DE GOUDEN BRUG.
Sir Austin Chamberlain op bezoek bij den president van Tsjecho Slowakije, dr. Benes. Een
snapshot tijdens een onderhoud tusschen de twee staatslieden
De Internationale wegwedstrijd .De Ronde van_ Purmerend", georganiseerd door de
A'msterdamsche wielervereeniging „Le Champion", is Woensdag verreden. De renners
in de bocht
Plet gepavoiseerde Sis. .Bali", het eerste schip dat van Rotterdam zal vertrekken in den
meowen Scheepvaartdienst op Oslo, welke deze week geopend wordt, gereed liggend in
de binnenhaven
De begrafenis van wijlen mr. dr. C. W. Maris van Sandelingenambachl, in leven
president van het Arnhemsche Gerechtshof, had Woensdag op de begraafplaats
.Moscowa" te Arnhem plaats. Een overzicht aan de groeve
Te Bremen is deze week het jacht .Roland von Bremen" te water gelaten, dat deel
zal nemen aan den Olympischen oceaan-regatta van de Bermuda-eilanden naar Cuxhafen
Neville Camberlain verlaat Downing Street t«
Londen, om zijn begrooting bij het Parlement
te gaan indienen
FEUILLETON
ROMAN VAN HANNO PLESSEN.
'(Nadruk verboden)
£9)
„Niet zoo vormelijk, Fritz Mollander....
Misschien gaat het maar om twee, drie weken,
het is alleen, omdat ik met mezelf in 't reine
Wil komen, temeer
Ze kijkt hem aan, smeekend, met een door
.tranen omfloersten blik. Nog nooit heeft hij
hij haar zoo hulpeloos en verlegen gezien.
Roerend en zeldzaam aantrekkelijk Is deze
nieuwe, zoo typisch vrouwelijke kant van haar
karakter. Onstuimig stijgt het verlangen in
hem op haar in zijn ai-men te nemen, maar
i ook ditmaal weet hij zich te beheerschen.
„Johanna", zegt hij met nauw verholen
innigheid, „lieve, lieve JohannaHij
neemt haar hand en brengt deze aan zijn
lippen.
Zij zbuigt zich over hem. Vluchtig
slechts een oogenblik. En als een zucht beroert
haar mond zijn voorhoofd.
Op dit oogenblik beseft hij met onmisken
bare duidelijkheid dat dit meisje als zijn
vrouw voor hem verloren Is. Hij bemerkt het
op hetzelfde oogenblik, dat sir Herbert en
de oude barones von Geitier, in de stellige
overtuiging van een spoedig te verwachten
verloving tusschen de beide jonge menschen.
de stoutste toekomstplannen smedenHij
voelt het, terwijl Johanna zelf nog aan de
mogelijkheid gelooft een lady Mollander-Haw-
kins te zullen worden.
„De verbinding met Igls", meldt de tele
foniste van Hotel Bellevue in Dresden.
Gabriel Schwarzer rijst uit de diepte van
een clubfauteuil overeind en verdw^nt in de
telefooncel,
Na ettelijke hallo's en herhaald gekraak en
gegons in de leiding slaagt hij er in, zich voor
Stefan Szartossy verstaanbaar te maken.
„Wat is er aan de hand, Schwarzer?" vraagt
deze. De opwinding, waarin hij verkeert van
het oogenblik af, waarop hij voor een gesprek
uit Dresden aan de telefoon is geroepen, blijft
thans zelfs voor den detective niet verborgen.
„Niets bijzonders, Stefan", antwoordt
Schwarzer. „Ik wilde je alleen maar rappor
teeren, dat we twee uur geleden in Dresden
zijn aangekomen en in „Bellevue" logeeren.
Het was niet mogelijk je voor het eenigszins
overhaaste vertrek uit München van een en
ander op de hoogte te stellen".
„Prachtig.,.. Hoofdzaak is. dat je mee ge
reisd bent.... Dat is een heele geruststel
ling voor meJe moet ook verder in haar
onmiddellijke nabijheid blijven, wat ze ook
mag ondernemen, hoor jeZe mag
niet
„Beste kex-el, 't is toch vanzelfsprekend,
dat ik haar niet alleen laat
En voor 't eerst in zijn leven wijzigt Gabriel
Schwarzer de exacte taal van zijn nuchter be
roep, als hij er zachtjes aan toevoegt:
die kleine koningin
„Ach ja, Schwarzer, man, jij weet immers
niet
„Misschien toch wel, StefanEn Gabriel
Schwarzer, het toonbeeld van den plichtsge
trouwen, zakelijken criminalist, zegt op ge
heel veranderden toon. „In leder geval weet
ik één ding wel heel zeker: dat iemand als
deze buitengewone vrouw niet zonder be
scherming in de wereld zal rondtrekken, zoo
lang er nog een Gabriel Schwarzer is".
„Dan is het goed, Schwarzeren ik wil
jou ook wel zeggen, dat het m'n alles is, wat
ik aan jou heb toevertrouwd".
„Dat weet ik immers" bromt de ander.
„En dat zal deze vrouw steeds blijven, ook
al wordt ze nooit de mijne, versta je?"
„Nou, daar praten we een anderen keer wel
eens overBerusting past nu eenmaal niet
erg by Stefan Szartossy.Adieu, Stefan
Brief volgt...."
„Dank jetot ziens...."
Traag zoekt Stefan Szartossy zijn kamer
weer op. De mededeeling van zijn vriend, dat
Renate naar Dresden Is gereisd, verwondert
hem niet in bijzondere mate. Reeds lang heeft
de kracht van zijn liefde Renate's wegen voor
hem geopenbaard. Onmiskenbaar voelt hij,
dat het hart van deze vrouw op den lijdens
weg van haar liefde, zijn hooge, innerlijke
roeping moet volgen.
En daarom heeft het voor hem evenmin iets
verrassends, als de volgende dagen hem de,
in Schwarzer's pregnanten vorm gegoten
mededeelingen over diens verschillende obser
vaties brengen:
Woensdag: Voormiddag: Afdoen van cor
respondentie enz. Een kaart aan Stefan
Szartossy, Igls. Een brief aan dr. Delmer,
Innsbruck. Een brief aan Konrad Stieler,
Leipzig.
Namiddag: Vooraf telefonisch aangekon
digd bezoek bij Ernst Rung. Duur: van 4
tot 6 uur.
Donderdag: Trip naar Leipzig per auto,
beschikbaar gesteld door Rung. In Leipzig
zelf: Een bezoek van twee uur aan de wo
ning van den dirigent van het radio-orkest,
Konrad Stieler, Scharnhorststraat 14. Ver
volgens een conferentie in Palace Hotel
met de secretaresse van de directie, Ger-
trud Breda. Terug in Dresden 9 uur 's
avonds.
Vrijdag: Ernst Rung brengt een tegenbe
zoek in „Bellevue". Gemeenschappelijke
maaltijd. Gemeenschappelijke autotocht
naar „Weissen Hirsch". Hartelijk afscheid
tegen 9 uur 's avonds.
Hierna wordt een plaats gereserveerd in
den D-trein naar Hamburg en een kamer
in een Hotel Atlantic aldaar voor den vol
genden dag.
N.B.:
MpaLtea Wegener, de nioht yan Ernst Rupg
vertoeft op het oogenblik te Berlijn als
logee bij de familie van haar verloofde, den
groot-industrieel, Martin Sybelius.
In deze dagen zegeviert Sylvester Vonberg's
sterke natuur over de hardnekkige ziekte.
Bleek en vermoeid, maar wederom bij volle
bewustzijn, ligt zijn hoofd op het, door de
verpleegster zorgvuldig opgeschudde kussen.
Sinds het zoo ver met hem is, heeft Stefan
Szartossy zijn dagelijksche bezoeken aan de
Lantaarn gestaakt.
Zuster Elisabeth zendt haar mededeelingen
over de langzaam vorderende genezing van
den zieke nu rechtstreeks aan het tijdelijke
adres van mevrouw Renate Lien. Vonberg zelf
heeft ze op haar vriendelijke-resolute manier
meegedeeld, dat de vrouw des huizes door
den dokter is weggestuurd om rust te zoeken.
„Waar is zewil hij weten.
Een overeenkomstig haar instructies ant
woordt de verpleegster zonder een oogenblik
te aarzelen: „In Weenen".
„Zoo zegt hij, terwijl hij vermoeid zijn
oogen sluit. Maar na een korte pauze wendt
hij zich met een nieuwe vraag tot den ver
pleegster.
„Ik ben ernstig ziek geweest, nietwaar
zuster
„Ja, er had niet veel mee bij moeten ko
men", zegt deze. „Maar nu is het leed wel
grootendeels geleden en als u zoo braaf en
gehoorzaam blijft, zult u er spoedig geheel
boven op zijn".
„Ja, jamaar...." begon Sylvester op
nieuw en zijn blik verraadt duidelijk, dat hem
iets hindert. „Ik moet u nog iets vragen, zus
ter. Hebt u mij van het begin af verpleegd?
Ik bedoel, bent u direct ontboden, toen ik
zoo plotseling ziek werd?"
„Natuurlijknog dienzelfden avond
of, eigenlijk al 's middags".
„Toen was ik toch buiten bewustzijn, niet
waar?"
Zuster Elisabeth knikt slecht».
„Natuurlijk heb ik geijldik zou wel eens
willen weten, wat ik toen alles bij elkaar ge
kletst hebDe spanning in Sylvester's
vragenden blik ontgaat de verpleegster niet,
maar ze heeft een en ander verwacht en blijkt
op alle eventualiteiten te zijn voorbereid.
Lachend tracht ze hem gerust te stellen:
„Maakt u zich maar niet ongerustU
hebt geen hartsgeheimen verraden. Ik heb
niet veel anders gehoord dan over muziek en
nog eens muziekIk moet zeggen, zoo iets
heb ik in m'n heele praktijk nog nooit mee
gemaakt".
Het bleeke gelaat van den zieke ontspant
zich.
„Achen anders niet? Ik bedoel, heb ik
overigens niets anders bij elkaar gefantas-
seerd
„Neenen aangezien ik op muzikaal ge
bied zeer onontwikkeld ben. kan ik u niet eens
navertellen wat uw onbewuste gedachten in
dit opzicht zijn geweest".
„ZoozooJa, en dan nog lets. U
zegt, dat u met mevrouw Lien correspondeert.
Waarom schrijft ze ook niet eens rechtstreeks
aan mij
„Op nadrukkelijk verzoek van den dokter. U
moet nu eenmaal volkomen rust hebben. Ook
nu hebt u eigenlijk al te veel gepraat en na
gedacht. En als u niet onmiddellijk gehoor
zaam gaat slapen, krijgt u natuurlijk direct
weer verhooging. U weet het
Met zachte hand. maar hem nochtans haar
wil opleggend, schudt de verpleegster opnieuw
de kussens op.
„Ja.... ja, zuster,... dank u.... ik voel
me ook zoo moe...."
(Wordt vervolgd);
-