GELD EN LIEFDE FEUILLETON Roman van HUGO BETTAUER, (Nadruk verboden.) 11) Een ijskoude rilling liep Fred langs den Aig. Het woord „vrees" kende hij niet en tot een bokspartij met drie of vier tegenstan ders zou hij steeds bereid zijn geweest; maar hij herinnerde zich allerlei geschiedenissen van bloedwraak maffia en dergelijke grieze lige dingen. Neen, zóóveel was Prinzipessa Elena hem ten slotte niet waard, ei zouden ook elders nog wel knappe meisjes voor Garrick te vinden zijn. Met een beleefd briefje tot; afscheid, zond Fred den volgenden dag de dames een bouquet prachtige rozen, om daarna, door Gaston vergezeld naar Weenen te vertrekken. Over deze stad had hij reeds veel gehoord. Hij wist, dat zij aan den rand van de poesta 'lag, dat haar mannelijke bewoners ambte naren waren, die veel operettes componeer- denen en dat de meisjes onafgebroken aan den oever van den blauwen Donau walser dansten. Gaston, die Weenen oppervlakkig kende bestelde voor zijn meester in ..Bristol" de zoogenaamde „vorstelijke vertrekken" en voor zichzelf zeer bescheiden, slechts tv"- -or met een badkamer. Franzi Lehner. Franzi Lehner hield de zoo juist afge maakte pop voor zich uit, bekeek haar on derzoekend. lachte toen vroolijk daar hei scheen, alsof het bonte gedrocht haar toornig aankeek en zei: „Zoo, jij heet, omdat je zulke zwarte oogen hebt, Sara; je krijgt vandaag nog een broertje van me en dan ben ik klaar". Maar vóór de poppennaaister aanstalten maakte uit de bonte lappen weer een pop samen te stellen, sprong zij op, liep naar het raam van het kleine vertrekje en wierp een blik, over de daken en binnenplaatsen heen, naar den blauwen hemel. Veel zag ze er niet van. Tusschen twee -schoorsteenen door, juist een vierkanten meter. Maar ook dat stukje was blauw, scheen zelfs te lachen en deed bij haar de gedachte opkomen aan zon, bloemen, groene weiden en vroolijke menschen. Franzi zuchtte diep en wierp on willekeurig een blik in den kleinen, half verweerden spiegel, die boven het wasch- tafeitje hing. Peinzend en ernstig bekeek ze het jonge gezichtje, dat haar aanzag. En ze zei tegen zichzelf: „Rolf heeft gelijk, hij moet gelijk hebben want hij is immers schilder en heeft ver stand van zulke dingen. Jawel ik ben een knap meisje. Mijn oogen zijn blauw als korenbloemen, mijn huid is rose, m'n haar glanst als mat goud en vooral vandaag nu ik het met kamillenthee heb gewasschen; m'n mond is klein, maar niet te klein, m'n lippen zijn veel rooder dan die van de dames, die dure lippenstiften gebruiken en m'n figuur - Rolf zegt altijd, dat hij nog nooit een zoo volmaakt figuur heeft gezien en dat ik als model het hoogste honorarium zou kunnen verdienen. Maar ik verhuur me niet als model liever naai ik m'n poppen, die zijn dood en kunnen mij niet zoo begeerig aankijken ais de mannen dat doen. Maar ik zou wel graag veel geld willen verdienen. Het is vreeselijk als je altijd bang moet zijn, dat je den volgenden dag niets meer te eten hebt en op den eersten van de maand de huur niet kunt betalen. Franzi vouwde haar armen achter haar goudblonde kopje, leunde tegen de venster bank en tuurde weer naar het stukje blauw boven de daken. En zooals het zoo dikwijls in droomerige ooaenblikken gaat, rolde als een film haar jonge leven aan haar voorbij gingen haar gedachten terug naar haar aller eerste kinderjaren en weer voort naar den huidigen dag. Zij zag zich zelf weer als heel klein meisje met het twee jaar oudere zusje spelen, ter wijl moeder achter de naaimachine zat. nu en dan den kinderen een zoen gaf en goedig lachend zei: „Braaf zoo kinderen, spelen jullie maar, je bent maar eens jong en wie weet. wat de dag van morgen weer brengt". Plotseling knarste het slot van de voordeur men hoorde zware stappen het welbekende fluitsignalen in drie tonen en reeds was moe der opgesprongen om vader te omhelzen, terwijl de kinderen zich juichend van zijn koffer meester maakten. En aan het kussen en lachen kwam geen eind en de borstelige snor van vader kriebelde zoo prettig op haar jonge wangen en er werd verteld, geschen ken werden uitgepakt, haastig werd het eten voor den hongerigen vader klaar gemaakt en warm geluk doorstroomde de nette, ge zellige woning. Vader was reiziger voor een groote firma geweest; minstens drie weken in de maand was hij op reis maar de overblijvende week werd dan ook in alle heerlijkheid doorge bracht. Want vader was steeds goed gehu meurd, vertelde altijd leuke verhalen, waarbij de kinderen af en toe op zijn verlangen, hun ooren dicht moesten houden en hij bracht altijd veel geld mee en mooie stoffen, speel goed. lekkernijen en goede wijn. Franzi kromp ineen, een koude rilling liep haar over den rug en zij wist ook, zonder in den spiegel te kijken, dat al het bloed uit haar wangen geweken was. Negen jaar oud was ze geweest, toen vader in de hem te nauw geworden onderofficiers uniform afscheid van hem nam. Moeder viel schreiend van de eene bezwijming Jn de an dere. Alma. het oudere zusje snikte zielsbe droefd, zij echter keek slechts met groote. verschrikte oogen haar vader in het goede, lieve gezicht. En zijn laatste woorden kende ze uit het hoofd: „Als er een rechtvaardige God in den hemel is, zal hij ons alle vier weer gelukkig her eenigen. Lotte, wees sterk, al was het alleen maar ter wille van de kinderen. En jullie meisjes, weest lief, blijft steeds bij je moeder, dan kan je niets slechts overkomen". Weken verliepen. Op straat werden extra bladen verspreid, waarin van geweldige over winningen er. zegetochten melding werd ge maakt. Wanneer men de gedoode en gevan gen genomen vijanden bij elkaar telde, dan moesten er bij hen in 't geheel geen soldaten meer over zijn. Briefkaarten per 'veldpost kwamen van vader, maar men wisf nooit waar hij was en veel stond er ook niet op. Wel heette het steeds: „Gnci geve, dat alles nog in orde komt; ik verlang toch zoo naar jullie allen". Franzi begroef haar fijne, slanke vingers in haar wangen bij de herinnering aan dien namiddag tegen Kerstmis. Ze zaten met hun drieën rondom de kachel, moeder staarde wezenloos voor zich uit. Alma en zij wilden met de poppen spelen, maar konden niet, omdat zij zich te bedrukt en te angstig gevoelden. Plotseling werd er gebeld. Niet zoo kalm en gezellig klinkend als anders, maar wild en heftig. Terwijl Alma naar voren liep om open te doen werd moeders gezicht doodsbleek Gillend riep ze: „Vader leeft niet meer!" En op datzelfde oogenblik bracht Alma reeds een kaart binnen, waarop te lezen stond: Anton Lehner is in het Noord-Oosten der monarchie, op het zoogenaamde veld van eer, den heldendood gestorven. Van dat oogenblik af werd alles grauw en donker in het leven van Lotte Lehner en haar dochtertjes. De gezellige wo ning moest tegen een kamer met keuken in Ottakring worden verwisseld. Papa's diaman ten ring en gouden horloge werden verkocht de armoede deed haar intrede. En Lehner's weduwe begon, hoewel haar oogen door het voortdurende schreien ont stoken waxen, voor eea groote firma poppeg te maken uit zijde en fluweel., poppen voor de kinderen der vrij van dienst gestelden, oorloga leveranciers en hoog geplaatste officieren. Alma hielp haar daarbij, Franzi haalde het materiaal en leverde de gemaakte poppen af en zoo gingen de drie vrouwen door het leven: recht en slecht. Ondanks bitteren nood, duurte, honger, nijpend gebrek aan brood en brandstoffen, vonden de kinderen hun opgewektheid spoe dig terug. Vooral Alma, die zich als brunette tot een zeldzame schoonheid ontwikkelde. Ja, het leek zelfs, of na de revolutie het geluk weer zijn intrede zou doen. Want de nu bijna zeventienjarige Alma bracht op een avond bijna juchend de boodschap mee naar huls, dat ze bij een vriendin een jongeman, een bankbeambte, die aan de beurs enorm veel geld verdiende, had leeren kennen en lief hebben. Adolf zou dol op haar zijn en had beloofd haar te zullen trouwen, zoodra hij een woning gevonden had. Hij zou haar moeder dezer dagen bezoeken, om haar dan officieel om de hand van haar dochter te vragen. Maar nog vóór het zoover kwam, werd Alma als slachtoffer van den t.b.c-bacil naar een sanatorium overgebracht, waar zij reeds eenige maanden later overleed. De reeds zoo zwaar getroffen moeder had dezen nieuwen slag niet kunnen dragen. Korten tijd later was haar arme hart be zweken en Franzi keerde van de begrafenis, als wees alleen in de kleine woning terug. Haar voogd, een verre bloedverwant van haar overleden vader, die in zijn eigen leven ge noeg zorgen had, ried haar aan de woning te behouden en ook verder door het naaien van poppen in haar levensonderhoud voor zien. Dat deed Franzi dan ook en nu waren er bijna drie jaar verloopen. Het blonde kind was een stralende schoonheid geworden en was poppennaaister gebleven, leefde alleen en verlaten, niet als in een groote stad, maar als op een onbewoond eiland en als Rolf er niet geweest was. zou ze zeker hebben ver leerd met menschen te spreken. -- - jWorttt yegy.oig4)j» Ramsay Macdonald tijdens zijn rede op de Engelsche Labour Conferentie te Westminster Mef het sloopen van de spoorbaan Haarlem- Hoofddorp heeft men thans een begin gemaakt. De achtersteven van de .Nieuw Amsterdam welke bij Wilton-Feyenoord te Schiedam werd gebouwd, is Maandag door middel_ van een bok naar Rotterdam gesleept, om aan de romp van de .Nieuw Amsterdam bij de Rotterdamsche Droogdok Mij. gemonteerd te worden Namens de bemanning van den kruiser .De Ruyter" is Maandagmiddag bij het graf van admiraal De Ruyter in d® Nieuwe Kerk op den Dam te Amster dam door den commandant, kapt ter zee A. C. van de Sande Lacoste, een krans gelegd Sir Cecil Hurst, de president van het Permanente Hof van Internationale Justitie te den Haag, heeft Maandag de nieuwe rechters A. Hammerskjold (x) en Manley O. Hudson (xx)als zoodanig geïnstalleerd. Tijdens de rede van Sir Cecil Hurst De door zijn geringe breedte en het drukke verkeer beruchte Amstelveensche weg te Am sterdam wordt verbreed De sloot aan weerszijden van den weg wordt gedempt, waardoor voor een behoorlijken verkeersweg en een trottoir de noodige ruimte ontstaat H. M. S. .Caledonia", vroeger het bekende Engelsche mailschip .Majestic", dat In April als huisvesting te Rosyth zal dienen voor 1500 jongens en 500 leerlingen der Britsche marine, wordt te Southampton opgekalefaterd De start voor de Parijs Saigon Parijs luchtrace. Arnoux wachtend op het sein van vertrek

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1936 | | pagina 9