Java-Suiker wordt gesteund.
GEEF HAAR
EEN PERS
Büitenlandsche Suiker wordt geweerd.
Haarlem's Kunstbezit.
Dieselmechanische
spoorwagens.
De ouderdom
en Sinterklaas.
WOENSDAG 25 NOVEMBER 1936
HAARLEM'S DAGBLAD
Contingenteering begint heden.
Aan de Tweede Kamer is aange
boden een nota van wijzigingen op
hoofdstuk 13 (Koloniën) van de rijks-
begrooting voor 1937, waarbij een post
wordt opgebracht, strekkende om de
mogelijkheid te openen uit Java af
komstige ruwe en wit-suiker tegen
kostprijs in Nederland in te voeren.
In verband hiermede kan worden
medegedeeld, dat maatregelen in voor
bereiding zijn om den invoer van
ruwen en wit-suiker in Nederland
zoo spoedig mogelijk in 1937 uit
sluitend te doen bestaan uit product
afkomstig uit de overzeesche gebieds-
deelen. De regeering heeft tot dezen
maatregel besloten in het kader der
economische samenwerking tusschen
Nederland en Ned.-Indië en naar aan
leiding van haar door de commissie
voor de economische samenwerking
tusschen Nederland en Nederlandsch-
Indië (commissie-Rutgers) gedane
voorstellen.
Een afzet van ca. 85.000 ton per jaar
in Nederland zal hierdoor aan Indië
worden verzekerd.
In verband met het bovenstaande
is de invoer in Nederland van ruwen
beetwortelsuiker ruwen rietsuiker, wit-
suiker en basterdsuiker met ingang
van 25 November gecontingenteerd
voor den tijd van 6 maanden en wel
op basis van 50 procent der gemid
delde halfjaarlijksche invoeren van
1935
Deze laatste maatregel is noodzakelijk ge
bleken, omdat anders overmatige invoeren van
buitenlandschen suiker zouden kunnen plaats
hebben in de periode voordat de Nederland-
sehe markt voor dezen suiker gesloten wordt.
Het Nederlandsche raffinage-bedrijf zou door
zulke overmatige invoeren ernstig worden be
nadeeld, terwijl bovendien het effect der ten
bate van Indië te nemen maatregelen er voor
geruimen tijd door ongedaan zou kunnen
worden gemaakt.
Aangezien de bedoeling dezer contingen
teering uitsluitend is het weren van over
matige invoeren gedurende het tijdvak, dat
de definitieve, ten bate van Indischen suiker
te nemen maatregelen nog niet tot uitvoering-
zijn gekomen, zal zij op voor den handell
gemakkelijke wijze kunnen worden gehanteerd
en zullen hoeveelheden ten invoer kunnen
worden toegelaten, welke zich aanpassen aan
de normale behoeften. De contingenteerin;
beoogt ook niet om gedurende de overgangs
periode den invoer van Java-suïker te ver
meerderen.
In den voor Indië te nemen maatregelen
zal ook wit suiker worden betrokken ten einde
de Nederlandschen handel in dit product zijn
positie als leverancier van ingevoerde wit-
suiker te doen behouden.
Ten overvloede moge worden onderstreept,
dat door den thans voorgestelden maatregel
geen er lei wijziging wordt gebracht in de be-
Het drama te Broek op
Langendijk.
Tegen de drie verdachten twee jaar geëischt.
't Was op 21 September kermis in Zuid-
Scharwoude en de bevolking van het dorp
vierde met velen uit de omliggende dorpen
buitengewoon gezellig dit volksfeest. Om 2
uur 's nachts was het sluitingstijd en de ge
meente- en rijkspolitie waarschuwde de eige
naars van verschillende lokaliteiten, dat het
„de hoogste tijd was". Dit was niet heele-
maal naar den zin van een aantal jongelui,
die niet gewend aan zoo'n streng optreden
van de politie meenden, dat de politie veel
te streng optrad. En ze maakten het de agen
ten danig lastig, zij het dan ook op een groo-
t%n afstand.
De rust was spoedig over het dorp geko
men en ook de nieuwe rijksveldwachter-bri
gadier wonende te Broek op Langendijk,
keerde huiswaarts en sliep weldra, doch
plotseling werd hij gewekt door het lawaai,
dat onbekenden maakten bij zijn woning:
zij tartten hem en verzochten hem tenslotte
„dringend", om eens buiten te komen.
De agent kleedde zich, begaf zich naar
buiten en stond toen geplaatst tegenover
een groepje kermisvierders, die ontevreden
waren geweest over het politioneele optre
den tijdens de kermis te Zuid-Scharwoude.
Nadat de agent de onruststokers eerst met
den klewang had verdreven, kwamen ze op
nieuw naderbij en de agent dreigde toen met
den revolver. Een dreigement bleek niet ge
noeg en weldra klonken er eenige schoten in
den duisteren nacht. Toen daarna plotseling
een schim opdoemde uit den walkant van de
naast den weg loopende vaart, volgde een
vierde schot en de nog jonge M. K. werd
doodelijk getroffen.
Dinsdag stonden voor de Alkmaarsche
rechtbank terecht D. S., S. G. en M. K. we
gens het met openlijke krachten geweld ple
gen tegen den rijksveldwachter-brigadier.
Na het getuigenverhoor eischte de Officier
van Justitie tegen elk der drie verdachten
een gevangenisstraf van twee jaar.
De verdediger vroeg vrijspraak.
CURSUSSEN VOOR HUISHOUDELIJKE
VOORLICHTING.
Ged. Staten stellen Prov. Staten voor. te
besluiten, aan de Stichting: Commissie inzake
huishoudelijke voorlichting en gezinsleiding,
gevestigd te 's Gravenhage, ten behoeve van
in de provincie Noord-Holland georgani
seerde cursussen in huishoudelijke voorlich
ting in grootere gemeenten en steden, welke
hetzij in 1936 zijn aangevangen en in 1937
worden voortgezet, hetzij in laatstgenoemd
jaar worden gehouden, een bijdrage te ver-
leenen van ten hoogste f 1000, met dien ver
stande, dat deze bijdrage zal worden uitge
keerd voor zoover daaraan naar het oordeel
van Ged. Staten in verband met de oprich
ting van cursussen behoefte bestaat, en on
der^ voorwaarde, dat een rekening en ver
antwoording en een verslag aan Ged. Staten
worden ingezonden.
staande regeling ten aanzien van de pro
ductie en den afzet van binnenlandsch geteel
de bietsu.&er.
Ter toelichting deelt de minister het volgen
de mede
Zooals bekend, verkeert de Indische suiker
cultuur reeds sinds jaren in zorgelijke om
standigheden. Niet alleen zijn de prijzen,
waartegen de Javasuiker op de büitenland
sche markten wordt verhandeld, beneden den
kostprijs gedaald ook onder de huidige mo
netaire omstandigheden zijn zij gemiddeld
nog niet op winstbasis doch ook zijn de
afzetmogelijkheden aanzienlijk ingekrompen.
De voorraden onverkochte suiker op Java zijn
nog zoo groot, dat zonder aanmerkelijke af-
zetverrüiming het handhaven van den aan
plant voor 1937 op het peil van dien van 193S
niet verantwoord ware, hetgeen zoowel voor de
industrie als voor de bevolking uiterst schade
lijke gevolgen zal medebrengen. Met het oog-
op een en ander diende opnieuw te worden
overwogen, in hoeverre het moederland steun
zou kunnen bieden.
De op de Londensche noteeringen geba
seerde prijs, waarvoor büitenlandsche suiker
hier te lande wordt geleverd, en die belang
rijk beneden den kostprijs dier suikers ligt, is
lager dan het bedrag, waarvoor Javasuiker
zelfs tegen kostprijs zou kunnen worden inge
voerd.
Daarom zal het noodzakelijk zijn die marge
te overbruggen door aan de Javasuiker een
toeslag toe te kennen boven den prijs van de
suiker op de vrije markt.
Deze toeslag kan noch rechtstreeks
op de binnenlandsche consumptie,
noch op de suikerverwerkende in
dustrie worden verhaald, aangezien
de hier te lande uit het buitenland
aangevoerde suiker na te zijn geraf
fineerd, dan wel in suikerhoudende
producten te zijn verwerkt, nagenoeg
geheel weder wordt uitgevoerd. Even
min is het met het oog op het karakter
van het landbouwcrisisfonds mogelijk
den financieelen last, die het gevolg
van deze aankoopen van Javasuiker
zal zijn, zonder meer op dat fonds te
doen drukken. In het raam van de
politiek, welke ten aanzien van de
economische samenwerking tusschen
Nederland en Nederlandseh-Indië
wordt gevolgt, acht de minister, in
overeenstemming met zijn ambtge-
nooten van landbouw en visscherij
van handel, nijverheid en scheepvaart
en van financiën het den meest aan
gewezen weg de betaling van de toe
slag over het landbouwcrisisfonds te
doen loopen, doch deze uitgave door
een uitkeering aan dit fonds te ver
goeden.
Het bedrag in geld, dat hiermede gemoeid
zal zijn, is niet met zekerheid te ramen, aan
gezien noch de ontwikkeling van den Londen-
schen marktprijs noch de voor de Nederland
sche industrie benoodigde hoeveelheid in te
voeren suiker met genoegzame zekerheid te
voorspellen vallen. Ongerekend de uit Suri
name afkomstige suiker, wordt hier te lande
ongeveer 85.000 ton büitenlandsche suiker
verwerkt. De meerdere uitgaven, aan den aan
voer van deze hoeveelheid Javasuiker ver
bonden, zullen bij de huidige prijzen een extra
last van f 800.000 op het landbouwcrisisfonds
leggen.
Bij de doorvoering van den hierbedoelden
maatregel zullen de belangen van den be-
staanden witsuikerlnvoerhandel worden ont
zien. Het ligt dan ook in het voornemen om
de genoemde hoeveelheid van maximaal 85000
ton over ruw- en witsuiker te verdeelen naar
rato van het aandeel, dat deze beide in de
afgeloopen jaren in den invoer hier te lande
hebben gehad.
ER MOEDER'S
PARAPLUIE
loopt Zus als een
groote meid
Stevige schoen
tjes - warm inge
pakt - haar deert
geen regen! Geen
vrees voor kou
vatten.
Moeder gaf haar
Wybert tabletten.
50 - 35 - 20 ct.
(Adv. ingez. Medj
Portretstudies door Jan Veth
in Teyler.
De teekeningen door Jan Veth, thans in
Teyler bijeengelegd in de vitrines, geven ons
aanleiding over dien merkwaardigen kunste
naar hier iets na te vertellen. Hij is in de
beweging, die na de Haagsche School kwam
en in Amsterdam haar brandpunt had, een
op velerlei gebied leidende persoonlijkheid
geweest; een man met groot talent, een
veelzijdig ontwikkelde kennis, een verwonder
lijke arbeidskracht en een zich vèrstrekken-
den invloed.
Na zijn dood in 1925 heeft zijn vriend, Prof.
Huizinga het „Leven en Werk van Jan
Veth" uitvoerig en grondig beschreven en
beschouwd, en wie op dat rijke leven een
eenigszins volledigen kijk wil hebben zal die
in veel opzichten Uitmuntende biographisehe
studie niet kunnen missen. Het is met Jan
Veth zóó gelegen, dat men in hem niet
slechts den meest begeerden Hollandschen
portrettist van zijn periode heeft te zien, doch
ïem tevens als schrijver, als kunsthistoricus
criticus, als man van de wereld en als mensch
heeft te waardeeren. Een zeldzaam voorko
mende samenvloeing van begaafdheden en
een misschien nog zeldzamer samenloop van
omstandigheden, die het mogelijk maakte
van die begaafdheden een nuttig gebruik te
maken. Want voor den eenvoudigen Dordt-
schen jongen, die daar in 1865 geboren was
en op zijn zestiende jaar reeds op de Am-
sterdamsche Akademie werd toegelaten, bood
juist de tijd van zijn entrée in de wereld een
aantal mogelijkheden, die hij heeft weten te
benutten door aan de beroering in de gees
ten der jeugd van die dagen onmiddellijk
actief deel te nemen. Wel bracht hij uit zijn
provinciestad goede connecties mee, die hem
in de hoofdstad van dienst konden zijn, doch
van meer belang was dat hij dadelijk in een
milieu terecht kwam waar de knoppen in
bloei stonden om aanstonds uit te botten in
de glorieuse, nieuwe fase in de schilderkunst
en de litteratuur, die men wel als ..de bewe
ging van tachtig" pleegt aan te duiden Hij,
die in Dordrecht een zeer solide, eenvoudig
onderricht in de kunstvakken van den plaat
selijk gewaardeerden schilder Terwen geno
ten had, kwam nu ter Akademie onder Alle-
bé's leiding, vond er als klasgenooten Toorop
en Derkinderen en sloot er spoedig vriend
schap met de meest belovende leerlingen uit
hoogere klassen: Karsen, Van der Vaer en
Witsen. Het zal wel door dezen laatsten ge
weest zijn, dat hij met de litteratoren, die
toen hun potje nog te vuur hadden staan,
geen cadeau geeft
méér voldoening
BEZOEKT ONZE
SPECIALE AFD.
PERZISCHE
T A P IJ T E N
GR. HOUTSTR.
VANAF VRIJDAG TOT
30 UUR GEOPEND
lAav. ingez. Mea.i
De contractactie in het
Visscherijbedrijf.
Vergaderingen van de zeelieden.
De verschillende besturen van de organi
saties van werknemers in het visscherijbedrijf
zijn thans druk bezig met het vergaderen met
hunne leden ter bespreking van de voorwaar
den van een eventueel collectief contract. De
belangstelling van de zijde van de zeelieden
is zeer groot Alle vergaderingen zijn steeds druk
bezocht.
DE RIJNSTROOM KRIJGT EEN
ZENDER.
Met de modemlseering van de IJmuidensche
trawlervloot gaat het gestadig vooruit. Thans
wordt de stoomtrawler Rijnstroom van een
zendinstallatie voor radiotelefonie voorzien.
Nieuwe verschijning op onze
spoorbanen.
Terwijl de Nederlandsche industrie nog pas
begonnen is met de uitvoering van de groote
order der Nederlandsche Spoorwegen, welke
het gevolg was van het besluit tot electrifi-
catie van de thans door Dieseltreinen bere
den trajecten, vernemen wij thans, dat de
N. S. een nieuwe opdracht aan „Werkspoor"
hebben verleend.
Het verkeer met stoomtreinen op trajecten,
waar het reizigersverkeer minder druk is
als voorbeeld denke men aan de lijn Alk
maarDen Helder heeft daar tot nu toe
een onevenredig kostbare accomodate aan
materiaal en bediening geëischt. Er werd een
sterke behoefte gevoeld aan zuiniger mate
riaal op deze lijn-gedeelten. Om deze reden
heeft de directie van de Nederlandsche
Spoorwegen thans besloten de proef te ne
men met een nieuw type Diesel-mechani-
schen spoorwagen en heeft zij aan Werk
spoor order gegeven acht van deze wagens te
maken.
Een nieuwe verschijning zal daarmede op
onze spoorwegen haar intree doen. Uiterlijk
lijkt deze Diesel-mechanische spoorwagen
het meest op de electrische stroomlij nwa-
gens, welke thans dienst doen op het baan
vak RotterdamHoek van Holland Hij heeft
denzelfden gestroomlijnden neus en dezelfde
groene kleur. Doch dit type kent geen trein
stellen, zooals zijn Diesel-electrische familie
leden.
Elke trein zal slechts bestaan -uit een en-
kelvoudigen spoorwagen, die met zijn onge
wone lengte van 26.70 meter de langste on
der de Nederlandsche Spoorwagentypen zal
zijn. Elke wagen bevat een groote afdeeling
derde klasse met 56 zitplaatsen en acht staan
plaatsen, en een afdeeling tweede klasse met
15 zitplaatsen en acht staanplaatsen. Het in
wendige komt overeen met dat van den Die-
sel-electrischen trein, met dit verschil, dat
eenige verbeteringen zijn aangebracht, waar
toe de ervaring met de oudere gestroomlijn
de treinen heeft doen besluiten,
Aangezien het in de bedoeling ligt de acht
bestelde wagens in October van het volgend
jaar in gebruik te nemen, kan men de eer
ste proefritten in den volgenden zomer te
gemoet zien.
reeds kennis maakte en met Kloos, Verwey,
Van Eeden, Aletrino en hun kring omgang
zocht en behield. Toen, in de Nieuwe Gids ook
aan kunstbeschouwing en kritiek zou gedaan
worden, was Veth de aangewezen man on
der de schilderende vrienden, omdat deze zich
ook al op het litteraire terrein begeven had
en de eerste af levingen van het nieuwe tijd
schrift met gedichten had opgeluisterd. Het
dualisme van schilder-schrijver te zijn, dat
in geheel Veth's verder leven zulk een belang
rijke plaats zou innemen, is dan reeds gelegd
en alleen zijn veelzijdigheid, die bij hem te
vens grondigheid insloot, zou daar later nog
een derde faculteit, die van den kunstgeleer
de en oudheidkundige aan toevoegen.
Het is voor hemzelf niet immer een uitge
maakte zaak geweest dat hij, alls schilder,
slechts portrettist zou zijn. In die jonge ja
ren moet het hem zelfs vaak als ideaal zijn
voorgekomen acht maanden van het jaar
landschapsschilder te wezen om in de overige
vier door het schilderen van portretten het
daarvoor benoodigde geld te verdienen. Het
is anders geloopen: hij zou in latere jaren
aan vier en twintig maanden per jaar nog
niet genoeg hebben gehad om aan alle por
tret-aanvragen te voldoen! En wat er in
zijn levenswerk buiten de portretten aan
kunstproductie vermeld wordt, mag beteeke-
nis hebben, omdat het van hèm istot de
belangrijkheid zijner verschijning draagt het
niet veel bij.
Zoo bracht zijn geheele wezens-aard hem
op de plaats, die de zijne blijven zou, die van
den maker van het psychologisch portret, van
den portrettist van intellectueelen en van lie
den, op wier facie het leven het merk hunner
bijzonderheid had gedrukt. Vrouwen- en kin
derportretten komen in zijn oeuvre slechts
occosioneel voor, hoewel hij ook daarin eenige
bijzondere dingen gepresteerd heeft. Doch de
doorgroefde koppen van denkers en geleerden,
de bijzondere expressie van staatslieden en
kunstenaars waren de zaken, die hem aan
trokken en de veelzijdigheid van zijn kunde
stelde hem in staat voor ieder model de werk
wijs te kiezen, die hem voor dat speciale ge
val dan weer de meest geëigende scheen.
Men kan zich daarvan in de serie voorstu
dies, die Teyler bezit, een idee vormen. Ner-
veus, als een gehaaste penteekening is de be-
Schriftelijk beantwoorde
vragen.
Op de vragen van den heer Donker be
treffende het instellen van een onderzoek naar
aanleiding van een uitlating van een getuige
bij de behandeling van een strafzaak voor de
arrondissmentsrechtbank te Haarlem, dat le
der eener partij van nationaal-socialistische
richting naar Berlijn en München zouden
zijn geweest om geldelijken steun van de
Duitsc.he regeering, althans van officieele
Duitsche instanties of personen, voor hun
partij te verkrijgen, heeft mr. Van Schalk, mi
nister van justitie geantwoord:
1. Uit het proces-ver baal der openbare
terechtzitting van de arrondissementsrecht
bank te Haarlem, dd. 8 October 1936, waarop
de in deze vraag bedoelde strafzaak is be
handeld geworden, blijkt niet, dat een getui
ge bij die behandeling zou hebben erkend, dat
leden eener partij van nationaal-socialistische
richting naar Berlijn en München zouden
zouden zijn geweest om geldelijken steun
van de Duitsche regeering, althans van offi
cieele Duitsche instanties of personen, voor
hun partij te verkrijgen. Wel blijkt de ver
dachte ter terechtzitting te hebben beweerd,
dat een getuige zich voor een dergelijk doel
naar Berlijn zou hebben begeven, dit werd
echter door dien getuige ontkend. Overigens
heeft de verdachte bekend het indertijd in
strijd met de waarheid te hebben doen voor
komen, alsof door zijn bemoeiing steun van
de Duitsche regeering zou worden ontvangen.
2 en 3. Naar de betrokken aangelegenheid,
welke zich reeds langeren tijd geleden heeft
afgespeeld, kan bezwaarlijk een nader onder
zoek dat zich tot het buitenland zou
moeten uitstrekken worden ingesteld.
llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilllllllllllllilillllllllillllllillllllllll'lllMI^^
wegelijke kop van Prof. Cosijn neergeschreven:
in zware contouren de massale kop van de
dan twintig jarigen Van Deyssel getrokken. De
fijne voornaamheid van den ouden Heems
kerk eischte en voorzichtig-tastende behan
deling, de stille peinzing van den taohtigjari-
gen, door Veth zoo zeer vereerden Israels be
nadert hij met en haast verliefde uitvoerig
heid. Het is aangenaam in Teyler's bezit deze
zoo uiteenioopende attaques op de modellen te
kunnen vergelijken, ze bewijzen Veth's kunde
niet alleen, maar ook zijn doordringend be
grip van het wezen zijner zitters. Deze eerste,
soms vaak herhaalde aanvallen op zijn
sujetten werkte hij daarna in schilderij of
teekening verder uit, ze steeds completeerend
met de geestelijke finesses van zijn model, tot
dat, als in het geval met Prof. Kapteyn's por
tret, iemand uit diens omgeving opmerkte, dat
het méér Kapteyn was dan Kapteyn zelf, óf,
als in het geval met den geleerden Winkler,
den psychiater, die met een zekeren humor
constateerde, dat eVth in zijn portret de noo-
dig degeneratie-kenmerken had vastgelegd.
Den kop van den ouden Israël reproducee-
ren wij bij dit stukje. Veth heeft den Haag-
schen meester herhaaldelijk geteekend, het.
laatst toen deze 85 jaar geworden was. En
Israël von het altijd weer prettig Veth bij
zich te hebben. Prof. Huizing-a citeert een brief
van Veth uit die periode:
,,'s Avonds laat ik mener Israels met juf
frouw Keiler schaken en dan zit hij met de
hand onder de kin aandachtig op het bord te
kijken, en zoo wou ik wat van hem maken.
Maar het is wèl moeilijk, want hij doet tóch
ongedurig en kan geen licht verdragen, zoodat
we in "het halfdonker zitten. Hij is, ik weet het
al van ouds, vreeselijk moeilijk, omdat zijn
kop zoo weinig vaste vormen heeft en zooveel
expressieve bewegelijkheid".
Wij zullen het hierbij laten. Wie over Veth's
rijke leven meer wil weten zij naai- Huizinga's
biografie verwezen, die in de Stadsbibliotheek
wel aanwezig zal zijn. Mijn persoonlijke her
inneringen aan den schilder zijn nog steeds
gevuld met respect voor zijn wezen, zijn kunde,
zijn bereidwilligheid tot voorlichting als hem
iets gevraagd werd. Vooral in de latere jaren
kon hij met zijn gesoigneerde verschijning, zijn
fijne handen, de scherpte, waarmee hij iemand
aankeek of vragen stelde, op mij meer den
indruk soms maken van een beroemd chirurg
dan van een schilder. In geen geval heb ik een
tweede persoonlijkheid in mijn herinnering,
waarin op zoo eigenaardige wijze wetenschap
en artisticiteit vermengd waren als bij Jan
Veth. En ik geloof dat mijn eenige grief teeen
hem zou geweest zijn als ik Prof. Huizinga's
boek gelooven mag dat hij noch van kinde-1
ren, noch van beesten hield. Ook hierin zou hij i
dan, voor een artiest althans, een uitzondering
vormen.
J. H. DE BOIS, I
Vooral tegen Sinterklaas merk ik, dat ik
ouwer word.
Oud worden, dat is: sceptisch worden: min
der vertrouwen hebben in de goedheid van de
menschen; een beetje wèggroeien van de
menschen.
Oud worden, langzaam, ongemerkt oud-
worden, dat is: minder gauw vertoornd zijn,
minder gauw verliefd zijn; minder gauw ver
drietig zijn; minder gauw blij zijn.
Oud worden is niet alleen: niet meer bij
vijf treden de trap oprennen; niet meer naar
H.F.C. gaan; niet meer een scène maken
tegen je vrouw; maar het is óók: niet meer
den heelen nacht niet slapen, omdat je mor
gen jarig bent, niet meer warme handen en
kloppingen in je keel krijgen, als een aardig
meisje tegen je lacht; niet meer geen
enkelen-dans over slaan op een avondje-uit.
Oud worden is; naar de bioscoop gaan, om
dat. je niet drie weken lederen avond thuis
wilt zitten; naar den schouwburg gaan,
omdat je vrouw daar zoo van houdt; naar
een feestdiner gaan met de gedachte: enfin,
over vier uur lig ik lekker in m'n bedje; naar
een tent-met-muziek gaan en denken: „chut,
zit die Jan Willemsen nu nog altijd in dat
leven, hoe hoüdt-ie het vol?"
Oud worden ls denken:
Vroeger vond ik het reuze als er visite
kwam en ik mocht er bij zitten.
Vroeger deed ik een lief ding voor gries
meelpudding met bessensap.
Vroeger vond ik een man van veertig stok
oud en zéér wijs.
Vroeger vond ik de lui uit de zesde klas
mannen.
Vroeger vond ik de vrouwen vreemde won
deren.
Vroeger hield ik van katjesdrop.
Nu heb ik er een rijksdaalder voor over, als
ik niet bij de visite behoef te zitten.
Nu zeg ik: „Chut vrouw, is er nou wéér
griesmeelpudding met bessensap?"
Nu vind ik vele mannen van veertig onver
beterlijk jong en onwijs.
Nu vind ik zelfs een zesde-j aars-student een
broekemannetje.
Nu houd ik van pepermunt.
Nu vind ik de vrouwen nog altijd vreemd,
maar géén wonderen.
Maar vooral tegen Sinterklaas merk je, dat
je oud wordt.
Versjes maken? Hoe krijg je het in je hoofd!
Chocoladeletters? Man, m'n tanden
„Wat zag je? O.een das.ja, goed
een dasdie kan ik altijd gebruiken, hè?"
„Wat zeg je? Wou je liever geld voor een
avondtaschje dan een avondtaschje? Goed,
krijg je geld voor avondtaschje. Maar 't hoeft
toch niet meer dan een tientje te zijn?"
Wat zei u? Verrassingen?
Mensch. ik op mijn leeftijd verrassingen?
Ik zal u precies vertellen: een das van mijn
vrouw: een das van tante Lize, een das van
nicht Emma, een das van schoonzuster Jo
hanna, een das van de Van der Polls, een das
van nicht Jozefien en tenslotte een das van
nicht Marie.
En wijhandschoenen aan tante Lize, hand
schoenen aan nicht Emma, handschoenen aan
schoonzuster Johanna, handschoenen en een
das aan de Van der Polls, handschoenen aan
tante Jozefien en tenslotte handschoenen aan
nicht Marie.
Verrassingen?
Zeker een suikeren hart van dat gekke, ouwe
mensch van den hoek?
Of een marsepeinen big van dien raren big,
waar ik 's ochtends altijd mee in de tram zit.
In vredesnaam géén verrassingen!
Dat geeft niet dan last.
Dan moet ik mijn vrouw weer uitleggen, dat
't héélemaal-niks-geks is.
En dit is niet gemakkelijk.
Op ónzen leeftijd
MR. E. ELTAS.
De dubbele moord te Merkel
beek.
Met bloed besmeurde voor
werpen in beslag genomen.
Merkwaardige bijzonderheden aan het licht
gekomen.
Inzake den gruwelijken moord te Merkel
beek vernemen we nog het volgende:
In de kamer, waar de vrouw vermoord is
gevonden, zijn enkele merkwaardige bijzonder
heden gebleken. De kamer vertoonde geen
enkel spoor van geweld, het was alsof alles
netjes was opgeruimd. Eenige voorwerpen, die
de verslagene bij zich had, toen zij uit de kerk
huiswaarts keerde lagen rondom het lijk ge
groepeerd. De kachel moet Zondagmiddag,
toen de menschen binnenkamen, roodgloeiend
gestaan hebben. Als verdere bijzonderheid
kunnen wij nog melden, dat ook het vee in den
stal heel rustig was, zoodat het blijkbaar op
den gewonen tijd gevoederd en gemolken was.
Gevraagd wordt nu hoe een en ander mogelijk
is, want de huishoudster beweert, dat zij den
heelen dag vanaf 8 a 9 uur des morgens tot
half zes in den namiddag op den zolder heeft
gezeten. Ook beweert zij door den aanvaller
verwond, te zijn en toont eenige schrammen
aan den hals en bulten op het hoofd, maar
vast is komen te staan, dat de schrammen
maar eigenlijk kleine krabben zijn, terwijl de
slagen met een hamer wel eenige kleine bul
tjes, maar geen bloeduitstortingen tengevolge
hebben gehad.
Bebloede hakbijl in beslag genomen.
Verder vernemen wij, dat enkele voorwer
pen in beslag zijn genomen, die sterke aanwij
zingen in een bepaalde richting kunnen in
houden. Op de eerste plaats heeft men beslag
gelegd op een hakbijltje, welk voorwerp nog
al met bloed was besmeurd. Verder heeft men
ook een handtaschje van de huishoudster ge
vonden, waaraan nog een paar spatjes bloed
kleefden, terwijl zich in het taschje een zak
doek bevond eveneens met wat bloedspatten
besmeurd. Verder heeft men in de woning nog
twee kuipen met waschgoed gevonden, waarin
zich ondergoed bevindt.
Bij het verhoor heeft de vrouw als haar
naam opgegeven van Helden, geboren "an
Schoffelen. Zij was geboren te Stevens'w ^rt
in 1872, op het eind van December. Zij ver
klaarde evenwel den juisten geboortedatum
niet te weten.
De Maastrichtsche scheikundige, dr. van Wa
peningen, zal eenige dingen nader onder
zoeken.