Trein ontspoord bij
Barendrecht.
ECHTE WALES-ANTHRACIET
DONDERDAG 26 M AART '1936
HSSRCEIfS D A'GBEAD
'•'2
Ossenaren voor het Bossche
Hof.
feertien jaar tegen Peer de B. en De Brus
geëischt.
Voor het Bossche Hof stonden heden
terecht de 42-jarige arbeider Peer J. de B.
uit Oss en de 43-jarige vrachtrijder L. A. van
den H., bijgenaamd De Brus uit Heesch, ver
dacht van het medeplegen van inbraken te
Gassel en Langenboom en een roofoverval te
Mariaheide, gem. Veghel. Laatstgenoemde
overval werd gepleegd in de woning van den
landbouwer M. Schepers, waar zij f 1600. sta
len. Aan den roofoverval namen ook nog deel
J. P. C. en Dikke Toon de Soep.
De advocaat-generaal rar. H. Massink wees
er in zijn requisitoir op, dat beide verdach
ten vroeger al veroordeeld waren. Spr. eischte
tegen P. J. de B. en L. A. van den H. bevesti
ging van het vonnis der rechtbank en vooral
met het oog op de mentaliteit van de ver
dachten, bevestiging van de strafmaat: 14
jaar gevangenisstraf zonder aftrek van voor
arrest.
Mr. J. Pulles, pleiter voor De B.. merkte op,
dat de straffen'in vergelijking met die aan
anderen opgelegd te hoog zijn en mr. Hengst,
de raadsman van Van den H., zeide, dat hij
niet in den stijl van zijn cliënt. die_ immers
ontkent, zou spreken, als hij clementie vroeg.
Toch wilde hij een ander licht op den ver
dachte werpen, maar eerst moest pleiter mr.
Pulles bijvallen: de straffen zijn te hoog als
men die vergelijkt met de andere zaken;
moord en geweldpleging.
EIGENAARDIGE MANIER VAN SCHULD
INNING.
Eenïgen tijd geleden ruilde een inwoner van
Haarlem de taxi-ondernemer P. H. J. zijn
auto bij den IJmuidenaar H. W. in voor een
ietwat beteren wagen, met bijbetaling van
f 100. Van dit bedrag betaalde hij bij de ruil
f 70 De resteerende f 30 zou hij later afdra
gen. Doch H. W. wachtte tevergeefs op beta
ling, hoewel hij volgens zijn zeggen daarop
herhaaldelijk aandrong. Woensdagavond
kwam bij J. een persoon die zich per taxi naar
Bloemendaal wilde laten brengen. J. deed dit
en wel met de auto in quaestie.
Bij het station Bloemendaal vroeg de pas
sagier of J. even wilde kijken of zijn koffers
alwaren aangekomen. J. deed ook dit, doch
toen hij terugkwam was zijn wagen verdwe
nen. De politie werd gewaarschuwd en deze
stelde een onderzoek in. Hieruit bleek, dat de
passagier een knecht van H. W. was- „f
moest zorgen dat of de f 30 of de auto by W.
belandden. De politie zet het onderzoek voort.
Een onderzoek naar deugdelijk
heid van geadverteerde goederen
Eenigen tijd geleden heeft het En-
gelsche Nationaal Natuurkundig
Laboratorium interessante proef
nemingen gedaan.
Op verzoek van de Advertising
Association werd een onderzoek
ingesteld naar de kwaliteit van
door het geheele land geadver
teerde merkartikelen.
Ze werden vergeleken met over
eenkomstige producten, waarvan
de detailverkoop door middel van
aantrekkelijke prijskortingen werd
bevorderd.
Het eerste onderzoek betrof 4 ver
zegelde 60 volts hoogspannings
batterijen: twee regelmatig ge
adverteerde merken en twee waar
voor niét geadverteerd werd.
De proef wees uit, dat de levens
duur der geadverteerde batterijen
langer was en deze een veel hoo-
ger en constanter energie ont
wikkelden.
Adverteeren is altijd een waarborg
en dit helpt het weer eens be
wijzen.
AGENDA
DONDERDAG 26 MAART
Stadsschouwburg: R. C. H. Jubileumrevue
„Rang, die zit". 7,30 uur.
Schouwburg Jansweg: Verg. Nationale
Nieuw-Guinea Ver. Spr. de heer P. E. Win
kler. 8.15 uur.
Gem. Concertgebouw: Laatste dag 4e
Haarlemsche voorjaarsbeurs v. d. Ned. Ver.
van Huisvrouwen. Optreden van Paul Ostra
en Eline Pisuisse. 1.30—5.30 en 7.3011 urn-.
Geb. „De Nijverheid": Lezing voor de Ver.
v. Spirit. „Harmonia", afd. II. 8.15 uur.
Kruisweg 61 rd.: Aand.h.verg. der N.V.
„Verbena", 16.30 uur.
Vroom en Dreesmann, Gr. Houtstraat: Mo
de-show in de lunchroom. 2.30 uur.
Frans Hals Theater: „Traumulus" (De
Droomer) met Emil Jannings, 2.30. 7 en 9.15 u.
Cinema Palace: ..De Diesel-express" met
Sally Blane. William Farnum, Charles Starret
2.30, 7 en 9.15 uur.
Luxor Sound Theater: geprolongeerd: Henr.
Davids en Johan Kaart in „Kermisgasten"!
2.30, 7 en 9.15 uur.
Rembrandt Theater: „Maddalena, Vin-
cenzo Bellini's groote liefde" met Martha Eg-
gerth. Op het tooneel Scliaefers Lilliputter-
troupe. 2.30, 7 en 9.15 uur.
Teyler's Museum, Spaarne 16. Geopend op
werkdagen van 11—3 uur, behalve 's Maan
dags. Toegang vrij.
Haarlemmermeer: Raadsvergade
ring. 3.30 uur
Heemstede: Raadsvergadering. 8 uur.
Be ver wij k: Raadsvergadering. 7.15 u.
VRIJDAG 27 MAART
Geb. Protestantenbond: Vergadering ver.
„Tot Steun". 4.30 uur.
KI. Houtweg 16: Buitengew. alg. vergade
ring van aandeelh. der Haarlemsche veiling
N.V., 7 uur.
Bioscopen nieuw programma.
Artilleristen en Cavaleristen
gaan met groot verlof.
Vrijwilligers mogen dienst
niet onderbreken.
Slechts zij komen in aanmerking,
die zich daartoe waardig
hebben getoond.
De minister van Defensie ad interim heeft
een circulaire aan de burgemeesters doen toe
komen betreffende het groot verlof aan
dienstplichtigen.
De minister deelt daarin mede, dat de
maatregel van het langer in werkelijken dienst
houden, bedoeld in het K.B. van 11 Maart j.l.
niet zal worden toegepast op de dienst
plichtigen van de artillerie en van de cavale
rie, voor wie de eerste oefening op 28 Maart
a.s. eindigt. Deze dienstplichtigen zullen der
halve op laatstgenoemden datum in het ge
not van groot verlof worden gesteld, voor
zoover zij niet om een bijzondere reden in
werkelijken dienst moeten blijven.
Tevens is de reeds aangekondigde leger
order verschenen, waarin de minister van
Defensie den commandant, bij wiens corps
dienstplichtigen langer in werkelijken dienst
worden gehouden, machtigt aan grootverlof
gangers van zijn corps te vergunnen vrijwillig
in werkelijken dienst te komen voor den tijd,
dien de verlengde werkelijke dienst nog zal
duren, voor zoover zij anderen voor wie de
werkelijke dienst is verlengd en die spoedig
met groot verlof zouden willen vertrekken,
kunnen vervangen.
De corpscommandant verleent de
vergunning slechts aan dienstplichti
gen, die zich in verband met gedrag
en wijze van dienstvervulling een
dergelijke vergunning waardig heb
ben gemaakt
Aan de dienstplichtigen, die krach
tens deze regeling vergunning krijgen
tot vrijwillig verblijf in werkelijken
dienst, wordt niet toegestaan dezen
dienst tusschent-ijds af te breken. Dit
moet met nadruk onder hun aan
dacht worden gebracht.
Zijn er dienstplichtigen langer in werke
lijken dienst gehouden, voor wie het naar
het oordeel van den corpscommandant van
groot belang zou zijn om spoedig met groot
verlof te kunnen vertrekken en is op 1 April
voor hen nog geen gelegenheid ontstaan om
te worden vervangen, dan zendt de corps
commandant een opgave van hen aan den
minister van Defensie, in welke opgaaf bij
eiken naam afzonderlijk in het kort wordt
vermeid om welke reden vertrek met groot
verlof voor de dienstplichtigen van groot be
lang zou zijn. Overwogen zal dan worden om
dergelijke dienstplichtigen te doen vervangen
door groot-verlofgangers van andere corpsen,
voor wie geen pfaats bij hun eigen corpsen
beschikbaar Is.
Wissel te vroeg omgesprongen.
Beide spoorbanen ernstig beschadigd.
De electrische personentrein die te
19.32 uur uit Dordrecht naar Rotter
dam vertrekt, is Woensdagavond bij
Barendrecht ontspoord.
Persoonlijke ongelukken deden zich
niet voor. De spoorweg, ter plaatse
uit een dubbel spoor bestaande, werd
versperd, zoodat het trèinverkeer-
stagnatie ondervond.
In verband met deze stagnatie is de
Parijsche trein, die te 20.34 uur van
het Centraal Station te Amsterdam
vertrekt, over Utrecht geleid.
Het geheele treinverkeer tusschen het
Noorden van Nederland, Noord-Brabant,
België en Frankrijk was gestoord. De treinen
moesten n.l. uit Amsterdam over Utrecht
rijden en de treinen uit Den Haag en Rot
terdam gingen over de Ceintuurbaan bij Rot
terdam en via de Betuwe naar het Zuiden.
De trein uit Parijs, die om 21.50 in Am
sterdam zou moeten aankomen, is bijv. over
Breda, 's Hertogenbosch en Utrecht geleid.
Het ongeluk is vermoedelijk te wijten aan
het te vroeg overspringen van een wissel.
Het voorste rijtuig van den trein, dat uit zes
wagens bestond, reed op het rechter spoor.
Even voorbij den overweg bij het station
Barendrecht is een wissel, die de rechter en
linkerspoorbaan verbindt. De voorste wagens
zijn op de rechterbaan gebleven. De volgende
zijn op het linker spoor terecht gekomen,
doordat de wissel te vroeg oversprong.
De rails zijn over een afstand van 300 tot
400 Meter op beide banen geheel verbogen.
Eenige wagons zijn by de ontsporing schuin
over beide banen komen te staan. Het on
geluk geschiedde om twaalf minuten voor
acht, in Barendrecht had de trein gestopt en
had nog slechts weinig vaart, waardoor ern
stiger gevolgen uitbleven. In den trein ont
stond een begin van consternatie, doch het
treinpersoneel wist de opwinding onder de
passagiers spoedig te bedaren. Later heeft
men de ongeveer 100 passagiers van den ge-
derailleerden trein in het voorste rijtuig ge
bracht, dat nog goed in de rails stond, welk
rijtuig naar Rotterdam is gereden.
Op de baan tusschen Rotterdam en Dor-
dracht werd de verbinding onderhouden door
de passagiers voorbij de versperring te laten
loopen en te laten overstappen in de aan de
andere zijde gereedstaande treinen.
Een onderzoek wordt ingesteld naar de
oorzaak van het te vroeg overspringen van
den wissel. Gebleken is, dat het treimnate-
riaal, de metalen wagons van den electri-
schen trein, zich uitstekend heeft gehouden.
Wel hebben de onderstellen schade gekregen
en zijn deze ontzet, maar van alle gederail
leerde wagons is de passagiersruimte geheel
:ntact gebleven, hoewel toch eenige wagens
dwars over de rails zijn gesleept en daarbij
zware schokken hebben gekregen.
De Bilt voorspelt:
Matigen tot zioakken Oostelijken tot
Zuidelijken wind. Betrokken tot zwaar
bewolkt. Mogelijk eenigen regen in het
Zuiden. In het Noorden weinig of geen
regen. Iets zachter des nachts. Overdag
weinig verandering in temperatuur.
BAROMETERSTAND
Hoogste 768.1 m.M. te Haparanda.
Laagste 746.7 m.M. te Brest.
Het buitenlandsch weerbericht meldt:
Toenemende bewolking.
Het hooge drukgebied over Scandinavië
en omgeving is onder invloed van de
pressies in de Poolzee in beteekenis af
genomen. De barometerdaling zal vooral
in het Noorden over Lapland nog wel
doorgaan. Langs de kust van midden-
Noorwegen treedt echter reeds weer
lichte stijging op. De temperatuur blijft
in bijna geheel Zweden en Noorwegen
nog vrij ver beneden de normale waar
de, het vriest over Lapland nog buiten
gewoon streng, in midden-Zweden matig,
zelfs kwam hier en daar nog zware
sneeuwval voor. De depressie in het
Zuidwesten vulde op, over Spanje en
Zuid-Frankrijk is de barometer stijgen
de. Als gevolg hiervan traden aldaar
Zuidwestelijke tot Westelijke winden op,
hetgeen weer zwaren regenval mee
bracht. Het weer is ook thans nog over
geheel Frankrijk regenachtig evenals
over Zuiö-Engeland. Behalve over Zuid-
Frankrijk is over het vasteland de tem
peratuur gestegen.
DE WEERSTOESTAND VERTOONT
VOOR HET ZUIDEN VAN ONS LAND
EENIGE NEIGING TOT VERSLECHTE
RING.
De bewolking zal wel toenemen en met
de mogelijkheid van regenval moet re
kening worden gehouden. In het Noor
den zijn de regenkansen nog klein. De
toenemende bewolking zal ons hooge
nachttemperaturen geven. Overdag blijft
de temperatuur waarschijnlijk gelijk aan
die van heden.
BAROMETERSTAND
Vorige stand
Stand van heden
Neiging achteruit.
Opgave van:
758 m.M.
755 m.M.
Fa. A. FEDERMANN, Opticien
Groote Houtstraat 37, Haarlem
o.a, a f 2.25
WITTOP KONING - HAARLEM
HAR MEN JANSWEG 67A. - TELEFOON 16100
(Adv. Ingez. Med.)
De voorgestelde verplaatsing
der Bronsteeschool.
Bezwaren van Volksonderwijs.
Volksonderwijs wil een nieuwe O. L. School.
HEEMSTEDE Woensdag.
Naar aanleiding van het voorstel van B. en
W. tot uitbreiding der schoolruimte voor open
baar onderwijs te Heemstede heeft het bestuur
der afd. Heemstede van „Volksonderwijs" zich
tot den Raad gewend met een bezwaarschrift,
waarin o.a. het volgende wordt gezegd:
Het bestuur meent als zijn voorloopige mee
ning te moeten uitspreken, dat de bezwaren
aan een verplaatsing der Bronsteeschool ver
bonden, zoo groot zijn, dat het 't aannemen
van dit voorstel aan uw college ten sterkste
moet ontraden en wel op de volgende gron
den:
a. De Dreef school wordt thans bezocht door
238 kinderen, waarvan 45 thuis behooren in de
wijk der Bronsteeschool, maar die wegens
plaatsgebrek zijn overgeplaatst naar de Dreef-
school. Deze school heeft dus slechts 193 kin
deren uit haar eigen wijk.
't Komt ons bestuur onjuist voor, een be
staande Lagere School in een wijk, die een
meer dan volledige schoolbevolking oplevert,
weg te nemen en deze te plaatsen in een wijk,
waar nog niet genoeg leerlingen zijn om één
school volledig te bezetten.
Zelfs wanneer de gemeente Haarlem over
gaat tot 't stichten van een Openb. Lagere
School in Haarlem-Zuid en de Bronsteeschool
't grootste deel van haar Haarlemsche leer
lingen zou verliezen, dan nog zou door terug
plaatsing van de leerlingen uit haar wijk, die
nu de Dreefschool bezoeken, een volledige be
zetting der Bronsteeschool te verkrijgen zijn.
In dit geval zou de Dreefschool nog ruimte
hebben althans voorloopig om de leer
lingen uit 't groeiende Spaarnekwai'tier op te
nemen; tot wellicht over een aantal jaren de
groei van deze wijk de stichting van een nieu
we school op het open terrein aan de Dreef
school noodzakelijk zal doen worden.
b. Door de verplaatsing der Bronsteeschool
zullen de afstanden, die de leerlingen moeten
afleggen, belangrijk grooter worden. Deze af
standen, vooral voor de kinderen uit de om
geving van het station Heemstede-Aerdenhout,
worden door ons bestuur te groot geacht. In
het bijzonder voor de kleintjes, die tusschen
den middag 2 x dezen afstand zullen moeten
afleggen, is dit hoogst bezwaarlijk.
Bovendien wordt voor deze kinderen de weg
naar school nog gevaarlijker: immers, behal
ve 't drukke kruispunt Heerenweg-Zandvoort-
schelaan komt nu ook nog 't oversteken van
den Bronsteeweg (Adr. Pauwlaan) met het
drukke tram- en autoverkeer.
't Lijkt ons bestuur hoogst ongewenscht, de
ouders te noodzaken, hun kinderen 4 x daags
dezen gevaarlijken weg, die twee drukke
hoofdwegen kruist, te doen afleggen.
c. 't Gevolg zal zijn, dat nog meer ouders
hun kinderen in de aangrenzende gemeenten
het Openb. Onderwijs zullen doen volgen. Im
mers, verschillende leerlingen uit Heemstede-
Aerdenhout., die nu nog de Bronsteeschool be
zoeken, zullen dan op de Bloemendaalsche
scholen geplaatst worden, terwijl vele kinderen
uit Leeqw en Hooft naar de nieuwe school in
Haarlem-Zuid zullen gaan, wanneer de Bron
steeschool zooveel verder naar het Zuiden
wordt verplaatst.
't Feit, dat bij aanneming van dit voorstel
vele Heemsteedsche kinderen buiten deze ge
meente openbaar onderwijs zullen gaan vol
gen, brengt financieele consequenties mee, die
bij de beoordeeling van dit voorstel naar de
meening van ons bestuur wel overwogen
mogen worden.
Ons bestuur meent, dat de bezwaren aan dit
voorstel verbonden en waarvan hierboven
enkele geschetst zijn zoo groot zijn, dat de
oplossing in een andere richting moet gezocht
worden.
De door ons bestuur meest juist geachte op
lossing is de volgende:
't Gebouw der Bronsteeschool wordt uitslui
tend bestemd voor de U.L.O.-school, terwijl in
deze zelfde wijk een nieuwe O. L. S. wel
licht aan den Crayenestersingel gebouwd
zal moeten worden. In het Noorden der ge
meente blijft dan de gelegenheid tot het vol
gen van openbaar onderwijs bestaan, wat
blijkens de volledige bezetting der Bronstee
school door de ouderszeer gewaardeerd
wordt.
De gereserveerde grond bij de Dreefschool
kan over enkele jaren, als de bouw van een
4e Openb. Lag. School wellicht noodzakelijk
zal blijken, gebruikt worden voor het bouwen
van een O. L. S., die de bevolking van het
Spaarnekwartier kan opvangen.
Naar de meening van ons bestuur is de
thans aan uw college voorgestelde oplossing,
die van over enkele jaren en wordt bij aan
neming van dit voorstel de volgorde van de
scholenbouw juist omgekeerd. Wat in de toe
komst wellicht noodzakelijk zal worden (n.l.
bouw nieuwe school Dreef), gebeurt nu: en
wat nu zou moeten gebeuren (n.l. een nieuw
schoolgebouw in 't Noorden), zal dan later aan
de orde moeten komen.
De door ons bestuur voorgestelde oplossing
is o. i. de meest juiste. Zij kost op het oogen-
blik méér door de noodzakelijkheid van grond
aankoop; maar deze kosten zullen waar
schijnlijk tot over enkele jaren verschoven
kunnen worden, daar de bouw van een 4e
Openb. Lagere School bij uitbreiding der
Spaarnewijk toch urgent zal worden.
Tenslotte zal ook splitsing der te groote
hoogste klassen van beide scholen mogelijk
blijken; al liggen de scholen niet juist naast
elkaar.
Voor den inhoud dezer rubriek stelt de
Redactie zich niet verantxooordelijk.
Van ingezonden stukken, geplaatst of niet
geplaatst, wordt de kopij den inzender niet
teruggegeven.
De Emmabloem-collecte.
Vrouwen en Meisjes van Haarlem en
omstreken.
Het Emmabloenrendag-Comité roept weder
om Uw hulp in voor den Bloemendag op
Woensdag 8 April a.s.
De ernst der tijden dwingt alle krachten
in te spannen opdat de tuberculose-bestrij-
ding met dezelfde energie kan worden voort
gezet. Groote giften blijven achterwege en
daarom moeten nog meer kleine giften dit
verlies weer goed maken. Deze kleine giften,
die wij door middel van de Emmabloemeollecte
hopen in te zamelen, moeten echter gehaald
worden en in het bijzonder hiervoor hebben
wij uw hulp noodig. Geen huis, al is het nog
zoo groot of nog zoo klem, mag onbezocht
blijven. Als velen zich echter opgeven, is voor
niemand de taak te groot of te vermoeiend.
Helpt allen, die zich eenigzins vrij kunnen
maken op 8 April en de Emmabloem-collecte
zal uitblinken door haar schitterende op
brengst.
Geeft, u nog heden op aan het Consultatie
bureau, Ged. Oude Gracht 41. De gedachte
een goede daad te hebben verricht in het be
lang van Uw lijdende medemensehen, waar
door gij tevens hebt medegewerkt uw gezonde
medeburgers te beschermen tegen de grootste
Volksgeesel, de tuberculose, zal U zeker een
heerlijk Paaschfeest schenken.
Namiens het Emmabloemendag-Comité,
A. DEL BAEREJISKOOT,
Alg. Presidente.
G. VAN .WAARD, Secretaris.
Brandbommen.
Geachte Redactie,
Van bevriende zijde (waarom niet van de
Redactie?) ontving ik het buitenblad van
Haarlem's Dagblad d.d. 19 Maart, dat begint
met een artikel „Brandbommen", inhoudende
op- en aanmerkingen over mijn voordracht
„Luchtbescherming".
Er zijn twee mogelijkheden:
le de heer R. P., die het onderteekent, was
bij mijn voordracht in Restaurant Brink-
ma nn aanwezig, óf
2e hij baseert zijn kritiek op het résumé
van den verslaggever.
In het eerste geval, zou den heer R. P. te
recht verweten moeten worden, dat hij niet
ter vergadering met zijn opmerkingen voor
den dag is gekomen. Zijn polemiseerend ar
tikel ware dan waarschijnlijk in de pen ge
bleven. In het tweede geval veroordeelt deze
soort „journalistiek" zich zelf. Nog daar
gelaten, dat ik in het algemeen niet graag
verantwoordelijk gesteld zou willen worden
voor wat verslaggevers mij in den loop dei-
jaren wel eens hebben laten beweren (ik
neem hun dat niet kwalijk; een inensch kan
nu eenmaal niet van alle markten thuis we
zen!) gaat het toch niet aan, baseerende op
een résumé van Vz a 1 kolom van een voor
dracht welke 11/4 a 11/2 uur in beslag nam,
den spreker „onvolledigheid" ten laste te
willen leggen. Hoe dan ook, in elk geval slaat
mijn opponent de plank een heel eind mis.
Ik vertrouw, dat de Redactie na het woord
van R. P. thans ook mijn wederwoord wel
zal willen opnemen, terwille van het groote
belang der Luchtbescherming voor den Ne
derlandsehen burger.
De heer R. P dan, zegt in de voorlaatste
alinea van zijn betoog: „Ik wijs daarop om
dat het mij voorkomt, dat men, als men over
luchtbescherming spreekt, het aspeet van de
zaak in zijn geheel moet behandelen en zich
niet moet bepalen tot een detail
(spatieering van mij, W.). Zie, dat is nu toch
wel de zaak op z'n kop zetten. Ik ben mijn
voordracht begonnen met de opmerking, dat
ik, gezien het zeer uitgebreide onderwerp,
van de wegen, welke mij open stonden, dien
gekozen, had, welke leidde tot een generaal
en dus uit den aard der zaak eenigszins op
pervlakkig overzicht. Ik moet dus mijn op
ponent volmondig toegeven, dat ik de zaak
eenvoudig heb voorgesteld. Of daarbij
's schrijvers denigreerend „al te" op z'n
plaats is, laat ik gaarne aan deskundigen
ter beoordeeling over. Ik wilde de toehoor
ders kennis laten maken met de groote richt
lijnen van het luchtbeschermingsvraagstuk.
Wie eenigszins ter zake kundig is, zal be
grijpen, dat in een „voordracht", en dan
nog wel voor een gemengd publiek, op geen
enkel onderdeel van dit veelomvattende pro
bleem „volledigheid" kan worden bereikt.
Dat is het doel niet, dat zou de toehoorders
niet interesseeren en dat is ook niet noodig.
Toen ik dan ook sprak over brandbommen
en de maatregelen, welke daartegen te ne
men zijn, nam ik dus het in Nederland
gangbare huizen-type voor oogen en het lag
(Adv. Ingez. Med.)
niet op mijn weg allerlei uitzonderingsgeval
len te bespreken, welke zich b.v. 1 op de 200,
of 500, of 1000voordoen. Als nu de heer
R. P. mij verwijt, dat ik mij bepaald heb tot
een detail koppelt hij toch wel een eigen
aardig en vreemd begrip aan dit woord.
Want niet ik, maar hij praat over het detail,
over de bijzondere gevallen, als hij zegt, dat
er toch ook vele autogarages, leegstaande
huizen, buiten bedrijf zijnde fabrieken, enz.
zijn, welke getroffen kunnen worden. Wel
zeker mijnheer R. P. en als het U interes
seert wil ik wel U persoonlijk, of als U er de
plaatsruimte voor wilt afstaan wel in Uw
blad. eens uitvoeriger toelichten, wat er niet
al méér voor gevallen zijn en wat men dan
kan doen of zou kunnen doen. U had ook b.v.
nog kunnen opmerken: Als zoon brandbom
nu precies belieft neer te komen in een pe-
troleumreservoir, dat ergens ter stede wel zal
voorkomen, of boven op mijn hoofd, dan zijn
al deze „professorale uiteenzettingen be
treffende bescherming tegen brandbom
menzeer ontoereikend" (zoo drukt de
heer R. P. zich uit). En ik antwoord grif: vol
komen juist! Maar, dat mag geen reden zijn
om de 95, of wilt U liever dan desnoods 75
pet. veiligfheids-zeikerheid, welke men met
eenvoudige maatregelen bereiken kan, te
verwaarloozen.
Ik zou dus de burgerij graag nogmaals op
het hart willen drukken, dat ieder voor zich
heel nuttig en sociaal handelt, en al heel
wat bereikt tegen brandbommen, door zijn
zolder op te ruimen, met zand te bedekken,
en tevens de verdere eenvoudige maatregelen
te nemen, welke ik in mijn voordracht toe
lichtte. Hun allen en U, heer R. P. in het
bijzonder, kan ik de verzekering geven, dat bij
het Luchtbeschermingsprobleem ook aan
tallooze andere maatregelen, aan uitzon
deringsgevallen, aan brandwachts enz. ge
dacht is, welke alle te zamen een vrij effec
tieve bescherming waarborgen, mits de bur
ger zijn eenvoudige voorzorgen getroffen
heeft. Gemeentelijke- of burger-organisaties
zullen voor de rest moeten zorgen. De pers
kan zéér nuttig werk doen door deze gedach
te algemeen ingang te doen vinden.
Met dank
(PROF. DR. D. H. WESTER.
Bijschrift:
Inderdaad blijkt het bewuste nummer van
ons blad niet aan prof. Wester te zijn toege
zonden, tengevolge van een omissie dezerzijds.
Dat spijt mij, maar het heeft hem gelukkig
toch bereikt.
Met zijn verdere betoog ben ik het van a
tot z oneens.
Hij vraagt mij of ik bij zijn lezing ben ge
weest, en stelt als alternatief dat ik mij baseer
op het resumé van een verslaggever. Nu, ik
ben niet. bij zijn lezing geweest maar heb mij
bij den 'verslaggever nog eens extra vergewist
omtrent de punten die t.a.v. brandbommen
besproken waren. Prof. Wester vergeet dat een
hoofdredacteur in deze dingen in een andere
positie verkeert dan b.v. een schrijver van
een ingezonden stuk.
Zijn uitval tegen verslaggevers in het alge
meen gaat mij en dit blad niet aan. Ik merk
overigens op dat de eenige deskundige ver
slaggevers beroeps journalisten zijn.
Prof. Wester beroept zich op zijn rede van
11/4 a 1/z uur. Die heb ik niet in mijn artikel
besproken, maar uitsluitend de passage die hij
wijdde aan de luchtbescherming tegen brand
bommen. Hij geeft zelf toe dat hij „een eenigs
zins oppervlakkig overzicht" heeft gegeven en
de zaak „eenigszins" heeft voorgesteld. Dat heb
ik nu juist niet kunnen begrijpen. Mij lijkt de
zaak niet eenvoudig, maar uiterst moeilijk en
ingewikkeld. De bescherming speciaal tegen
brandbommen schijnt mij een schier onoplos
baar probleem toe.
Prof. Wester herinnert eraan dat hij „het
gangbare huizen-type in Nederland voor oogen
heeft genomen". Natuurlijk; dat heeft onze
verslaggever dan ook prompt vermeld. „Het
lag niet op mijn weg", zegt de hooggeleerde in
zender verder, allerlei uitzonderingsgevallen
te bespreken welke zich b.v. 1 op de 200 of
500, of 1000 voordoen, en hij citeert de door
mij genoemde autogarages, leegstaande huizen,
fabrieken enz. Hij zegt „buiten bedrijf zijnde
fabrieken" maar daar heb ik het niet over
gehad. Neen, integendeel. Ik had het over het
feit dat er ettelijke kantoren, werkplaatsen
en fabrieken zijn (allemaal overdag in bedrijf)
die 's nachts, op Zaterdagmiddag en op Zon
dag gesloten en meerendeels onbewaakt zijn.
Noemt prof Wester dat „uitzonderingsge
vallen"? Noemt hij de tallooze garages die
naast huizen staan uitzonderingsgevallen?
Dit is mij een volkomen raadsel. Juist fa
brieksgebouwen zijn een „prachtig doelwit"
voor bombardementsvliegers. Dat zij op de ge
noemde tijden grootendeels onbewaakt zijn
weten zij ook. Dat hun doel zou zijn, in de
eerste plaats de industrie te treffen weet ieder
een. Zijn dat dus kansen van 1 op 200, 500 of
1000? En die ettelijke garages waarop vele
bommen kunnen vallen, die volgens prof. Wes
ter „door hun lichtheid doorgaans niet verder
zullen doordringen dan de zolder"? Er is in
die garages geen zolder. Als een bom door het
dak van een garage slaat valt hij op een
uiterst brandbare auto! En ik herhaal: wat
gebeurt er als bommen vlak langs de huizen
vallen en kozijnen, deuren, veranda's in brand
zetten? Zijn dat ook alweer uitzonderingsge
vallen? Het kan bij ieder „huis van het gang
bare type" dat prof. West-er noemt, gebeuren!
Hoe stelt prof. Wester zich de gevolgen voor
als er op deze wijzen b.v. 80 branden in een
stad ontstaan, die zich gaan uitbreiden te
midden van een in paniek verkeerende bevol
king, die deels vluchtende is, deels zich schuil
houdt in kelders, vanwege de gasbommen?
Een eenvoudige voorstelling van bescher
ming tegen een dergelijken toestand kan ik
niet aanvaarden. Het lijkt mij een ware hel.
En ik blijf gelooven dat het ontruimen van
zolders, het bedekken van een vloer met zand
en het plaatsen van een zandkist niets meer
dan een détail is.
Dat onze verslaggever tekort zou geschoten
zijn in de weergave van de passage uit prof.
Wester's rede over brandbommen kan ik ook
niet aanvaarden. Prof. Wester zegt niet waar
in, en hij versterkt mijn overtuiging door de
door mij genoemde ernstige zaken als uitzon
deringsgevallen te betitelen.
Wil hij op die punten een nadere toelich
ting geven, dan zie ik die met belangstelling
tegemoet. Overigens ging mijn bezwaar erte
gen dat hij de zaak in zijn rede al te eenvou
dig heeft voorgesteld. Dat doet hij m.i. in dit
stuk opnieuw.
R. P,