Dr. F. M. WIBAUT
OVERLEDEN.
De retourzijde.
Het f
53e Jaargang No. 16211
Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen
Woensdag 29 April 1936
HAARLEM S DAGBLAD
Directie: P. W. PEEREBOOM
en ROBERT PEEREBOOM-
ABONNEMENTEN: per week ƒ0.25, per maand ƒ1.10, per 3 maanden
ƒ3.25, franco per post ƒ3.55, losse nrs. ƒ0.06. Geïllustreerd Zondagsblad:
per week 0.05, p. maand 0.22, p. 3 mnd. 0.65, franco p. post 0.7254.
UITGAVE LOURENS COSTER MAATSCHAPPIJ VOOR
COURANT-UITGAVEN EN ALGEMEENE DRUKKERIJ N.V.
Bureaux: Groote Houtstraat 93 Drukkerij: Zuider Buitenspaarne 12
Telefoon Nos-: Directie 13082 Hoofdredactie 15054 Redactie 10600
Drukkerij: 10122, 12713 Administratie: 10724, 14825 Postgiro 38810
Bijkantoor: Soendapleih 37, Haarlem-Noord, Telefoon 12230.
Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM.
ADVERTENTIëN 15 regels i 1.75, elke regel meer 0.35. Reclames
ƒ0.60 per regeL Tarieven regelabonnementen op aanvraag. Vraag en
aanbod 1—4 regels 0.60. elke regel meer ƒ0.15. Onze Groentjes zie
hoofd rubriek.
Gratis Ongevallenverzekering voor betalende abonnés. Levenslange ongeschiktheid 600.-, Overlijden 600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog ƒ400.-, Duim ƒ250.-, Wijsvinger 150.-, Elke andere vinger 50.-, Arm-of Beenbreuk 30.—
Idem voor Abonnés op het Geïllustreerd Zondagsblad: Levenslange ongeschiktheid ƒ2000.-, Overlijden ƒ600.-, Verlies van Hand, Voet of Oog ƒ400-, Verlies Duim ƒ75.-. Verlies Wijsvinger f 75.-, Verlies andere vinger 30.-.
Alles indien het gevolg van een ongeval en volgens gratis ten kantore van dit blad verkrijgbare voorwaarden.
DIT NUMMER BESTAAT UIT
TWAALF BLADZIJDEN.
Figuur, die zich byzonder
heeft onderscheiden.
Hedenmorgen is te Amsterdam in
den ouderdom van 76 jaar overleden
Dr. F. M. Wibaut.
Dr. F. M. Wibaut.
Dl*. Florentius Marinus Wibaut werd 'den
33sten Juni 1'859 te Vlissingén geboren. Aan
vankelijk kreeg hij een katholieke opvoeding
en bezocht o.a. het seminarium te Rolduc, om
later over te gaan naar de openbare handels
school te Amsterdam.
Van 1876 tot 1904 was hij te Middelburg
werkzaam in den houthandel. De laatste jaren
van zijn verblijf te Middelburg had hij zich
reeds uitgesproken voor het socialisme. Hij
deed dat in het voorwoord van: een vertaling-
van de „Fabian Essays in Socialism", welke
vertaling in 1891 verscheen.
Het duurde nog tot 1897 voor hij zich bij de
S. D. A. P. aansloot.
In 1904 vestigde hij zich te Amsterdam, waar
hij zich al spoedig in de S. D. A. P. dusdanig
onderscheidde, dat hij in 1907 tot gemeente
raadslid werd benoemd. In den hoofdstedelijken
raad nam hij weldra 'n bijzondere plaats in,
doch zijn arbeid als regent werd eerst goed ge
waardeerd, toen hij in 1914 tot wethouder
de eerste sociaal-democratische wethouder in
ons land werd benoemd: aanvankelijk van
sociale aangelegenheden, later van 1921 tot
1927, van financiën, bedrijven en kunstzaken.
Door zijn groote kennis van zaken en zijn
woord kreeg hij een leidende positie - in het
stadsbestuur. Door zijn inzicht, zijn overre
ding en zijn verantwoordelijkheidsbesef was
hij de aangewezen persoon voor de functies,
welke hij vervulde.
Zijn vermaardheid was te groot, dat zij bin
nen stedelijke grenzen behouden kon blijven.
Hij werd lid van Prov. Staten van Noord-
Holland en sedert 1922 lid der Eerste Kamer
en ook daar vond zijn woord ook bij zijn
politieke tegenstanders groote waardeering,
omdat met het door de respectabele kwalitei
ten van een meester in zijn werk gedragen
wist. En de naam Wibaut droeg hij ook over
de grenzen door zijn voorzitterschap van de
„Union Internationale des Villes" en van het
„Internatonaler Verband für Wohnungwe-
sen". Te Genève heeft hij een belangrijk aan
deel gehad in de in 1927 aldaar gehouden
Conferentie over de afschaffing van In- en
Uitvoerverboden. Zijn scherpe kop, zijn slim
me beraden mond, zijn strijdlustige oogen,
zijn goede talenten als spreker moesten ook
in die omgeving wel opvallen.
In 1927 trad hij als wethouder der hoofd
stad af, welke functie hij van 1929 tot 1931
nog eens vervulde. Toen deed hij, in verband
met zijn hoogen leeftijd, afstand van het wet
houderschap. Bij dit aftreden is hem de gou
den medaille der stad Amsterdam aangebo
den, de hoogste onderscheiding, welke de
hoofdstad kent. Hoezeer hij in de hoofdstad
gezien was, bleek in 1929 bij zijn 70ste ver
jaardag, toen ongeveer 12.000 leden en geest
verwanten der S. D. A. P. voor hem defi
leerden.
Niet alleen dient hier echter op de regenten
figuur Wibaut de aandacht gevestigd te wor
den. Ook op andere terreinen heeft hij zich
onderscheiden. In 1903 publiceerde hij een
studie „Trusts en Kartellen", in 1926 een over
Gemeentebeheer. Tezamen met ir. A. Keppier
heeft hij een werk uitgegeven: ..De gemeente
en de volkshuisvesting", terwijl hij zich latei-
in zijn „Toezicht op Trusts en Kartels" weer
met de trusts heeft bezig gehouden. Met zijn
cchtgenoote M. Wibautvan Berdenis van
Berlekom heeft hij in een tijd, toen er, in
sociaal-democratische kringen vrij druk ge
debatteerd werd over het huwelijk, geschre
ven „Wordend huwelijk". Verder zijn van zijn
hand nog tol van artikelen en praeadviezen
verschenen. Zijn wetenschappelijke beteesenis
werd door de Amsterdamsche Universiteit in
1928 erkend door zijn promotie honoris causa
tot doctor in de handelswetenschappen, waar
bij prof. dr. H. Frijda als promotor optrad en
de verdiensten van Wibaut voor de economi
sche wetenschap in het licht heeft gesteld.
(Door een nieuwe treinverbinding
kan men voortaan in één dag heen
en weer van Amsterdam naar
Parijs met een oponthoud van 4Vz
uur in de Fransche hoofdstad.)
Het vliegtuig heeft reeds op de snelste wijs
De steden in ons werelddeel verbonden.
Heen en terug in één dag naar Parijs
Van Amsterdam en naar Berlijn en
Londen.
Dit. is belangrijk voor den zakenman,
Die 's ochtends vroeg in Schiphol op kan
stijgen,
In 't vreemde land zijn zaken reeglen kan
En 's avonds thuis zijn nachtrust weer kan
krijgen.
Dit voorbeeld sloeg de spoor niet uit het veld,
Onder de oude leus; ik kan verkeeren.
Wordt AmsterdamParijs door haar
versneld,
Om met de lucht te blijven concurreeren.
Zoo profiteert het reizende publiek
Van dezen snelheidskamp van de
transporten,
Het- reiscomfort staat boven de critiek
Den duur weet men voortdurend te bekorten.
Maar vader, anders een zachtaardig man,
Is met dien gang van zaken niet tevreden,
Hij was nu juist zoo'n groot bewondraar van
Het kalmer tempo dat de treinen reden.
Hij stelde het uitzonderlijk op prijs,
Dat hij, wanneer hij tusschen de bedrijven,
Voor zaken moest naar 't vroolijke Parijs,
Op die Pa-reis een nacht moest overblijven.
P. GASUS.
Radiodistributie Haarlem.
Door zoo'n dunnen, looden kabel,
Die aan elke dakgoot zit,
Stroomen storing-vrije klanken
Naar.... een distributielid.
NIEUWE GRACHT 5 TELEF. 10010.
(Adv. Ingez. Med.)
Vier kinderen bij ontploffing
gedood.
Een bom gevonden
BELGRADO, 29 April (Reuter). Ten ge
volge van het ontploffen van een oude Oos-
tenrijksche bom zijn te Osonjik nabij Du-
brovnik vier kinderen op slag gedood, terwijl
een vijfde kind beide beentjes verloor en in
zorgwekkenden toestand is opgenomen.
De kinderen waren aan het spelen, toen
een van hen de bom ontdekte, verborgen on
der het onkruid in een greppel, er op begon
te hameren, waarop het projectiel ont
plofte.
Jhr. Mr. E. J. Strick van Lin-
schoten vice-president van de
rechtbank.
Benoemd in de vacature-Mr. Th. Maassen.
Jhr. Mr. E .J. Strick van Linschoten.
Bij K. B. van 27 April 1936 is in de vacature
ontstaan door het vertrek van mr. Th. Maas
sen naar Arnhem, tot vice-president van de
Haarlemsche arrondissementsrechtbank be
noemd jhr. mr. E. J. Strick van Linschoten,
thans rechter in onze rechtbank.
Jhr. mr. E. J. Strick van Linschoten is ge
boren in 1887. Op 24 Juni 1911 promoveerde
hij aan ae universiteit te Utrecht. Op 23 Oc
tober van dat jaar werd hij benoemd tot ad
junct-commies aan het departement van jus
titie te 's Gravenhage. Op 14 Mei 1914 werd
hij substituut-griffier bij de arrondissements
rechtbank te Breda en 28 December 1923 rech
ter in de rechtbank te Groningen. In Maart
1928 kwam jhr. mr. Strick van Linschoten te
Haarlem als rechter in de arrondissements
rechtbank ter vervulling van de vacature,
ontstaan door het aftreden van mr. H. van
Loghem de Josselin de Jong.
De nieuwbenoemde vice-president van de
Haarlemsche rechtbank is voorzitter van de
commissie van advies voor strafoplegging
aan politieambtenaren in de gemeente
"laarlem.
EEN BRIL VAN STIENS!
ALTIJD GOED
GIERSTRAAT 27 - TEL. 16764
(Adv. Ingez. Med.)
Verhooging van de spoorbaan.
Thans wordt begonnen met de uitwerking
der plannen.
Eenige maanden geleden heeft de gemeen
teraad van Haarlem besloten f 1500 beschik
baar te stellen voor het uitwerken van plan
nen voor de verdere verhooging van de spoor
baan. HaarlemLeiden.
Zooals men weet. is 't de bedoeling de spoor
baan. die nu verhoogd is tot aan de Brouwers
vaart omhoog te brengen tot voorbij de Zand-
voortschelaan. Er komen dan 4 nieuwe via
ducten, namelijk bij de Westergracht, de
Pijlslaan, de Munterslaan en de Zandvoort-
sche laan.
De opzet is dit werk te laten financieren
door het Werkfonds, Omdat er evenwel ver
schillende belanghebbenden zijn (de gemeen
ten Haarlem. Heemstede. Bloemendaal en
Zandvoort. alsook de Ned. Spoorwegen) die
in aanmerking komen om in de kosten bij te
dragen, werd het gewenscht geacht eerst een
uitgewerkt plan te hebben om vast te stellen
hoeveel dit millioenenwerk zal kosten. Die uit
gave heeft de gemeente Haarlem die bij
uitvoering van dit project zeer veel belang
beeft niet alleen uit verkeersoogpunt, maar
ook voor de bestrijding der werkloosheidvoor
haar rekening genomen.
Het raadsbesluit van den raad is- onlangs
goedgekeurd door het college van Gedepu
teerde Staten. Dezer dagen is of wordt het
bedrag door de gemeente Haarlem aan de
Spoorwegen overgemaakt. Thans kan dus
door de Nederlandsche Spoorwegen begonnen
worden met de uitwerking van de plannen.
Als die plannen gereed zijn. zal de onder
handeling tusschen de belanghebbenden be
ginnen over de bijdragen in de kosten.
Dr. G. Nolst Trénité.
Sinds een tiental dagen is onze stadgenoot
Dr. G. Nolst Trénité onder zijn pseudoniem
Charivarius een zoo bekende figuur in de
Nederlandsche litteratuur ernstig ziek. Het
verheugt ons te kunnen mededeelen, dat zijn
toestand heden naar omstandigheden redelijk
wel was.
Middenstandswoningen RAMPLAAN - ELSWOÜTLAAN
m.|z. centr. verw., vanaf f 4600.-
RINKEMA-ROOSDORP
Inlichtingen o. h. werk OVERVEEN, enk tel. 26429
vanaf f32.50 p. mnd.
(Adv. Ingez. Med.)
Azana heeft kans op het presidentschap van
Spanje.
pag. 4
Voor de herstemmingen bij de Fransche ver
kiezingen hebben zich twee ministers terug
getrokken.
pag. 4
De oorlog in Abessynië: Abessynische regee
ring wekt op tot volhouden.
pag. 4
Hedenmorgen is dr. F. M. Wibaut te Amster
dam overleden.
pag. 1
Jhr. inr. E. J. Strick van Linschoten is tot
vice-president der Haarlemsche rechtbank
benoemd.
pag. 1
Met de uitwerking van de plannen tot ver
hooging van de spoorbaan te Haarlem is
begonnen.
pag. 1
Het afscheid van den heer H. E. Knappert als
gemeente-archivaris.
pag. 1
De quota voor rubber uitvoer in de tweede
helft van 1936 zijn vastgesteld.
pag 3
Begin Mei gaan verschillende dienstplichti
gen met groot verlof.
pag. 3
De Kamer van Koophandel discussieert over
het Borgstellingsfonds.
pag. 6
ARTIKELENENZ.
Mr. E. Elias: Den Haag, stad der onbekende
grootheden.
pag. 3
J. B. Schuil: In het land van Mussolini.
pag, 4
J. H. de Bois: Haarlem's Kunstbezit.
pag. 3
Langs de Straat: J. C. E.: De held.
pag. 3
Jhr. dr. J. C. Mollerus: Borgstellingsfondsen
voor den middenstand.
pag. 11
Van onzen Berlijnschen correspondent: Be
strijding der „geestelijke minderwaardig
heid" in Duitschland.
pag. 11
J. B. Schuil over „Pension Bergsma".
pag. 11
K. de Jong: Mannenkoor „Caecilia", Haarlem's
Salon orkest.
pag. 11
H. D. Vertelling: Bas van Deilen: Het moderne
schilderstuk.
pag. 6
De Burgerlijke Stand van Haarlem is opge
nomen op pag. 7.
De gemeente-archivaris
H. E. Knappert.
Zijn afscheid.
H. E. Knappert.
Morgen, Donderdag, zal de heer H. E. Knap
pert, archivaris-der gemeente Haarlem, voor
het laatst in functie zijn. De bescheiden amb
tenaar wil van een officieel afscheid niets
weten.
Maar toch gaat hij niet onopgemerkt heen.
Juist*toen wij hedenmorgen op het archief een
praatje met hem maakten, kwam wethouder
Boes hem hartelijk de hand drukken. Zoo zul
len ook de anderen leden van het college van
B. en W. doen, alsook de hoofdambtenaren en
ambtenaren die hem in de 20 jaren die hij
op ons archief gezeten heeft, hebben leeren
kennen. Kennen, waardeeren en hoogachten.
Het puhliek heeft van de inrichting en
werking van een archief heel weinig begrip.
Een spotgrage heeft eens aan een archivaris
gevraagd: „kom je nu nooit klaar met stof
afnemen?" Een ander vroeg den archivaris:
„Hebt u al die honderdduizenden of misschien
wel millioenen stukken die op uw archief staan
gelezen?" Natuurlijk moet de heer Knappert
zeggen: In die 20 jaar dat ik hier op het ar
chief werk heb ik het nog niet zoo ver ge
bracht, en al zou ik hier nog 20 jaar zitten,
dan zou ik er niet doorkomen. Maar als men
mij zegt: ik moet gegevens hebben over dat of
dat geslacht, over die of die gebeurtenis zoo
veel honderd jaar geleden, dan weet ik in die
schijnbare chaos van mappen en portefeuilles
den weg om hem de stukken te geven waaruit
hij de gegevens die hij hebben wil kan put
ten". t
Dat ordenen van een archief is natuurlijk
een ingewikkeld werk. Het geschiedt in alle
Nederlandsche archieven naar een bepaalde
methode. De deskundigen hebben evenwel een
boek van 156 pagina's noodig gehad om aan
alle archivarissen te vertellen hoe zij dat
inventariseeren moeten inrichten!
De heer Knappert werd in 1872 te Leiden
geboren. Hij studeerde aan de hoogescholen
te Amsterdam en Groningen, en werd in 1898
toegelaten tot de Evangeliebediening in de
Ned. Herv. Kerk. Na 10 jaar legde hij zijn ambt.
als predikant te Zaandam neer en ging voor
het archiefwezen studeeren. Eerst werkte hij
als adjunct-archivaris te Leiden, tot hij in
Maart 1916 te Haarlem benoemd werd.
In die 20 jaar zoo vertelde de heer Knap
pert ons is er in het archiefwezen veel ver
anderd. Niet het minst door de invoering van
de Tariefwet in 1919. waardoor een wettelijke
regeling tot stand kwam. Voor dien tijd ressor
teerden de archieven onder het beheer van
den gemeente-secretaris, waardoor dus de
archivaris onder dien hoofdambtenaar stond,
maar door genoemde wet kregen de archiva
rissen een zelfstandige taak als beheerder.
Voor de praktijk maakte dit te Haarlem even
wel niet veel uit. want de toenmalige secre
taris, de betreurde Mr. Dr. Wytema. zei
tegen mij „Het nieuwe neemt^mij zoo ge
heel in beslag, dat ik geen tijd heb mij met
het oude te bemoeien."
In den loop der jaren is het gebruik dat het
publiek van het archief maakt zeer sterk toe
genomen. Men heeft geleerd welk profijt men
er van kan trekken. Bovendien is de belang
stelling vcor de oude geschiedenis der stad
belangrijk vergroot. Publicaties in couranten
en tijdschriften, vooral van afbeeldingen uit
den Stedelijken Atlas hebben daartoe bijge
dragen. Veel hoogleeraren sturen thans de
studenten naar de archieven om daar gege
vens te halen voor de onderwerpen die zij
moeten behandelen. Daardoor leeren de stu
denten hoe zij in de oude stukken zelf een weg
kunnen zoeken. Menige dissertatie is samen
gesteld met gegevens uit het Haarlemsche ar
chief.
In zijn eersten tijd was het archief slechts
in de ochtenduren voor het publiek geopend
Toen de belangstelling evenwel toenam en
mede ook om die belangstelling aan te wak
keren, heb ik al gauw aan B. en W. geadvi
seerd om het archief ook 's middags open te
stellen. Daarvan wordt door velen een dank
baar gebruik gemaakt.
In den ouden tijd bestond de meening, dat
op het archief ook voorwerpen bewaard moes-
I
Het woord is aan....
Carlyle
De ziel des menschen groeit
niet van het loon. maar van
den arbeid die het loon ver
die n de.
ten worden. Zoo vond ik bij mijn komst hier
een aantal ijzeren geldkisten, de vaandels van
10 vereenigingen, wapenborden enz. Voor een
groot gedeelte zijn die voorwerpen naar het
museum overgebracht. De beelden van An
drits Snoek en Ziesenis Watje prijken nu in
den Schouwburg. Door die verhuizing kreeg
ik meer ruimte voor de archieven, die natuur
lijk steeds omvangrijker worden.
Thans zijn niet minder dan 7 zalen in ge
bruik. terwijl bovendien nog 2 zolders stamp
vol zijn. Mijn opvolgster krijgt de taak om
aan het einde van het jaar de verhuizing te
leiden naar het nieuwe onderdak, de Oude
Janskerk in de Jansstraat, die voor de huis
vesting van het archief verbouwd wordt.
De oude notaris-archieven zijn thans ge
borgen in de groote Fabricius-zaal. midden
in de lokalen van de Stadsbibliotheek. Tot
nu toe was het niet mogelijk aan den wensch
van den Bibliothecaris te voldoen om die
zaai voor zijn afdeeling ter beschikking te
stellen. Ik acht mij gelukkig in de weten
schap. dat nu over een klein jaar aan zijn
verlangen voldaan kan worden, zoodat hij
dan over die belangrijke ruimte zal kunnen
beschikken.
Er komen geregeld aanwinsten voor het
archief. Uit mijn tijd zijn te noemen: het fa
milie-archief Fabricius, de bescheiden van
het levensmiddelenbureau uit de oorlogsja
ren. de archieven van de commissie van
toezicht op het L.O.. de archieven van het
St. Elisabeths Gasthuis, de notaris-archieven
van 18111842, enz. Nu is pas weer ontvan
gen de album die aan den vroegeren burge
meester Jordens door de Haarlemsche bur
gerij was aangeboden bij zijn zilveren feest
als burgemeester, waarbij een verzameling
afbeeldingen van Haarlem uit die jaren ge
voegd is.
Met voldoening zal ik zoo besloot de
heer Knappert den tijd blijven gedenken,
dat ik hier mocht werken. Aangename her
inneringen heb ik behouden aan den ad
junct-archivaris. Mr. J. W. Kool en aan den
heer A. C. Sandljck, mijn adjunct-commies,
die ik hier achter laat. Het mag wel eens in
de courant komen, dat hij een goed en be
kwaam ambtenaar is, die met groote toewij
ding zijn werk verricht. Vele ingezetenen
profiteeren van de groote. kennis die hij
heeft van alles wat ons archief herbergt.
Toen de heer Knappert ons naar den uitgang
leidde wees hij nog op eenige mooie bezittin
gen van het archief. Het oudste stuk dateert
van 1245, het is een oorkonde op perkament
van Graaf Willem II, waarbij aan Haarlem het
stadsrecht werd verleend,
De oude archieven over den Burgerlijken
Stand (de kerkarchieven dateeren van 1578)
worden, zoo legde de heer Knapert. nog ter
loops even uit, de laatste jaren herhaaldelijk
geraadpleegd door Duitschers, die hun afstam
ming moeten bewijzen.
Na morgen is de heer Knappert, onze ge
meente-archivaris, ambteloos burger. Maar
velen zuilen zich hem blijven herinneren als
den hulpvaardigen beheerder van ons archief.
Vrees voor nationaal-socialis-
tischen Putsch in Oostenrijk.
Engclsclie bladen drukken hun
ongerustheid uit.
Tengevolge van verdeeldheid tusschen den
Oostenrijksche bondskanselier Schuschnigg en
den vice-kanselier prins Starhemberg, is, vol
gens de Morning Post nieuwe ongerustheid
omtrent den toestand in Oostenrijk ontstaan.
Te Londen en Parijs houdt men rekening met
een nieuwen „coup" der nationaal-socialisten
in de nabije toekomst.
Volgens de Manchester Guardian lijdt het
geen twijfel, dat Duitschland zeer groote risi
co's op zich zou nemen door zich in de binnen-
landsche aangelegenheden van Oostenrijk te
mengen, doch volgens het blad is de toestand
in Oostenrijk niet geheel ongunstig voor een
dergelijk optreden te achten.
Victor Emanuel keizer van
Abessynië?
Italiaansche plannen voor de toekomst.
ROME. 29 April (Reuter). Nadat Italië
Abessynië zal hebben overwonnen, zullen aan
de zegevierende legeraanvoerders waarschijn
lijk nieuwe eereteekenen en titels worden
verleend. Zoo gelooft men, dat Graziam
maarschalk zal worden en belast zal worden
met het opperbevel over de troepen in Abes
synië. Zijn taak zal zijn, het land te pacifi-
ceeren en een einde te maken aan de gueril
la. de strooppartijen en de opstandige bewe
gingen.
Ofschoon het waarschijnlijk is. dat Italië
een protectoraat over Abessynië zal afkon
digen zal volgens een der geruchten, welke
hier de ronde doen, de koning van Italië tot
keizer van Abessynië worden uiteeroenen.
Dit gerucht is weliswaar niet bevestigd, doch
men doet opmerken, dat de door den koning
van Engeland gevoerden titel van keizer van
Indië een precedent vormt. In dit geval zou
Abessynië door een onderkoning worden ge
regeerd. Maarschalk Badoglio, die reeds een
vrij bejaard man is. en die. zooals men weet.
nogal van liet Abessvnisrhe klimaat en de
hoogte te lijden heeft, zal waarschijnlijk
naar Italië terusr keeren, nadat zijn taak
eenmaal geëindigd is.