zijn
voorbereid, een paar bankbiljetten heeft in
genaaid. Die heeft ze noodig, nu zij Sylvester
Vonberg de beschikking heeft gegeven over
haar portemonnaie. Daarna verlaat ze zachtjes
het vertrek en buigt zich over de trapleuning.
Zij behoeft niet lang te wachten. Reeds na
enkele minuten ziet zij, hoe de kelnerin de ge
lagkamer verlaat om zich door de gang naar
de achter gelegen keuken te begeven. Met ge
dempte stem roept zij het meisje en wenkt
het naar boven te komen.
„Kan ik naar Igls telefoneeren?
„Welzeker
„Maar ik zou graag alleendat wil
zeggen, zonder dat
.(Wordt vervolg#)]