Het Haarlemsche Crisis Comité.
Een Centenkwestie.
Cijfers over het Onderwijs.
Het Beê&siQ&i&ste
53e Jaargang No. 16205
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen
Woensdag 22 April 1936
HAARLEM S DAGBLAD
Directie; P. W. PEEREBOOM
en ROBERT PEEREBOOM.
UITGAVE LOURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR
COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V.
Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM.
ABONNEMENTENper week 0.25, per maand 1.10, per 3 maanden
f 3.25, franco per post ƒ3.55, losse nrs. ƒ0.06. Geïllustreerd Zondagsblad:
per week S 0.05, p. maand 0.22, p. 3 mnd. 0.65, franco p. post f 0.72*4.
Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspa&rne 12
Telefoon Nos-: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600
Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810
Bijkantoor: Soendaplein 37, Haarlem-Noord, Telefoon 12230.
ADVERTENTIëN 15 regels f 1.75, elke regel meer f 0.35. Reclames
ƒ0.60 per regeL Tarieven regelabonnementen op aanvraag. Vraag en
aanbod 1—4 regels 0.60. elke regel meer ƒ0.15. Onze Groentjes zie
hoofd rubriek.
Gratis Ongevallenverzekering voor betalende abonnés. Levenslange ongeschiktheid f 600.-, Overlijden f 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog 400.-, Duim 250.-, Wijsvinger f 150.-, Elke andere vinger f 50.-, Arm- of Beenbreuk 30.-—
Idem voor Abonnés op het Geïllustreerd Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid 2000.-, Overlijden 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog 400.-, Verlies Duim f 75.-, Verlies Wijsvinger f 75.-, Verlies andere vinger 30.-.
Alles indien het gevolg van een ongeval en volgens gratis ten kantore van dit blad verkrijgbare voorwaarden.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWAALF BLADZIJDEN.
HAARLEM, 22 April.
De Gentleman.
Drie Engelsche rechters hadden eenigen tijd
geleden een gedachtenwisseling over de juiste
definitie van het begrip „gentleman". Het
moge verwondering wekken dat een dergelijk
dispuut nog vereischt werd in het geboorte
land van een woord, dat sinds lang interna
tionaal burgerrecht heeft verworven. Maar zoo
vreemd is dat eigenlijk niet. Verwerven in deze
wereld vol meeningsverschil juist niet die
woorden en begrippen het gemakkelijkst alge
meen burgerrecht, die het moeilijkst te defi-
nieeren zijn? Ze zijn juist zoo bruikbaar om
dat er verschillende uitleggingen aan gegeven
kunnen worden door verschillende menschen.
Zij vormen tenslotte een soort compromis.
De eenige nog levende der drie rechters,
Lord Hewart, heeft thans de gegeven definities
onthuld. Zij zijn:
Rechter Hewart: „Een gentleman is iemand
die nooit onbeleefd is wanneer hij niet onbe
leefd wil zijn."
Rechter Avory: „Een gentleman Is iemand,
die nooit het woord gentleman gebruikt."
Rechter Shearman: „Een gentleman is
iemand die gentle (zachtaardig) is als een
vrouw en mannelijk als een man."
Lord Hewart bewijst de nagedachtenis van
zijn collega Shearman eer, door te verklaren
dat hij diens definitie de beste vindt. Zijn
eigen uitspraak zal, geloof ik, dan ook maar
weinigen bevredigen. Wat die van den rech
ter Avory betreft, men kan eruit afleiden dat
hij blijkbaar een hekel aan snobs had. Maar
anen kan er ook van zeggen dat hij in humor
tekortschoot; Als ©en gentleman iemand is
die nooit het woord gentleman gebruikt had
den hij en zijn collega's er geen dispuut over
moeten gaan houdenaannemend dat zij
zichzelf toch ongetwijfeld als gentlemen be
schouwden.
De drie Engelsche definities, afkomstig van
drie zeer scherpzinnige mannen en dus wel
representatief voor Engelsche opvattingen te
noemen, zullen vermoedelijk verscheidene le
zers verwonderen. Ik geef u in overweging er
eens in den familiekring, c.q. versterkt met
bezoekers, over te beginnen. Gij kunt u dan
ook gaan vermeien in de vraag, welke daden
iemand uitschakelen voor den titel. Is bij
voorbeeld een officier, mijnentwege een met
een adellijken titel en een heeleboel kwartie
ren in zijn wapen, die gifgas en brandbom
men uitstrooit over een weerlooze bevolking
of over troepen die niet over afweermiddelen
tegen vliegtuigen beschikken, een gentleman?
Ik noem maar een enkel voorbeeld. Andere
vraag: hebben kleeding, welstand, zuivere
uitspraak van de taal, welgemanierdheid te
genover menschen van allen rang en stand er
iets me© te maken? Begint u maar eens
en als u een heel lange definitie klaar hebt
ga dan eens vaststellen welke menschen, die
gij allen kent, gij als gentlemen beschouwt.
Ik zou de bespreking wel strikt vertrouwelijk
houden.
Mogelijk zijn er die zeggen zullen, dat de
Engelschen als scheppers van het woord ook
het begrip duidelijk behoorden te kunnen vast
stellen, temeer omdat een van hun geliefdste
spreekwoorden zegt: „Er worden drie gene
raties vereischt om een gentleman te maken".
Bedoelen zij daarmee dan een ondefinieerbaar
mensch, of iemand die alleen maar door veel
anderen als een gentleman betiteld wordt?
Dat hoorden ze toch te weten!
Goed. Hier volgt omiddellijk het onderzoek
van een onzer eigen termen, en wel een die
onvertaalbaar is in Frankrijk, Duitschland,
Engelandja, ik geloof overal. Wat is
deftig? Waarom is een familie deftig? Of een
man alleen, of een vrouw alleen? Begint u
daar maai eens aan! Definieert u het maar
eens, duidelijk en dus niet al te lang. Schrijft
u er desnoods eens een prijsvraag over uit in
uw vriendenkring. Het is niet zoo heel een
voudig.
Wonderlijk, dat de Engelschen Bernard
Shaw nog niet gevraagd hebben naar zijn
definitie van het woord gentleman. Hij zou
vermoedelijk antwoorden: „Ik". Want hij zegt
altijd; „Ik".
Dat is natuurlijk ook een manier om zulke
vraagstukken op te lossen.
R. P.
Belgisch postvliegtuig
verongelukt.
Uit Senlis, 22 April: Het driemotorig
Belgische postvliegtuig, dat den gere-
gelden nachtelijken dienst Parijs-
BrusselKeulen onderhield, is gister
avond omstreeks 20.30 uur tusschen
Bussy en Baron in het departement
Oise door een buitengewoon heftigen
windvlaag tegen den grond geslagen.
De Belgische piloot Fecheroles en de
radiotelegrafist Bloots zijn om het
leven gekomen. Zij zijn levend ver
brand. Ook de post is verbrand, te
zamen met het toestel.
{Reuter-A. K. Pui
Een mijlpaal.
De officieele naam van het Comité is feite
lijk veel langer, maar ieder weet wel wat men
onder het Haarlemsche Crisis Comité ver
staat. Het bestond reeds vóór de oprichting
van het Nationaal Crisis Comité. Nu het Na
tionale Comité op 1 Mei zijn werk stop zet en
de meeste plaatselijke Comité's zich daarbij
aansluiten is te Haarlem reeds in October van
het vorige jaar overwogen, wat hier diende te
geschieden. Het genomen besluit is bekend. Het
Haarlemsche Comité zet zijn arbeid na 1 Mei
voort, al zal in zijn werkwijze het een en ander
veranderen. Er is dus allerminst aanleiding nu
reeds de geschiedenis van het Comité op
schrift te stellen. Maar wel mag een oogen-
blikstil gestaan worden bij den mijlpaal, welke
is bereikt. Over het werk van het Crisis Comité
in onze Spaarnestad is in de afgeloopen jaren
veel kritiek geuit en zijn ook veel waardee-
rende woorden gesproken. Den critici zouden
wij willen mededeelen, vergeet niet, dat zij
die dit moeilijke werk vervulden amateurs zijn,
die uitsluitend aan de oproepstem gehoor heb
ben gegeven om mede te arbeiden, teneinde
de gevolgen der werkloosheid zooveel mogelijk
te temperen. Ons werk was menschenwerk,
met al de fouten, die nu eenmaal noodwendig
daaraan kleven.
Onder de bezielende leiding van wijlen mon
seigneur Aengenent en thans onder presidium
van Prof. Dr. A. A. v. Schelven zijn dag in dag
uit besprekingen gevoerd over de ingekomen
verzoeken om hulp, zijn honderden formulieren
met de daarbijgevoegde toelichtende rappor
ten doorgewerkt en ten slotte de beslissingen
genomen. Het aantal vergaderingen werd tot
een minimum beperkt. Maar wanneer wij dan
ten slotte bijeen kwamen bleek, dat allen
slechts één doel voor oogen houden: de be
hartiging van de belangen van hen, die zich
tot ons wenden. De vertegenwoordigers van
het gemeentebestuur, van de Kamer van
Koophandel en Fabrieken, van de werknemers
organisaties en van hen, die krachtens andere
aanspraken om de groene tafel vereenigd wer
den, hebben altijd over de te nemen maatrege
len de grootst mogelijke eenstemmigheid ge
toond. Daardoor werd het met elkander sa
menwerken een genoegen. Dat daarbij de steun
van Maatschappelijk Hulpbetoon en den Ar
menraad niet gemist kon worden, spreekt van
zelf. Het Comité heeft daarvan in ruime mate
kunnen profiteeren.
De aanvankelijke gedachte, dat ons Comité
slechts een zeer tijdelijk karakter zou hebben,
is helaas niet bewaarheid geworden. Integen
deel, het aantal hulpbehoevenden, hetwelk
zich in den beginne in hoofdzaak bepaalde tot
de arbeidersgroepen, breidde zich geleidelijk
uit over andere deelen der stadsbevolking. Dat
feit, noopte reeds na enkele jaren tot een her
ziening van het werk van het Comité. Het ar
beidsterrein werd grooter, onze financiën
eischten voortdurend versterking, de noodzaak
bracht ons er toe bepaalde steun verleeningen
aan andere organen over te laten. Maar zelfs
deze splitsing kon niet verhelpen, dat wij
velen moesten teleurstellen. Het is begrijpe
lijk, dat dich daardoor kritiek openbaarde.
Maar wanneer men bedenkt, dat ons Comité
financieel beschouwd geheel afhankelijk is
van de opofferingsgezindheid der Haarlemsche
burgerij, dan is het duidelijk, dat selectie on
vermijdelijk is, velen een afwijzing moesten
ontvangen, niettegenstaande wij dikwijls over
tuigd waren, dat hulpverleeening wenschelijk
zou zijn geweest.
Tot de voorzieningen, welke het Comité trof,
toen de toestand in stede van beter slechter
werd, behoort de instelling van de Commissie
voor den Middenstandssteun. Deze Commissie
zetelend in het gebouw der Kamer van Koop
handel en Fabrieken heeft zeer veel nuttig
werk verricht. Zij treedt op als adviseurs voor
het Crisis Comité en ontvangt van haar gel
den, die uitgekeerd moeten worden. De al of
niet-verleening der voorschotten eischt dikwijls
een uitgebreid onderzoek. Voor velen, die zich
met dergelijk werk nooit hebben bezig gehou
den, zal het altijd een raadsel blijven, dat de
arbeid dezer Commissie zooveel tijd vordert,
als in de praktijk is gebleken. Met de grootste
voorzichtigheid dienden de beslissingen geno
men te worden, vooral omdat deze gewoonlijk
over ruimere bedragen liepen. Maar zelfs na de
verstrekking diende de Commissie diligent te
blijven. Het nakomen der aangegane verplich
tingen in den vorm van de terugbetaling der
vastgestelde termijnen, het gereed maken van
alle mogelijke officieele bescheiden, het voe
ren van dikwijls zeer wijdloopige besprekingen,
dat alles vormde een hoeveelheid arbeid, dien
deze Commissie in samenwerking met het Cri
sis Comité diende te vervullen.
In den vorm van het Crisis Comité zal ver
andering gebracht worden. Zijn arbeid zal
zich beperken. Een nieuw te creëeren instan
tie zal naast het Comité optreden. Ongetwij
feld zal gebruik gemaakt worden van de uit
voerige dossiers, waarover het in den loop der
jaren de beschikking heeft gekregen. Dezelfde
personen, die tot dusverre op de commando
brug stonden, zullen daar blijven. Ook in dezen
nieuwen vorm zal kritiek hem deelachtig wor
den. Maar oneindig veel belangrijker is de
vraag, of ook in de toekomst gerekend kan
worden op de hulp van de Haarlemsche inge
zetenen. Het Comité rekent er op, dat deze
zal blijven voortduren. De buitenwereld zal
betrekkelijk weinig merken van de inwendige
reorganisatie. Toch heeft het Crisis Comité
een zekere periode van haar bestaan afgeslo
ten. Het heeft zich, door maatregelen buiten
hem zelf genomen, moeten aanpassen bij de
gewijzigde omstandigheden. Maar met dezelfde
animo zal het zijn taak voorzetten. Zoo lang
dat mogelijk is. Dat daarbij gehoopt wordt,
dat die periode weldra mag eindigen spreekt
van zelf. Want dat zou niet anders beteekenen,
dan de terugkeer van gunstiger omstandig
heden, dan waaronder wij op het oogenblik
leven.
MOLLERUS.
Radiodistributie Haarlem.
Weg met al die toestelzorgen,
Gaat U maar gerust naar bed.
Als het twaalf uur heeft geslagen,
Wordt het door ons afgezet.
NIEUWE GRACHT 5 TELEFOON 10010
(Adv. Ingez. Med.)
VOORSTEL VAN DEN RIJKS
BEMIDDELAAR.
IJmuider reeders zullen zich beraden.
De Rijksbemiddelaar Mr. S. de Vries
Czn. heeft Dinsdag een langdurige
bespreking gehad met de partijen in
zake de contract-actie te IJmuiden.
Wij vernemen dat de Rijksbemid
delaar een voorstel heeft gedaan,
waarover de reeders zich zullen be
raden. (A.N.P.)
HAARL. AMATEUR-FOTOGRAFEN
VEREENIGING.
Voor de Haarlemsche Amateur-Fotografen
Vereeniging zal op Donderdagavond 23 April
a.s. de bekende Nederlandsche broomolie-
werker W. Verwey, uit Amsterdam een lezing
met projectie houden over het onderwerp:
„Landschapfotografie voor den amateur".
Belangstellende amateur-fotografen zijn
welkom. De bijeenkomst vindt plaats in het
Vereenigingslokaal van de „Haarlemsche'"
Gedempte Oude Gracht 104, alhier.
WONINGBOUW RAMPLAAN - ELSWOUTLAAN
m.|z. centr. verw., vanaf f4600.
RINKEMA-ROOSDORP
Inlichtingen o. h. werk OVERVEEN, ook tel. 26429
AERDENHOUT Huurprijs vanaf f 32.50 p. mnd.
(Adv. Ingez. Med.)
De ontvangst van den nieuwen Japanschen gezant te Hsingking door den
keizer van Mandsjoekwo. Naast keizer Poe Nji (vooraan in het midden) ziet
men links den Japanschen gezant Ueda en rechts minister-president
JTsjang Tsjjng Huy,
(De koperen centen zullen in Indië
binnenkort worden vervangen door
bronzen met een gat erin ter on
derscheiding, wanneer het daartoe
door Min. Colijn ingediende ivets-
onUoerp wordt aangenomen.)
In Indië is plotseling
Een centenkwestie aan de orde,
De cent, een zeer belangrijk ding,
Zal brons in plaats van koper worden
De nieuwe munt wordt spoedig al,
Zooals de term luidt, uitgegeven,
Mij lijkt in dit speciaal geval,
Het werkwoord geven overdreven.
Maar hoe dit zij, de nieuwe cent
Wordt niet meer koper, maar een bronzen,
En opdat men hem goed herkent,
Zal men er nog een gat in ponzen.
Het nieuw model gaat er goed in,
Aan die voorspeiling durf 'k me wagen,
Men zal hem van het eerst begin
Wel algemeen en gretig vragen.
Maar niet omdat de cent van thans
Zoo'n zucht verwekt naar variatie.
Niet om zijn nieuwen bronzen glans,
Of om zijn fijne decoratie.
Niet om de sierlijkheid van 't gat,
Dat in het midden wordt geslagen
En dat de oude cent niet had,
Zal men den nieuwen zooveel vragen.
Neen. Oost en West, ver van elkaar,
Kunnen gelijk zijn bij momenten,
Zooals bij dit, want hier en daar,
Gaat het tenslotte om de centen.
P. GASUS.
Toeneming van het aantal leerlingen
op H. B. S. en Gymnasium.
Inkrimping van het openbaar L.O.
Uit de onderwiisstatistiek van het Centraal
Bureau voor Statistiek zijn eenige belang
rijke feiten te halen.
Bij het afsluiten van de statistiek op 15
September 1935 waren er in ons land 55 (55)
gymnasia, 118 (118) H.B.S.en B met 5-jari-
gen cursus, 9 (10) H.B,S.en B met 3-jarigen
cursus, 10 (10), literair economische H.B.S.en,
48 (46) Lycea, 19 (19) middelbare meisjes
scholen en 41 (41) handelsscholen. In totaal
300 (292) scholen. Tusschen haakjes zijn de
cijfers van verleden jaar opgenomen.
Deze 300 scholen werden bezocht
door 38.264 jongens en 17.935 meis
jes. Totaal dus 56.199 leerlingen. Bij
een jaar geleden vergeleken was dit
een vermeerdering van 1.372 jongens
en 453 meisjes, totaal 1.825, of 3.4
De stijging 19331934 was 1.961 leerlingen,
of 3.7 pet.
De stijging van het aantal leerlingen was
het sterkst bij de Lycea, in 19331934 9.4
en 19341935 6.3
Wat het lager onderwijs betreft, zijn de
volgende mededeelingen te doen:
Het aantal leerlingen bedroeg 1.142.112.
Tegenover het vorig jaar is het met 7.182 ge
daald, d.i. met. 0.6 pet., in 1934 kon een af
neming met 26.622 leerlingen, d.i. met 2.3 pet.
worden vastgesteld. In 1933 bedroeg de
afneming 2 pet.
Bij het openbaar onderwijs ver
minderde het aantal leerlingen met
11.784 (3 pet. in 1934 4.8 pet., in
1933 3.9 pet.), het aantal leerlin
gen bij het bijzonder onderwijs steeg
met 4.602 (0.6 pet., in 1934 0.09 pet.
in 1933 0.9 pet.)
Het aantal leerlingen der Protestantsch-
Christelijke scholen steeg met 0.1 pet. (in
1934 1.7 pet., in 1933 1.8 pet.), dat der
Roomsch-Katholieke met 1 pet. (in 1934
0.3 pet., in 1933 0.3 pet.) en dat der overige
bijzondere scholen verminderde met 0.8 pet.
(in 1934 1.3 pet., in 1933 0.04 pet.)
Het aantal hoofden en onderwijzers be
droeg op den teldatum 31.184. Tegenover het
vorig jaar beteekent dit een daling met 1.337
terwijl in 1934 een afneming met 3.017 viel
te constateeren.
Dit wil dus zeggen, dat in twee jaar
tijds het aantal werkende onderwij
zers met niet minder dan 4354 is ver
minderd.
Als gevolg van de afvloeiing van onder
wijzers steeg het gemiddeld aantal leerlingen
per leerkracht.
Het gemiddelde aantal leerlingen per
klasse was:
1934 1935
Openbaar onderwijs 35.1 35.6
Prot. Christelijk onderwijs 34.2 36.
R.-K. 36.9 38.6
Overig bijz. onderwijs 25.9 27.2
Evenals het vorig jaar staat tegenover de
vermindering van leerlingen en leerkrachten
bij het gewoon lager onderwijs een accres
bij het uitgebreid lager onderwijs.
Het aantal scholen is hier iets terugge-
loopen en bedroeg op 31 December 1935 778.
Vergeleken met het vorig jaar beduidt dit
een vermindering met 3 scholen, terwijl in
1934 een afneming met 17 scholen viel waar
te nemen. Deze daling van het aantal scho
len is ontstaan door vermindering van het
aantal openbare scholen.
Het aantal leerlingen beliep op den tel
datum 90.340. Tegenover het vorig jaar is
het met 3.486 gestegen, d.i. met 4 pet., ter
wijl in 1934 een accres met 4.851, d.i. met 5.9
pet. kon- worden waargenomen. In 1933 be
droeg het accres 9 pet.
Bij het openbaar onderwijs nam het aan-
Het woord is aart....
Schopenhauer:
Hoe meer een mensch tot
volkomen ernst in staat is,
des te hartelijker kan hij
lachen.
tal leerlingen met 1.190 toe (3.2 pet., in 1934
5 pet... in 1933 7.4 pet.), terwijl het bij het
bijzonder onderwijs steeg met 2.296 (4.6 pet.,
in 1934 6.6 pet. in 1933 10.2 pet.)
Het aantal hoofden en onderwijzers be
droeg 3.735. Tegenover het vorige jaar valt
een toeneming met 75 te oenstateeren, ter
wijl er in 1934 50 leerkrachten bij kwamen.
Haarlem telde op 15 Sept. 1935 70 lagere
scholen, als volgt verdeeld: 31 openbare, 14
Prot. Christelijke, 23 R.-K. en 2 andere bij
zondere scholen.
Verder waren er hier nog 10 scholen voor
u.l.o., waarvan 3 openbare. 3 Prot. Christe
lijke en 4 R.-K. scholen.
De openbare lagere scholen te Haarlem
hadden 6193 leerlingen, de Prot. Christelijke
3151, de R.-K. 5646. de overige bijzondere
scholen 184. In totaal hadden de bijzondere
scholen dus 8981 leerlingen.
Voor het u.l.o. waren de cijfers: openbaar
327, Prot. Christ. 371 en R.-K. 653.
Voor de 6193 leerlingen bij het openbaar
l.o. waren 90 onderwijzers en 65 onderwijze
ressen. Voor de 8981 leerlingen bij het bij
zonder onderwijs vinden wij opgegeven 96
onderwijzers en 120 onderwijzeressen.
TWEE MANNEN IN EEN INGESTORTE MIJN
Een Reuterbericht uit Mooseriver «Cana
da) meldt, dat dr. Robertson, die zich sedert
acht dagen in een ingestorte mijn bevindt
door een buis papier en een pen heeft ge
vraagd om zijn laatste wil te schrijven als hij
en zijn lotgenoot Scadding niet binnen enkele
uren gered zouden zijn.
Te middernacht waren de redders tot op
drie meter afstand van dr. Robertson en
zijn metgezel genaderd. De beide gevangenen
moedigden de redders aan: ..Wij zullen vol
houden, doch maak voort", zeiden zij door de
buis, welke hen met de buitenwereld ver
bindt.
De verdwenen Duitsche
gezant.
Het zoeken blijft vruchteloos.
Von Stoher.
KAIRO. 22 April Reuter-AN.P.) Het zoe
ken naar den Duitschen gezant Von Stoher
is tot nog toe vruchteloos gebleven. Men
heeft thans nog weinig hoop hem te vinden.
De oorlog in Abessynië: Tegenstand der Abes-
syniërs in het noorden.
pag. 4
De Britsche begrooting ingediend.
pag. 4
Amsterdam heeft tentoonstellingsplannen.
pag. 3
Cijfers over het onderwijs.
pag. 1
Jhr. dr. J. C. Mollerus: Het Haarlemsche Cri
sis-Comité.
pag. 1
ARTIKELENENZ.
R. P.: De Gentleman.
Pag. I
Jhr. J. N. van der Does: Brieven van de Ne
derlandsche Ambulance: Massa-behande
ling van gifgasslachtoffers.
pag, 4
Mr. E. Elias: Hout van den boom des levens.
pag 3
Van onzen Londenschen correspondent: En
geland en het Duitsche vredesplan.
pag. 9
Van onzen Londenschen correspondent: Lon
den verandert van aspect.
pag. 11
Dr. P. H. Schroder over Fergunt en Galiëne.
pag. 9
E.: Jacob van Lennep.
pag. 9
J. H. de Bois: Haarlem's Kunstbezit.
pag. 3
H. D. Vertelling: J. P. Balje. Het goede oogen
blik.
pag. 2
Damrubrick.
De burgerlijke stand van Haarlem is opge-
i genomen op pag. 7»