yaatjaat Wig
Complete Meubileering
BJyLieht
LA ARGENTINA.
kloosterhuis
RADIO MOORS N.v.
ZATERDAG 21 MAART 1936
HAAEEEM'S DAGBE'AD
7
ulliliiiiHBissnsilliliiiiili l it. li lï'i.
Rembrandt Theater:
„Maddalena" met Martha Eggert.
Martha Eggert vervult de hoofdrol
in de film „Maddalena".
Het eeuwfeest ter nagedachtenis aan den
grooten Italiaanschen componist Vincenzo
Bellini is voor de Amerikaansche filmindus
trie aanleiding geweest tot de vervaardiging
van een film, die een aangrijpende liefdes
episode uit het leven van den meester in
beeld brengt. Maddalena is de dochter van
een vooraanstaand functionaris uit het toen
malige Italië en zij verschijnt op Bellini's
levenspad op het oogenblik, dat hij aan het
begin van zijn roemrijke carrière staat. Zij
is zijn eerste ware inspiratie en zij blijft zijn
inspiratie voor zijn volgende composities,
ondanks het feit dat het tot een scheiding
komt tusschen deze beide fijne karakters.
Zoo sterk is Bellini's eerste liefde aan zijn
scheppingen verbonden, dat hij met een mis
lukt stuk voor den dag komt, wanneer hij
zich met geweld aan haar herinnering heeft
onttrokken. Dit is het oogenblik, waarop
Maddalena ten koste van zichzelf voor Bel
lini in de bres springt len zijn carrière redt.
De romance eindigt in een slot, dat wel sterk
afwijkt van het traditioneele „happy end".
Het is te begrijpen, dat muziek en zang
een voornaam deel van de film opeischen.
Bellini's prachtige composities loopen door
het geheele stuk heen, soms met het karak
teristieke Italiaamsche natuurschoon op den
achtergrond, soms te midden van een dicht-
bezette schouwburgzaal en altijd voortreffe
lijk weergegeven.
Martha Eggert, die een aardig mondje En-
gelsch spreekt, vervult de rol van Madda
lena, eeen rol. die haar goed ligt. Bovendien
krijgt zij ruimschoots gelegenheid haar fraai
sopraangeiuid te doen hooren. In Philip
Holmes heeft zij een uitstekend partner. Hij
is in zijn vertolking van Vincenzo Bellini een
waarlijk artistieke figuur, waarin de droo-
merige aard van den kunstenaar besloten
ligt. Het spel van dit tweetal vormt te zamen
met het muzikale en vocale deel, de entou
rage en de boeiende inhoud een geheel, dat
de belangstelling ten volle waard is.
In het voorprogramma vertoont Rembrandt
een uitgebreide serie film nieuws uit binnen-
en buitenland.
Schaefer's Lilliputterstroep.
Als variéténummer ditmaal het heroptre
den van Schaefer's Lilliputterstroep, het
kwieke ensemble miniatuurai-tisten, dat on
der leiding staat van den Egyptenaar Abdul
Asis Solimann. Al bestaat het gezelschap ook
uit vertegenwoordigers van vele nationalitei
ten, de „Einheiblichkeit" heeft daar niet in
het minst onder geleden. De Lilliputters ko
men voor den dag met een programma, dat
zich kenmerkt door uitstekende prestaties op
verschillend gebied en dat dan ook bij het
publiek zeer in den smaak valt. Wij noemen
de vermakelijke stukjes wielrijkunst, de dan
sen en de frappante athletische verrichtin
gen van twee vrouwelijke artisten, de violist
met zijn inderdaad talentvol spel, de acro
baten met hun krasse staaltjes kracht en
lenigheid, het clowntje met het haast op
vouwbare lichaam en vooral de keurige
apotheose van de Russische dansen, waarin
het ensemble uitnemend op dreef is en de
verschillende soli met veel bravour ten beste
gegeven worden. Dit Lilliputterscabaret wil
len wij een extra woord van aanbeveling niet
onthouden.
Emil Jannings blinkt uit in
„De Droomer"
Emil Jannings in „De Droomer".
Onder de meesterlijke leiding van den re
gisseur Carl Froelich is een film tot stand
gekomen van bijna ongekende kwaliteiten.
Men raakt geheel in de ban van het gebeu
ren, men ziet het niet aan als geïnteresseerd
toeschouwer, die nochtans zijn eigen we
reldje heeft, maar men is deel van het geheel.
Het zijn niet meer filmbeelden, maar men-
schen van vleesch en bloed, die u tot in de
zie] ontroeren. Er is geen zaal meer, er is niet
meer het witte doek, maar er is voor alles
Emil Jannings, als Prof. Niemeijer, directeur
van het gymnasium, door zijn leerlingen „De
Droomer" genoemd, en direct naast Jannings
staat de diep-aangrijpende figuur van Kurt
von Zedlitz. uitgebeeld door Hannes Stelzer;
met een even trekken van zijn mond, een klei
ne beweging weet hij den toeschouwer zijn
bewogenheid en zijn diepe wanhoop te open
baren. Naast deze twee groote artisten staan
nog vele anderen die allen het beste van
het beste geven. Het meest opvallend door
hun rake typeering zijn Herbert Hübner als
Landraad von Kannewurf en Harald Paulsen
als Frits, de zoon van prof. Niemeijer.
Een enkele bewogen dag in het leven van
Prof. Niemeijer en zijn omgeving heeft de
stof geleverd voor deze film. De professor, de
droomer, de idealist, de man die in zijn kin
derlijk vertrouwen in de menschen. geen oog
heeft voor de werkelijkheid. Op dien eenen
noodlottigen Zondag stort alles waaraan hij
tot nu houvast had gehad in; zijn geloof in
zijn vrouw, in zijn zoon, in zijn leerlingen!
Dat zijn lievelingsleerling Kurt von Zedlitz
hem cok belogen heeft, maakt zijn ontgoo
cheling bitterder.
Aan het slot belijdt de professor aan de
baar van Kurt voor zijn leerlingen dat hij te
kort is geschoten door zijn gemis aan wer
kelijkheidszin, door zijn idealisme, dat niet
voldoende aan de praktijk van het leven was
aangepast, maar hij wil zijn leerlingen tot af
scheid nog een laatste les geven. .Deze hier",
zegt hij met een beweging naar de baar van
Kurt, „denken jullie een held te zijn. maar
dat is hij niet! We hebben het leven niet ont
vangen om het te ontvluchten, maar om het
te overwinnen! Daarom: Strijdt en zege
viert!"
Deze film zou men een paar maal moeten
zien om in alle details te genieten. De eerste
keer wordt men te veel gegrepen door het
eminente spel, dan dat men voldoende aan
dacht aan alles kan besteden. Maar ook bij
eerste aanschouwing weet men met een
kunstwerk te doen te hebben, waarin een vol
komen evenwicht bereikt is.
Behalve het Paramount-Wereldnieuws, is
er nog een grappige- klucht in 2 acten „Romeo
op Wielen", waarin de bekende komiek Harry
Langdon de hoofdrol speelt.
.Kermisgasten"
in Luxor geprolongeerd
De komende filmweek
zal men in het Luxor
Theater nog Henriette
Davids en Johan
Kaart als werksters
de cucaracha kunnen
zien dansen, want de
Nederlandsche film
„Kermisgasten" is ge
prolongeerd. De vroo-
lijke onzin van het
circus-variété en de
tooneel- en revue
nummers, bijeenge
bonden door een ver
haal, het vlotte spel
van Johan Kaart en
van Henriette David-s,
de „detectives" Syl-
vain Poons en Johan Mathieu van Eysden,
Elsensohn met hun de spullebaas Marinclli
automatische kantoor uit Kermisgasten,
de kermisstemming, dat alles zal ongetwij
feld ook deze week nog velen amuseeren.
In het voorprogramma is in de eerste
plaats een teekenfilm in kleuren opgeno
men. In deze „Make believe revue" wordt
een revue in sprookjesland in beeld gebracht.
De jeugdige bende van Hal Roach geeft de
Amerikaansche klucht „Ik zie, ik zie, wat jij
niet ziet" te zien, waarin veel gemept en ge
vallen wordt en gemaniquleerd met een
kiektoestel en waarin tenslotte geen foto
grafie wordt gemaakt van den kleinen Span-
ky, den jeugdigen tyran met de niet-over-
snuggere ouders.
Het buitenlandsche nieuws geeft onder
meer opnamen over de zitting van den Vol
kenbondsraad in St. James's Palace in Lon
den, waar wij een aantal bekende buitenlan
ders zien binnentreden. Ook wordt de bezet
ting van de Fransche versterkingen als ant
woord op den Duitschen maatregel vertoond,
evenals enkele oorlogstooneelen uit Abes-
synië.
De Dieselexpress in
Cinema Palace.
Sally Blane en William Farnum in
„De Dïeselexpress".
Er was een tijd dat films met de dolste
avonturen van auto's de bij uitstek grappige
films waren. Sommige ervan waren ook nog
spannend. Op de onverwachtste oogenblik-
ken, in de meest gecompliceerde toestanden
ontstonden de aller-onmigelijkste oplossingen
en ofschoon iedereen wist dat hem dwaas
heid werd voorgezet, lachte een ieder en
was tevreden, vooral wanneer hij een uurtje
in spannning had gezeten bovendien.
Als zoo'n film werd de Dieselexpress aan
gekondigd. Zij die de reclamefilm-vooraf
hebben gezien, hebben de overtuiging gehad,
dat de Dieselexpress ists overdonderends zou
zijn wat spanning en moderne romantiek be
treft.
Zooals het zoo vaak gaat: ook hier worden
zij die met stoute verwachtingen het Cine
ma Palace betreden wel wat teleurgesteld.
Inderdaad zijn er spannende oogenblikken,
ingewikkelde oogenblikken op den met blik
semsnelheid voortstuivenden Dieseltrein,
maar zóó spannend als men wel zou vermoe
den en als ook wel had gekund, is deze film
zeker niet.
Sally Blane. William arnum en Charles
Starret spelen alle drie een zeer verdienste-
lijke rol. Vooral de uitvinder van den Diesel
express is een buitengewoon sympathieke
figuur. Zelfs het verheal is zeer wel aan
vaardbaar.
Ontvangen
Prachtsorteeringen
Loopers, Karpetten,
Vitrages enz.
Telefoon 12839
fTT) GROOTE HOUT/TB. 67
(Adv. Ingez. Med.)
Maar het eene ontbreekt, en dat is bij een
Dieselexpress ongetwijfeld het belangrijkste
namelijk het tempo. De oogenblikken dat men
voelt klamme handen te krijgen zijn schaarsch
en van eventueele schrikken kan men ge
makkelijk weer bekomen in daarop volgende,
ijzig-kalme tafereelen.
Echterhet voorjaar begint weer en
de Dieselexpress is ondanks het gemis aan
voortdurend tempo een aardige film, die het
wel zal doen en daarop trouwens ook recht
heeft.
In het voorprogramma is weer een aardige
gekleurde teekenfilm, die alle bewondering
afdwingt, een twee-acter met een paard in
de kamer dat stoelen en tafels in gruzele
menten steigert en het wereldnieuws uit alle
wereldhoeken
MUZIEK.
Wanneer over den dansavond van La Ar
gentina ditmaal eens in de muzikale rubriek
en dus niet in die van het tooneel geschre
ven wordt, dan is dat wel een afwijking van
den regel, maar toch geen ongerijmdheid.
Want. al mogen plastiek en mimiek een be
langrijke plaats in haar kunst bekleeden, het
muzikale element is er van niet minder be-
teekenis in, en niet eens uitsluitend in zijn
meest primitieven vorm, dien van den ryth-
mus. We moeten twee dingen niet uit het
oog verliezen nl. ten eerste dat alle uitbeel
dingen van La Argentina door muziek ge
ïnspireerd zijn en ten tweede dat die muziek,
zoowel om haar zelve als om de wijze waarop
zij ten gehoore gebracht werd het volle recht
op onze belangstelling had. Al zou de pianist
Luis Galvé alleen bij de dansnummers mee
gewerkt hebben, dan zou zijn spel 'n afzonder
lijke eervolle vermelding waard geweest zijn.
Maar hij trad ook solistisch op, in alle be
scheidenheid, en zeker niet als hoofdpersoon,
maar dat neemt niet weg, dat zijn solo-ver
tolkingen prestaties waren, die den grootsten
klavierkunstenaars tot eer zouden hebben
kunnen strekken Dat ook bij hem het gevoel
voor scherpe en klare rythmiek sterk ont
wikkeld is spreekt van zelf, maar het wordt
vergezeld en ondersteund door een prachtige
pianistische techniek, die geen falen kent en
die zelfs uit den heusch niet mooien of soe-
pelen Blüthner-vleugel nog allerlei klank-
schakeeringen wist te voorschijn te brengen.
Men moet aan piano-avonden van José
Iturbi of van Arthur Rubinstein denken om
voorbeelden terug te vinden van een helder
heid en volkomen beheersching als Luis
Galvé in „Sevilla" en „Triana" van Albeniz
gaf. De gemakkelijkheid en zekerheid, waar
mee hij de vele ingewikkelde, deels zeer on-
practisch geschreven technische problemen
in die stukken oploste was bewonderens
waardig.
Ik heb nu eens eerst over den pianist wil
len spreken. Dat dit geen mindere apprecia
tie van de enorme kunst van La Argentina
bedoelt of insluit, zal men wel gereedelijk
aanvaarden. Haar kunst vormt een aparte
klasse. Haar plastische en mimische virtuo
siteit en fantasie zijn bij vroegere gelegen
heden door mijn collega J. B. Schuil gerele
veerd, en ik zou natuurlijk na diens deskun
dige beoordeeiingen weinig of niets te berde
kunnen brengen, dat een nieuw geluid zou
doen hooren. Toch wil ik, die Vrijdagavond
La Argentina voor het eerst zag, den grooten
indruk, dien het harmonieuze samenwerken
van haar bewegingen, gebaren en mimische
expressies gemaakt heeft, niet verzwijgen, en
ik wil er den nadruk op leggen, dat al die
factoren zich ten nauwste bij de muziek aan
sloten. Zelfs kan ik zeggen dat de beteekenis
van een veel gehoord werk als de „Danse du
Feu" er door in een ongekend licht kwam.
Hoe prachtig was het vlammenspel der han
den. waren de obsedeerende, haast dramati
sche knippingen met de vingers!
Bovendien waren er nieuwe nummers: il
lustraties van tot suites saamgevoegde po
pulaire melodieën en van werken van Vives,
Granados en Breton.
In de „Suite andalouse" was zij eerst hard
en fel. dan lokkend en brutaal, maar nog
eigenaardiger was „La Fregona" van Vives,
waar zij een onnoozel sprotje, een soort van
hulp-kellnerinnetje uitbeeldde en ook in de
bewegelijkste rythmen, zelfs bij de aanbie
ding van de bloemenhulde een en al onnoo-
zelheid bleef uitdrukken.
Van de zeer primitief geharmoniseerde
„Suite argentine" was ook weer het derde
nummer ..La Firmeza" het grootste succes.
Het zakdoekje werd hier zeer expressief aan
gewend en de snelle armwentelingen oneer
het rythmisch geknip der vingers leken een
acrobatische toer.
Prachtig was ook de oude dame, nu eens
vol gratie, dan weer vol coquetterie. die zij bij
„Govescas" van Granados uitbeeldde, even
zoo "de wilde bezetenheid en de ruggelingsche
expressie bij „Polo Gitano" van Breton.
Nog iets zou ik willen opmerken, nl. dat
de rythmus in haar kunst op zich zelf al mu
ziek is. Wat zij met haar castagnetten weet
te doen. is niet alleen virtuoos, maar ook in
hooge mate suggestief. Opzweepingen en
verstillingen, benauwingen en opluchtingen
klinken uit die castagnetten. Een wonderlijk
polyrythmisch spel ontstaat telkens uit die
instrumenten in verband met de bewegingen
van handen en voeten. Alles leeft in de
rythmen. ook in de plotselinge verstarringen
i ..La Corrida"!alles schiet vonken, electri-
seert. Het is de triomf van den rythmus.
Het is haast onnoodig te vermelden, dat
men na verschillende nummers niet rustte,
vóórdat een herhaling verkregen was, en dat
de Stadsschouwburg uitverkocht was.
K. DE JONG.
HET TOONEEL
Het Nederlandsch-Indisch Tooneel
DE OBER.
Wat zou een Fransche schrijver van dit ge
geven hebben gemaakt! dachten wij gisteren
telkens tijdens de opvoering van De Ober door
het gezelschap van Cor Ruys in den Schouw
burg aan den Jansweg. Want de vondst om
een eerzuchtigen oberkellner als aanstaande
schoonzoon van den heer des huizes te intro-
duceeren in een Engelsche hoog-adellijke fami
lie is zeker aardig genoeg om er een amusant,
levendig blijspel op te kunnen bouwen. Gordon
Whitehead heeft er echter niet uitgehaald,
wat er uitgehaald had kunnen worden en het
geheel maakte dan ook een wat leegen, gerek-
ten indruk, wat voor een deel ook kwam door
het spel, dat bij deze première nog niet tot de
noodige vaart en het juiste tempo scheen te
mogen komen.
Frank Millar, de Ober heeft in zijn jeugd
revolutionnaire neigingen gehad, maar zijn
langdurige omgang met aristocraten al was
het dan in de verhouding van kellner tot gast
heeft hem geleerd, dat de groote wereld zoo
slecht nog niet was. Wanneer de dochter van
den schatrijken Sir Roger Lucas hem dan ook
ten huwelijk vraagt wij zijn in een schrik
keljaar slaat hij dit niet af en maakt hij ter
kennismaking zijn opwachting bij zijn aan
staanden schoonvader, die nu niet bepaald
enthousiast is met deze nieuwe familierelatie
Millar stelt voor bij wijze van proef eerst
drie maanden bij Sir Roger de betrekking van
administrateur te vervullen en de hoog-adel
lijke oude heer meent dat dit voorloopig ook
de beste oplossing is, al stemt hij dan ook met
tegenzin in.
Gordon Whitehead kon met dit gegeven den
weg van het blijspel en dien van de klucht in
slaan. Hij hield het midden, al vermoed ik, dat
hij oorspronkelijk aspiraties voor de comedie
had. Millar blijkt alle eigenschappen voor een
handig administrateur te bezitten, al te han
dig zelfs, zoodat de familie een oogenblik alle
reden heeft te denken met een ordinairen op
lichter en dief te doen te hebben, maar de
schrijver bedenkt zich bij tijds en laat de
ober op het juiste moment terugkeeren.
Schoonzoon van Sir Roger wordt hij echter
niet, maar hij komt wel in de familie, want in-
plaats, dat hij de dochter van Sir Roger
trouwt, wordt hij de schoonvader van den
jongen adellijken Hugo Lucas. En in het
kellnervak terug behoeft hij ook niet. want op
het allerlaatste oogenblik biedt Mrs. Fenn,
de nicht van Sir Roger, hem haar hand aan.
zoodat hij aan het slot in dubbelen zin een
overwinning behaalt.
Ambition zooals dit blijspel in het En-
gelsch heet is meer een intrige-stuk dan een
karakter-comedie geworden. De schrijver heeft
zijn gegeven vertroebeld door een bij-intrige
met een avonturierster, die den ober uit zijn
hoteltijd kent, inplaats van zijn succes te
zoeken enkel in het komische element van de
tegenstelling van den ober en de hooge adellijke
fam. v. Sir Roger. De schrijver heeft zijn stuk
niet weten te vullen, waardoor hij de hande
ling dikwijls slepend heeft moeten houden.
Nu dient gezegd, dat het ensemble van Cor
Ruys gisteren bij de première nog allerminst
ingespeeld was.
Ik vermoed dan ook, dat de opvoering over
eenige dagen, wanneer de rollen er beter in.
zitten, veel vlotter zal gaan.
Wel was het duidelijk te zien, dat er nu een
artistieke regie achter het geheel zat. Ver
kade, die de leiding heeft gehad, heeft Ruys
als de ober geheel binnen de perken weten
te houden. Ruys trachtte er een karakter van
te maken en bleef geheel in den comedie-
stijl. Dit was een voordeel, maar een nadeel
was, dat zijn spel nu hij er niet op los
fantaseeren kon veel matter scheen dan
anders,. Maar voor een groot deel wijt ik dit
nog aan zijn te geringe rolkennis. Zijn Frank
Miller zal een heel anderen, veel sterkeren
indruk maken, als Ruys na eenige opvoerin
gen zijn vorm in deze rol geheel gevonden
zal hebben, al zal deze ober ook dan nog niet
de uiterlijke charme bezitten, die het ver
klaarbaar maakt, dat een adellijke dame hem
ten huwelijk vraagt.
Het ensemble was nu veel meer een geheel
dan bij de andere opvoeringen van Ruys,
maar de rollen zijn allen zoo vaag geteekend,
dat geen enkele eigenlijk uit de verf komt.
Zelfs Sir Roger Lucas niet, die zich aldoor
maar herhaalt en bij wien de schrijver niet
verder is gekomen, dan tot een eerste en
oppervlakkige aanzet.
Pierre Mijin typeerde hem uiterlijk heel
aardig en fijntjes, maar daar bleef het dan
ook bij, doordat de rol hem niet meer sub
stantie bood. Alle overigen Jo Bouw
meester. Frances May. Elly van Stekelen
burg. Tine Medema, Wim Kan. Jan Mulder
en Gerard Hartkamp hadden niet veel
meer dan figuratieve rollen te spelen en de
den dat naar behooren, al was het dan ook
bij hen merkbaar, dat zij sterk onder pre
mière-invloeden stonden.
Het abonnementspubliek toonde zich zeer
tevreden met de opvoering van De Ober.
maar aanleiding tot geestdriftig applaus en
wat wij anders bij Cor Ruys zoo gewoon
zijn uitbundig gelach gaf zij toch ook niet.
J. B. SCHUIL.
DE BESTOLEN BOUWVEREENIGING.
In aansluiting op de mededeelingen in ons
vorig nummer over de bestolen bouwvereeni-
ging te Haarlem (op een fabriek is f 1150 ge
stolen die de penningmeester meegenomen
had om af te dragen aan het gemeentebe
stuur) deelt de voorzitter van de betrokken
vereeniging ons mede, dat de bewoners der
huizen zich niet ongerust behoeven te ma
ken, dat zij (zooals wel bij een andere ver
eeniging in een geval van een tekort ge
beurd is) elke week een kleine bijdrage zul
len moeten storten om het geld bijeen te
brengen. „De vereeniging is heusch wel in
staat om de zaak als dit noodig blijkt in orde
te brengen zonder aan de leden extra kos
ten op te leggen".
ONGEWONE ADRESSEN.
Dat de Post soms zeer ongewone adressen
„uit te puzzelen" krijgt, bleek dezer dagen
weer eens.
Eén brief was geadx-esseerd aan den heer
van Maanen wonende Joh. de Witlaan in
Leeuwarden, Den Haag of Haarlem. (Te
Haarlem bleek de geadresseerde in ieder ge
val onbekend).
Een tweede brief droeg op de adi-eszijde
alleen den uitmuntend geteekenden „kop"
van een bekend Haaidemmer, met niets dan
zijn naam er onder. Deze brief bereikte zijn
bestemming hetgeen niet zoo erg vei-won-
derlijk is als men weet dat de teekening
den heer A. Benno voorstelde!
Het derde adres bestond uit een „platte
grond" van de Bronsteeweg en de Adriaan
Pauwlaan, met het onderschrift: 3e huis
links.
Ook deze brief kwam terecht.
Tante Pos is nog zoo dom nietl
C. KAHMANN, v.h. Directeur i.d. fa.
N.Z. Voorburgwal 332, Tel. 33016 Amsterdam
Verlichtingsartikelen - Bronzen
I
(Adv. Ingez. Med.)
ZONDAG 22 MAART.
HILVERSUM I, 1875 M.
8.55 VARA. 12.00 AVRO. 5.00 VARA, 6.00
VPRO. 8.00—12.00 AVRO.
8.55 Orgelspel. 9 00 Sportnieuws. Tuinbouw-
praatje. 9.30 Orgelspel. 9.45 Lezing. 10.00
Granx.pl. 10.25 Damles. 10.45 Trio Ligteüjn.
11.15 Causerie. 11.30 Vervolg Trioconcert. 12.00
AVRO-Octet. 12.30 Gram.pl. 12.45 Kovacs
Lajos' orkest, 1.30 Relais uit Indië. 2.00 Boek
bespreking. 2.30 Aeoüan-orkest en soliste. 3.20
Voordracht. 3.40 Gram.pl. 4.15 Olympisch
Nieuws. 4.30 Gram.pl. Sportuitslagen. 5.05
Gram.pl. 5.35 Voetbalpraatje, Sportnieuws. 6.00
en 6.30 Lezingen. 6 45 Ned. Herv. Kerkdienst.
8.00 Berichten. 8.15 Gevar. programma. 9.15
Radio-Journaal. 9.30 Omroeporkest en soliste.
10.00 Gram.pl. 10.15 Omroeporkest. 11.00 Be
richten. 11.10—12.00 Renova-kwintet.
HILVERSUM II, 301 M.
8.30 NCRV. 9.30 KRO. 5.00 NCRV. 7.45—
11.30 KRO.
8.30 Morgenwijding. 9.30 Hoogmis. 11.00 Gram.
pl. 12.15 KRO-orkest en causerie. 2.00 Cursus.
2.30 Muzik. causerie. 2.45 Hollandsch strijk
kwartet en Gram.pl. 4.15 Gram.pl. 4.30 Voor
de zieken. 5.00 Gram.pl. 5.20 Geref. Kerkdienst.
Hierna: Gram.pl. 7.45 Sport, 7.50 Causerie. 8.10
Berichten. 8.20 KRO-Melodisten en soliste. 9 15
A'damsch Muzieklyceum-orkest. 10.00 Hoor
spel. 10.30 Berichten. Gram.pl. 10.40 Epiloog.
11.00—11.30 Esperanto-lezing.
DROITWICH, 1500 M.
12.50 Orkestconcert en zangsolist. 1.50 Viool
recital. 2.20 BBC-Variété-orkest en solist. 3.20
E. Pini's tango-orkest en soliste. 4.05 Strijk-
sextet en soliste. 4.50 Jeugd-Kerkdienst. 5.20
Lezing. 5.40 Kamermuziek. 7.05 Lezing. 7.20 So
praan en viola. 8.15 Kerkdienst. 9.05 Liefda-
digheidsoproep. 9.10 Berichten. 9.20 Reportage
en hoorspel. 10.20 A. Sandler's orkest en so
list. 11 05 Epiloog.
RADIO PARIS, 1648 M.
7.20 en 8.20 Gram.pl. 11.20 Orkestconcert.
12.20 Orgelconcert. 1.20 Orkestconcert. 3.05
Nationaal orkest. 6.50 Gram.pl.. 7 50 Zang. 8.20
Operette-uitzending. 9.05 Hoorspel. 11.05
12.35 Dansmuziek en populair concert.
KEULEN, 456 M.
5.20 Havenconcert. 8.35 Koorconcert. 10.50
Mannenkoor. 11,20 Populair concert. 12.35
Gram.pl. 3.20 Vroolijk programma mrnv. so
listen en het Omroepkleinorkest. 5.35 Volks
liederen. 7.20 Omroeporkest. 9.5011.20 Dans
muziek.
BRUSSEL, 322 M.
9.25 en 10.20 Gram.pl. 11.20 Zigeunermuziek.
12.20 Constan tin -orkest. 1.30 Orgelconcert. 2.20
Hot Jazz. 3.20 Gram.pl. 4.20 Populair concert.
5.20 Dansmuziek. 6.20 Cello-recital. 6.50 Gram.
pl. 7.20 Orgelspel. 8.20 Klein-orkest. 9.10 Hoor
spel. 9.20 Kleinorkest. 10,30 Dansmuziek. 11.20
12.20 Gram.pl.
BRUSSEL 484 M.
9.20 Gram.pl. 10.20 Zigeunermuziek. 11.20
Gram.pl. 11.50 Zang. 12.05 Granx.pl. 12.20
Klein-orkest. 1.30 Populair concert. 2.20 Gram.
pl. 3.20 Concert mrnv. orkest en solisten. 5.35
Gram.pl. 6,20 Orgelspel. 7.05 Gram.pl. 7.35
zang. 8.20 Operette-uitzending. 11.1512.20
Gram.pl.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
7.20 Gevar. programma. 9.20 Berichten. 9.50
Trioconcert. 10.05 Weerbericht. 10.2012.15
Dansmuziek.
KONINGSTRAAT 27, TELEF. 14609
OFFICIEEL PHILIPS REPARATEUR
(Adv. Ingez. Med.)
MAANDAG 23 MAART 1936.
HILVERSUM I. 1875 M.
Algemeen pi'Ogramma, verzorgd
door de AVRO.
8.90 Gram.platen; 9.00 Tonny Steemer en
zijn orkest; 10.00 Morgenwijding, gram.pl.;
10.30 Vervolg concert; 11.00 Orgel en zang;
12.00 Cantabilé-oi'kest en gram.pl.; 2.00 Om
roeporkest en voordracht; 4.30 Disco-cause
rie; 5.30 Kovacs Lajos' orkest; 6.00 De Octo-
phonikers; 7.00 Friesch programma; 7.30
Causerie"; 8.00 Berichten; 8.10 Gram.platen;
9.00 Radiotooneel; 9.35 Accordeonmuziek;
9.55 De Staalmeesters; 10.30 Kovacs Lajos'
orkest en zang; 11.00 Berichten; 11.10 Popu
lair concert.
HILVERSUM II. 301 M.
NCRV-Uitzending.
8.00 Schriftlezing en meditatie; 8.15 Gram.
platen; 10.30 Morgendienst: 11.00 Chr. Lec
tuur; 11.30 en 12.15 Gram.pl.; 12.30 „De
Gooilanders"; 2.00 Voor scholen; 2.35 Gram.
platen; 2.45 Wenken voor de keuken; 3.15
Gram.platen; 3.45 Zend erve rz.; 4.00 Bijbel
lezing: 4.45 A'damsch Salonorkest en grampl.
6.30 Vragenuurtje; 7.00 Berichten, reportage;
8.00 Berichten; 8.15 „Jong Holland snakt
naar werk", toespraken en causerieën; 10.10
Berichten; 10.15 Gram.platen.
DROITWICH, 1500 M.
11.20 en 12.05 Gram.platen; 12 20 Relig.
causerie; 12.45 Het Parker Crook Trio en
zang; 1.35 Orgelconcert; 3.20 Gram.platen;
4.20 Viooi en piano;"4.50 Orkestconcert; 5.35
Dansmuziek; 6.20 Berichten; 6.50 Vocaal
concert; 7.10 Lezingen; 8.20 Dansmuziek; 8.50
„Scrapbook for 1914", gevar. programma:
9.50 Berichten; 10.20 Kamermuziek; 11.35
Dansmuziek.
RADIO PARIS, 1648 M.
720 en 8 35 Gram.platen; 11.20 Orkestcon
cert; 2.50 Zang: 3.05 Gram.platen; 4.20 Or
kestconcert; 5.50 Orkestconcert en zang; 9.05
Kwartet, zang en viool; 11.05 Dansmuziex en
populair concert.
KEULEN, 456 M.
5.50 Orkestconcert, gram.pl. 11.20 Orkest
concert: 1.35 Kwintetconcert; 5.20 Gevar.
programma m.m.v. orkest en solisten: 6.20
Gram.pl 7.05 Concert; 7.20 Omroepklein
orkest; 9.40 Voordracht; 10.20 Grensland
orkest,
BRUSSEL, 322 M.
12.20 Gram.pl.: 12.50 Zigeunermuziek: 1.50
Gram.pl.; 5.20 Dansmuziek; 6.50 en 7.20 Gra-
mophoonplaten: 8.20 Omroeporkest en Gram.
•olaten: 10.30 Gram.platen.
BRUSSEL. 484 M.
12.20 Omroeporkest; 1.30 Kleinorkest: 5.20
Zigeunermuziek; 6.20 Gram.platen; 6.50
Zang; 7.20 Kleinorkest; 8 20 Radiotooneel
met muziek; 10.30 Gram.platen.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M.
7.30 Dansmuziek; 9.20 Berichten; 9.50 Viool
en piano; 10.05 Weerbericht; 10.20 Dansmu
ziek.