DE GOUDEN BRUG. Het bakken en inpakken der oliebollen, die heden te Amsterdam verkocht zijn ten bate der kinderverzorging, vereischte op de hoofdstedelijke huishoudschool heel wat werk De scheepswand van den nieuwen kruiser „De Ruyier" wordi bij Wilion-Feyenoord op waterdichtheid beproefd De Delftsche studenten hielden Vrijdag ter gelegenheid van den 88sten Diës een rijjool door de stad. Een snapshot bij het vertrek van de sociëteit Phoenix FEUILLETON ROMAN VAN HANNO PLESSEN. .(Nadruk verboden) 22) De bagage van barones Geitier is verzorgd. In een eerste klas coupé heeft Szartossy voor de oude dame een plaats aan het raam ge reserveerd. Nu overhandigt hij haar nog een stapel kranten en tijdschriften, bonbons en 'fruit. „Hartelijk dank, beste SzartossyU krijgt direct een kaart van uit Triest.... en uit Cairo schrijf ik dan uitvoerigen in Weenen komt u ons toch opzoeken, ja?" „Als u het permitteert, zal ik graag aan uw uitnoodiging gevolg geven". „Hoe lang blijft u dan eigenlijk nog in Igls?" „Voorloopig nognogin ieder geval totdat wil zeggen". Szartossy wordt rood en is zichtbaar verlegen. Maar de barones be merkt niets en babbelt opgewekt door: „Hopenlijk krijgt u gauw een nieuwen bridge partner voor mijAch ja, met dien Falk te spelen, is heusch niet zoo eenvoudig. Enfin, doet u hem vooral nog de hartelijke groeten van me en ook aan miss SpencerAch, weest u zoo lief en kijkt u eens in mijn kamel en in die van Hannerl, of we in de haast toch nog niet wat vergeten hebbenJa en voor de post zorgt u toch ook hè dat die ons wordt nagestuurd. Op dat hotelper soneel kun je je nu eenmaal niet verlaten.." Szartossy werpt een steelschen blik op de stationsklok. Gelukkig nog maar drie mi nuten. In dien tijd zullen de barones wel niet al te veel eervolle opdrachten meer te binnen schieten. Maar daar hoort hij haar alweer roepen;. „M'n hemel, dat had ik toch bijna ver geten.... Wat een geluk, dat ik er nog aan denk Haastig buigt zij zich uit het coupéraampje om den onmiddellijk naderbij tredenden Szartossy bij de revers van zijn jas te pak ken: „Luister eens, beste Szartossy.... dat moet u vandaag toch beslist nog even voor me doen. Ik heb zoowaar Renat' heelemaal ver getenWilt u even voor me bij de Lan taarn aangaan „Natuurlijk, baronesDirectIn Szartossy's stem klinkt een onderdrukte juichtoon Het liefst zou hij de oude dame om den hals zijn gevallen. „Doet u haar vooral mijn hartelijke groeten en vertelt u haar maar uitvoerig waarom ik zoo hals over kop uit Igls vertrokken ben en dat het me verschrikkelijk spijt, dat we elkaar niet meer ontmoet hebben...." Zonder ophouden praat de barones door, niettegenstaande de trein zich reeds lang zaam in beweging zet. Szartossy loopt dap per mee. „Zegt u haar dan, dat ik haar spoedig zal schrijven en dat ze beslist eens naar Weenen moet komenIk denk, dat we daar in Maart wel weer zullen zijnEn dan kunt u het misschien zoo schikken, dat u ook komt, ja?" „Heel vriendelijk van unatuurlijk graagGoede reis.... en m'n respect aan de barones...." „Dank u.... Tot ziens.... En niet ver geten Wat Szartossy niet mag vergeten, kan hij niet meer verstaan, daar hij den wedloop met den trein, die nu tamelijk snel onder de over kapping uitstoomt, moet opgeven. Nochtans haast hij zich nu om het station te verlaten. Op het Stationsplein neemt hij een taxi, waarmee hij zich naar de Pramonstratenser Abdij laat brengen. Vandaar gaat hij te voet verder, dwars over de helling den kortsten weg nemend naar de Lantaarn. Therese wil juist de soep opdienen als Szar tossy belt. Luid blaffend van blijdschap springt Bella tegen hem op, terwijl Renate hem hartelijk welkom heet. „Snel nog een couvert er bij", zegt zij tot Therese. „Wat hebben we vandaag eigenlijk voor lekkers? Hopenlijk houdt meneer Szar tossy er ook van". „Dat denk ik wel", antwoordt Therese met een veelbeteekenend knipoogje, en na een korte pauze welke de verwachting van den gast beoogt op te wekken, laat zij er op volgen: „Wiener Schnitzel". „Heerlijk!" zegt Szartossy met een geest drift, welke hij in dit geval echter in denzelf den graad voor gebakken zaagsel aan den dag zou hebben gelegd. Weldra zit hij tegenover Renate aan tafel en laat hij zich door haar bedienen. Hij eet en ziet en praat en luistert en voelt zich on uitsprekelijk gelukkig. Ook Renate verheugt zich oprecht over de aanwezigheid van haar dischgenoot en het gezellige gesprek, waarbij het eene woord het andere uitlokt. Na den maaltijd wordt in den „Schrijf- hoek" een sigaret gerookt. Daarbij vertelt Szartossy van het onverwachte vertrek dei- beide dames Geitier én brengt hij de groeten over van de oude barones. Innig verheugt hij zich erover, dat Renate hem direct en slechts om hemzelf zoo hartelijk heeft ontvangen en niet als afgezant van haar familie. Hij be hoeft dus geen bijzondere reden te hebben om haar te bezoeken. Zijn blik omvat geboeid de lijnen van haar gestalte, die met noehalante gratie in de hooge fauteuil leunt. Renate's meisjesachtige verschijning straalt die bekoring, welke voort komt uit de tweede, door rijpere ervaring nog mooier geworden vrouwenlente. Met de teere lijn van haar hals gelijkt zij op die af beeldingen van oude Engelsche meesters, welke aan geen. tijd gebonden zijn, omdat hun 1 jeugdexpressie steeds weer opnieuw bekoort, Renate kan luisteren en praten. Zij ver staat het te vragen, zoowel als te vertellen en Szartossy vergeet tijd en plaats Eerst als de schemering haar schaduwen in de kamer werpt, wordt hij zich plotseling bewust, dat ook dit gelukkig samenzijn aan tijd gebonden is. „Ik heb u schandelijk opgehouden, me vrouw", zegt hij tot de taal der conventie terugkeerend, maar haar toon blijft persoon lijk-warm. „Toch niet, meneer Szartossy", zegt zij lachend, „de mogelijkheid tot een geani meerde gedachtenwisseling is een uitzonde ring, een welkome uitzondering in mijn een zaamheid „Dan zult u misschien toch gevolg geven aan de invitatie van barones Geitier om haar in Weenen te bezoeken....?" „Dat kan ik op het oogenblik werkelijk nog niet zeggen.Maar daar kunnen wij den volgenden keer dan eens over praten". „Mag ik dan nog eens terug komen....?" „Ik reken >enverheug me erop, me neer Szartossy". Dan vergezelt Renate haar gast tot voor" de huisdeur. Szartossy hoort nog géruimen tijd de klank van haar stem. Hij voelt nog den hartelijken druk van haar hand, die smalle, veelzeggende hand van de aristocratische kunstenares. En hij denkt slechts dit eene, dat hij haar moet veroveren. Stap voor stap. Dat hij dienen wil om haar en dathet leven wondermooi kan zijn. Het is niet te verwonderen, dat hij, in deze gedachten verdiept van den kortsten weg naar Igls afdwaalt. Het duurt bijna drie uren voor hij het hotel bereikt. In de hall verspert Sylvester Vonberg hem den weg. Zijn gelaat is ingevallen, onder zijn oogen liggen donkere kringen. „WaarWaar isbrengt hij er stootend uit. Szartossy, omniddelijk beseffend, dat_ elk opzien moet worden vermeden, trekt herd niet' zich mee in de, op dit uur geheel verlaten rooksalon. „Barones von Geitier is op dringend advies van haar dokter in München naar het Zuiden gereisd, waar zij haar tante zal ontmoeten". „WaarWaarhoudt Vonberg, bijna smeekend aan. Szartossy aarzelt een oogenblik. Eigenlijk moest hij dien kerel niets zeggen en hem rustig in het onzekere laten. Een dergelijke handelwijze zou zeker ook geheel in overeenstemming zijn met de be doelingen van het dappere meisje.... Maar tenslotte heeft hij toch medelijden met den man, wiens blik wel zeer duidelijk zijn diep geschokten gemoedstoestand verraadt. Zich zelf veel te gelukkig voelend om hard te kun-» nen zijn, zegt hij langzaam: De« dames zullen elkaar in Triëst ont moeten. Het doel van hun reis is Cairo...., Shepheard Hotel...." Dan verlaat hij haas tig de salon. Sylvester Vonberg laat zich in een fauteuil vallen. Hij lacht bitter. Cairo.... Shepheard Hotel..., Dat kost geld, veel gelden zijn geheele bezit be staat uit drie Oostenrijkscbe shillingen En zijn lachen verkeert in een wanhopig snikken, dat hij niet vermag te onderdruk ken Sinds uren hoort Johanna niets anders dan: het monotone geratel der wielen van den trein, die haar naar het Zuiden brengt. Met elke minuut verwijdert zij zich verder van den man, die haar het hoogste geluk deed vermoeden om haar daarna het bitterst teleur te stellen. (Wordt vervolgd*

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 18