LITTERAIRE
KANTTEEKENINCEN
ZATERDAG 9 MEI 1936
HAARDE M'S DAGBEA9
IJ
,Dia mond Ji
m
wordt in Luxor vertoond.
Diamond Jim speelt
in het Amerika na
den burgeroorlog, het
is een film van Ame-
rikaansche durf en
ondernemingsgeest,
maar ook van Ameri-
j kaansche protserigheid
en dikdoenerij en soms
j van valsch sentiment.
De film begint in het
jaar 1856 direct na den
burgeroorlog met de
nederige geboorte van
I Jim, den lateren Dia
mond Jim, den million
I nair. Ons, niet-Amei-i-
kanen, doet het een
Edward Arnold, de beetje wrang aan, wan-
millionnair uit neer de jonge moeder
Diamond Jim. bij haar pasgeboren
zoontje aan het medi-
teeren slaat en hem dan toewenscht rijk
dom en macht, terwijl wij, in de Oude We
reld vóór alles voor onze kinderen geluk zou
den wenschen, omdat wij maar al te goed
weten, dat zonder geluk, rijkdom en macht
niet veel waarde hebben.
Het jongetje, dat de tienjarige Jim uit
beeldt bij het graf van zijn moeder, is ont
roerend goed in zijn spel. Jammer alweer,
dat de oudere vrouw, die bij hem aan het
graf is, het daar de meest geschikte plaats
vindt, om het diep-bedroefde kind bij al zijn
verdriet nog te bezwaren met de mededee-
ling, dat hij nu hard aan den slag moet om
geld te verdienen, want dat dat erg noodig
is. Jimmy wordt piccolo, zwerver en kruier,
tot hi] bij toeval een advertentie leest, waar
in een reiziger gevraagd wordt. Dat is de
kans van zijn leven, zegt hij. Op handige
manier weet hij toegang tot den directeur
te krijgen, en dat is het begin van zijn loop
baan, die hem tot millionnairschap voert.
De toekomstdroom voor hem van zijn moe
der gaat inderdaad in vervulling. Rijkdom
en macht worden ruimschoots zijn deel, al
leen het geluk, waarnaar hij snakt, blijft
verre van hem. Alles en alles kan hij koopen
met zijn geld en hij laat het flink rollen!
Voor zijn vrienden en zijn kennissen is hij
een royaal man. Alles kan hij koopen, be
halve liefde. Tweemaal vat hij liefde voor
een meisje op en beide keeren heeft het
meisje een ander lief.
De rol van Diamond Jim Is in handen van
Edward Arnold, die zijn dikwijls heel moei
lijke rol uitstekend: speelt. De goedhartige
parvenu met zijn ongelimiteerde eetlust en
zijn dito goedgeefsheid raakt nooit heele-
maal boven zijn gewezen kruier schap uit, de
kruier komt telkens weer even om het hoekje
kijken. Het is de verdienste van Edward Ar
nold, dat we in de kostbaarste feesten en
ontspanningen toch den kruier niet heele-
maal kunnen vergeten. De regisseur is Ed
ward Sutherland.
Het bijprogramma geeft een paar aardige
filmpjes en Paramount Nieuws.
Cinema Palace heeft
Schuld en Boete.
In Palace draait deze week de film, die ver
vaardigd werd naar Dostojevsky's beroemden
roman „Schuld en Boete". Voor de recensie
over deze verdienstelijke Fransche rolprent,
waarin Harry Baur en Pierre Blanchar de
hoofdrollen vervullen, verwijzen wij naar ons
nummer van Vrijdag.
Het journaal bevat verscheidene belangrijke
gebeurtenissen uit den laatsten tijd.. Wij noe
men o.a. de teraardebestelling van den Egypti-
schen koning en het vertrek van den nieuwen
koning Faroek uit Londen, de experimenten
van den „vliegenden mensch" Clem Sohn en
het reddingswerk bij de instorting in de zilver
mijn.-te Moose Ihver. Van het binnenlandsche
nieuws memoreeren we de estafette der rui-
tervereenigingen met de aanbieding van de
meegevoerde oorkonde aan H. M. de Koningin
als slot.
Ook het teekenflimpje ontbreekt niet op dit
programma.
Krullekopje
blijft nog in Rembrandt.
De directie van het Rembrandt Theater
heeft er goed aan gedaan „Krullekopje" te
prolongeeren, want alle Haarlemmers, die van
de film houden, moeten Shirley Temple in
haar mimiek, zang en dans gaan bewonderen.
Ook Vrijdagavond leefden de bezoekers ge
heel met 's weields wonderkind mee.
Het Fox Movietone Nieuws begint met ta-
fereelen van de begrafenis van Koning Foead
van Egypte. We zien ook den nieuwen koning
Favtek I zich van Engeland naar Egypte be
geven. Achtereenvolgens komen op het doek
de schipbreuk van het prachtige zeilschip
..Herzogin Caecilie" op de Engelsche Zuid
kust; een circusvoorstelling in een New-
Yorksch ziekenhuis; de vliegende mensch
in Engeland, die van de week zoo van zich
deed spreken; de adem-benemende toeren
van een onverschrokken Australiër op een
met een vaart van 80 K.M. rijdenden motor;
een tocht per vliegtuig naar de West; het ver
zamelen van copra uit cocospalmen en de pri
mitieve bewerking van suikerriet.
Dan komt het Polygoon-nieuws, actueel als
altijd. De bezoekers toonen zich dankbaar
voor de vele beelden van den interland voet
balwedstrijd BelgiëNederland met als hoog
tepunten de goals van Bakhuys en Raymond
Bra ine. Kersversch is de overhandiging van de
oorkonde der deelnemers aan den estafetterit
der landelijke ruiters dooT ons land aan
H. M. de Koningin. Verder zien we een een en
ander van de schietwedstrijden door politie
mannen te Weesp; den wielrenner Slaats als
stayer op de Veka-baan.
En dan krijgen we vóór de pauze nog de
aller aardigste film Allez Hoep, die de bezoe
kers een kwartiertje heel aangenaam bezig
houdt.
Het is de oer-komiek
Buster Keaton, die u
van den eenen in den
<J||| anderen schaterlach
brengt; die zelf echter
bij de malste situaties
j onbewogen blijft (cr
s komt zelfs niet het
I kleinste glimlachje op
1 zijn gezicht); die een
telheeleboel onhandige
ÊÈÈÈm d*n8cn d°et en daar-
Mfi&m voor door een lief -
i JBn Gallige jongedame uit-
A anrrnrmw gelachen wordt. Maar
Buster Keaton. bij een brand redt hij
diezelfde jonge dame
het leven.... en de rest kan men wel raden.
Frans Hals:
Genadebrood
met Renate Müller en Froehlich.
Het zou een film naar een scenario van
Gustav Frenssen kunnen zijn, deze film Ge
nadebrood, die in het Frans Hals Theater
draait. Plattelandleven, een boerenhofstede bij
het oude kasteel van een Noordduitschen
landedelman, prachtig land maar onder de
hypotheek bedolven, moeilijkheden in verband
hiermee en in verband met de familieverhou
ding die een onverwachte schakeering gaat
vertoonen, verwijdering en tenslottede
hereeniging en de „tüchtige" zoon van den
baron die de teugels van het vervallen land
bouwbedrijf in handen neemt terzijde gestaan
door de vrouw die hij begeerde
Op het landgoed Goren wonen de oude en de
jonge baron Herman Von Goren en tante
Frieda, Goren ligt zwaar onder de hypotheek
en onder dezen toestand gaat de oude baron
zwaar gebukt, temeer waar het erom spant of
de directeur van de landbouwbank, Barns-
torff, crediet zal willen geven of althans de
executie zal uitstellen. Veel hangt in verband
hiermee af van de ontwikkeling van de ;-
houding tusschen Herman von Goren en
Barnstorff's dochter. In het begin schijnt alles
de goede richting uit te gaan (altijd nog uit
financieel oogpunt gesproken), doch dan ko
men Duitsche landverhuizers uit Canada te
ug, waar hun landerijen zijn verschroeid door
de droogte. Onder hen bevindt zich de jonge
Dorothea Rainer en die maakt door haar
flinke optreden op Herman, die de arme men-
schen wat levensmiddelen brengt op hun door
reis, zoo'n indruk dat hij besluit haar op Goren
een zekerder bestaan te geven dan zij bij de
landverhuizerstroep heeft.
Dit is zeer tegen den zin van den ouden
baron en nog meer tegen die van Barnstorff's
dochter, wat tot gevolg heeft dat de oude Von
Goren op het oogstfeest zijn zoon moet aan
kondigen dat hij geen leening meer heeft kun
nen krijgen en dat een faillissement voor de
deur staat. Dorothea, die hij als de oorzaak
van deze catastrophe beschouwt, wijst hij de
deur. Herman wil haar niet verlaten en samen
trekken zij naar Berlijn, waar zij eenige maan
den in de grootste armoede leven zonder werk
te kunnen vinden, doch in hun ellende geluk
kig met elkaar zijn. Op een morgen is Doro
thea verdwenen. Zij is naar Goren gereisd om
den ouden man het adres van zijn zoon te
geven, dien zij terwille van zijn geluk opgeeft.
Tante Frieda besluit hem te gaan opzoeken
en zij weet te bereiken, dat hij naar Goren
terugkeert om orde in den verworden gang van
zaken van de hofstede, die onder toezicht
dreigt te komen, te scheppen. De oude man be
gint te beseffen, dat hij verkeerd heeft ge
handeld, hij zoekt Dorothea op en weet haar
te bewegen terug te-keeren naar zijn zoon. die
haar noodig heeft. En zoo vinden Herman en
Dorothea elkaar tenslotte toch.
Renate Müller en Gustav Froehlich in
„Genadebrood", een film van twee jonge
menschen en van het leven op een
Noordduitsch landgoed.
Renate Müller speelt op haar bekende ge
voelige kalme, sympathieke wijze de rol van het
meisje Dorothea, dat geheel alleen staat in de
wereld en aanvankelijk op de hofstede gena
de brood moet accepteeren.
Gustav Froelich is de jonge baron Herman
von Goren, een aantrekkelijke jongeman.
De rol van den barsch-goedhartigen ouden
baron wordt gespeeld door Schroth, terwijl
Haxry Liedtke de kleine rol van Barnstorff
vervult.
De opname van deze Tobisfilm, geregisseerd
door Waschnek, geeft zeer mooie opnamen
van het leven op een typisch Noord duitsche
hoeve bij een landelijk kasteel. Van het be
werken van het land, het ploegen en het oog
sten zijn prachtige foto's genomen. Ook het
oogstfeest is buitengewoon- aardig weergege
ven, terwijl de film begint met een zeer sug
gestieve inleiding met proloog.
In het voorprogramma is behalve het Para
mount wereldnieuws en een geestig teeken
filmpje van Betty Boop en haar hondje, die
het met de Maart-sche katten te kwaad hebben,
een film over den Politiediensthond opgeno
men. Op zeer interessante wijze wordt hierin
het dressuurwerk van de politiehonden uitge
beeld met als eindresultaat de dressuurwed-
strijden van de schrandere dieren. De com
missaris van politie uit Haarlem, de heer E. H.
Tenckinck, die voorzitter is van den Bond van
den Politiediensthond, spreekt enkele woorden
in de film over dit onderwerp.
„MOSKOU—SHANGHAI", EEN NIEUWE
POLA NEGRI-FIIM.
Als titel van de nieuwe in ons land door de
Lumina-film uit te brengen rolprent met
Pola Negri werd vastgesteld „Moskou-Shang-
hai". Deze film behandelt het bewogen leven
van een Russische officiersvrouw, welke rol
vervuld wordt door Pola Negri. De bezetting
der verdere hoofdrollen is nog niet bekend.
De regie zal waarschijnlijk gevoerd worden
door den Russischen regisseur Alexander
Voikoff.
SIBILLE SCHMITZ EN PIERRE BLANCHARD
IN EEN ITALIAANSCHE FILM.
De Italiaansche regisseur Garmine Callone
is in Rome met de voorbereidingen voor de
Italiaansche film „Scipio en Hannibal" begon
nen, in welke film de Hongaarsche actrice Sy-
bille Schmitz, die zich door haar hoofdrol in
de film „De Kandelaars van den Keizer" op
den voorgrond geplaatst heeft, een der hoofd
rollen vervult. De rol van Scipio zal waar
schijnlijk gespeeld worden door den Franschen
acteur Pierre Blanchard.
De film Scipio en Hannibal'' is na de film
„Maddalena" met Martha Eggerth, het eer
ste door Garmine Callone voor de interntio-
nale markt opgezette Italiaansche filmwerk.
CELLULOIDSNIPPERS.
Filmopnamen tijdens een
Operacoucert.
De slotopnamen van de Jan Kiepura-film
„lm Sonnenschein" zijn gemaakt in de Ween-
sche Staatsopera, waar met Kiepura een deel
van de bekende opera „Turandot" verfilmd
werd. Dit is de eerste maal in de geschiede
nis der Weensche opera, dat men gedurende
een operavoorstelling filmopnamen maakte.
„Escapade" een nieuwe film met
Renate Müller.
Erich Waschneck, de regisseur van Renate
Müllers laatste film „Genadebrood" waar zij
en Gustav Fröhlich de hoofdrollen vertolken,
heeft een begin gemaakt met de opnamen van
haar nieuwste film „Escapade".
Thea von Harbou heeft voor „Escapade" het
draaiboek geschreven, naar den roman van R..
H. Savage ,.My official wife". De film toont het
avontuurlijke leven van een Amerikaansch
officier, die onbewust in een spannende spion-
nage-geschiedenis gewikkeld wordt. De film
speelt in het Parijs en St. Petersburg van
vóór den oorlog. Renate Müller heeft de rol
van een verleidelijke Poolsche spionne, die,
door de Russische geheime politie gezocht, ge
wichtige documenten over de Russische grens
brengt. Georg Alexander is de Amerikaansche
officier en Walter Frank heeft de rol van den
chef der Russische geheime politie.
De overige belangrijke rollen worden ver
tolkt door: Grete Weiser, Erna Morena, Harald
Paulsen en Harry Hardt.
Een nacht met den keizer.
Jenny Jugo zal, in het komende seizoen uit
sluitend in Tobis-films spelen.
In haar eerste film; „Een nacht met den
Keizer", speelt zij onder regie van Erich Engel.
De film behandelt een episode uit Napoleons
leven, die zich afspeelde tusschen hem en een
tooneelspeelster tijdens een oponthoud in
Weimar.
ZONDAG 10 MEI 1936.
HILVERSUM I, 1875 M.
8.30 NCRV. 9.30 KRO. 5.00 NCRV. 7.45
KRO.
8.30 Morgenwijding. 9.30 Gram.pl. 10.30 Hoog
mis. 12.00 Gram.pl. 12.15 KRO-orkest. 1.00
Causerie over „St. Servatius". 1.20 KRO-orkest.
2,00 Vragenhalfuur. 2.30 Mannenkoor „St. Cae-
cilia" en Gram.pl. 3.25 Literaire causerie. 3.55
Gram.pl. 4,15 Ziekenlof. 5.00 Geref. Evangeli
satie-Zangkoor Loosduinen en orgel. 6.00 Ge
ref. Kerkdienst. Hierna: Gewijde muziek. 7.45
Sportnieuws. 7.50 Causerie „Huwelijksgeluk".
8.10 Berichten. 8.20 Wiener Sangerknaben. 9.20
Gram.pl. 9.35 KRO-orkest. 10.00 Wiener San
gerknaben. 10.10 Gram.pl. 10.30 Berichten.
Gram.pl. 10.4011.00 Epiloog.
HILVERSUM II 301 M.
8.55 VARA, 10.00 VPRO, 12.00 AVRO, 5.00
VARA, 8.00—12.00 AVRO.
8.55 Orgelspel. 9.00 Tuinbouwpraatje. 9.30
Vervolg orgelspel. 9.45 „Van Staat en Maat
schappij". 10.00 Voor de kinderen. 10.30 Vrijz.
Herv. Kerkdienst. 12.00 Filmpraatje. 12.30 Ko-
vacs Lajos' orkest. 1.00 NIRÖM-Relais uit In-
die. 1.30 Omroeporkest. 2.00 Boekbespreking.
2.30 Omroeporkest en solist. 3.30 Sportrepor-
tage. 4.30 Sportpraatje. 4.45 Sportnieuws.
Gram.pl. 5.00 VARA-Kinderkoortjes en toe
spraak. 5.30 Voetbalreportage, sportnieuws.
5.50 Cembaa! en piano. 6.00 Gram.pl. 7.00 Con
cert door „De Flierefluiters" en solisten. 8.00
Berichten. 8.15 Gram.pl. 9.00 Radio-Journaal.
9.15 Omroeporkest en soliste. 10.15 Gram.pl.
10.30 Kovacs Lajos' orkest. 11.00 Berichten.
11.1512.00 Vervolg Kovacs Lajos.
DROITWICH, 1500 M.
11.50 Orkestconcert mmv. solist. 12.50 Het
Krish Septet. 1.35 BBC-Midland-orkest. 2.35
Balalaika-orkest en solisten. 3.05 het Squire
Celeste Octet en soliste. 3.50 Kinderkerkdienst.
4.20 Reiig. causerie. 4.40 Radio-tooneel. 6 40
Zang- en harprecital. 7.15 Kerkdienst. 8.05
Lïefdadigheidsoproep. 8.10 Berichten. 8.20
BBC-Theater-orkest. mmv. koor en soliste. 9.3o
Mantovani's orkest. 10.05 Epiloog.
RADIO PARIJS. 1648 M.
6.20 en 7.20 Gram.pl. 10.20 Orkestconcert.
11.20 Orgelconcert. 12.20 Orkestconcert. 2.05
Nat. orkest. 4.20 Populaire muziek. 6.50 Zang.
7.20 Radio-tooneel. 10.05—11.35 Dansmuziek
en Populair concert.
KEULEN 456 M.
5.20 Havenconcert. 9.50 Gram.pl. 10.50 Bach-
cantate. 11.20 Omroepklein-orkest. trio en so
listen. 1.50 Mandolineconcert. 3.20 Gevar. pro
gramma. 5.50 Cello en piano 7.20 Werag-
kamer-orkest. 9.50—11.20 Dansmuziek.
BRUSSEL 322 M.
8.20 en 9.20 Gram.pl. 10.05 Zang 10.35 Max
Alexys' orkest- 11.35 Klein-orkest. 12.30 Orgel
concert. 1.20 Omroeporkest. 2.20 Hot Jazz. 3.20
Klein-orkest. 4.35 Gram.pl. 5.20 Viool en piano.
6.20 Gram.pl. 7.20 Omroeporkest. 9.30 Gram.pl.
10.3511.20 Dansmuziek.
BKUSSEL 484 M.
8.20 Gram.pl. 9.20 Max Alexys* orkest. 10.20
Klein-orkest. 11.20 Gram.pl. 12.30 Dansmuziek.
1.23 Operamuziek. 2.20 Concert mmv. solisten,
koor en orkest. 5.05 en 6.35 Gram.pl. 7.20 Svm-
phonieconcert. 9.30 Dansmuziek. 10.2011.20
Gram.pl.
OF.UTSCHLANDSENDER, 1571 M.
7.35 Omroeporkest en solisten. 8.55 Radio-
tooneel. 9.20 Berichten. 9.50 Gram.pi. 10.05
Weerbericht. 10.20 Dansmuziek. 11.5012.15
Gram.pl.
S RADIO MOORS N.V.
KONINGSTRAAT 27, TELEF. 14609
OFFICIEEL PHILIPS REPARATEUR
(Adv. Inaez. Med.)
MAANDAG 11 MEI 1936.
HILVERSUM I. 1875 M.
NCRV-uitzending.
8.00 Schriftlezing: 8.15 Gram.platen; 10.30
Morgendienst: 11.00 Clir. Lectuur; 11.30 en
12.15 Gram.platen; 12.30 Orgelconcert; 2.00
Voor de scholen; 2.35 Causerie over kamer
planten; 3.15 Gram.platen: 4.00 Bijbellezing;
5.00 Sopraan en piano: 6.00 Gram.platen;
6.00 Gram.platen; 6 30 Vragenuur; 7.00 Be
richten; 7.15 Reportage: 7.30 Vragenuur; 8.00
Berichten; 8.15 NCRV-harmonie-orkest; 900
Medische causerie: 9.30 NCRV-Symphonie-
orkest (Om 9.55 berichten); 10.30 Gram.
platen.
HILVERSUM II. 301 M.
Algemeen programma, verzorgd
door de VARA.
8.00 Gram.platen: 10.00 Morgenwijding
VPRO.: 10.15 Voordracht; 10.35 E Walis en
zijn orkest; 11.00 Voordracht: 11.20 Vervolg
concert; 12.00 „De Notenkrakers", en gram.
platen; 2.00 Gram.platen; 3.00 Knutseluurtje,
3.30 „Orvitropia" en gram.platen; 4.30 Voor
de kinderen; 5.00 VARA-orkest en gram.pl.;
6.30 Muzikale lezing, m.m.v. bariton en piano.
7.10 Gram platen; 7.30 Cello en piano's; 8.00
Berichten; 8.10 Radiotooneel; 9.15 Oratorium
uitzending, m.m.v. de H.O.V. „De Stem des
Volks" en solisten; 10.15 Berichten; 10.20
Gram.platen; 10.30 De Flierefluiters; 11.00
Gram.platen.
DROITWICH 1500 M.
10.20 en 11.05 Gram.platen; 11.45 Het Cel
lini Trio en zang; 12.35 Orgelconcert; 3.20
Viool en piano; 3.50 Orkestconcert en zang;
4.35 Kwintetconcert; 5.20 Berichten; 5.50
Cembalo-recital: 6.10 Vacantielezing; 6.30
Filmpraatje; 6.50 Natuurhistorische lezing;
7.20 Josef Marais' en zijn Bushveld Band; 7.45
Opera-inleiding en uitzending; 8.35 Piano
recital: 8.50 Berichten; 9,20 Buitenlandsch
overzicht; 9.35 BBC-Theaterorkest en so
praan; 10.35 Dansmuziek,
RADIO PARIS 1648 M.
6.20 en 7.35 Gram.platen; 10,20 Orkestcon-
cert; 1.50 Gram platen: 3.20 Orkestconcert;
4.50 Parijsch Symphonie-orkest; 7.20 Zang;
8.05 Kwartet, zang en voordracht; 10.05
Dansmuziek en populair concert.
KEULEN 456 M.
5.50 en 11.20 Orkestconcert 12.35 Neder-
saks. Symphonie-orkest; 1.35 Orgelconcert;
3.20 Literair-muzikaal programma: 5.20 Om-
roepkleinorlcest; 7.30 Regerconcert; 9.50 Or
kestconcert.
BRUSSEL 322 en 484 M.
322 M.: 11.20 Gram.platen: 11.50 Omroep
orkest; 12.50 Gram.platen; 4.20 Salonorkest;
5.50 en 6.20 Gram.platen; 7.20 Symphonie-
concert; 9.30 Gram.platen.
484 M.: 11.20 Dansmuziek: 12.30 Salonor
kest; 4.20 Omroeporkest; 5.35 en 6.20 Gram.
platen; 7.20 Piano-recital; 7 50 Koor- en or
kestconcert c-a. 10.10 Gram.platen.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M.
7.30 Gram.platen; 8.20 Cantate-uitzending;
9.20 Berichten; 9.50 Gram.platen; 10.05 Weer
bericht; 10.20 Gram.platen.
De barre winter van negentig
door Herman de Man.
Wij zouden het nog even over dit levendig
geschreven reeksje verhalen hebben, reeksje,
op schrandere wijze bijeengebonden door de
figuur van Gerbrand Johannes Cabauw hij-
genaamd houten Gert, die in het eerste ver
haal zich als een harde, zelfzuchtige boer
doet kennen, voor wien alle levensmisère nog
een aanleiding tot een zoet winstje wordt. Tot
in het laatste verhaal ook hij overwonnen
wordt en men houten Gert ziet weenen om
dat zijn kind hem verliet en hij onmachtig is
zich te verzetten of te wreken. Dan pas voelt
hij eigen verlatenheid en komt het begin van
besef van eigen schuld bij hem op. Of hij,
door smart gelouterd, zich beteren zal? Her
man de Man laat de kans daarop doorscheme
ren: ook voor hem is het „eindelijk toch zo
mer geworden na dit apocalyptische getij, na
dezen barren winter van negentig". Tusschen
het begin, waar Gert wreed de eendjes van
zijn vrouw offert om ze als lokaas voor otters
in de bijten van het ijs te doen dienen, levend
aan een haak gepriemd, zoodat hun angst-
geschrei de otters trekt, die voor een felle beet
in de kleine dieren met hun ottervel boeten
en den boer eenige rijksdaalders in den zak
brengentusschen dat begin en het slot.
waar Thera weg wil, omdat zij het op de boer
derij niet meer kan uithouden en Piet Coljee
een brave jongen is die haar naar zijn ouders
brengt, schetst Herman de Man in een aantal
tafreelen de uit het lood geslagenheid van
een landelijke gemeenschap waar de barre
winter alle werk, gewoonten en regelmaat
heeft verstoord, armoede gezaaid waar men
die niet kende, dwaze spilzucht opgeroepen
bij tevoren solide en rustige lieden. Zoo is daal
de domme Engel Erkel van de Ganseburght,
die zich ruïneert om het in praal en pracht
van Marius de With Porton te winnen. Zoo
de vreemde oude Co van Wees, die dacht dat
hij de cholera asiatica had en zijn antiek li
keurkeldertje kwijt raakte, dat hij later van
houten Gert terug kon koopen voor een
moordsom.. zoo de brave meester Heycoop.
die door dien vreemden tijd godsdienstmaniak
en kalm-aan krankzinnig werd, nadat hij al
wat hij bezat had weggegeven en zelfs zijn
huisje was verkocht aan zekerenGert
Cabauw op den Lekdijk: zoo die tragische his
torie van Nelia van Gijs Uytewaal, die zoo
naar een kindje verlangde en krankzinnig van
verlangen, tot kindermoordenares werd. En
zoo Gijs Uytewaal, die geld geleend had aan
boer Cabauw uit Jaarsveld cn hoe die boer
voor die centjes twaalf oud Deltsche borden,
huwelijksgeschenk van de barones aan Gijs
en Nelia, heeft ingepikt. En zoomaar wij
zullen niet alle episoden uit dit winterdrama
verklappen: daar moeten voor de lezers nog
verrassingen overblijven.
Dit boek heeft ons geen moment verveeld.
De schrijver ziet zijn ooeren door-zich-zelf-
heen, soms met een zachte ironie die niet van
den boer, doch van De Man is. Hij is roman
tischer dan Cainpert in Wier, die nuchterder
registreert en niets onwaarschijnlijks produ
ceert, terwijl De Man zijn fantasie meer vrij
heid geeft. Wat dat betreft staar De Man
dichter bij A. M. de Jong. De beiden kunnen
een tikje sentimentaliteit in hun credit schrij
ven, omdat het in hun werk niet hinderlijk is.
Meer dan De Jong gebruikte Herman de Man
dan weer een zekeren litterairen opsmuk,
waartoe ik ook het grage gebruik van dialect
woorden zou willen rekenen. Vooral in den
aanvang, als het verhaail nog niet geheel op
gang is. vindt men hem daar gul mede. ,Jn
de hofsteden moest veel winterwerk ongedaan
blijven. Zoo was het achtvoets hoephout veel
te wrang om er horden uit te breien. Ik
vrees dat voor negentig procent zijner lezers
die tweede zin puur chineeseh is en moet tot
mijn leedwezen bekennen tot dat percentage
te behooren. Wat niet verhindert dat mijn
sympathie voor „de barre winter van negen
tig", als litterair kunstwerk, onaangetast bleef.
Mevr. IVIarïe van Zeggelen.
Een liefde in Kennemerland.
I. M. Meulenhoff, A'dam.
De arbeidslust dezer niet meer zoo jeug
dige schrijfster blijft te bewonderen. Nauw
hadden wij, in Januari van dit jaar ons ver
slagje over haar, nu en dan zeer poëtischen
Atjehschen roman voleindigd of deze Kenne-
merlandsche liefdeshistorie verscheen ter
tafel en werd met begrijpelijke belangstel
ling ter hand genomen. Een historiette uit
onze buurt en met historische bijzonderheden
over een geslacht dat nauw met Haarlem
verbonden was, zal allicht reeds daardoor
op onze belangstelling aanspraak maken. Wij
komen met dit boek weer in het hartje van
de echttiende eeuw terecht en toeven grooten-
deels op Beeckesteyn, het buiten der Boreels,
waar het lieve Catootje, de dochter van den
advocaat-fiskaal ter admiraliteit, haar eerste
liefde doorleeft, een stille verborgen genegen
heid, die niet tot een huwelijk met den ver
eerden man leidt, dan nadat zij door een
ander huwelijk is heengegaan en weduwe
geworden is. Het leven der familie op de
buitenplaats wordt ons met al de aantrek
kelijkheden die de aristocratie van dien
tijd kon vertoonen, voor oogen gebracht. De
„deftigheid" ko nechter nimmer beletten
dat natuurlijke gevoelens ontstonden, wel
echter dat ze tot uiting kwamen en zoo
blijft de arme Catootje Boreel met haar
genegenheid voor De Saigas, den gouverneur
van haar en haar broertjes en zusjes als een
zoet verlangen alleen, terwijl de brave De
Saigas die voor Catootje een pure vereering
koestert zijn mond niet- open durft doen, u:t
wat men thans met een zekere gemakkelijk
heid, een minderwaardigheidscomplex zou
noemen.
Enfin, het eind maakt veel goed van dit
alles, zij worden tenslotte heel erg gelukkig
samen als Jan-Bernt Bicker nog tijdig ge
noeg uit dit aardsch bestaan verdwenen is
om zijn vrouw Catootje Boreel. als weduwe
met drie kindertjes wel is waar, maar nog
altijd even lief en aanbiddelijk, in Claude dc
Saigas armen te voeren.
Doch de lezer begrijpt dat er tusschen die
ontwakende genegenheid der jonge lieden
en de uiteindelijke belooning voor zooveel ge
duld, zwijgzaamheid en gevoel voor decorum
een menigte dingen gebeuren die voor de
families Boreel, Bicker, Trip enz. interes
sant waren en den lezer van thans weer in
die eigenaardige achttiende-eeuwsche Hol-
landsche sfeer verplaatsen, die door een pruik,
een hoepelrok en een karos best gekarakte
riseerd zijn. Mevrouw Van Zeggelen beijvert
zich van die attributen een gepast gebruik te
maken en offert met animo aan de gang
bare voorstelling van die periode, die van een
zoetelijke braafheid vervuld is en ten on
rechte op menschen van onzen tijd een
Indruk van beminnelijke huichelarij zou kun
nen maken. Het is jammer dat wij den naam
van Belle van Zuylen slechts even genoemd
vinden en de schrijfster geen kans heeft ge
zien deze figuur een actief rolletje in het
brave familieleven toe te bedeelen. Dat had
misschien een plaisante noot in het verhaal
gebracht, dat nu zoo keurig-kalm en emotie
loos verloopt. Wat levendigheid van voorstel
ling betreft is bovendien mevrouw Van Am-
mers Küller handiger componiste dan onze
auteur van vandaag. Men vergelijke, in het
boek „Heeren, Vouwen en Knechten" van
mevr. van Ammers, het fragment van het
bezoek van den Franschen gezant op de
buitenplaats aan den Amstel met dat waar
in het bezoek van een Franschen gezant op
Beeckesteyn verteld wordt.
Dit boek van mevrouw Van Zeggelen doet
trouwens npg al eens aan het genoemde
van mevr. van Ammers denken. Al is er een
tijdsverschil van enkele tientallen van jaren
tusschen de historie in het ééne en die in
het andere, de sfeer der regentenfamilies is
in beide benaderd; bij Van Ammers met een
beetje meer losheid en fantasie, bij Van Zeg
gelen met een tikje meer onderdanigheid en
grooter gebondenheid aan de ter beschik
king staande familie gegevens. Ook in de
compositie van Een liefde in Kennemerland
lijkt mevrouw Van Zeggelen ons zwakker dan
haar rivale. De figuur van Jan Bernt Bicker
Catootjes eersten man. wordt wel erg in
de schaduw gelaten en den overgang van
Catootjes eerste huwelijk naar het tweede
vernemen wij in hoofdzaak doordat de
schrijfster Claude de Saigas zijn eigen dag
boekbladen nog eens laat doorlezen. Van het
moment af waarop De Saigas weer in Hoi-
land .terugkomt en weer bij de Nieuwe
Stadsherberg in Amsterdam aanlandt (pag
293) valt het verhaal uit elkaar en merkt men
den opzet er een eind aan te breien waardoor
de nieuwsgierigheid der lezers bevredigd
wordt. Inderdaad is de liefde in Kennemer
land dan ook ten einde en vindt haar be
vestiging en voortzetting in een nieuwe fase.
in Zwitserland. Maar voor de compositie van
het boek als kunst rk lijkt dat staartstuk
min gelukkig na de egaal vlotte teekening
van al het gebeuren in den huize Boreel
die vooraf srïrg.
Doordat dp schrijfster over het familie
archief der Boreels gracieuselijk beschik
ken mocht is haar schets van achttiende-
eeuwsch leven der aristocratie historisch
wel gefundeerd en interessant. Dat er door
deze romantische historie eenig nieuw licht
op feiten der landsgeschiedenis geworpen
wordt, geloof ik niet en was ook de bedoe
ling niet. Emotioneel is dat alles maar
weinig. Althans in de wijze waarop de
schrijfster het voordraagt. Ze heeft den
zwaai dier periode wel goed te pakken en
moet er zich thuis in voelen. Het is geen.
sterke tijd in onze geschiedenis, die acht
tiende eeuw. en dat weet meiï nu we!. Maar
aan den anderen kant moet men dien niet
te zeer als die uitsluitende resultante der
snuif- en lodderein-doosjes willen zien. De
aangeleerde vormelijkheden in den omgang
mochten dan nu en dan tot in het ridicule
opgeschroefd wezen er waren nog sterk-
levende menschen genoeg ook toen, die alleen
geen vuist konden zetten omdat ze geen
hand hadden.
Die eigenaardige botsing tusschen tradi
tioneel machtgevoel en momenteele impo
tentie maakt honderd vijftig jaar later een
ietwat tragi-comischen indruk. Dat de besten
onder de burgers van toen daaronder ge
leden hebben, staat vast. Iets daarvan komt
ook in dit verhaal aan de oppervlakte.
J.. H. DE BOIS.
Nieuw verschenen boeken:
Trygoe Gulbranssen. En eeuwig zingen
de Bosscnen. Geauth. vert, van dr. Annie
Posthumus Haag. Zuid-Holl. U. M. 372 pag.
Sinclair Lewis. Dat gebeurt hier met.
Uit het Amerikaansch veri. door J. H. Pauls,
A'dam. Van Holkema en Warendori'.
Maarten Roels. Harten is troef. Vlaam-
sche Roman. 143 pag. Leuven. Erasmus N.V.
A. van de Werfhorst. De groote. stille
knecht. Roman 254 pag. Arbeiderspers N.V.
W. L. M. E. van Leeuwen. Drift en be
zinning. Beknopte Gesch. der nieuwe N.-
Nederl. Letterkunde, A'dam. Wereldbiblio
theek
Prof. W. van der Pluym. LeoGestel. De
schilder en zijn werk. A'dam. De Spieghel.
Nine van der Schaaf. Heerk. Walling 228
pag. (verscheen in 1921 onder den titel
„Frlesch Dorpsleven uit een vorige tijd" in
beperkte oplaag bij Mees. Santpoort) Thans
bij de Wereldbibliotheek te A'dam.