Binnen twaalf uur... De „Spin" op Waalhaven. FEUILLETON Naar het Engelsch bewerkt door J. VAN DER SLUYS. (Nadruk verboden). 18) „Net wat ik dacht", riep de reverend. Zij gingen naar Aylsham daar moest ik ook zijn. Tenminste", voegde hij er na een korte pauze bij „het lag in mijn richting." „Hebben ze ook aangeboden u mee te ne men?" wilde Freddy weten. „Neen", glimlachte de reverend. „Ik vroeg er om. Ze konden niet goed weigeren daar was het weer niet naar maar ze schenen niet bijzonder met mijn verzoek ingenomen!" „We hadden een vlugge, maar ongemak kelijke reis", zette de reverend zijn mede- deelingen voort. „We zaten op elkaar gepakt in een kleine Citroën. En toen ze me een eind hier vandaan afzetten, was ik er niet rouwig om." „Woont u hier?" informeerde Freddy. „Neen". „Ik dacht het, omdat u zooveel belangstel ling voor dit huisje toonde". „Ik stel er ook belang in. En sinds we confidenties gewisseld hebben tenminste ik hoop de uwe nu ook te vernemen kan ik zeggen, mijnheer, dat ik er nóg belang in stel. En u?" „In hooge mate." „Waarom?" „Misschien omdat u zooveel belangstelling aan den dag legt! Mag ik ook eens een kijkje door het raam nemen?" „Waarom nieti Ik had het u juist willen «oorstelloa.* Hij ging opzij. Freddy stapte naar het open venster aan den kant van het huisje en keek er door. Hij zag een kleine, eenvoudige kamer, schaarsch verlicht door een laaggedraaide lamp. Op den grond lag, onbeweeglijk, een gestalte. Het was de beredderige en beweeg lijke oude man, die in Norwich bij den Lon- denaar en de geagiteerde oude dame was in gestapt en den reverend naar Aylsham gere den had. XX. BUITEN HET HUISJE. „Zoo" hernam de reverend ten laatste, „nu kunt u de oorzaak van mijn belangstelling be grijpen. En waarschijnlijk begrijpt u nu ook, waarom ik belang stel in u!" Freddy draaide zich met een ruk om. „U veronderstelt toch niet dat ik er Iets mee te doen heb?" vroeg hij onthutst. „Ik veronderstel niets", verklaarde de ander eenigszins raadselachtig. „Ik heb een verklaring van mijn aanwezigheid hier ge geven, ik had graag dat u dat eveneens deed." „Terwijl daarbinnen een man ligt „Dood!" Freddy keek weer door het open venster. De drukke oude man lag op zijn gezicht. De laag- brandende lamp stond op een tafel, niet ver van het lichaam af. Een rood kleed, dat de tafel bedekte, was verfrommeldeen stoel was omgegooid. „Alles wijst er op, dat er een worsteling heeft plaats gehad", vervolgde de reverend. ..Misschien als ik of u Jn beetje vroeger waren geweest, dat deze noodlottige afloop voorkomen had kunnen worden. Vertelt u mij nu eens waarom u hier bent?" .Luister" sprak Freddy, beseffend dat hij in elk geval een deel van zijn verhaal zou moeten vertellen. Hij deed hét ongaarne, want welke zekerheid had hij, dat de ander óók niet tot de samenzweerders behoorde? Echter had het verhaal van den reverend aannemelijk genoeg geklonken en de wereld was niet uitsluitend bevolkt met schurken. „Hier zijn de voornaamste feiten. Het trek ken aan de noodrem was loos alarm. Die drie menschen lieten den trein stoppen, opdat de eigenlijke ontvoerders hun werk zouden doen en ze moeten zich onbehagelijk gevoeld hebben, toen u hen vroeg te mogen meerij den". „Zooals ik u al zei, stond het hun heele- maal niet, aan", knikte de reverend. „Maar ik begrijp niet...." „Een oogenblik geduld en u zult het begrij pen. In een ander compartiment zat een meisje. Behalve zij zat ik er ook in en twee andere mannen. Om redenen, die nu niets ter zake doen, koesterde ik al geruimen tijd ver denking en als ik mijn verstand bij elkaar gehouden had, zou ik den coupé geen se conde verlaten hebben. Maar ik liet me ook van de wijs brengen door dien gil van de oude dame, zooals alle anderen en toen ik terug kwam vond ik het compartiment leeg en de deur open. De beide mannen waren met het meisje verdwenen ,Maax dat is verschrikkelijk!" viel de reve rend hem onthutst in de rede. „En wat hebt u gedaan?" „Ik? Wat ieder ander gedaan zou hebben! Ik ben ze achterna gegaan! Ze reden weg in een auto en dank zij een panne en doordat ik een fiets kon leenen heb ik ze inge haald." „„Mooi zoo!" riep de reverend. „Ik ben achteraf bang dat het niet zoo mooi was", meende Freddy. „Ik werd met een revolver bedreigd en raakte buitenbewust zijn door een vuistslag. Toen ik bijkwam, dacht ik dat al mijn moeite voor niets was ge weest. maar op den grond vond ik een stuk papier, waarop vaag een naam geschreven stond. We hadden eenige moeite om het te ontcijferen." „W e?" onderbrak de reverend hem. „Hè?" O natuurlijk, je kunt ook niet alle bijzonderheden vertellen! De andere was de werkman, van wlen ik de fiets geleend had. Maar dat is werkelijk niet van belang. De hoofdzaak is, dat we vaststelden dat de let ters op het papiertje Aylsham moesten be- teekenen en dat ik zoo vlug als ik kon hier heen gereden ben. En toen ontmoette ik u." „Zou ik het papier eens mogen zien?" vroeg de ander. Freddy vischte het uit zijn zak op en de reverend bestudeerde het aandachtig. lrEn uw theorie over dit briefje?" „Dat het meisje erin geslaagd is het uit het raam van de auto te gooien. En de aanwezig heid van dien dooden man daar schijnt mijn theorie te bevestigen". „Ik zie het verband niet precies", bracht de reverend in het midden. „Maar dat is toch vrij duidelijk", meende Freddy. „Vermoedelijk hebben zij afgesproken dat zij elkander na de ontvoering allen te Aylsham zouden ontmoeten. Natuurlijk wenschten uw metgezellen in den auto u daar niet bij te hebben! Nadat ze u hadden afge zet, zijn ze naar dit huisje gegaan hebben de anderen getroffen en daarna is er een oneenigheid uitgebroken. En nu zijn ze weer weg met achterlating van één van de bende". „Die niet eens uit de school zal klappen, vulde de reverend aan. ,Maar vertelt u mij eens. hoe komt u tot- de veronderstelling, dat het meisje wist, dat zij naar Aylsham zouden gaan?" „Misschien was ze niet zoo hulpeloos als de mannen meenden. Terwijl ze zich hield of ze flauwgevallen was, kan ze haar ooren wijd open hebben gehad!" „Ja, dat is mogelijk" beaamde de reverend. „Laten we nu niet onzen tijd verbeuzelen met theoretiseeren, hemam Freddy. We moe ten de politie inlichten en het meisje achter na gaan." .Achter het meisje aangaan? De politie moet zeer zeker gewaarschuwd worden, maar ik zou niet weten hoe we het meisje verder zouden moeten volgen. Neen, mijnheer, en de reverend kwam een stap dichter op Freddy toe en keek hem ernstig aan, aeem mijn raad aan en laat dat aan de politie over". „U denkt toch niet, dat u me kunt tegen houden? Ik ben niet voor niets uit den trein gesprongen." „Neen, dat begrijp ik. Maar als er niets te winnen is?" „Er is alles te winnen!" De reverend schudde het hoofd. „Ik zie wel dat u niet voor rede vatbaar bent," zuchtte hij. „Maar wat bent u nu eerst van plan te doen?" „De politie op de hoogte brengen; wat ik al eerder zou hebben gedaan, als ik u niet ont moet had." „Als ik dat eens deed? Blijft u dan voor- loopig in de buurt. Mogelijk ontdekt u nog iets." ,,'t Is geen slecht plan; het is altijd goed de strijdkrachten te verdeelen." „U blijft dus hier tot de politie komt. Ik mag uw fiets zeker wel even leenen?" De vraag was in de gegeven omstandighe den heel natuurlijk, maar Freddy keek toch even op zijn neus. Terwijl hij aarzelde, stal! de reverend den weg over. „Dat zal me een heelen tijd schelen,* merkte hij op „en we hebben al zooveel tttd verknoeid." „Wacht even!" riep Freddy, naar voren schietend. Maar de reverend zat al op de fiets. Hij was er op gesprongen op een wijze, die men van iemand van zijn ambt, niet verwacht zon hebben. Hij wuifde Freddy toe en op het mo ment, dat hij het deed. kliefde een blkson»- straal de iucht. Hij verlichtte de hand, waas» mee de reverend wuifd, zoodat Freddy dl* nu voor het eerste duidelijk kon zien. Er sM bloed aan. (Wordt vervolgdJL Het door Anthony Fokker vóór 25 jaar gecon strueerde vliegtuig «De Spin" is thans op Waal haven ter bezichtiging gesteld. Zeeuwsche belangstelling voor het toestel T.T.-aspiraties. Wat zouden ze er van denken, als ik met dit karretje ook eens naar Drente ging om een rondje mee te rijden?! De Belgische wielrenner Wierinck wint de tweede étappe Lille- Charleville yan den Tour de France, onmiddellijk gevolgd door Tanneveau Minister rnr. A. de Wilde bracht Donderdagavond een bezoek aan het Postkantoor in het Centraal Station te Amsterdam, waar hij het sorteeren der post en het inladen daarvan in de nachttreinen gadesloeg, en vervolgens in den postwagen van den nachttrein naar Zwolle meereisde Het clubgebouw van de Rot- terdamsche Zeilvereeniging is totaal afgebrand In het Basketball-spel behooren de Japanners tot de besten ter wereld. Training van de Olym pische ploeg te Berlijn Tot burgemeester der gemeente drie wegen (Z) is met ingang van 15 Juli a.s. benoemd de heer G. M. C. Ort Het Lunapark voor het terrein der markthallen te Amsterdam in verband met de feestelijke opening der nieuwe brug over het Westelijk Marktkanaal, wordt opgebouwd

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 9