vrou 125 v. Amerongen DE VROUW IN DE XXe EEUW. KOST Vooreen partijtje. DONDERDAG 19 MAART 1936 HAARLEM'S DAGBLAD Nr. 622 B: keurige vierbaansrok van ruige wollen stof. Benoodigd materiaal: 2 maal de hoogte van 130 cm. breedte stof. Prijs van het patroon: 25 ets. per stuk. Nr. 622 C: eenvoudige aangesloten drie kwart lange mantel van hetzelfde materiaal van de rok. De bontgarneering kan men naar smaak wel of niet weglaten. Benoodigd ma teriaal: 3 meter van 130 cm. breedte. Prijs van het patroon 25 ets. per stuk. Deze patronen zijn in bovenstaande maten tegen den vermelden prijs te verkrijgen bij het bureau van dit blad, plus 6 ets. porto kosten. Den lezeressen wordt vriendelijk verzocht bij bestelling duidelijk het verlangde nummer en ook de gewenschte maat op te geven. Ge lieve verder naam en adres zoo volledig en nauwkeurig mogelijk te vermelden; men voor komt daardoor onnoodige vertraging in de op zending. DEENSCHE VLA. Laat sunmaid rozijnen langzaam gaar en gezwollen worden in bessensap met water, een citroenschilletje, een stukje pijpkaneel en suiker. Bind dit met wat aangemengde sago. en giet de saus in een glazen schaal, waarover heen een custard- of vanillavla wordt opgediend. Indisch Vrouwen Jaarboek 1936. Een Indisch Vrouwen Jaarboek 1936 is ver schenen! Ze zijn bwonderenswaardig de vrouwen in onzen Oost, die, ondanks, of mis schien juist door de crisis voortdurend aan het werk zijn, om de Indische maatschappij te helpen en te vei'beteren, er den moed in te houden en samen te werken voor mate rieel welzijn en voor het behoud en uitbrei ding der geestelijke goederen. Is het, omdat men in Indië, waar men meer gewend is elkaar bij te staan in allen nood, zich meer saamhoorig gevoelt dan in het Westen? Is het. omdat de vrouw in Indië, in de noodza kelijkheid steeds een weg te zoeken uit aller lei moeilijkheden, welke men in het moeder land kan oplossen met den steun van fami lie of naaste vrienden, toch onafhankelijker, zelfstandiger is geworden dan zij. die altijd dicht bij honk bleven? Het treft telkens weer. wat men in korten tijd in Indië aandurfde. In 1931 werd de eerste Huisvrouwenvereeni- ging opgericht, thans zijn er reeds 12 huis- vrouwenvereenigingen met te zamen 6000 leden. En men is verrast door wat ze bereik ten en door de flinke vrouwenbladen, welke ze uitgeven. En alsof dit nog niet voldoende was, werd in 1931, een paar maanden later dan de eerste Huisvrouwenvereeniging de Vrouwenorganisatie van het Indo-Europeesch Verbond gesticht, met dezelfde doelstelling als dit Verbond, met dien verstande, dat de vrouwen zich uitsluitend op sociaal gebied zullen bewegen. De geschiedenis, de arbeid en het streven van de bovengenoemde ver- eenigingen worden uitvoerig behandeld in het Indische Vrouwen Jaarboek 1936, dat werd samengesteld door M. A. E. van Lith- van Schreven en J. H. Hooykaas-van Leeu wen Boomkamp, en gedrukt bij Kolff-Buning te Jogjakarta. Een degelijke uitgave, waar aan velen hun medewerking hebben ge schonken, en welke wordt ingeleid met eeni- ge regelen: ..Ter geleide" door de echtgenoo- te van den Gouverneur-Generaal, mevrouw A. C. de Jonge-baronesse van Wassenaer, die opmerkt. „Zoo ooit dan heeft de vrouw in de tegenwoordige moeilijke omstandigheden een eigen en be.teekenisvolle taak, niet het minst in deze gewesten". En in haar woord vooraf wordt ons reeds door een der redactrices een nieuw Jaarboek voor 1937 beloofd. Aan energie dus geen ge brek. Het eerste artikel over de Indo-Euro- peesche Vrouwenorganisatie is van niemand minder dan van het eerste vrouwelijk lid in den Volksraad, mevrouw C. H. Razoux Schultz-Metzer en we zouden gaarne veel er uit overnemen, als we niet lazen op het titel blad: „Nadruk verboden", en als er niet ge vaar dreigde, dat we op deze wijze te kort zouden doen aan de andere interessante ar tikelen op velerlei gebied, welke zoo syste matisch ingedeeld, te zamen zulk een uit muntend beeld geven van wat er leeft in ons Indië en eerbied afdwingen voor de wijze, waarop daar de vrouwen. Nederlandsche zoo wel als inheemsche en Chineesche bezig zijn zich te emancipeeren in den goeden zin van het woord, in het belang van de Indische maatschappij en ook van het Moederland, dat slechts kan profiteeren van dit streven van ondernemende vrouwen om met en naast haar man en op haar eigen wijze, samen werkend met de overheid, Indië te saneeren op eik gebied dat daarvoor in aanmerking komt. De samenstelsters van het werk betreuren het zelf, dat zij nog niet voor alle artikelen vrouwen hebben kunnen vinden, om voor lichting te geven, maar wij meenen, dat zij reeds veel hebben bereikt door dit werk op deze wijze te verwezenlijken en wijzen er dan op, dat respectievelijk Indië wordt be handeld uit maatschappelijk, cultureel, hy giënisch, paedagogisch en huishoudelijk oog punt, terwijl als dessert eenige teekenende schetsen en indrukken zijn opgenomen, die het beeld voltooien van de tropische samen leving en de gevoelens, die daar mensch en kind vervullen. Van de veertig medewerkers zijn er in elk geval 25 vrouwen, zoodat dezen toch verre in de meerderheid zijn. We zullen ze hier niet allen noemen en kunnen even min de titels van alle artikelen, laat staan den korten inhoud weergeven, maar we achten de keuze wat er in beknopien vorm in de 50 bijdragen is geboden, zeer gelukkig. Naast het maatschappelijk werk van de Europeesch en indo-Europeesche vrouwen is afzonderlijk beschreven dat van de inheem sche Vrouwenvereenigingen en de Indo-Chi- neesche vrouw, terwijl wat N. Kosters vertelt van de Opleiding der Vrouw voor Socialen Arbeid op de Opleidingsschool voor Maat schappelijk werk te Soerabaja ons buitenge woon belangrijk voorkomt, omdat we den indruk kregen, dat hier de vooruitzichten van de maatschappelijke werksters veel gun stiger zijn dan die van de meisjes die zich in Nederland aan maatschappelijk werk wijden. De school werd in 1933 opgericht en heeft een 3-jarigen cursus, alsnog kan dus niet over de resultaten worden geoordeeld maar daar het Ned. Indisch Genootschap achter deze opleiding staat, schijnen de kansen van plaatsing voor de leerlingen gunstiger dan die van de meisjes, die de scholen voor maat schappelijk werk in Nederland bezoeken. On der de afdeeling maatschappelijk werk, is uit informatorisch oogpunt o.l. mede van belang wat over De alleenstaande vrouw m Indië wordt geschreven door H. van der Spek van Santen, terwijl onderwerpen als Te- gengang van Kinderhuwelijken, de B.B. vrouw in de Buitengewesten. Huishoudonder- wijs voor het dessameisje, Kolonistenvrouw in Nieuw-Guinea alle het 'licht werpen op de behoeften van de vrouw in Indië en op hetgeen daar wordt gedaan voor een geluk kiger maatschappij en verbetering van het iot der vrouw. Op cultureel gebied is in het bijzonder veel aandacht geschonken aan de kunst, waarbij de mooie kunstnijverheid van Indië niet is vergeten. Op hygiënisch gebied zijn uit den aard de tropische ziekten en het besmettingsgevaar speciaal onder oogen ge zien, terwijl toch ook in een artikel De vrouw en de sport het nut van de lichamelijke op voeding voidoer.de tot zijn recht komt. Bij de paedagogische afdeeling zijn vooral de vraagstukken welke in Indië van belang zijn toegelicht, waarbij ook de tragische quaestie: Zullen we onze kinderen naar Holland zen den tegelijk subjectief als objectief wordt be handeld. Bij het huishoudelijk gebied we moeten ons bepalen tot grepen komen zoowel de bezuiniging als normalisatie en de wenschelijkheid van een warenwet aan de orde Wezenlijk zelfs om in beknopten vorm een samenvatting van den inhoud te geven, zou den we plaats te kort komen. We kunnen de lezing slechts aanbevelen aan allen, die be langstellen in Indië. in het bijzonder om den levensmoed die uit elke bKdzv'de spreekt en die een beschamend voorbeeld is voor de klagers in eigen land. EMMY J. B. Kast no. 2 wordt door een paar planken in vakken verdeeld, terwijl aan den kant een lange, smalle nis opengelaten wordt (zie illustratie) om bezems in te plaatsen. Op de planken zet u het overige huisraad: emmers, afwaschteiitje, borden, dekschalen, vorken- en messenbak, enz. Ideaai is het natuurlijk, wan neer er ook nog een waterkraan met wasch- bak aanwezig is. Tegen etenstijd opent u de deuren en kookt naar hartelust, terwijl u het raam openzet om de etensiucht weg ie laten trekken. Wan neer u klaar bent, gaan de deuren weer dicht, u zet u aan tafel en niemand zou zeggen, dat er zich een keuken in de kamer bevindt waar in toch heusch zoo juist gekookt werd, zoo keurig is alles verborgen tn tegelijk zoo prac- tisch dichtbij; geen heen en weergeren, geen gebel voor het volgenoe gerecht, dat te lang op zich laat wachten. Het spreekt vanzelf, dat een dergelijke eet kamer-keuken aileen geschikt is óf voor één persoon, óf voor twee personen, die samen wonen; echter niet voor een heel gezin. Maar voor de eersteenoemden zal deze inrichting dan ook van veel nut biijken te zijn. A. S. Groentenragout. Schil 8 groote aardappelen, snijd ze in blokjes en kook ze gaar. Snijd een biet eveneens in blokjes, bene vens een pond aopelen. Maak een pitUge -aus van boter, blcem, bouillon van hofjes en peterselie, stoof hierin voorzichtig de I aardappelen en de groenten en maak de ra gout op smaak af met Maggi Aroma. Ons Wekelijksch Knippatroon. Dit bijzonder mooie voorjaarscomplet, be staande uit rok, blouse en driekwart lange mantel, is in drie verschillende maten te ver krijgen en wel de volgende: Maat 1: bovenwijdte 100 cm.; taillewijdte 82 cm.; heupwijdte 104 cm. Maat 3: bovenwijdte 107 om.; taillewijdte 90 cm.; heupwijdte 114 cm. Maat 5; bovehwij'dte 112 cm.; taillewijdte 96 cm.; heupwijdte 120 cm. Nr. 622 A: bijzonder aardige blouse van diagonaal gestreepte zijde. De klokkend val lende jabot en het opgestikte puntige stuk ma ken de blouse zeer elegant. Benoodigd materiaal: 2.50 meter zijde van 90 centimeter breedte. Prijs van het patroon 25 ets. per stuk, HET MENU VOOR DE HEELE WEEK ZONDAG: groentesoep; roastbeeef, snijboonen (bus), gekookte aard appelen; appelmoes met slagroom. MAANDAG carbonadën, savoye kool, gekookte aardappe len; fruit. DINSDAG: kalfslappen, gedr. appelen, gekookte aard appelen; vanillepudding niet bessensap. WOENSDAG gehakt, groentenragout, gebakken aardappe: len; rijstrand mét abrikozen: DONDERDAG rolpens, roode kool, gekookte aardappelen; citroenvla. VRIJDAG: gestoofde schelvisch, botersaus, gekookte aard appelen; beschuit met appelmoes ën vanillesaus. ZATERDAG: bruine-boonensoep; pannekoekjes met jam. Appelmoes met slagroom. Maak appelmoes van 3 pond goudreinet- ten, wrijf ze door een haren zeef en vermeng ze met een deel van de suiker. Roer de rest van de suiker met een eidooier tot het schui mig is, voeg er met ..pels tegelijk en steeds roerende de warme appelmoes bij en laat dit koud worden in een glazen kom. Gar neer de appelmoes door er' stijf geslagen room met een eiwit overheen te spuiten. in alle mode kleuren DAMES HOEDEN MAGAZIJNEN Anegang 24, Frankestraat 35 (Adv. Ingez. Med.) WERKEN VOOR DEN VREDE. EEN EETKAMER KEUKEN. Soms zien we een héél kiein wereldje, soms zien we in één mensch wat zich afspeelt in wereld en menschheid. We hebben soms maar eens even een eerlijken blik in ons zeif te werpen, ons rekenschap te geven van al het zegenstrijdige dat daar leeft om iets beter ze begrijpen, waarom „de wereld toch nooit verder komt!" Neem als voorbeeld deze vrouw en moeder, die 's middags vergadering zal hebben van een Vrouwen-Vredesbeweging. Ze is daar voorzit ster. moet zich dus op een en ander voorbe reiden. Ze had dat eigenlijk allang moeten ioen, maar is er nog niet toe kunnen komen. Wat heel begrijpelijk is. Maar nu moet alles gauw gauw. Dat Jantje nu net zoo lastig is en Mieke met een lichte griep thuis moet blijven van school! En Geertje weet vanmorgen juist niets alleen te vinden, komt telkens vragen, wil we ten welke boodschappen er zijn moeten. Voor haar schrijf bureautje zit moeder. Met groote letters staat er „Vrede" op het witte papier voor haar. Een korte toespraak. Vrede. Begin er mee in je eigen hart, in je eigen ge zin. Vrede is een gezindheid. Vrede is Daar gilt Jantje weer. Waarom? Om niets, zoomaar" omdat hij zich verveelt, 't Lijkt wel of hij het merkt, dat ze het zoo druk heeft. Vervelende jongen! Ze schudt hem eens door elkaar. Hij gilt nog harder. „Geweld zal nooit iets goeds uitrichten", schrijft ze verder. Maar ze kan haar gedachten niet bepalen bij wat ze schrijft. Ze maakt zich woedend op Jantje, ze zou hem wel een pak slaag willen geven. Want hoe komt ze klaar op deze manier? En daar roept Mieke ook nog. Hè, ze heeft aan Mieke gezegd, dat ze werken moest-, die begrijpt dat best. „Nou moeder niet plagen!" roept ze terug. „Het wantrouwen is een van de voornaamste oorzaken van oorlog". Dat is ook een punt waarover ze wat zeggen wil. „Ik piaag je niet, moeder!" roept Mieke nij dig terug, „er brandt wat aan in de keuken! Moeder vliegt .op. Waar is Geertje dan? O. .ja, die is even wegegaan. En er stond melk voor koffie opja, alsjeblieft: overgekookt en aangebrand. Wat een smeerboel. NouL dat moet maar blijven liggen tot Geertje komt Even is het nu stil. Jantje heeft wat ge vonden om mee te spelen, Mieke kijkt plaatjes. „Eén ding is er", schrijft moeder, „dat we brooanoodig hebben. Dat is verdraagzaamheid, de wii elkaar te begrijpen. In één woord: liefde tot den naaste." Daar is Geertje terug. „Mevrouwbe gint. ze. „Laat me in vredesnaam met rust", snauwt mevrouw tegen de niets kwaads vermoedende Geertje. „Ruim den boel in de keuken op en vertoon je voorloopig niet meer!" Ja, moeder moet in „vredesnaam" met. rust gelaten worden. In naam van den vrede is ze prikkelbaar, wantrouwend en onredelijk. Van middag zal ze spreken en ze zal ongetwijfeld meenen wat ze zegt. Maar hoe ziet de prak tijk er uit? Er zijn veel mensehen die gelooven, dat oor log voortkomt uit het kapitalistische stelsel, gemaakt wordt door'wapenfabrikanten en hun aandeelhouders. Voor een deer is dat natuur lijk waar. Maar óók waar is het dat geen wapenfabrikant iets zou kunnen uitrichten in een wereld waarin de mensch doortrokken zou zijn van vrede. Dat zijn we geen van allen. En zoolang we dat niet zijn en er niet doel bewust naar streven, zoolang we onze vrede lievende theorie zoo weinig in praktijk om zetten, komt er van den vrede men ziet het al in het huisgezin heelt weinig terecht. En zoo gaat het precies in het groote huis gezin dat wereld heet. Aan ons alien de schuld als het „maar niet verder komt." BEP OTTEN. In pension te moeten wonen en alles naar behooren opgeciischt te krijgen heeft natuur lijk zijn voordeelen, maar hoeveel vrouwen en meisjes verlangen er niet naai', zelf een beetje te kokkerellen? En hoeveel jonggetrouwde vrouwen die niet te veei huishoudgeld te ..ver brassen" hebben en op kamers moeten wonen, wenschen niet vurig heel spoedig zelfstandig te zijn en baas te kunnen spelèn in hun eigen keukendomein. in plaats van het brouwsel, be reid in pensionkeukens, of door een of anderen kok. dag in dag uit voorgezet te krijgen? Maar ja, er is immers slechts één eet-zit- kamer ter beschikking, het. huis is niet te groot, en waar zouden we alle potjes en pan nen, die in een keuken nu eenmaal thuis hooren. al is hij nog zoo klein, neer moeten zetten? Want een kamer, gegarneerd met eenige gasstellen, waarop dan tegen etenstijd de diverse pannen staan te borrelen is ook niet al te gezellig! We brengen u dezen keer iets, dat een ware oplossing is voor kiein-behuisden, die toch absoluut huishoudelijke talenten in zich be speuren. Met niet te veel kosten is het te fa- briceeren, en dan, het is toch zeker wel de moeite waard, zelf uw eigen klein keukentje te hebben, vlak bij de hand, terwijl het u het pension of eten-van-den-kok bovendien uit spaart. Rekent u maar eens uit, op hoeveel u dat komt in het jaar, dan biedt het volgende niet alleen op financieel, maar ook op ander gebied een groot voordeel. En het is zoo een voudig. Eigenaardige cadeaux. Toen keizer Karei V indertijd Nijmegen bezocht gaven hem de Nijmegenaars 5 verguld zilveren bekers, 5 vette ossen en 5"okshoofden Rijnwijn cadeau. U hebt natuurlijk wel den een of anderen timmerman, die voor u werkt. U laat hem nu een tussc-henschot maken, dat zoo lang is als de breedte van de kamer. 80 c.M. van den koristen wand af; wanneer rie kamer modern is, dus niet te hoog, kan dit tusschenschot tot het plafond reiken. Het wordt dan van binnen door een zijschotje, loodrecht op het groote schot in een grooteve en een kleinere ruimte verdeeld. In het schot worden deuren uitge zaagd, een dubbele, die toegang geeft tot de groote ruimte en een enkele deur voor de smallere afdeeling; u laat het van buiten beschilderen of behangen in de kleur van de kamer (dat werkje kunt u desnoods zelf doen), van binnen wordt het schot gelakt; wit lilkt ons het meest frisch. In de groote kast zet u, als u zich die weelde kunt veroorloven een gasfornuisje, natuurlijk is een electrisch nog fraaier, of anders een paar gasstellen, die op wordt een iets smallere tweede plank gemaakt, staan, in den vorm van een aanrecht dus. Deze plank bekleedt u met zeildoek; hieronder wordt een iets mallere tweede plank gemaakt, zoodat daar ruimte genoeg ontstaat, om pan nen e.d. weg te zetten, die door middel van een gordijntje aan het oog ontrokken worden. Aan een paar spijkers in den muur erboven hangt u vervolgens een rek met keukenlepels, krui- densteiletje en koekepannen op. Nr. 1: jeugdig danskleedje van lichtblauwe zijden cloqué. Halsgedeelte en mouwen zijn soepel gedrapeerd. De rok is nauw aangeslo ten en valt op den voet. De niet te breede ceintuur is eveneens gedrapeerd. Nr. 2: bij den zwarten taf zij den rok wordt een blouse gedragen van gele chiffon. De blouse is rijk versierd met smockwerk. Nr. 3: avondrok van wijnroode zijden cloqué. De blouse is van crèmekleurige crêpe georgette, met lange mouwen en een gedrapeerd halsge deelte. Het geheel vormt een alleraardigst schouwburgtoiietje voor jonge-melsjes. Nr. 4: elegante chemisè-enveloppe, zeer ge schikt om onder avondkieeding te dragen. Het kleedingstuk is vervaardigd van waschzijde en gegarneerd met kant in een afstekende kleur. Nr. 5: een bijzonder mooie middagjapon van bedrukte zijden stof. De mouwen zijn in raglanvorm ingezet en vallen zeer wijd op de pols. Interessant is de halsoplossing. De japon heeft geen ceintuur; maar is in de taille eenigszins gedrapeerd. Nr. 6: ochtendjas van blauw satijn. De shawikraag, manchetten en de gestikte cein tuur zijn van donkerblauw fluweel. Ook de knoopen zijn donkerblauw. Nr. 7: onderjurk van pastelkleurige char- meuse. De onderjurk is nauw aansluitend. Een breede kanten pas sluit den bovenkant af. De schouderband]es zijn zeer smal.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 7