BRIEVENBUS
VRIJDAG 7 AUGUSTUS 1936
HAARDE M'S DAGBEAD
10
Deze raadsels zijn ingezonden door Jon
gens en Meisjes die Onze Jeugd lezen.
Iedere maand worden onder de beste op
lossers vier boeken verloot.
AFDEELING I.
(Leeftijd 10 jaar en ouder.)
1 (Ingez. door Gymnast)
Mijn geheel is een spreekwoord van 26
letters:
10 li 12 is een deel van den dag.
13 14 15 is niet vlijtig.
3 4 5 is een vrucht.
14 15 is groente.
18 17 is de verleden tijd van eten.
19 20 23 25 is een meisjesnaam.
6 7 4 12 is een vloeistof.
1 2 is een lidwoord.
21 22 26 is een visch.
Met 21 22 8 vang je visschen.
9 14 15 9 zit aan een theepot.
16 17 18 is de gebiedende wijs van staan.
24 25 26 is de waterkant.
2 (Ingez. door Anemoon) Strikvragen:
a. Mijn geheel is vleesch. Laat mijn le letter
weg en het is ook vleesch. Laat mijn 1ste
lettergreep weg en het blijft vleesch.
b. Er stond een juffertje voor de deur,
Met een wit schortje veur,
Hoe langer dit juffertje stond,
Hoe minder je later van haar vond.
'3. (Ingez. door Prikkebeen)
Welke plaats in N.-Brabant verkoop je bij
den slager?
4 (Ingez. door Machteld)
Ik heb een bloem zien bloeien, die onthoofd
's avonds aan den hemel staat. Welke bloem
Is dat?
5, (Ingez. door Wim).
Met r. behoor ik bij de melk,
Met b. lijkt 't 's winters of 'k verwelk.
Met z. zit ik aan jurk of kleed.
Met st. ben ik voor de reis gereed,
Met dr. kom 'k bij je in den slaap.
Met 1. voel ik me, zoodat ik gaap.
6 (Ingez. door de twee Zusjes) Verborgen
Nederlandsche plaatsen.
Waar wonen: Bé Mud? Lea Harm? en Klaar
Am?
AFDEELING II
(Leeftijd 9 jaar en jonger.)
1. Ingez. door Anneke B.)
Ik weet een grooten vogel
En van zijn kop ontdaan,
Is hij alweer een vogel,
Die woont ver hier vandaan.
2. (Ingez. door Jan S.)
Met b ben ik een vrucht, die dikwijls
lekker is.
Met m. snijd ik het brood of vleesch,
als 'k wond. dan is 't niet mis.
Met z. ben ik nog een getal, voldoende
op 't rapport.
Wanneer je er niet onder komt, geloof ik
dat niemand knort.
3 (Ingezonden door Vuurvlindertje) Verbor
gen visschen.
a. Voor Nieuwjaar vriest het dikwijls.
b. Deze paddestoel is eetbaar, smul er maar
van.
c. Ik zal moeder even roepen.
4 (Ingez. door Moedertje Meg).
Geen visscher kan ze ontberen.
Ook niet door ze om te keeren.
Dan doen ze 't zelfde toch verstaan.
Van voren zijn ze als achteraan.
5 (Ingez. door Michiel de Ruyter)
Geen naaister stelt het zonder mij,
Geloof dat maar vrij.
Wanneer ik word van hoofd ontdaan
Ben ik bij 't graan.
En als ik dan maar veel bevat,
Ben 'k voor den boer een groote schat.
6. (Ingez. door Tromp) Strikvragen.
a. Welke netten gebruikt de visscher niet?
b. Welke mannen zijn geen menschen?
c. Welke letters staan niet in een boek?
d. Welke wijzers duiden geen tijd aan?
e. (Ingezonden door Prikkebeen):
Ze liepen met hun beiden, De eene was
lang en de andere kort. De korte was de zoon
van den lange. Toch was de lange niet de
vader van den korte. Wie was 't dan?
RAADSELOPLOSSINGEN
De raadseloplossingen der vorige keer zijn:
AFDEELING I.
1. Kembang Sepatoe.
2. Eigen haard is goud waard.
3. Koekoek.
4. Jasmijn, Barbieren, Glasruit.
5. Hark - ark.
4
28
10
16
12
14
.9
26
13
8
24
10
14
12
10
12
15
8
19
16
16
8
12
10
24
AFDEELING H
1. Leiden, Gouda, Hoorn.
2. Nachtwacht.
3. Koe-koek.
4. Slang, adder, mees.
5. De neus.
6. Golf. wolf, kolf, Dolf.
Goede raadseloplossingen ontvangen van:
Oranjeappeltje 5, Ster 4, Puzzelgraag 5, Merel
5. De Kleine Figuurzager 6, Turnstertje 6,
Beery 6, 't Eendenhoedstertje 6, Leesgraag 6,
Korenbloempje 5, Narcis 5, Freddy 6, Doorn
roosje 5. Dierenvriendin 4, Borduurstertje 4,
Zondagskindje 6, Poppenverpleegstertje 5, Ka
boutertje Slim 5. Edie, de Tweelingbroer 3,
Johan. de Tweelingbroer 3, Belhameltje 4. Boe
kenworm 3, Machteld 6, Gymnast 4, Iris 5, De
kleine Voetballer 5. Lindebloesem 6. Zonne-
pit 6. Eikeldopje 6. Pietje Bell 6, Broer 6,
Kinnie 6, Michiel de Ruyter 5, Tromp 5, De
twee Zusjes 6, Kotta Radja 5.
REISWEDSTRÏJD EN SCHOONSCHRIFT
WEDSTRIJD.
Op verzoek van velen heb ik de termijn van
inzending van deze wedstrijden verlengd tot
15 Augustus. In het nummer van 21 Augustus
vermeld ik dan de uitslagen. Dus nu vlug
afwerken
RUILRUBRIEK.
L. BONSEL, Zijlweg 24, heeft Bensdorp-
omslagen. 2 Weegschaaltjes, 2 Kwatta, 4
Meco-punten, 6 Felix kattenbrood, 12 Am-
stel. 4 Pelikaan, 3 Ha'ka, 5 Lettinga's Koffie
en Theehandel, Filmsterren, 2 Rademaker, 1
Benito. 3 Karnemelkzeep. Van der Linden's
broodbak, (2 punten). Vogelplaatjes Fran
ken, 2 Erve de Jonge; 1 Snoeks wilde jaren,
7 Hoe heet die vogel? 4 De Bloemen en haar
vrienden, 12 waardekaartjes Haust (0.10IA),
3 Bussink bonnen en Bussink plaatje.
Hiervoor alle Hillebonnen en plaatjes,
Droste en Sunlight, Radion, Vim, Rinso en
Lux.
Ruiltijd 67 uuir.
KO HOES, Olieslagerslaan 13 b. d. Wagen
weg, heeft: I-Iaka, Boerderij. Patria, Hille,
Dobbelmann (Japan). H. O.. Bleko, Coelimgh,
en Breiro. Ben tap Ufa. K.H.C.. Filmsterren,
man. Koorn, Albert Heijn, Carel's, De Zeeuw,
Roodband, van Nelle, Klaver-blad, Keg, Haas
en Breror, Ben tap Ofa, K.H.C., Filmsterren,
Stark, Haas 6, Hans die Torenkraai, Bloe
men e. h. vr., Vetplaniten, Paddestoel, Langs
de Zuiderzee, de Vecht, Naardenmeer, die
IJsel, Blonde duinen, Friesland, Buitenland-
sche postzegels, Cassations van Lommvelaars,
v. d. Linden, Krug, de Komeet, Vijn, Rewo,
Kluitenibumg. Lammens.
Hiervoor gaarne terug: Sunlight enz.,
Droste, Duifmerken. Scholten. Bussink, Ever
lasting, Leupen's kleederdracht, van Hou
tens' tijdschriftbons.
MALLE DRIES
(2de vervolg.)
Ze moest zich telkens weer uiten. ,.'t Zit
haar dwars." zeiden de eenvoudige dorps-
menschdn. En mevrouw van den burgemeester
beweerde, dat de spreuk toch maar weer
groote waarheid bevatte: Waar het hart vol
van is, loopt de mond van over.
Ze hielp op zekeren dag juist bij de burge
meestersfamilie de gordijnen ophangen voor de
hooge ouderwetsche ramen, toen ze uitriep:
„Ik ben vandaag net 15 jaar in 't dorp."
„Met je broer?" werd er gevraagd.
„Ja natuurlijk met Andries. Wat was 't een
stumperd, toen we hier kwamen en ons huisje
betrokken. Ik dacht nooit, dat we het zouden
bolwerken."
„Was hij dan ziek?", vroeg een der dienst
meisjes, die niet uit Boschhoven afkomstig
was.
„Ziek niet, maar versuft. Soms zelfs wild.
Als we in België gebleven waren zou hij zeker
in een gesticht terecht zijn gekomen. De pro
fessor in Brussel zei: „De eenige medicijn is:
weg uit deze omgeving'. Andere menschen zien,
een andere taal hooren. Ga naar Holland. Daar
heeft niemand hem iets in den weg gelegd."
Zoo zijn we dan hier gekomen en ik heb er
nooit spijt van gehad. Zijn verstand kreeg hij
niet terug, maar wel zijn rust. De oorlog lijkt
wel uit zijn geheugen weggevaagd."
„Zijn je ouders in dien tijd gestorven, juf
frouw Bref?" vroeg 't dienstmeisje.
„Mijn vader is in den oorlog gesneuveld."
't Was even stil. 't Leek wel of de lange
jaren niet meetelden. Juffrouw Bref doorleef
de weer den vreeselijken oorlog met al zijn
verschrikkingen en al zijn gruwelen. Met ge
bogen hoofd deed ze de gordijnen aan den
stok. De meisjes durfden niet meer vragen.
Juffrouw Bref had het verkropte leed naar
boven laten komen en nu moest ze zich toch
verder uiten.
„Dan zeggen ze nog, dat hij stierf als een
offer voor 't vaderland." vervolgde ze op bit
teren toon.
„Je broer werd toch nooit gewond." zei Bet-
je, het keukenmeisje bemoedigend. Ze hoopte
nu juffrouw Bref van dit chapiter af te bren
gen. Wat had je eraan al die narigheid weer
te doen herleven, 't Was nu immers voorbij.
„Wat zeg je Bet, niet gewond? Hij had nog
beter een arm of een been kunnen missen, dan
zoo getroffen te worden in zijn geestvermo
gens. Ik zie hem nog thuis komen uit den
oorlog. Mijn arme moeder, die een heeien
winter had doorgesukkeld door uitgestane
angst en ellende en vooral ook door 't slechte
voedsel, had ons heele huis in de bloemen ge
zet. Alle vrienden en kennissen waren genoo-
digd. Wel twee dagen hadden we gebraden en
gebakken. Hij moest en zou feestelijk ontvan
gen worden. En toen hij thuis kwam
Juffrouw Bref slikte wel driemaal voor ze
verder kon gaan en de keukenprinsessen voel
den nu ook hun oogen vochtig worden.
„Dat was natuurlijk een aandoenlijke thuis
komst", dacht het nieuwe meisje hardop.
Maar Betje, die 't verhaal al meer gehoord
had. zei stil: „Hij wou er allemaal niks van
weten, hè?"
„Nee, hij wou er niks van weten. Hij smeet
onze mooie vazen met bloemen en al de kamer
uit en schreeuwde: weg met dien rommel.
Weten jullie clan niet, dat ik een moordenaar
ben? Ik weet niet. hoeveel menschen ik wel
vermoord heb. Ik ben de tel kwijt. Ik heb een
paar dagen geleden nog een man een oog uit
geschoten. Dat was een dom schot. Ik had hem
immers dood moeten schieten." Zoo raasde hij
maar door en we moesten er wel een dokter
bij halen. Die heeft hem toen naar een zenuw
inrichting laten brengdn."
„Dat was erg voor je moeder, juffrouw Bref,"
zei de nieuweling ontroerd.
„Toen hij een jaar later thuiskwam, was
mijn moeder voor goed heengegaan. Jullie
lachen er hier in 't dorp om, dat ik altijd zoo'n
gebroken geweertje draag. Snappen jullie 't
nu?"
„Ja wel een beetje Juffrouw Bref", ant
woordde Bet. En ze vervolgde: „Maar nu mo
gen we wel opschieten, anders hangen de gor
dijnen voor donker nog niet."
„Ben ik ooit naar huis gegaan, als mijn werk
niet af was?" vroeg juffrouw Bref. En handig
hing ze het laatste stel gordijnen aan de
lange metalen roede.
HOOFDSTUK 3.
Het geheim van juffrouio Bref.
Als Lotte (zoo heette zijn zuster), bij ver
schillende families werkzaamheden verricht
te. deed Dries op zijn manier het huishouden
in 't kleine huisje met de groene luiken.
In de wandeling sprak men altijd van 't
huisje van juffrouw Bref. Deze had het inder
tijd gekocht. Ze scheen er wel aardig bij te
zitten, want Dries verdiende zoo goed als niets.
Een enkele maal had hij eens een aardig
schetsje van de omgeving gemaakt. En juf
frouw Bref had het voor hem aan den burge
meester verkocht voor wel 25 gulden. Zij zelf
verdiende niet veel meer dan. wat ze noodig
had voor eigen onderhoud. Maar 't oordeel van
de dorpsbewoners was: dat ze 't goed hadden
en dat ze maar wat keurig in de spulletjes za
ten. Juffrouw Bref was er haar ouders alle
dagen nog dankbaar voor, dat ze een goed ge
vuld spaarboekje hadden achtergelaten.
(wordt vervolgd)
ALLE RUBRIEKERTJES OP DE KIEK!
Dat zou leuk zijn, als jullie elkaar eens op
een foto konden zien. Daarom wou ik jullie
dit voorste]elnWie een zeer heldere en zeer
duidelijke foto van zichzelf heeft, mag die
aan mij zanden. We zullen er dan een plaats
je voor afstaan in onze Rubriek. Maar 't
moet beslist een duidelijke kiek zijn, want
anders komt er bij 't overdrukken zoo'n wa
zige afbeelding, dat je jezelf niet zoudt her
kennen. Als ik veel kiekjes tegelijk krijg,
worden ze successievelijk afgedrukt, anders
zou er voor de verdere copie niet veel plaats
meer overblijven. Maar ik beloof je: wie 't
eeTst zich aanmeldt, mits duidelijk, krijgt 't
eerst een plaatsje.
W. B.-Z.
LOUK1 HELPT GERDA BIJ 'T MAKEN VAN
EEN POPPEMANTELTJE.
Lc- - „aiu viicUu. «-..lOben af
gesproken, dat ze op hun vrijen Woensdag
middag met hun poppekinderen gaan wan
delen. Ze zullen elkaar, met de poppekinde
ren. in het park, vlak bij Louki's huis, ont
moeten.
Als Louki om 12 uur thuis komt, vraagt ze,
of moeder gauw haar brood klaar zet. Dade
lijk na het eten gaat ze naar haar kamer,
om pop Tony te halen. Ze kleedt haar doch
tertje netjes aan; beneden heeft moeder on-
dertusschen den poppenwagen in orde ge
maakt en een paar minuten later wandelt
Louki weg, nagekeken door moeder.
Ze loopt langzaam, zooals het hoort, wan
neer een moeder met haar kindje gaat wan
delen. Daar is het park al. Op de eerste bank
van den ingang af zit Gerda met haar pop
te wachten
„Dag Gerda". zegt Louki vriendelijk. „Hoe
gaat het er mee? En hoe is het met je poppe-
kind?"
„Goed, dank je", antwoordt Gerda, die
meteen in haar rol is.
Louki buigt zich belangstellend over Ger-
da's wagen.
„Is je pop ziek, Ger?" vraagt ze dan.
„Neen, waarom?"
„Omdat ze zoo dik gekleed is met deze
warmte".
„Oh", zegt Gerda en ze lacht. „Ik heb geen
anderen mantel voor mijn pop dan deze win
termantel. Ik weet ook niet, wat voor een
model ik maken zal".
„Hoe vind je het manteltje, dat Tony aan
heeft?" En Louki haalt haar pop uit den
wagen.
„Ja, dat is een leuk modelletje", zegt Gerda
enthousiast. „Maar hoe moet ik dat maken,
Louk?"
„Dam moet je een lapje wit, blauw of rose
flanel aan je moeder vragen. Daarop leg je
Brieven aan de Redactie van de Kinder-
Afdeeling moeten gezonden worden aan
Mevrouw BLOMBERGZEIEMAN, Stuyve-
santplein 11.
STER. Je moogt dezen schuilnaam hou
den. Dat wordt een prettig begin voor je na
de vacantie, nu je verhoogd bent. Prettig, dat
je rapport er zoo goed uitzag. Waar ben je
al zoo naar toe geweest. Ik zal 20 Augustus
heel mooi weer voor je bestellen.
BROER EN KINNIE. Hartelijk dank voor
die aardige kaart uit 't Haagje. Zitten jullie er
nog? Zijn jullie ook al naar Scheveningen
geweest? En naar de hertenkamp in 't Haag-
sche Bosch?
ORANJE-APPELTJE. Ik vond het wat
leuk, dat jij je weer kwam aanmelden. Wat
prettig, dat je nu zoo goed kunt fietsen. Knap
pe meid, dat je ook al een zwemdiploma hebt
gehaald. Ben je wel eens met vader mee ge
weest? Is oom C. al weer in Indië terug? Dus
tot de volgende week? Groeten voor moeder.
FAM. H. Hartelijk dank voor de prach
tige kaart uit Montreux. U heeft zeker weel
een heerlijk reisje achter den rug. Hoe maakt
mijn oude Wilgenroosje het?
NAPOLEON. Ben je vandaag naar de
Hoeve vertrokken? Dan wensch ik je een ge-
zelligen tijd toe en vooral mooi weer. Je
vriend H. zal je natuurlijk wel missen. Jullie
hebben mooie tochtjes samen gemaakt. Zijn
jullie ook nog naar 't Bloemendaalsche Kopje
;eweest? Wordt Haarl. Dagblad naar je va-
cantieadres gezonden?
PUZZELGRAAG. Hartelijk dank voor de
mooie foto's. Hoe hebben jullie het Dinsdag
in Artis gehad? Hebben Bep en Janny het ge
zellig gehad in Bodegraven? Dat is zeker een
fijn autotochtje geweest. Wil je moeder vrien
delijk bedanken voor haar brief?
MEREL. Logeer je nog altijd bij oom J.?
Of been je nu weer bij oom H.? Was kleine
Betsy lief? Lachte ze al tegen je? Je hebt een
lange vacantie. Laten we maar hopen, dat er
nog volop zon komt.
MACHTELD. Ja kind, ik begrijp best, dat
je het niet gemakkelijk hebt. Maar je moet
toch door den zuren appel heenbij ten en 't
leven nemen zooals het is. Met tobben wordt
de zaak niets anders en 't is dikwijls zoo, dat
de dingen, waar we het meest tegen op zagen
erg meevielen. Een leuk idee van je om alle
dagen een zin aan me te schrijven.
MICHIEL DE RUYTER. Ik had haast Mi-
chieltje geschreven, maar dat durfde ik toch
niet goed meer. Wat een rust, dat je een
baantje hebt. Natuurlijk is het voor verbete
ring vatbaar, wat het salaris betreft. Maar je
bent aan het werk en dat is heel veel waard.
Aardig van Mies om iedereen een ijsco te
geven.
WTNNIFRED. Is de teekening afgeko
men? Ik wil hem heel graag eens zien. Wat
zal grootmoeder er blij mee zijn. Je hebt je na
tuurlijk geen oogenblik verveeld op de regen
dagen.
KABOUTERTJE SLIM. Is er nog sla in
je tuintje? Hebben jullie smakelijk van de
ramenas gegeten? Hoe staan de witte boonen
erbij? Wat heb je het toch fijn met het weer
getroffen op je schoolreisje. Ben je in de
vacantie er ook nog op uit geweest?
W. L. Je manenstukje is niet onaardig en
krijgt wel eens een plaatsje. Maar je moet
misschien eventjes geduld hebben. Er is heel
veel kopij. De Zeemansvertelling komt in
ieder geval eerst.
TURNSTERTJE Verlang je al naar 7
September? 't Is prettig, dat je op de fiets
naar school mag, want 't is een heel eind van
je huis. Heb je een gezellige vacantie?
FLINKE NAAISTER. Dat was zeker mooi
postpapier. Ik zou er maar een beetje zuinig-
op zijn. Heb je nu vacantie? Tot hoe lang?
Help je moeder flink door 't naaiwerk heen?
DAHLIA. 't Weer valt niet mee! Je moest
nu maar tusschen de buitjes door erop uit
gaan. Mopperen helpt heusch niet. En een
vriendelijk gezicht brengt overal licht ook
als 't regent. Probeer 't maar.
ALBERT V. Het is volstrekt niet noodig,
dat je een schuilnaam kiest. Natuurlijk mag
je er wel een poosje over denken. Ik voel ook
alles voor de vredesgedachte, maar ik geloof
toch ook, dat we groote helden kunnen noe
men in de Vaderlandsche geschiedenis. Je
moet de menschen en de dingen bezien in het
licht van hun tijd. Denk daar maar eens over
na.
ZONDAGSKINDJE. 't Was jammer, dat
je zoo'n pijnlijke hiel hadt op de wandeling.
Heb je al weer eens bericht van tante Nel
gehad? Zwem je ook op regendagen? Nog
wel bedankt voor je ansichtkaart. Ik vond
hem bij mijn thuiskomst. Dat was een gezel
lige Zondagmiddag voor je, toen Mimi er was.
Ben je Woensdag nog naar Artis geweest, 't
Weer viel wel mee. Haal dan morgen maar je
raadselprijs. Leuk voor je, dat je nu lid bent
geworden van Turnlust.
BORDUURSTERTJE, DOORNROOSJE en
FREDDY. Ja. ik ben ook met de boot over
de Schelde geweest. Wat is die Schelde bij
Antwerpen breed. Wat eenig, dat jullie gelo
geerd hebben in de Jeugdherberg in Ginneken.
Daar is 't ook mooi, hè. Wat gaat Borduur
stertje nu doen? Hebben To en broer goed
weer getroffen in Alkmaar en Bergen? Zit
broer nog in 't Haagje? Nu vooral maar mooi
weer bestellen op 11 Augustus.
DIERENVRIENDIN. Ik vond het aardig,
dat jullie ook gezien hebben, wat ik in Ant
werpen heb bewonderd. Hoe gaat het met
de zeere teen? Wat zal je er veel pijn aan
gehad hebben. Is de dokter tevreden? Wat
een prettig vooruitzicht voor Cactusteekenaar,
dat hij 't laatste weekje nog naar Ermelo mag.
NARCIS Nu ik je schrijf, schijnt het
zonnetje zoo vroolijk, dat ik heusch geloof,
dat het mooi weer gaat worden. Je zult zeker
heerlijke dagen in Assen hebben. Ben je ook
nog met vader uitgeweest?
PADDESTOELZOEKSTER. Hartelijk
dank voor je mooie kaart uit Den Haag. Lo
geer je er nog? Of ging je maar voor een dag
je? Hoe is je vacantie verder verloopen?
LUCKY STAR. Wel bedankt voor je
kaart uit Hamburg. Leuk. dat je daar ook
Haarlem's Dagblad las. Ben je vandaag thuis
gekomen? Je zult zeker nog dikwijls terug-
dnken aan al het moois, dat je gezien hebt,
vooral aan het boottochtje op de Alster en aan
het zwembad met de kunstmatige golven.
KORENBI.OEMPJE. Je kunt keurig schrij
ven ir. biokschrift, Logeer je nog in Zandvoort?
Ik denk dat je toch nog wel zult genoten heb
ben van zee en strand. Zijn je arm en oog nu
genezen? Heb je met tante den watertoren
nog bezichtigd? Je hebt een aardig sommetje
opgehaald voor de Zonnestraal-collecte.
LEESGRAAG. 't Doet me plezier, dat je
zoo'n heerlijken verjaardag hebt gehad.
Wanneer kunnen de jonge eendjes uit de
eieren komen? Wat fijn, dat jullie nog naar
Ermelo gaan. Voor den uitslag van den reis-
wedstrijd moet je nog eventjes geduld heb
ben. Je werk was goed.
'T EENDENHOEDSTERTJE. Is 't kiekje
goed uitgevallen? De heele voorstelling lijkt
me erg leuk. Je vind het zeker wel prettig,
dat je na de vacantie in de Huishoudklasse
komt. 't Trof mooi, dat 't op moeders verjaar
dag nog al goed weer was. Ik wil wel probee-
ren of de foto geplaatst kan worden.
GYMNAST. Ben je met een flinken voor
raad visch thuisgekomen? Zaten er ook groote
menschen in het roeibootje? Is je lijst voor
Koninginnedag gestempeld? Hoe gaat het
met kleine zus?
BOEKENWORM. Ik hoop voor je, dat je
spoedig een baas zult vinden. Geniet nu dit
weekje nog maar heerlijk in Amsterdam.
Wanneer krijg je je getuigschrift? En wat
voer werk zou je 't liefst willen hebben?
MOEDER VAN GRETHA. Dat was nog
een prettig voor Greet, dat ze ook een weekje
uit logeeren mocht gaan. Is ze dicht bij u in
de buurt? Zijn de tweelingen nu goed ge
zond?
EIKELDOPJE. Poffertjes bakken is een
fijn werkje, als 't regent. Opeten is ook een
pvettig werkje. Waren ze goed uitgevallen?
Ik wensch jullie straks een paar heerlijke
weekjes toe. Schrijf je me nog eens?
ZONNEPIT. Met je poppen en je poppen-
kamer vergat je natuurlijk het regenachtige
weer De laatste dagen heb je zeker fijn ge
fietst. Misschien wordt de logeertijd wel de
mooiste tijd van de heele vacantie.
LINDEBLOESEM. Is de raadselprijs naar
je zin? Nu kun je prettig lezen, als het geen
weer is om naar buiten te gaan. Nu wensch ik
je veel plezier in Amsterdam en later in Sche
veningen. Je schrijft me zeker wel eens van
alles over je uitstapje.
BELHAMELTJE. Natuurlijk heb ik jul
lie gemist. Ik snap wel, dat door de visscherij
de briefjes vergeten werden. Heeft moeder
dikwijls een vischmaaltje gehad? Wat ben je
met een prachtig rapport overgegaan. Knappe
jongen!
JOHAN. DE TWEELINGBROER. Wat
jammer dat jullie brieven wel geschreven
waren, maar dat je vergat om ze weg te bren
gen. Ook gefeliciteerd met je overgang. Dat
wordt straks een nieuw begin op school.
EDIE. DE TWEELINGBROER. Doet de
vacantie je goed? Krijg je al dikke, roode wan
gen? Hartelijk gefeliciteerd met je overgang.
Wordt dit je laatste schooljaar? Of hebben
jullie op school ook nog een 7de klas?
BROER EN KINNIE. Kan broer al zelf de
verhaaltjes uit zijn boek lezen? Nog hartelijk
bedankt voor jullie kaart. Wat gezellig voor
Kinnie, dat het nichtje even oud was als zij.
Leuk dat ze ook een schooltuintje had. Lo
geert je nichtje nog bij jullie? Wat hebben
jullie veel uit je tuintje gehaald, 't Leek
wel een groentewinkel.
W. BLOMBERG—ZEEMAN.
Stuyvesantplein 11.
Haarlem, 7 Aug. 1936. j
het patroontje, dat ik je straks geven zal en
dan knip je het. Je stikt de naadjes op d(e
machine. Onder het kleine ronde kraagje
maak je de pelerine vast. Een pelerine is
gemakkelijk, dan hoef je er geen mouwtjes
in te zetten. Het manteltje wordt, aan dien
voorkant met drie knoopen en knoopsgaten
gesloten. Tenslotte borduur je op de pelerine
vier biesjes van kettingsteken in een afste
kende kleur. Dan strijk je het manteltje op
en het is klaar. Den binnenkant moet je ook
netjes afwerken, hoor!"
„Ik ga meteen vanavond beginnen!" Dank
je wel voor je raad, hoor Louki!" zegt Gerda
blij. TANTE TINE
HOE KRIJGEN WE NIEUWE
PLANTEN
We hebben 's zomers niet te klagen over
bloemen, in alle kleuren en geuren zijn ze te
krijgen, maar ook 's winters willen we wel
een bloemetje in huis hebben om een beetje
kleur te geven aan onze huis- en woonkamers.
Daarom is het noodig, dat we van te voren
de planten de verzorging geven die ze noodig
hebben. Wie in het bezit is van geranium-
planten, eigenlijk heeten ze pelargoniums,
en ze graag 's winters in bloei wil hebben,
moet zorgen, dat de bloemknoppen, die zich
nu in de zomer vertoonen, zoo spoedig moge
lijk worden verwijderd. Ook moet worden ge
zorgd, dat de planten ni$t te lang en te dun
uitgroeien, mara dat ze vol blijven Het beste
doen we deze planten nu steeds in de ven
sterbank in het volle licht, doch niet te felle
zon te zetten, dan zijn ze aan de kamer
temperatuur al wat gewend. Want zouden ze
in de herfst binnen gehaald worden, dan laten
ze gauw hun bladeren vallen. Willen we nieuwe
jonge planten hebben, dan wordt een gezonde
tak afgesneden en in een pot goede blad-
aarde gezet en stevig aangedrukt. Matig
vochtig gehouden en niet in de felle zon gezet
komen dan spoedig jonge worteltjes aan de
stek om voor het noodige voedsel te zor
gen.
Stekjes van fuchsia's laten we wortelen in
een fleschje water. De stevige stengels krijgen
niet zoo heel vlug worteltjes, doch zijn ze
eenmaal voldoende gegroeid, dan kunnen de
stekjes in de aarde gezet worden.
Cactussen kunnen ook gemakkelijk gestekt
worden maar dienen eerst een paar dagen
te blijven liggen om de snede te laten op
drogen voor ze in de aarde worden gezet,
anders zou de stek gauw gaan rotten. Om dit
opdrogen te bevorderen, worden ze ook wel
ingewreven met wat houtskool. Van verschil
lende soorten kan een stek ook gemakkelijk
afgebroken worden en dan in de aarde ge
zet.
Veel succes heb je altijd met de balsamieri-
tjes, ook wel waterplantjes of vlijtige Lize
genoemd. De stengels zijn erg bros, de
bloempjes helderrood. Als die een weekje in
water worden gezet, zie je de worteltjes al te
voorschijn komen, zoodat je weer een nieuw
plantje kunt kweeken. De plantjes vragen
veel zon en veel vocht en je hebt er dan
lang plezier van.
Ken je het plantje, Kindje op Moeder's
scohot?. zeker wel. Het is een aardig blad waar
na verloop van tijd op het punt, waar de
bladsteel in de nerf overgaat een nieuw plan
tje groeit. Zoo'n blad kan met een stukje
steel in de aarde gezet worden en matig
vochtig gehoudne. Het blad houdt men met 'n
paar kleine steentjes of dunne stokjes plat
op de aarde. In den nazomer komen er bruin
gele bloempjes aan. aan een lange stengel.
Wil je meer dahliaplanten kweeken, dan
neem je van een flinke plant een stevige stek
af en zet die in den grond, goed aandrukken
natuurlijk. De plant gaat wel groeien als je
maar zorgt, dat ze niet te droog komt te staan
In de herfst als de andere dahliaknollen uit
de grond gehaald moeten worden, zit er aan
de stek ook al weer een knol, die weer dienst
kan doen voor het volgend jaar, als je zorgt,
dat ze 's winters goed worden bewaard.
S.
POSTZECELRUBRIEK
1905
16
5
15
1 leu
2 leu
1906 Weid.
3
5
10
15
ROEMENIc (Romania))
VI.
In 1905 verschenen enkele zegels als ver
volg op de serie van 1893; in verschillende tee
kening krijgen we nu nog 1 b. (grijs) 5 b.
(geel-groen), 16 b. (lila) 1 leu (blauwgroen en
zwart), 1 1. (bruinrood en zwart). Grootte
van de vakjes 30 x 25.
In 1906 verschenen 4 series weldadigheidsze
gels. elk voor een ander doel. Op alle zegels
staat Timbru de Binefacere Romania Posta.
De eerste serie heeft als afbeelding een spin
ster, de waarden zijn 3 b. (bruingeel), 5 b
(groen) 10 b. (rood), 16 b (violet). Grootte van
de vakjes 42 x 32 m.M.
De tweede serie is uitgegeven ten bate van
het Roode Kruis en heeft als afbeelding een
verpleegster met gewonde soldaat. De waar
den zijn 3 b. (bruingeel). 5 b. (groen), 10 b.
dood), en 15 b. (lila). Grootte 32 x 42 m.M.
De volgende serie geeft als afbeelding een
weetster in de waarden 3 b. (bruingeel) 5 b.
(groen). 10 b. (rood) en 15 b. (lila). Grootte
42—32 m.M.
De laatste serie vertoont een paar engelen.
De waarden zijn weer 3 b. (bruin, oranje en
blauw), 5 b. (groen, oranje en rose). 10 b.
(rose, oranje en blauw), 15 b. (violet, oranje
en blauw). Grootte 42—32 m.M.
Zie voor indeeling het schetsje.
Rustenburgerlaan 23.