Haarlem's Kunstbezit.
W E N S D A G IS APRIE Ï936
W A' X R E E M'S D A" G E E A" P
3
Nieuw handelsoverleg met
België.
Yoorloopige regeling loopt met 1 Mei a.s. af.
De directeur van de handelsac-
coorden aan het departement van
Handel. Nijverheid en Scheepvaart
heeft te Brussel inleidende bespre
kingen gehouden over het régime,
dat de handelsverhouding tusschen
België en Nederland zal beheer-
schen, in een .te sluiten overeen
komst. welke van kracht zal worden,
na afloop van de op 1 Februari jl.
voorloopig voor drie maanden tot 1
Mei a.s. verlengde Nederlandsch-Bel-
gische contingenteeringsovereen-
komst.
De besprekingen zullen, naar de-
Tel. verneemt, binnenkort te 's-Gra-
venhage worden voortgezet.
PijnenburgSlaats rijden
achtervolging op den weg.
'Automobilist reed fietser aan.
Man achterhaald, maar toch nog ontsnapt.
De beide wielrenners Pijnenburg-Slaats
hebben één dezer avonden een achtervolging
gereden, welke zij hebben gewonnen, doch
waarbij toch hun succes tot nu toe gering is
geweest.
Zij waren per auto op weg naar huis, ko
mend van een wedstrijd te Leeuwarden, zij
reden op den Rijksstraatweg 's-Hertogen-
bosch-Nijmegen. onder Nuland, toen zij voor
zich uit een auto over den weg zagen slinge
ren. De bestuurder reed met groote vaart.
Eensklaps zagen de renners hoe de voor hen
uit rijdende wagen op het rechts gelegen
fietspad kwam en hier een wielrijder onderst
boven reed. De man bleef liggen.
In plaats van te stoppen gaf de automobi
list vol gas en ging er in dolle vaart van
door. Terstond besloten de wielrenners den
vluchteling te achtervolgen en te trachten
hem tot staan te brengen.
Ter hoogte van het R.-K. Missiehuis onder
Nuland vasten zij den voortvluchtigen auto
mobilist voorbij te rijden en door vervolgens
vlak voor hem te gaan rijden en successie
velijk vaart te verminderen noodzaakten zij
hem tot stilstaan.
In de auto bleken zich twee personen te
bevinden, die in kennelijken staat van dron
kenschap verkeerden. De beide mannen ver-
iklaarden van het ongeluk niets te 'hebben
bemerkt en onmiddellijk waren zij bereid te
rug te keeren.
De wielrenners bleken evenwel te veel ver
trouwen in de beide mannen te hebben ge
steld. Ofschoon zii uit voorzorg wel het auto
nummer hadden genoteerd, reden zij geheel
te goeder trouw vooruit, de anderen zouden
wei volgen-
Teruggekeerd in Nuland bij de plek, waar
het ongeval was gebeurd, bleken de heeren
opnieuw de plaat te hebben gepoetst. De po
litie werd terstond gewaarschuwd, maar tot
op heden is men er niet in geslaagd de auto
op tc sporen.
Bij onderzoek is gebleken, dat het geno
teerde nummer dat is van den beruchten
smokkelaar de C. uit Nijmegen, die reeds
eenige jaren geleden een rijksambtenaar on
der Öttersum heeft doodgereden.
Men vermoedt, dat de beide mannen de
wijk naar België hebben genomen. De aan-
geredene heeft een hersenschudding opge-
loopen.
Paleis voor Volksvlijtzaak.
ïn hooger beroep lichtere straffen geëischt.
Dinsdag heeft de advocaat-generaal tegen
Üe beide verdachten in de Paleis voor Volks
vlijtzaak requisitoir gehouden en de vólgen
de straffen geëischt:
Tegen den ex-directeur L. M. twee jaar en
zes maanden met aftrek van twee maanden
preventieve 'hechtenis. Deze verdachte is
door de rechtbank in eerste instantie ver
oordeeld tot twee jaar en zes maanden (zon
der aftrek van preventief).
Tegen den ex-commissaris J. P. één jaar
en zes maanden, eveneens met aftrek van
twee maanden preventieve hechtenis. Het
vonnis tegen F. door de rechtbank uitgespro
ken is één jaar en negen maanden (zonder
aftrek van preventief).
Nadat de pleidooien waren gehouden, ging
het gerechtshof in raadkamer en bepaalde
dat op Woensdag 29 April alsnog een formeel
getuigenverhoor zal worden gehouden. De
verdachten zullen dan tevens gelegenheid
krijgen voor het laatste woord.
Wagen van den heer v. Vessem
beantwoord.
©ver een stuk ïn de „Vrijzinnig-Democraat".
De ministers van Justitie en van Buiten-
landsche Zaken hebben geantwoord op de
vragen van het Eerste-Kamerlid mr. A. J.
van Vessem, die zich had gestooten aan een
stuk uit het weekblad ..De Vrijzinnig Demo
craat", waarin de politieke moord op met
name genoemde leiders van bevriende, naties
onder bepaalde omstandigheden als veront
schuldigbaar werd voorgesteld
De ministers geven te kennen, dat zij van
de aangehaalde zinsneden kennis hebben ge
nomen, doch tevens dat zij de door den heer
Van Vessem aangehaalde zinnen als uit hun
verband gerukt beschouwen. De ministers
hebben ook uit andere nummers van de be
doelingen van den schrijver kennis genomen.
Daar het instellen van een strafvervolging,
als waarom de heer Van Vessem had ge
vraagd, ter beoordeeling staat van het open
baar ministerie, heeft de minister van Jus
titie zich in verbinding gesteld met het par
ket, dat echter in dezen geen strafbaar feit
aanwezig achtte.
Den minister van Justitie is niet bekend
of de ministers van Financiën en Sociale
Zaken leden van den V. D. Bond de
plaatsing van het bewuste artikel goedkeu
ren. De minister van Buitenlandsche Zaken
ten slotte, antwoordt op een desbetreffende
vraag van den heer Van Vessem, dat hij het
niet noodig oordeelt stappen te nemen om
te voorkomen, dat deze uitlatingen in het
orgaan van een politieke partij, waarvan
twee leden deel uitmaken van het kabinet,
schade toebrengen aan den goeden naam
van ons land en aan Nederlands buitenland
sche betrekkingen.
Meisje te Leiden vermoord.
Toen zij bij bioscoop stond
te kijken.
Dader heeft vermoedelijk uit minnenijd
gehandeld.
Dinsdagavond te ongeveer acht uur stond
de 22-jarige fabrieksarbeidster J. S. uit Zoe-
terwoude die werkzaam was aan een sajet.fa-
briek te Leiden, in de hal van een bioscoop
theater aan den Stationsweg aldaar foto's te
bekijken, toen zij werd aangevallen door den
28-jarigen M. C. B.. meesterknecht aan die
zelfde fabriek, die haar met een broodmes
eenige steken in den rug toebracht. Korten
tijd daarna is het slachtoffer aan de bekomen
verwondingen overleden. De dader werd dooi
de politie gearresteerd en legde een volledige
bekentenis af.
Naar wij vernemen, had B. meermalen ge
tracht aan mej. S. zijn liefde te verklaren, die
hem evenwel had afgewezen.
Toen B. zijn aanzoek had herhaald, had mej.
S. zich daarover beklaagd bij de directie dei-
fabriek. Daarop schijnt B. uit wraak zijn daad
te hebben gepleegd.
Centrale Suiker Mij. boekt
winst.
ƒ702.624 (V. j. verlies ƒ192.228).
Aan het jaarverslag der Centrale Suiker
Maatschappij over het boekjaar 1934/1935
wordt het volgende ontleend:
In de eerste maanden van het verslagjaar
bewoog de suikerprijs zich op het laagste
niveau, dat in de crisisjaren werd gekend;
hierna zijn de noteeringen langzaam geste
gen. Het gemiddelde was ca. f 0.70 beneden
het voorgaand jaargemiddelde. De Amster-
damsche noteering (bieden) over het ver
slagjaar, voor disponibel, bedroeg toch f 3.46
tegen f 4.18 en f 5.50 over beide voorgaande
jaren.
Ten aanzien van de steunmaatregelen ten
gunste van de bietencultuur werd het ten vo-
rigen jare ingevoerde systeem wederom toe
gepast. Den telers van suikerbieten moest
echter een prijs van f 10 per 1000 K.G. wor
den verzekerd, zijnde f 1 minder dan Ao. Po.,
terwijl voor de berekening der bijdrage daar
in ten laste van het Landbouwcrisisfonds, de
kosten van fabricage, raffinage en verkoop
van de te produceeren suiker wederom op
een lager bedrag werden aangenomen. Bui
tendien werd de totale hoeveelheid gesteunde
bieten met 10 pet. verminderd.
Ten gevolge dezer beperking was de hoe
veelheid door onze fabrieken verwerkte
beetwortelen aanmerkelijk kleiner dan het
jaar tevoren, hoewel de beetworteloogst we
der gunstig was.
De exploitatierekening sluit met een sal
do-winst van f 625.299 (v. j. saldo-verlies
f 192.228). Evenals voorgaande jaren is in
dit saldo begrepen de uitkeering op aandee-
len in andere ondernemingen evenals het
provenu van arbitrage- en andere handels
zaken. Dit saldo, overgebracht naar de winst
en verliesrekening, wordt vermeerderd met
het voordeelig saldo der interestrekening ad
f 245.441, welke rekening ditmaal een belang
rijke bate leverde als gevolg van de zeer
ruime middelen, waarover wij een groot deel
van het jaar beschikten.
Indien de vergadering zich met de ver
schillende voorstellen kan vereenigen sluit de
winst- en verliesrekening met een saldo-winst
ad f 702.624 (v. j. verlies f 192.228).
Voorgesteld wordt hieruit een uitkeering
te doen van f 21 per nieuw aandeel en na sta
tutaire uitdeelingen een bedrag van f 39.269
op nieuwe rekening over te brengen.
Een klein stilleven door Jan Jansz.
van de Velde. Uit de collectie J.
M. C. Hoog te Haarlem, (thans
geëxposeerd op de tentoonstelling
van het Kunstverbond in het
Frans Halsmuseum).
In de reeks kleine artikelen, die wij tot nu
toe aan Haarlem's Kunstbezit gewijd hebben,
zijn er slechts enkele over stillevens aan te
treffen. En dat terwijl het stilleven een zoo bij
uitstek Hollandsche kunstsoort is dat het aan
tal stillevenschilders in de 17e eeuw reeds niet
meer te overzien is.
In de schilderkunst is het stilleven geheel
en al van Hollandschen oorsprong. Althans, als
op zich zelf staand, niet als vulling of versie
ring in andere composities gebruikt, onder
werp, dus als schilderij dat uitsluitend om het
stilleven gemaakt is. Natuurlijk vindt men bij
de primitieven en in nog oudere kunst frag
menten, die men als stilleven zou kunnen af
zonderen uit de voorstelling, doch als zelf
standig kunstproduct komt het voor het eerst
in de Nederlanden voor en zijn de Fransche
en Spaansche stillevens, die iets later kwamen,
op de Hollandsche geïnspireerd.
De waardeering voor die kunstsoort was in
de 17e eeuw grooter dan later, toen ze inge
slapen scheen om eerst in het laatst der vorige
eeuw weer wakker te worden, Toen kwam men
ook pas, door de steeds zich uitbreidende studie
der kunsthistorie tot de ontdekking hoe groot
het aantal der schilders was, dat zich ermede
had bezig gehouden. Wel waren er zoo enkelen
wier namen men kende, wel werd een Abra
ham van Beyeren, een Willem Kalf, een De
Heem in de collecties opgenomen maar de tal-
looze kleinere meesters, die dit drietal omga
ven, waren öf onbekend, öf men had hun
werken gemakshalve maar tusschen het oeuvre
van het illustere drietal ingeschoven. Zoo lang
zamerhand is daar klaarheid in de waardee
ring gekomen en daarbij ook aan de kun
stenaars van het tweede plan een plaats inge
ruimd. Tot dezulken behoort Jan Jansz van
de Velde wiens prachtig schilderijtje met
bierglas en rookgerei thans voor ieder te zien
is en hiernaast gereproduceerd staat.
Hoewel in de verschillende groote musea
(Amsterdam, Den Haag, Berlijn en andere
buitenlandsche openbare verzamelingen) werk
van denzelfden schilder wordt aangetroffen
is over zijn persoon, naar ik meen, nog niet
zooveel bijzonders aan het licht gebracht. De
Van de Velde's zijn talrijk in de kunsthistorie
van onze gouden eeuw en er zijn beroemden
en minder beroemden onder. In zijn kunst
lexicon kan men er wel een veertien-vijftien
tal vinden en als bij vorstelijke dynastieën
worden zij als Willem I. II en III, Jan I, II en
Jan Jansz. enz. genummerd en aangeduid. De
maker van ons mooie schilderijtje van van
daag zou vermoedelijk de zoon van Jan II, den
landschapschilder en graveur geweest zijn
LANGS DE STRAAT.
Uitkijken.
Ik zag hem op één van die werkelijke lente
middagen, welke we na 21 Maart nog maar
zoo schaars hebben gekend. En evenals ik
zagen vele anderen hem, moesten hem
wel zien, omdat zijn ruige, overhangende
wenkbrauwen, z'n met naden bedekt karbon
kelgezicht te opvallend, te zeer de aandacht
trekkend waren om hem, geiijk de meeste
anderen onopgemerkt te passeeren. Zijn ruw
gehouwen gelaatstrekken, zijn vurige oogen
glans, gaven hem een Mivabeausch uiterlijk,
welke gelijkenis nog versterkt werd door den
extravaganten neus, die een zeer ruime moge
lijkheid voor de gedachte aan lettres de
cachet, zij het dan in dit geval van Vader
Staat, openliet.
Hij ging, zonder zich dien aandacht van
velen bewust te zijn, zijns weegs: trachtte
zijn fiets tusschen een boom en den stoeprand
door te laveeren, maar de door de boomwor
tels hobbelige straat deed hem half zijn even
wicht verliezen en alleen door haastig zijn
rechtervoet op het trottoir te zetten wist
hij een val te voorkomen. Een botsing even
wel niet, want hij raakte het voorwiel van de
fiets van den rossigen slagersjongen, die op
zijn beurt daardoor botste met een kinder
wagen, voortgeduwd door een ranke jeugdig
heid.
De niet erg snuggere knaap had zijn ge
dachte nog wel zoover bij elkaar, dat hij kon
losbarsten:
„Kijk uit, uil
Direct gevolgd door een snerpenden kreet
der jeugdigheid, wier voertuig een leelijke
kras op den bak had gekregen:
Let op, suffertO m'n wagen
De geest van den man ontwaakte. Zijn neus
wat in de hoogte stekend, alsof hij door dien
enormen, blauw-rood gekleurde gezichtstomp
indruk wilde maken, overzag hij zijn belagers.
Dan klonk zijn schorre stem, welke uit z'n
middenrif vandaan leek te komen:
„Mefrau, jongeman, uw beide hebt mij,
uwes dienaar weer op een waarheid geweze.
dewelke van alle eeuwe is.
Hij schraapte even de keel, merkte dat z'n
gehoor, hetwelk inmiddels met drie man was
uitgebreid, reeds in zijn ban was en ver
volgde:
van alle eeuwe. Oitkijke en oplette
benne de meest etsensieele kernpunte van 't
leve, zoowel in cult.ereel. als in sociaal, als in
ekonomisch opzicht. U alle zei dat misschien
nie-zoo-direk door hebbe. maar ik. uwes die
naar, weet 't en in Sjenèfe wete ze 't ook.
Weer wachtte hij even. Fonkelde van onder
zijn wenkbrauwen over de groep, die aller-
bedenkelijkst aangroeide. Dan:
„Veral in 't v'n daag-de-dagsche leve.
Hebbe ze daarom in Amsterdam d'r ook niet
'n speciaal theater voor geopend, de Oitkijk?
Nou zag ik zooeve die paal daar
Z'n arm gebaarde naar een lantaarnpaal,
welke tien meter verder stond.
en doch bij mezelvers: oitkijke. Maar
toen zag 'k hier die hobbelebobbelige rot-keie
niet. Dóch wie staat zie toe, dat hij niet valt.
'k Heb m'n heele leve oitgekeke en opgelet, en
nou één ocgenblikkie nie-goed-genoeg. Als
uwes. jongeman, even goed uit uwes doppe
gluurt, zei uwes 't nog eens net zoo ver trenge
als uwes dienaar. Dus oitkijke en oplette.
En nu, dames en heere, allegaar ajuus"
Z'n linkerbeen zwaaide.over het zadel, hij
gaf een fikschen duw op het pedaal en reed.
Voordat iemand tot de gewone sleur van de
straatwandeling was teruggekeerd, botste hij
tegen een paal.
De slagersjongen schrok en maakte een
tweede kras op .den wagen. De ranke juffrouw
was ineens weer bij en haaibaaide intens fel:
„Kijk uit, suffert, dat is weer niet opgelet".
Ls.
ongeever in 1620 geboren en in ieder geval na
1660 gestorven. Veel is het dus niet wat wij
met zekerheid van hem weten, maar zijn werk
is daar niet minder mooi om, ondanks zijn
eenvoud, zijn gemis aan praal, zijn bijna nuch
tere zakelijkheid. Het zijn juist die eigen
schappen die ons in hem aantrekken en hem
sterk afzonderlijk plaatsen naast de luxueuse
stillevens van een Heda of Kalf, of naast do
hartstochtelijker geschilderde visch- en fruit
stukken van Van Beyeren. Welk een innig ple
zier heeft onze schilder erin gehad die open
gescheurde papieren zak met tabak uitvoerig
uit te beelden, "iedere vouw, iedere kreukel hun
waarde te geven en hóe weinig modern blijkt,
als wij dit schilderijtje goed zien, onze „mo
derne" zakelijkheid. Ook hier blijkt het woord
„modern" in de kunstbeschouwing een niets
zeggend stopwoord. Eenzelfde aandacht be
steedde hij aan de Goudsche pijp en hij ver
doezelt den loggen vorm er van niet en het
glimlicht op het bierglas wordt hem een ge-
wetensquaestie van observatie. Ernstig is zulk
een klein werk, het heeft den ernst waarmee
Vincent van Gogh later ook zulk een papier
met tabak, en een pijp en een test zal schilde
ren, dan nog veel moedwilliger karakterisee-
rend, nog feller den eenvoud dier goedkoope
genotmiddelen belichtend. Van de Velde (hij
stamt uit een schildersfamilie!), moraliseert'
Jaarverslag Kamer van
Koophandel.
Een somber relaas.
HAARLEM Woensdag.
Wij ontvingen het jaarverslag over 1935
van de Kamer van Koophandel en Fabrie
ken voor Haarlem en omstreken, waaraan
wij het volgende ontleenen:
Na een overzicht van de handelingen der
Kamer in het afgeioopen jaar volgt het ver
slag betreffende den toestand van handel en
nijverheid in 1935 waaruit wij hier en daar
een greep doen.
Op een enkele fabriek na is de hoeveelheid
werk in de machinefabrieken minder ge
weest dan in 1934. terwijl de prijzen over
het algemeen tengevolge van de concur
rentie"even onbevredigend bleven. Het
aantal arbeiders in de fabriek van rijtuigen
en spoorwagens moest wederom worden in
gekrompen. Het bedrijf leverde nooit zulke
slechte uitkomsten op als dit jaar. De finan-
cieele resultaten zijn wederom slecht.
In den scheepsbouw bleven orders voor
nieuw te bouwen schepen uit
Het verslag van de Kon. Ned. Hoogovens
en Staalfabrieken N.V. maakt melding van
het feit. dat ook in het afgeioopen boekjaar
de hoogovens 1 en 3 onafgebroken in bedrijf
konden worden gehouden. De totale ruw-
ijzerproductie gedurende bet verslagjaar be
droeg 261.531 ton (gemiddeld per dag 717
ton).
Het 'beeld van den export In het cacao- en
chocolade-bedrijf was vrijwel gelijk aan dat
der laatste jaren, zoowel de depreciatie der
valuta's in verschillende landen, als de hooge
invoerrechten belemmeren omzetten van be-
teekenis. De daling der koopkracht van de
Europeanen in Ned.-Indië drukte haar stem
pel op den export naar Indië. Ondanks licht
stijgende grondstof prijzen brokkelden de
prijzen van het product verder af. Suiker
accijns en omzetbelasting drukken zwaar,
De toestand in het tabaksvak is de laatste
paar jaar weinig veranderd, de omzetten
blijven met de grootste moeite op peil. wat
het quantum betreft. Door de steeds lagere
prijzen wordt de kapitaalomzet belangrijk
kleiner. Door de luxe-verpakking ('helaas
ook reeds voor de goedkoopere soorten) plus
de groote sociale lasten wordt de winst zoo
gedrukt, dat de kleine kerverijen niet meer
loonend kunnen werken. Het tabaksverbruik
wordt niet minder en de export gaat een
weinig vooruit. De ruwe tabak is in de ge
middelde en ordinaire qualiteit voor een on
gekend lagen prns te koop. terwijl de goede
qualiteit duur blijft.
De wijn- en gedistilleerdhandel beweegt
zich neg steeds in dalende lijn. De gedistil-
leerd-handel heeft nog steeds te lijden cr.der
knoeierijen.
De toestand in de steen industrie was in
1935 buitengewoon slecht De prijzen zijn in
1935 afgezakt tot 40 a 50 pet. van die van
1914.
De reeds in 1934 gesignaleerde ontstellende
achteruit-gang in de bouwvakken is ook in
het jaar 1935 niet tot staan gekomen.
Niettegenstaande het toch al zoo groot
gebrek aan werkobjecten voor het bouwbe
drijf. gingen verscheidene overheidslichamen
ook in 1935 op ruime schaal voort, werken in
eigen beheer uit te voeren, waardoor aan de
gevestigde 'bedrijven weer werkgelegenheid
wordt ontnomen.
De gevolgde werkverschaffingspol itiek
kwam v"eelal hierop neer. dat de werkloos
heid niet bestreden, maar slechts verplaatst
werd naar het toch al zoo zwaar getroffen
bouwbedrijf.
In het electro-technisch en radlobedrijf is
in 1935 geen verbetering ingetreden. Het
werk was het geheele jaar onvoldoende.
In het loodgieters- en fittersbedrijf gingen
de zaken nog meer achteruit.
In den geld- en effectenhandel was de
toestand uiterst verward o,m. door de deva
luatie van de Belga en den daarna gevolgden
strijd om de integriteit van den gulden, die
eindigde in een volledige overwinning van
minder en blijft in de eerste plaats op hef
picturaal effect bedacht. Zoo staat het gevul
de bierglas in volkomen harmonie wal
kleur betreft met den achtergrond en de
voorwerpen op de tafel, hij heeft niets op-
dringend-manifesteerends, hij blijft nuchter-
elegant.
In de Fransche kunst van de 18e eeuw zal
men bij Chardin. in die van de 19e bij F. Bon
vin analoge qualiteiten in hun stillevens terug
vinden. De beschouwer die dit werkje van \fan
de Velde goed in zich opneemt verschaft zich
een sleutel tot goed begrip van een zeer be
paalde opvatting in de st-illevenschildering.
Wilhelm Bode beweerde al in 1906 dat uit de
voorstellingen op de Hollandsche stillevens dei-
He eeuw te concludeeren viel in welk kunst
centrum ze ontstaan waren. Haarlem. Leiden.
Den Haag, Utrecht hebben stillevenschilders
opgeleverd.
De patrïcierstad Haarlem zegt Bode
heeft schilders die den beschouwer zich laten
verlustigen in den aanblik van een goeden
disch, de overladen tafel der rijken met veel
zilverwerk en Venetïaansch glas. tusschen
pasteien en wildbraad, of de soberder tafel van
den kleinen man waarop men een stoop bier,
wat oesters, een stuk kaas en een pijpje tabak
ziet. Leiden is de stad der bezonken geleerd
heid: van hier komen de stillevens met boeken
in fraaie leeren banden,
doodshoofden en zand-
loopers (vanitassen) en
muziekinstrumenten.
Den Haag met zijn
vischmarkt en Scheve-
ningen in de nabijheid
sou de schilders der
visch-stillevens gele
verd en het prachtlie-
vend Utrecht die dei-
bloemstukken voortge
bracht hebben. Voor
Den Haag komt dan
Van Beyeren, voor
Utrecht De Heem voor
het front. Bode's opmer
king lijkt niet onjuist,
al kan ze wat wille
keurig schijnen als wij
bedenken dat die ar-
beidsverdeeling, met
het verhuizen van
schilders bijvoorbeeld,
wel verbroken zal zijn.
En dat ook van huis uit
in Haarlem wel visch
en in Utrecht wel boe
ken zullen geschilderd
zijn. Maar als alge-
meene karakteristiek
is Bode's opmerking
zeker bruikbaar en
geeft ze den leek een
benaderend houvast als
hij een Hollandsch stil
leven uit de 17e eeuw
wil thuis brengen, waar
het behoort.
J. H. DE BOIS.
de Nederlandsche Bank, gerugsteund door de
Regeering.
In de winkelbedrijven was de toestand al-
gemeen slecht. Alleen de boekhandel con
stateert een stijgende belangstelling voor net
boek. Geklaagd wordt over de boekenbeur
zen. die onder auspiciën van de directeuren
van middelbare scholen gehouden worden.
Wat bloemen en planten betreft: de eerste
helft van het jaar was slechter dan de twee
de. Hoewel de toestand weinig bevredigend
te noemen is. schijnt het laagste punt be
reikt te zijn.
Het ongunstige beeld dat het vlsschenjbe-
drijf vertoont, is reeds herhaalde malen be
licht.
De bloembollenteelt in het buitenland
neemt toe. hetgeen een gevaar Inhoudt voor
het Nederlandsche bloembollenbedriif.
De uitvoer is in 1935 na de stijging in
1934 weer met 630.000 K.G. gedaald en
bedroeg 44 1 millioen K.G. met een waarde
van 21.6 millioen gulden. Deze daling werd
veroorzaakt door de afwerende maatregelen
van Duitschland en Denemarken, die vooral
een ongunstigen invloed uitoefenden op den
afzet van vroege tulpen. De afzet naar an
dere landen toonde, in 'het algemeen geno
men. een wat stijgende lijn.
De bedrijfsresultaten van de hotel-, café-
en restaurantbedrijven zijn over 1935 zeer
slecht'geweest. Er zijn groote verliezen gele
den en het zal de vraag zijn of deze bedrijfs
tak zich in 1936 zal kunnen handhaven.
.Wijzififincr van het bloembollen-
saneeringsplan 1935.
Groep der tot export toe-
gelatenen belangrijk uitgebreid
Restitutie van betaalde heffing.
Er is een koninklijk besluit afgekondigd,
waarin het besluit inzake het Bloembollen-
saneeringsplan 1935. voor zoover het op den
export betrekking heeft belangrijk is gewij
zigd en aangevuld.
Wij stippen er uit aan, dat als ..Centrale"
niet meer beschouwd wordt de Stichting Ne
derlandsche Sierteeltcentrale, gevestigd te
's-Gravenhage, maai- dat daaronder voortaan
verstaan wordt elke, door den Minister aan te
wiïzen crisisorganisatie.
Tot nu toe werd. voor de toepassing van het
Bioembollen-saneeringsplan 1935 de Stichting
Bloembollen-Surplusfonds Oogst 1935. geves
tigd te Haarlem, ais de eenige Stichting aan
gemerkt. Thans is bepaald, dat onder „Stich
ting" verstaan zal worden, de door den Minis
ter aan te wijzen rechtspersoonlijkheid, waar
van de statuten door hem zijn goedgekeurd.
Een wijziging van de bepaling betreffende
toelating tot de groep exporteurs van bloem
bollen heeft tengevolge, dat de beslissing over
die toelating, welke tot nu toe berustte, zoo
wel bij den Minister, als bij de Centrale, voort
aan uitsluitend in handen is gesteld van
laatstgenoemd instituut.
In het voorschrift betreffende de vereischtcn
voor toelating tot de vorenbedoelde groep,
werd tot nu toe gezegd, dat slechts diegenen
konden worden toegelaten, die in het jaar 1934
den export van bloembollen hadden uitge
oefend, Aa,n deze bepaling is thans toegevoegd,
dat ook zij, die aan bedoeld vereischte niet
voldoen, toch kunnen worden toegelaten tot de
groep exporteurs.
Tot nu toe moest door den exporteur, aan
de Centrale een heffing worden betaald over
de hoeveelheid bloembollen, waarvoor vergun
ning werd „gevraagd". Het laatste woord is in
de thans afgekondigde wijziging veranderd in
„verleend", waarmede ongetwijfeld aan ge
rechtvaardigde grieven een einde is gemaakt.
Bovendien verkrijgt de betrokken exporteur
voortaan het recht op restitutie der door hem
betaalde heffing over de hoeveelheid bloem
bollen, ten aanzien waarvan door hem wordt
aangetoond, dat export in feite niet plaats
vond.
De jeugd schaakt!
Tournooi in het Christelijk Lyceum.
HAARLEM Woensdag.
Op het oogenblik dat deze krant verschijnt
turen honderdzestig oogen op bord en stuk
ken. In het Christelijk Lyceum is vanmorgen
om kwart voor negen het schaaktournooi be
gonnen voor de middelbare scholen en men
heeft niet- te klagen over de geestdrift bij de
jeugd.
In zijn openingswoord wees de rector van
het Lyceum, Dr. J. van der Eist. op de groote
belangstelling die ook van de zijde der over
heid bleek te bestaan, voor dit. tournooi, wat
bleek uit de woorden, waarmede Haarlem's
wethouder van onderwijs, de heer A. G. Boes,
berichtte verhinderd te zijn. De heer Boes
hoopt echter Vrijdag a.s. bij de prijsuitreiking
aanwezig te zijn.
De belangstelling voor de groote match
Euwe-Aljechin is dus geen stroovuurtje ge
weest. Er is een grondige belangstelling voor
het schaakspel, een ernstig spel. De heer van
der Eist hoopte dat in deze „speelzaal" een
prettige stemming zou heerschen en eindigde
met de woorden van dr. Euwe: speel tegen
bord en stukken, niet tegen personen.
Na een korten technïschen uitleg van drs. F.
Minnema, die met den heer A. D de Groot de
commissie voor de wedstrijdleiding vormt,
ving het tournooi aan.
De wedstrijd is in tweeën verdeeld. In de
eerste plaats wordt een groepstournooi ge
speeld. Voor iedere groep van vier spelers is
een prijs beschikbaar. Het groote algemeene
tournooi wordt om het kampioenschap ge
speeld. Hiervooris een prachtige beker uit
geloofd. Iedere school heeft de vier beste
spelers gezonden. In het totaal doen hieraan
twee en dertig deelnemers mee, doch daar
enkelen niet waren verschenen, zaten hun te
genstanders werkeloos te kijken tot een half
uur was verstreken. Want volgens het wed
strijdreglement heeft hij, die een half uur
te laat is, zijn partij verloren.
Zij, die op deze wijze zonder slag of stoot
hun ronde hadden gewonnen, zetten zich
maar tegenover elkaar en speelden een „wil
de" partij, wel wat teleurgesteld door hun
emotielooze zegepraal. Maar zij waren toch
opgewekt, immers.
Tegen bord en stukken, niet tegen perso
nen.
Aan de andere tafels, waar „echt" werd ge
speeld. heerschte de grootste ernst. Met veel
overleg betwist men elkaar daar thans het
bezit van een pion. terwijl de tijd verder
gaat. Vrijdag zal de prijsuitdeeling plaats
hebben en zal de beker in handen komen
van haar of hem. die in deze „driedaaesche"
de overwinning aal hebben behaald.