Amsterdam—Rijnkanaal in wording.
VRIJDAG 24 JU EI 1936
H A A R E E M'S DAGBE'AD
S
De sluis bij Wijk bij Duurstede
nog dit jaar voltooid.
Regeering neemf nieuwe
spelling nog niet over.
In 1942 het kanaal
open gesteld?
Een reusachtig werk wordt gewrocht
in de naaste omgeving van het kleine
Wijk bij Duurstede, een werk, dat in
grootte ver uitgaat boven de millioe-
nen kubieke meters grond die er wor
den uitgegraven, of de millioenen kilo's
cement, die er verwerkt worden.
Van het grootsche Amsterdam
Rijnkanaal wordt thans de groote sluis
bij Wijk gebouwd. Wanneer deze sluis
gereed is, zal zij de grootste sluis voor
de binnenvaart zijn, die in Europa te
vinden is.
De Waterstaatswerken, die thans in de om
streken van Wijk den grond omwoelen, zijn
een deel van het groote plan. de verbinding
van Amsterdam met den Rijn. Terwijl de kort
ste verbinding ongeveer zal blijven gelijk zij is,
dus langs Utrecht naar Vreeswijk, zal een
tweede, eveneens zeer groot kanaal gegraven
worden van Jutphaas naar Wijk bij Duurstede,
waar de Rijn overgestoken zal worden, waarna
het kanaal zich voortzet tot Tiel.
Het geheele stuk water van Amsterdam tot
Wijk bij Duurstede zal één peil bezitten, of
zooals dit heet, één pand vormen. Bij Jut
phaas zal wel een sluis gemaakt worden, doch
deze zal slechts beteekenis hebben als „keer
sluis", d.w.z. als regel openstaan, en slechts bij
bepaalde, te hooge waterstanden, in gebruik
worden genomen.
In het kanaal tusschen Ravenswaay (aan de
overzijde van de Lek tegenover Wijk) en Tiel
zal bij Ravenswaay eveneens slechts een keer
sluis worden gemaakt, zoodat dit kanaal als
regel in open verbinding met den Rijn zal
staan.
Overigens is men bij Waterstaat nog niet zoo
ver. Voorloopig wordt bezuiden den Rijn nog
niets gedaan als grond gekocht. De uitvoering
van de voorgenomen werken zal voorloopig
nog wel niet ondernomen worden.
Anders staat het met het stuk Jutphaas
Wijk bij Duurstede. Daar zullen eerst de z.g.n.
„kunstwerken" worden gereedgemaakt. Daarna
zal men pas met het graven van het kanaal
beginnen. Deze kunstwerken zullen zijn een
verkeersbrug bij Schalkwijk en een brug voor
auto- en treinverkeer in de gemeente Houten,
daar waar het kanaal de spoorlijn Utrecht
Geldermalsen zal kruisen.
De situatie bij Wijk.
Het kunstwerk bij Wijk bij Duurstede is zeer
groot opgezet. De eigenlijke sluis wordt op een
afstand van 1100 meter van de rivier af ge
maakt. De bedoeling is, dat in alle gevallen
voor de inkomende' en uitgaande schepen vol
doende ruimte om te manoeuvreeren en een
veilige ligplaats verzekerd zijn. De voorhaven,
de monding dus van het kanaal in de Rijn, is
komvormig, eveneens met dit doel. De sluis-
werken zelf hebben een lengte van 360 meter,
tusschen de deuren en een breedte van 18
meter, terwijl een drempeldiepte van 4 meter
zal bestaan. De enorme sluis zal drie deuren
bezitten. Een middendeur is aangebracht met
het oog op waterbesparing, wanneer slechts
weinig schepen tegelijk geschut moeten wor
den.
Deze drie hefdeuren, die door groote torens
in de lucht geheven zullen worden, hebben een
hoogte van 13 '/2 meter.
De indruk, dien men bij het eerste aanschou
wen van dit grootsche werk krijgt, is overstel
pend. Niet dat het groote aantal arbeiders,
er werken er 600 in de dagploeg, 100 in den
nacht, U een oogenblik den indruk van groote
bedrijvigheid geeft. Neen, op het uitgestrek
te terrein der werkzaamheden, dat alles bij
elkaar 4 kilometer ver zich uitstrekt, vindt
men hen niet terug. Doch wie even een blik
werpt over het gigantische werk, dat aan alle
zijden langzaam, en toch nog' zoo snel, uit den
grond verrijst, die wordt van een groote eer
bied vervuld. Het zijn niet de kubieke meters,
die verzet zijn. Het zijn niet eens getallen,
welke ik U nu zal noemen, die op zich zelf
reeds imposant genoeg zijn.
5000 zegge en schrijve vijf duizend beton-
palen zullen de fundeering vormen van de
sluis. Grootendeels zijn zij reeds den grond in
gestampt, slechts enkelen liggen, of liever
lagen nog te wachten op het heiblok, dat per
dag maximaal 150 palen kan heien. Zijn deze
palen in den grond gedreven dan wordt om
de koppen van de palen een wex*kvloer gego
ten van beton. Hierop wordt een vloer van
ijzerwerk gevlochten, terwijl de bovenkant van
de vloer, fdikte 2VZ meter) eveneens door een
De wanden van de
sluis bij Wijk bij
Duurstede verrijzen.
Een net van ijzeren
staven vormt de
wapening.
ijzernet gewapend zal worden. De beide netten
worden door een gewone ijzerconstructie op
den gewenschten afstand van elkaar gehouden.
Een idee van de hoeveelheden ijzer, die in deze
betonmassa's verdwijnen, krijgt men als men
verneemt, dat 6500 ton ijzer verwerkt zullen
worden, dat is dus bijna evenveel als het ge
wicht van de nieuwe brug bij Nijmegen. 60.000
kubieke meter beton zullen worden gestort,
waarvan een groot gedeelte zal worden ge
bruikt om de sluismuren te maken, die van
onderen een dikte van 3.75 meter hebben.
De eerste spade.
In November van het vorige jaar heeft men
de boomgaarden, die gelegen waren op de
plaats, waar thans de heimachine raast, ge
rooid. De eerste spade werd in den grond ge
zet in begin Maart van dit jaar. Thans is het
graafwerk van de sluisput voltooid. Een kwart
millioen kubieke meters grond werden daarbij
verzet. De bouw van het sluislichaam vordert
snel, zoo snel dat men hoopt dit jaar nog ge
reed te zijn. Met het bouwen dan. want er zul
len nog wel enkele jaren overheen gaan, voor
de installatie geheel klaar is. Wij noemen van
de latere werkzaamheden slechts het inrich
ten van de hef installatie, de electrificatie enz.
De voltooiing van het geheele kanaal wordt
omstreeks 1942 verwacht.
Thans vindt men in de sluisput een en al
bedrijvigheid. Zij, die men van al die 600 men-
schen ziet, werken koortsachtig. Er wordt
spoed gemaakt en naar men ons vertelt, is dit
geheel het initiatief van den aannemer, die
dit werk met zooveel voortvarendheid aanvat.
11 treintjes met grond, met cement, met zand
en grint rijden hier van de voorloopige haven
naar het terrein van de sluis.
Twee kabelbanen verheffen zich hoog in de
lucht. Twee torens hebben zij ieder, die op
rails zijn geplaatst en die in de richting van
de lengteas van de sluis kunnen rijden. Zelfs
de bekistingen van de sluismuren kunnen rij
den. De sluismuren evenals de bodem, worden
in gedeelten gegoten. De bekistingen zijn op
ijzerconstructies vastgemaakt, die eveneens
langs een rail kunnen rijden. Zoo schuift het
geheele werk van het Zuiden naar het Noor
den op. Daar waar men klaar is, verrijst reeds
de forsche muur in de lucht, daar waar men
heen trekt, is nog niets te zien dan een chaos
van ijzer en materialen.
Aan de Westzijde staan drie betonmolens
opgesteld. Samen malen zij IV2 kubieke meter,
die telkens worden gestort in een bak. welke
door de kabelbaan wordt vervoerd. Onafgebro
ken gaat dit door. Onafgebroken rijden ook de
treintjes met zand, grint en cement aan. Pre
cies afgemeten zijn de hoeveelheden, slechts
water hoeft er nog bij. Dan draait de molen,
duikt en de massa wordt gestort in de bak,
die haar een oogenblik later laat vallen
boven de bekisting.
De moeilijkheden, waarmee men hier had te
kampen waren groot. Men moge bedenken dat
de bodem van de sluisput 12V2 meter beneden
het rivierpeil ligt. Zeven pompen, ieder met
een capaciteit van 100 liter, werken onafge
broken en houden de sluisput volkomen droog.
Een bijzondere voorziening is getroffen met
het oog op de polders, waardoor het kanaal
zal loopen. Het kanaalpeil zal ongeveer 2V2
meter lager liggen dan dat van de polders. Er
bestaat dus groot gevaar, dat de polders droog
zullen loopen en al het water naar het kanaal
zal vloeien.
Om dit te voorkomen, worden langs het
kanaal aan weerszijden weteringen aangelegd,
die op het gewenschte peil gehouden worden.
Het werk bij Wijk bij Duurstede is een groot
werk. Het zoemt reeds in de verte als men den
stillen dijk langs gaat. Een groot volk bouwt
aan zijn toekomst. Het bouwt er voortdurend
aan. Nederland bouwt koortsachtig. En Wijk?
Het is stil als altijd. Er is geen drukte, geen
verkeer, het ligt er vriendelijk en stilletjes als
steeds en op een schoorsteen nestelen nog
steeds twee ooievaars.
Zij wil zich nog beraden.
Minister Slotemaker de Bruine
heeft een toelichtende nota inzake
zijn wijzigingen van de spelling-Mar-
chant aan de Staten-Generaal doen
toekomen, waarin hij mededeelt, dat
de regeering zich over het tijdstip,
waarop zij in officieele stukken de
nieuwe spellingsregels zal gaan vol
gen, nog wenscht te beraden.
De minister voegt daaraan toe. dat
het de bedoeling is, dat zij zich in
zake geslachten en voornaamwoorde
lijke aanduidingen in de toekomst zal
gedragen als tot nog toe gebruikelijk
is. De in de regels 5 en 6 mogelijk gela
ten afwijking daarvan is uiteraard
aldus de minister niet bedoeld voor
taal en stijl, waarvan de regeering
zich bedient.
Het ligt dan voorts, gelijk de minister reeds
mededeelde, in de bedoeling der Nederlan-
sehe Regeering, om, na overleg en in over
eenstemming met de Belgische Regeering, een
commissie samen te stellen, die over het
vraagstuk van de geslachten en in verband
daarmede de voornaamwoordelijke aandui
dingen na gezette studie zal rapporteeren.
De samenstelling is aanvankelijk aldus ge
dacht, dat de leden worden aangewezen na
raadpleging van de Koninklijke Vlaamsche
Academie van Taal- en Letterkunde en de
Koninklijke Akademie van Wetenschappen.
Omtrent de vraag, of deze commissie te
vens de taak der commissie-Van Haeringen
zal voortzetten, zoodat zij als een uitbreiding
van deze laatste zal zijn te beschouwen, dan
wel naast haar zal arbeiden, pleegt de minis
ter nog overleg met de Belgische Regeering.
Omdat ook in het laatste geval de opdracht
van de commissie-Van Haeringen eenige wij
ziging zal moeten ondergaan, is haar arbeid
voor het oogenblik geschorst.
Aan de nieuwe commissie zal naar de be
doeling van den minister in ieder geval moe
ten worden opgedragen het samenstellen van
een lijst van de woorden, welke voor de toe
passing van regel 5 beschouwd moeten worden
„kennelijke mannelijke zelfstandigheden"
aan te duiden. Niet het inzicht van den af
zonderlijken taalgebruiker, zegt de minister
in zijn nota, zal hier dus beslissen, maar er
zal een vaste regel zijn, die intusschen in de
toekomst steeds bij de ontwikkeling van de
taal kan worden aangepast.
TWEE MEISJES MISHANDELD.
Twee meisjes, die op de Nieuwe Prinsen
gracht te Amsterdam liepen werden door een
paar mannen herkend als colportrices van de
N. S. B. dit gaf den mannen aanleiding deze
meisjes, die niet colporteerden, te beleedigen
en tot handtastelijkheden over te gaan. Zij
werden gestompt en geslagen. Later deden de
meisjes aangifte bij de politie, die drie der ver
moedelijke aanvallers in hechtenis heeft ge
nomen.
AANTAL RADIOLUISTERAARS IN
NEDERLAND.
Op 1 Juli 1936 bedroeg het aantal aange
geven radio-ontvangtoestellen in Nederland
606.641. terwijl het aantal aangeslotenen aan
radiodistributie-centrales 332.798 bedroeg.
In totaal bedraagt het aantal luisteraars
derhalve ongeveer 111 per 1000 inwoners.
CONGRES VAN SIGARENWINKELIERS.
De Nederlandsche Bond van Sigarenwin
keliersver eenigingen hield zijn jaarvergade
ring te Utrecht in hotel Noord-Brabant.
De huishoudelijke zaken hadden een vlot
verloop, het bondsbestuur werd herkozen. De
jaarverslagen werden goedgekeurd, de rappor
ten van controle-commissie en commissie
fonds van overlijden eveneens.
Voorstellen tot verlaging van de contributie
werden afgewezen. Verschillende voorstellen,
betrekking hebbende op bijzondere uitgaven
welke door het bondsbestuur niet uitvoerbaar
werden geacht, werden ingetrokken.
De overval te Abcoude.
Vragen aan den minister van Justitie
gesteld.
De heer Albarda heeft tot den minister van
justitie de volgende vragen gericht:
Is den minister bekend, dat in den nacht
van 17 op 18 Juli 1.1. in de nabijheid van
Abcoude, eenige leden van de N.S.B. een
groep weerlooze andersdenkenden hebben
overvallen, dezen met gummiknuppels en
ploertendooders hebben mishandeld, een der
mishandelde tegenstanders in het water heb
ben geworpen en de vrachtauto waarvan
dezen zich hadden bediend, hebben bescha
digd en in het water geduwd?
Is het waar dat die leden van de N.S.B.
waren gekleed in de verboden uniform van
de weer-afdeeling der N.S.B., welke weeraf-
deeling volgens een verklaring van den heer
Mussert opgeheven zou zijn?
Wil de minister bij het onderzoek, dat on
getwijfeld naar de toedracht van deze zaak
wordt ingesteld, ook doen nagaan, hoe het
mogelijk is. dat een groep leden der N.S.B
die in auto's en op motorrijwielen aanrukte.,
in den nacht werd geformeerd en of hieruit
moet worden afgeleid, dat de N.S.B. op een
of meer plaatsen weerkorpsen-afdeelingen
gereed houdt, die in korten tijd kunnen uit
rukken om geweld te plegen?
Tot welke maatregelen geven de hierboven
vermelde feiten den minister aanleiding.
Luchtvaart kan internationale
vriendschap bevorderen.
„Maak van den zegen van het vliegen een
vredesinst-rument" is de bede van de liga voor
internationale vriendschap. De K.L.M. heeft
daarop geantwoord door een van de meest
moderne Fokker Douglas machines ter beschik
king te stellen, welke op Zondag 2 Augustus
a.s. van Amsterdam naar Londen zal vliegen
en als een van haar passagiers mej. J. Leijen-
dekkers uit Rotterdam, vertegenwoordigster
van de Nederlandsche jeugd, naar het Lon-
densche vacantie-oord van de liga voor inter
nationale vriendschap zal meevoeren.
Het vliegtuig zal op het vliegveld Croydon
landen, waar 5 jongelieden uit andere landen
van Europa (namelijk België, Frankrijk, De
nemarken, Duitschland en Zweden) met 5
Engelsche makkers zullen instappen en van
waaruit de vlucht zal worden vervolgd naar
het vliegveld Heston in West Londen, dicht
bij het vacantie-oord van de liga voor inter
nationale vriendschap te Ealing.
Deze vlucht is een poging om vooral in een
tijd, dat het vliegtuig in den oorlog den boven
toon voert de jeugd in te prenten op welke
wijze het dienstbaar kan worden gemaakt aan
de vredesgedachte.
De dag, waarop de vlucht plaats heeft 2
Augustus is de vijfde verjaardag van de
opening van het internationale vriendschap
vacantie-oord in Engeland, welke ten huize
van den heer Noel Ede te Brighton plaats
heeft gehad.
De heer Ede, die nu in Nederland vertoeft,
zal mejuffrouw Leijendekkers op haar vlucht
naar Londen vergezellen.
Gedurende de laatste 3 jaar hebben 500 Ne
derlandsche jongelieden de vacantie-oorden
der liga in Engeland en Wales bezocht. Op 1,
8, 15 en 22 Augustus a.s. zullen groepen uit
Vlissingen vertrekken.
Engelsche pleegkinderen in
ons land.
Pleegouders hebben geen
beschermde positie.
Kind kan later weer opgeëischt worden.
In verband met verschillende persberichten
omtrent de rechtspositie van Engelsche pleeg
kinderen, door Nederlanders ter blijvende ver
zorging „aangenomen", heeft het Algemeen
Nederlandsch Persbureau zich gewend tot mr.
H. M. L. H. Sark, secretaris van den Armen
raad te 's-Gravenhage en secretaris van de
Nederlandsche Federatie van Instellingen voor
de Ongehuwde Moeder en haar Kind (F. I. O.
Ma, die dezer dagen uit Engeland is terug
gekeerd, waar hij omtrent de positie dezer
kinderen besprekingen heeft gevoerd.
Mr. Sark verklaarde, dat hij een lezing om
trent de rechtspositie van deze zoogenaamde
..geadopteerde" kinderen heeft gehouden voor
de Nationale Council for te Unmarried Mother
and her Child in Londen. In deze vergadering
waren vertegenwoordigers der pers. die eenigs-
zins sensationeele verslagen hebben gemaakt.
Men heeft mr. Sark geen dingen in den mond
gelegd die hij niet gezegd heeft, doch wel
hebben eenige bladen zijn zakelijke mededee-
lingen geïllustreerd met verklaringen van eigen
getuigen en inlichtingen van adoption-socie
ties, de particuliere vereenigingen, die bemid
deling verleenen bij het uitbesteden van deze
kinderen. Aldus zijn ook eenige niet juiste be
richten in de Nederlandsche pers overgeno
men. Tot goed begrip der zaak moge hier een
korte uiteenzetting van de positie dezer kin
deren volgen:
De Nederlandsche wet kent geen adoptie.
Nederlandsche echtparen, die kinderloos zijn
en gaarne een kind in eigen huis zouden wil
len opvoeden als „eigen kind", gevoelen veel
al bezwaar het kind van een Nederlandsche
ongehuwde moeder tot zich te nemen.' omdat
zij weten, dat de moeder ten allen tijde kan
verzoeken zelf weder met de zorg voor haar
kind te worden belast. Weliswaar kan aan de
pleegouders de voogdij over het pleegkind wor
den opgedragen en kan na verloop van tijd
naamstoevoeging of -wijziging worden ver
zocht. toch blijft de band tusschen moeder en
kind bestaan. De moeder kan den rechter her
stel in de voogdij verzoeken en deze zal
tenzij het belang van het kind zich daarte
gen verzet een dergelijk verzoek toewijzen.
Derhalve blijft er bij het in eigen huis opvoe
den van een pleegkind steeds eenig risico be
staan, dat het kind later wordt „opgeëischt".
Pleegouders meenen nu, dat zij zeker zijn
van een Engelsch kind. dat de naam wettig
veranderd kan worden en dat zij tot het kind
in een beschermde positie komen te staan. Dit
is niet- het geval. Practisch is hun positie zelfs
minder zeker dan die van door den Neder-
landschen rechter tot- voogd benoemde pleeg
ouders van een Nederlandsch kind.
Een geval, waarin de Engelsche moeder het
kind van Nederlandsche pleegouders terug-
eischte, is bekend en moge tot voorzichtigheid
manen.
FRAUDULEUS INGEVOERD REUKWATER IN
BESLAG GENOMEN.
De ambtenaren van invoerrechten en ac
cijnzen hebben Donderdag in de Amsterdam-
sche haven aan boord van het Engelsche
stoomschip ..Borthwick" 288 flesschen reuk
water van Engelsche herkomst, welke fraudu
leus werden ingevoerd, in beslag genomen. De
smokkelwaar is naar het Oost-Indische huis
overgebracht.
ZEEUWSCH MONUMENT VOOR DE
KONINGIN-MOEDER.
Reeds geruimen tijd is men in Zeeland bezig
met het verzamelen van gelden voor een mo
nument voor wijlen H.M. de Koningin-Moeder.
Thans is besloten het ontwerp van den beeld
houwer H. J. Etienne uit te voeren en het mo
nument te plaatsen op den Dam te Middel
burg. Het gekozen ontwerp is in het begin van
het vorig jaar gemaakt. Toen voor een soort
gelijk gedenkteeken in den Haag, een prijs
vraag was uitgeschreven, Het werd toen door
de jury gerangaohikt onder de zes beste ont
werpen.
Onderzoek te Vlissingen
wordt voortgezet.
Naar de malversaties bij het Crisis Comité.
Donderdagmorgen hebben B. en W. van
Vlissingen in een spoedvergadering de onre
gelmatigheden bij het plaatselijk crisiscomité
en bij Maatschappelijk Hulpbetoon onder
oogen gezien. Eenparig was het college van
oordeel, dat geheel afzijdig van de wijze,
waarop zij. die de fraude hebben gepleegd,
zullen worden gestraft, in het belang van de
behoeftige ingezetenen een ordelijk function-
neeren van de betrokken diensten verzekerd
moet worden.
Vooral de arrestatie en het hierdoor aan
zijn arbeid onttrekken van den heer de W. zal
bij Maatschappelijk Hulpbetoon tot ernstige
stagnatie aanleiding kunnen geven. De heel
de W. is Donderdagmorgen officieel uit zijn
functie geschorst. In overleg met de hoofd
inspectie der steunverleening te den Haag is
daarom besloten, dat een bekwaam ambte
naar van dien dienst naar Vlissingen zal
worden gedirigeerd, om de functie van den
heer de W. waar te nemen. Naar wij verne
men is voor dit doel de heer van der Struyk.
controleur bij de hoofdinspectie voor de steun
verleening nog Donderdag uit den Haag ver
trokken. zoodat hij hedenochtend zijn arbeid
te Vlissingen zal kunnen aanvangen
De heer van der Struyk wordt vergezeld
door een tweeden ambtenaar, die voorloopig
belast zal worden met de leiding der Vlis-
singsche arbeidsbeurs.
Hoewel deze functionnarissen in den be
ginne ongetwijfeld ernstig gehandicapt zul
len worden door het feit, dat zij de plaatse
lijke toestanden niet kennen, heeft men ge
meend goed te handelen door niet-ingezete-
nen voor deze functie aan te wijzen, die zon
der aanzien des persoons zullen doen wat nood
zakelijk blijkc te zijn.
Uit goede bron vernemen wij voorts, dat de
rijkscontroleur, de heer Korver, voor het on
derzoek in deze ingewikkelde kwesties als
deskundige aan de Justitie is toegewezen.
B. en W. van Vlissingen hebben in ver
band met de malversaties nog een adjunct-
commies ter secretarie geschorst.
Wethouder in arrest?
De wethouder van financiën en sociale za
ken zou volgens de Tel. gearresteerd zijn Een
officieele bevestiging van dit bericht kon het
blad echter niet verkrijgen.
Een halve eeuw geleden
Uit Haarlem's Dagblad van 1886.
24 Juli
Het veertigtal boringen, door de hee-
ren Gebr. Goedkoop, volgens opdracht
van het departement van Waterstaat,
tot onderzoek naar den ondergrond der
bekapping van het nieuwe Centraalsta
tion te Amsterdam ondernomen, zijn af-
geloopen en hebben vrij bevredigende
resultaten opgeleverd. Thans is men tot
ruim veertig meter doorgedrongen en
heeft daar zand. vaste klei en klei ver
mengd met zand gevonden. De verzak
king. welke men eenigen tijd geleden
waarnam, en die tot staking van het
werk der bekapping aanleiding gaf. ver
mindert gaandeweg, waarschijnlijk om
dat de bodem vanzelf allengs vaster
wordt, zoodat men binnen een niet te
ver verwijderd, doch nog niet vastge
steld tijdstip, met het werk zal kunnen
voortgaan.
Deze onderzoekingen naar den onder
grond staan in geenerlei verband met
het werk der architecten, de heeren
Cuypers en Van Gendt. Aan het stations
gebouw zelf wordt de laatste hand ter
voltooiing gelegd, en is men met het
binnenwerk bezig.
Burgemeester Van Borsselen
geschorst.
Wegens onregelmatigheden in de
administratie.
De heer H. C. R., burgemeester van Borsse
len en ontvanger-griffier van het bïnnenbe-
heer van den Calamiteuzen polder Borsselen,
in in deze functies door Gedeputeerde Staten
van Zeeland voor een maand geschorst we
gens onregelmatigheden in de administratie.
Van welken aard en omvang deze wanorde
lijkheden zijn, kon. hangende het onderzoek,
niet worden medegedeeld. Tot waarnemend
burgemeester en ontvanger-griffier is be
noemd ae heer A. A. Elenbaas, burgemeester
van 'sHeer Arendskerke.
SCHENKINGEN VAN DE KONINGIN EN
PRINSES JULIANA.
Het bestuur van de stichting voor huishou
delijke voorlichting ten platlelande, welke ge
noodzaakt is door de beperkte geldmiddelen
veel aanvragen voor cursussen af te wijzen,
maakt met groote erkentelijkheid melding van
het feit, dat de Koningin en Prinses Juliana
elk een bedrag hebben geschonken voor deze
stichting.
Voorloopig geen Zeppelin-
vlucht naar Oost-Indië.
Daar de L. Z. 129 „Hindenburg" voorloopig
niet aari den dienst op Amerika kan worden
onttrokken, kan er van den proefvlucht naar
Ned. Oost Indië geen sprake zijn. Men zal
daarmee wel tot eind 1937 moeten wachten.
Zomerconferentie van de
C. H. U.
Mr. Schmal over „de toekomst onzer
Staatsidee".
De dertiende zomer-conferentie, uitgaande
van de Christelijke Historische Unie en de
vereeniging van Christelijke Historische leden
van gemeentebesturen, is Donderdagavond in
het conferentie-oord te Lunteren geopend
door den voorzitter, den heer J. R.
Snoeck Henkemans. Spreker zeide, dat de
kracht der Chr. Hist, politiek altijd was, dat
zij trachtte door te dringen tot den diepen
grond der dingen. De C.H.U. blijft op den
voorgrond stellen de prediking van den eisch
tot het hooghouden van het recht en het
betrachten van de gehoorzaamheid aan Gods
geboden. Naar dat richtsnoer moeten alle
regeeringsmaatregelen gericht, op dezen toets
steen moeten zij gekeurd worden. Blijkt deze
keur te falen, dan zij er moed tot veranderen,
zoo noodig zelfs tot afbreken van hetgeen
met eigen hand was opgebouwd. Deze predi
king blijve de voornaamste taak onzer Chr.
Hist. Unie.
Hierna kreeg mr. J. J. R. Schmal het woord
om een referaat te houden over: „De toekomst
onzer staatsidee".
Na een geestige inleiding deelde mr. Schmal
mede eigenlijk te willen spreken over de toe
toekomst der democratie, d.w.z. van de Chris
telijke democratische staatsidee.
Daarmede wil spreker geen propaganda be
oogen voor een politieke secte, die denzelfden
naam draagt, maar wij, Christelijk-Histori-
schen. aldus spr., zijn toch ook Christelijke
democraten.
Van de Chrïstelijke-Democratische staats
idee wilde spr. zeggen, dat het is de bewegende
kracht, die den staat bezielt, den mensch van
object tot subject maakt, aan het volk zelf-
regeering beschikt en dat alles bezien in
Christelijken zin. De Savornin Lohman zeide,
dat heel de wereld zich beweegt in democrati-
schen zin. Nu is het echter een teruggang. In
West-Europa echter staat men voor het feit,
dat de parlementaire democratie zich heeft
baan gebroken. Hier in ons land, aldus spr..,
ligt het in onze Christelijk-Historische lijn
en is het op haar plaats. Spr. grijpt dan terug
naar Groen van Prinsterer, dien de C.-H.-en
niet verafgoden, zooals in sommige kringen,
maar die zij refereerend en critiseerend ^be
zien. Groen van Prinsterer noemde zich evan
geliebelijder, niet staatsman. Dit doet niets af
aan den eerbied voor hem als politicus. Hij
keerde zich echter onvoorwaardelijk tegen
politie zonder evangelie, stelde tegenover
revolutie het evangelie en was een uitge
sproken anti-humanist. Nergens staat verder,
dat hij tegen democratie het evangelie stelde,
wel de democratische staatsidee van dien tijd,
niet tegen den vorm, maar tegen de on-chris-
telijke grondslagen. De C.H.U. zal zijn tegen
den totalitairen staat, die uit het huidige
parlementaire systeem kan opkomen, daar
het de democratie uitsluitend wil steunen
op de volkssouvereiniteit zonder zich aan
God's woord te storen.
Democratie in kerk en maatschappij behoe
ven wij op deze conferentie niet te bezien,
aldus besluit spreker zijn belangwekkend refe
raat. In den staat echter wensch ik haar in
Christelyken zin.