ZATERDAG 23 MEI 1936 HA A RLE M'S .DAGBLAD 7 AAN ALLEN! Zijn jullie op Hemelvaartsdag ook wezen dauwtrappen? Je weet toch wel, wat dat be- teekent? Als je het letterlijk opvat, wil het natuurlijk zeggen heel vroeg erop uit gaan. 't Is een oud volksgebruik om op Hemelvaarts dag voor dag en dauw naar buiten te gaan. Over 't algemeen heeft het oude volksge loof aan de dauw een bijzondere geneeskracht toegekend. In vele streken in Duitschland en Oostenrijk kent men op Goeden Vrijdag ook een grooie Kracht toe aan morgendauw. Wie op dezen dag voor zonsopgang zijn handen in dauw wascht, moet daarbij zeggen: Ik wasch mijn hand met heiligen Goeden Vrij dagdauw. wat ik aanraak breekt en scheurt niet." Men zegt, dat morgendauw ook helpt tegen zomersproeten. Sint-Jansdauw op 24 Juni heeft een heilzamen invloed op het vee We weten allen wel, dat de groei van plant en boom door dauw bevorderd wordt. Het is best te begrijpen, dat we het heer lijk vinden om op zoo'n vrijen Meidag te ge nieten van de natuur, die nu schooner is dan ooit. Vroeger sprak men ook wel van hemelva ren. In Overijsel zegt men dauwtreden. De Amsterdammers gingen een honderd jaar geleden dauwtrappen bij het Diemermeer. Bij de Diemerbrug waren toen verschillende uitspanningen. Vroeger vierde men in het Zutfensche kwartier op Hemelvaartsdag Mulderskermis. Op verschillende boerderijen lag de verplich ting, dat men ter gelegenheid van de Mulders- kermis een groot brood bakte voor een arm gezin. Men kon het net zoo zwaar en groot bakken, als men zelf wel wenschte, maar 't mocht niet minder wegen dan 22 pond. Bij het Muldershuus kwamen allen samen en ten overstaan van burgemeesters, predikan ten, pastoors en armmeesters, werden de brooden gewogen. Wiens brood beneden het bepaalde gewicht was, moest 30 cent boete be talen. Wie het zwaarste brood had, kreeg een flesch wijn. Daarna werden de brooden on der de armen verdeeld. Het zwaarste brood werd volgens een oud recht om beurten aan den burgemeester van Hengelo of aan dien van Zelhem gegeven. Deze heeren gaven in den regel dit brood toch weer aan minder be deelden. In Engeland waren vroeger op He melvaartsdag verschillende aardige gebrui ken in zwang. Te Newburn bij Newcastle was er tot in 't begin van de vorige eeuw een wed ren voor vrouwen, de z. g. n. smock-race. Smock is hemd, want de prijs was ook een hemd van 't allerfijnste Hollandsche linnen. Voor den wedren werd dit. hemd met bonte strikken versierd in een boom gehangen. Een ander vroolijk gebruik op Hemelvaarts dag had plaats onder de jeugd van Exter. In de hoofdstraat werd een goot door steenen afgedamd. Met dit.water werden de voetgan gers onder algemeen gejuich volgespat. In Rome heerschte een gansch ander ver maak. Op den vooravond van Hemelvaartsdag ging de lieve jeugd op zoek naar kakkerlak ken. Iedere gevangen kakkerlak kreeg een waspitje op zijn rug. In Duitschland worden op Hemelvaartsdag de zoogenaamde kugelhoppen gebakken. Tus- schen jongens en meisjes worden dan wed- loopen gehouden met als prijs een kugelhop. Men spreekt daar ook wel van Kugelhop- pen-fest. Ook in ons land worden wel hemelvaarts- bollen gebakken. Ook bakt men Hemelvaarts- broodjes. Nu hoop ik, dat jullie buiten veel hebt waargenomen, zoowel in de plantenwe reld als in de dierenwereld. Alles, wat 's win ters in den grond zich verborg, is nu door de heerlijke lentezon naar boven gekomen. Wat is mooier dan jong. teer groen? Wat is aardi ger om naar te kijken in de wei dan de dar tele veulentjes en kalfjes en die kleine leuke biggetjes. Natuurlijk zullen jullie niets ver nielen, van wat de natuur ons thans biedt. Een veldbouquet naar huis meenemen is niet verkeerd, maar afgeplukte of afgerukte bloe men zoo maar wegwerpen is af te keuren, is vernielzucht. Natuurlijk doen jullie daaraan niet mee. Ik hoop, dat je heerlijke herinne ringen zult hebben van den Hemelvaartsdag. W. B.—Z. Hollanders in Hongarije. In het Hon- gaarsche dorpje Tolnamösz wonen nog tal van afstammelingen van Hollandsche fami lies, die hier in de 13e eeuw, in de dagen van koning Bela IV, naar toe verhuisd zijn en wel op verzoek van bovengenoemden koning, na dat de Tartaren tal van dorpen verwoest had den. Tal van namen, gebruiksvoorwerpen, ge bruiken herinneren nog aan hun Nederland- sche afkomst o.a. wordt er door de vrouwen nog de Zaansche kap gedragen. WIE ZOEKT ER MEE? DE POEMA. Op bovenstaand plaatje zie je geen al te vriendelijk diertje, vinden jullie wel? Het blaas en laat zijn tanden zien en het lijkt wel wat op een booze kat. Het is een poema. En de poema is een roof dier, dat behoort tot de familie der katten; vandaar de gelijkenis met.Minetje in een booze bui. De poema, waarvan de Latijnsche naam Felis concolor luidt, is 1.20 meter lang, Zijn staart is 65 centimeter lang; verder heeft hij een slank lichaam, een kleinen kop, krachtige pooten, dicht, kort geelachtig rood haar, dat aan de buikzijde rosachtig en aan de binnen zijde der ledematen lichter wordt, aan de keel en in de ooren wit en aan de buitenzijde van de ooren zwart is. Het roofdier hoort thuis in Zuid- en Noord- Amerika tot in Canada toe. Alleen in het Westen en in Mexico komen de poema's nog in grooten getale voor. Het dier houdt zich vooral op in dé wouden en de vlakten, die met hoog gras begroeid zijn. Overdag slaapt hij en 's nachts gaat hij op roof uit. Hij heeft EEN CAPE VOOR DE BABY-POP. Deze mijnheer, die juist wil gaan picqnicken op het malsche gras, ontdekt plotseling, dat hij zijn vork kwijt is. Wie ziet haar? TANTE TINE. Meisjes, die een babypop hebben, zullen wel graag voor hun poppekind de aardige cape maken, die je hier op de afbeelding ziet. Het kleedingstuk is niet moeilijk te vervaar digen; ik denk, dat je het zonder hulp van moeder, tante of groote zus wel af kunt. Aardig is om het cape'je van rose flanel te maken. Je hebt twee maal de hoogte noo- dig. De capuchon knip je zooals op het sche ma staat aangegeven en je stikt het achter naadje dicht. De cape rimpel je aan den bo venkant in op de juiste halswijdte. Vervol gens neem je rose lint, dat in kleur overeen stemt met het flanel. Het moet zooveel zijn, dat je er de zijkanten, de zoom en de capu chon mee kunt afwerken. Je trekt aan een der kanten van het lint mooie schulpen en je festonneert deze vast op de cape met zijde in dezelfde kleur. De rafels aan den achterkant knip je af. Als dat klaar is. borduur je met dezelfde rose zijde de ronde cirkeltjes, die je ook op de teekening kunt zien. Zijn die klaar, dan naai je de capuchon op de cape. De cape wordt van voren gesloten met een rose zijden strik. Aan het puntje van de ca puchon naai je een lange kwast, die van rose haakzijde gemaakt is. Wie dat te moeilijk vindt, dan de kwast ook klaar koopen. Ten slotte strijk je de cape op en het klee dingstuk voor poplief is klaar. Gemakkelijk te maken, yinden jullie niet? Electrisclie boomen. In 't binnenland van Voor-Indië groeien boomen, waarvan de bladen sterk electrisch zijn; bij aanraking krijgt men een electrischen schok. Geen wonder dus dat al het gedierte deze boomen mijdt. geen vast leger; maar zwerft overal rond. Hij doodt vele dieren en drinkt hun bloed; maar voor menschen en honden gaat hij op de vlucht en alleen in de uiterste nood is hij moedig. Het liefst drinkt de poema alleen het bloed van zijn slachtoffers en jullie begrijpen wel, dat de boeren, wanneer ze merken, dat er een poema in de buurt is, die het op hun vee voorzien heeft net zoo lang jagen tot ze den roover gevangen hebben; want de schade, die hij aan de veestapel kan aanrichten is aanzienlijk. Het wijfje krijgt in het Vborjaar 2 of 3 jon gen. Inplaats echter, dat ze deze in geval van nood met ware doodsverachting verdedigt, zooals alle moeders doen in de menschen- en bijna alle moeders in de dierenwereld, laat. de poema-moeder haar jongen lafhartig in den steek en gaat zelf op de vlucht. Een jong gevangen poema kan getemd worden. Jullie ziet dus wel. dat de poema niet zoo boosaardig is, als je hem op het plaatje ziet. E. W. VOOR KLEINE KNUTSELAARS. EEN MUZIKALE CLOWN. Om den grappigen muzikalen clown te maken die je op de afbeelding ziet, moet je een plankje hebben van niet te dik hout. Daarom teeken je den omtrek van figuur A, zoowel als van de armen B. Als dat gebeurd is, zaag je deze figuren uit. De zijkanten maak je met een vijl goed glad. Vervolgens boor je op de plaatsen C en D twee gaten. Bij C bevestig je de armen op het lichaam. In het gat D maak je een krukas, die op het wiel F bevestigd is. Een stokje G dat aan het einde van het krukje bevestigd is, brengt de beweging over op den arm van den clown, eveneens met be hulp van een krukas. Opdat dit goed zal func- tionneeren, moet je dit zóó maken, dat de af stand X (zie teekening) 1//3 is van den af stand N (zie eveneens teekening). Om het ge heel voort te bewegen maak je een stokje I aan het lichaam van den clown vast. Er rest ons tenslotte niets anders meer dan tusschen de beide armen van den clown een speelgoedharmonica te plakken met behulp van wat lijm. Dit muziekinstrumentje moet heel gemakkelijk en bijna zonder krachtsin spanning in te drukken zijn en dan moet er geluid te hooren zijn. Als je nu het speelgoed voortrolt over den grond, zal de clown zijn bovenarm op en neer bewegen en zoo aldoor op de harmonica drukken. Niet voor niets heet hij dan ook de „muzikale clown". KLEINE TEEKENAARS. IETS OVER DEN GOTISCHEN BOUWSTIJL. Gotischen stijl of Gotiek noemt men den bouwstijl, die van de 12de tot de 16e eeuw in bijna alle landen van Europa heerschte. Later beschouwde men dezen stijl als barbaarsch en hield men ze voor een schepping der Goten. Doch met dezen heeft de Gotische stijl niets te maken. In het Noorden van Frankrijk heeft de stijl zich ontwikkeld uit den Romaanschen stijl. De kenmerken der Gotiek zijn: de ge- wel v?n niet. ribben en de spitsbogen. Kerken in Gotischen stijl gebouwd hebben meestal aan de Westzijde een hoogen toren, die beneden vierkant en van boven achtkant is en door .een spits wordt bekroond. De kerken der Gotiek prijken meestal met een overvloed van beeldhouwwerk. Dit beeld houwwerk werd voor een groot gedeelte in nissen geplaatst. De groote vensters, die soms ook rond zijn, gaven de glasschilders gelegenheid hun kunst te toonen. TANTE TINE. MERKWAARDIGHEDEN DER WERELD. Op het Fransche eiland Ré, dat tegenover La Rochelle in den Atlantischen Oceaan ligt, en dat als strafkolonie van den Franschen staat dienst doet, trekken de boeren en boe rinnen, als zij 's zomers naar het land gaan, hun ezels en muildieren broekspijpen aan van stevig linnen. Dat is om de dieren tegen mug genbeten te beveiligen. En in die broekspijpen wandelen de ezels dan 'heel tevreden rond. OOM ED. Een wondermensch. Dat is toch zeker wel de jongen te Los Angeles in Amerika, die niet alleen twee verschillende gekleurde oogen heeft, maar ook haar van twee kleuren. Over nakomelingen. Een konijnenpaar kan na 4 jaar 1.247 000 nakomelingen hebben; een bladluis heeft in 't 5e geslacht 5904.000.000 nakomelingen en een bijeenkoningin legt per jaar ongeveer 100.000 eitjes, die samen maar 111 x haar eigen gewicht wegen. Schapen in Australië. Oorspronkelijk ko men in dit werelddeel geen schapen voor. De eerste kolonisten hebben ze er ingevoerd. In- 1813 waren er nog maar 6500; in 1860 waren er al 21 millioen en tegenwoordig schat men hun aantal op meer dan 100 millioen. Wist je dat? Het meest geliefde paard van Napoleon heette Marengo, naar de plaats, waar Napoleon een groote overwinning op de Oostenrijkers behaalde. Het paard is later op gezet en men kan het thans bewonderen in een der Londensche musea. Het Amerikaansclie wormenland. Aan de kust van de Amerikaansche staat Maine, kan men op een bepaald gedeelte, als het- laag wa ter is, dagelijks duizenden en duizenden wor men vinden. Dagelijks verzendt men van daar 25 a 30.000 wormen naar de hengel- en vis- scherijzaken in de stad. De verdiensten voor die wormenverzamelaars beloopen 8 tot 12 gld. per dag. Wist je dat? Het is bijna 300 jaar gele den dat de tomaat uit Mexico in Europa werd ingevoerd en toch duurde het tot bijna het begin dezer eeuw dat de tomaat algemeen in ons land gegeten werd. IN 'T VERRE VREEMDE LAND In 't verre vreemde land, Waar de zon zoo heel fel brandt, Waar cacteeen manshoog staan, Kwamen eens twee ruiters aan. Hun paarden waren erg vermoeid, Hun tong was van de dorst verschroeid, Opeens wat hinneken zij blij: Zij stappen vroolijk zij aan zij. Want daar nog ver wel in 't verschiet, Zoodat geen cowboy het nog ziet. Zien zij een meertje koel en frisch, Zij vinden het, zelfs op de gis. De dorst en moeheid zijn voorbij. En allen ademen weer vrij. Want in 't verre'vreemde land, Waar altijd fel de zonne brandt. Is 't heerlijkst, wat men vinden kon Een zuivre, koele waterbron. De gemeenten en de mode. In vroeger tijd gebeurde het meermalen dat de gemeen tebesturen voorschreven wat men al of niet mocht dragen. Zoo schreef het gemeentebe stuur van Loppersum voor, dat het aan de vrouwen verboden was karmozijn of geverfd laken te dragen of schoenen met hooge hak ken. Het hebben van een spiegel aan den wand beschouwde men in die dagen ook als een be wijs van groote ij delheid. UIT DE NATUUR ZIEKTEN IN DE PLANTENWERELD. Niet alleen de mensch heeft van ziekte te lijden, ook plant en boom vallen soms als slachtoffers. In enkele gevallen kan een ziekte zoo erg zijn, dat een oogst geheel mislukt. Koolplanten kunnen aangetast worden door de knolvoetziekte, die veroorzaakt wordt door een slijmzwam, die bij duizenden in de wor tels leeft en oorzaak is, dat knolvormige zwellingen vormen. Men noemt deze soorten ook wel schimmels. Een andere soort is de wierschimmel, die groot en vertakt is en een grijswitte massa vormt. De knop- of broodschimmel heb je wel eens gezien op vruchten, brood, enz., waar zich een grijze laag vormt met omhooggaande schimmeldraden, die aan den top een massa sporen voortbrengen. Zijn aardappelen door de aardappelziekte aangetast, dan kan een groote schaarschte ontstaan van dit voedsel. Je kunt het je nu haast niet indenken, dat dit dagelijksche kostje eens niet op tafel zou komen. Een enkelen dag kan de aardappel natuurlijk best vervangen worden door anderen kost, maar na een paar weken zou je er al hard naar verlangen. Dan is er nog de aardappelschurft en wrat- z'ekte. De verbouwers zijn verplicht aan de regeering oo te geven als hun gewassen door een dergelijke ziekte zijn aangetast, opdat dit in beslag genomen kan worden en vernie tigd. Er zouden zich menschelijke ziekten kunnen voordoen door het gebruik van deze zieke gewassen. Men is er zoo langzamerhand achter ge komen, dat dergelijke ziekten op allerlei ma nieren kunnen worden voorkomen en bes're den. Dit geschiedt meest door besnvoeung of bespuiting, met verschillende stoffen, b.v. Bordeausche pap. Dan ziin er ook nog de zwammen en hoo- gere schimmels, die boomen aantasten, b.v. de honingzwam op de berk en naaldhout. Brandschimmels komen meer bij graan soorten voor. Haverstuifbrand is de meest voorkomende, in Juli, als de haverpluimen gaan bloeien blijven er wel planten in groei achter, die dan bruingroen van kleur zijn en de pluim komt als een zwarte massa te voor schijn. De stof. die zich hierin bevindt, be staat uit millioenen sporen, die de gezonde haverkorrels eigenlijk al direct besmetten. Ook hiervoor heeft men bestrijdingsrrPHdelen. Roestschimmels op granen vertoonen zich als bruine strepen en plekken op blad en halm van de tarwe. Ook hierdoor wordt het weefsel der plant aangetast, zoodat de opbrengst ver mindert. Ook op koffie, peren en erwten komt roest voor. Gistschimmels zetten druivensuiker om in alcohol en koolzuur. Laat vruchten op suiker eens een tijdje lang open en bloot staan, dan zal je zien, dat er allemaal blaasjes op komen, terwijl de smaak scherp wordt. Meeldauwschimmels treft men op rozen en druiven aan, evenals op den eik. Dit hebben jullie vast al eens opgemerkt bij eikenhak hout b.v.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 9