V
Pickwick als opera
Nuttige geschenken
DONDERDAG 26 NOVEMBER 1936
HAARDE M'S DAGBCAB
10
KUN/T IN LEÏÏEREN^J
MUZIEK.
Muziekschool van „Toonkunst
Uitvoering door leerlingen.
Ten bate van het studiefonds der school
had in de aula van het Kennemer Lyceum te
Overveen een leerlingenuitvoering plaats, die
ons van het onderwijs aan de muziekschool
aan de Nieuwe Gracht wederom een hoogen
dunk heeft gegeven. Wanneer wij daar hoo
ren uitvoeren o.m. vioolconcerten van Nardi-
ni, van Mendelssohn, pianosonaten van Haydn
en Mozart, Variazionen van Beethoven, liede
ren (duetten) en aria's hooren zingen van
César Franck en Jomelli en daar onmiddellijk
bijvoegen dat wij deze werken niet alleen
hebben gehoord, maar ook muzikaal hebben
genoten, dan mag dit terecht gelden als een
lofbetuiging aan de wijze van onderwijs geven.
Maar meen nu niet, dat wij naar deze mu
ziek van de grootmeesters der toonkunst heb
ben zitten hunkeren, terwijl in den vooravond
de jongere leerlingen van de school hun pro
gramma afwerkten. Ik voor mij heb met alle
interesse elk nummer van het programma
(ook de stukjes van niet meer dan acht ma
ten) beluisterd; stukken die met veel kennis
van zaken waren uitgekozen, om het persoon
lijke in den leerling, ook in den kleinste,
naar voren te brengen. Voor de heel jonge
muzikanten en de meer gevorderden was ge
kozen uit Jul. Röntgen, Voormolen, Th. Lack,
Carroll, Johanna Veth, om maar eenige na
men te noemen. En om mijn bedoeling kort
uiteen te zetten met één enkel voorbeeld: een
ferme, kordate jongen heeft aan een Allegro
van Th. Lack ruim genoeg om er in te too-
nen: zijn goeden aanslag en houding aan het
instrument; zij'n begrip van nuance en fra
seering; zijn mooi rhythme; z-ijn goede con
centratie; in één woord: zijn mooi uitgroeien
de muzikaliteit. Om al deze dingen te doen
uitkomen, bleek het gebruik van het pedaal
nog volstrekt niet noodig.
En van al deze mooie eigenschappen heeft
elk der jonge leerlingen, de één meer. de an
der minder getoond, maar elk van hen toch
zien wij voor een volgend maal gaarne terug
en dan verwed ik een lief ding, dat het resul
taat van die nauwgezette pianostudie heel
duidelijk is te bemerken. Mej. Bekkers en mej.
Korteweg. de heeren Althuizen en Jac.
Zwaan, die het voorrecht hebben, de grond
slagen te mogen leggen voor wat in ons leven
een zoo groote plaats Inneemt, zullen later
bij deze leerlingen ongetwijfeld in dankbare
herinnering blijven.
Wilden wij van het nog restende program
ma: klaviersonate van Mozart (leeraar de
heer Vincent), sonate van Haydn (leeraar de
heer Karei de Jong), Variazionen van Beet
hoven op. 34 (leeraar de heer Liirsen), Beet
hoven-variaties in G (leeraar de directeur) tot
in finesses gewagen, dan zou dit verslag heel
lang moeten worden. Zoo zullen wij ook moe
ten volstaan met de zangleerlingen van mej.
Brockmann te prijzen om prachtig verzorgde
uitspraak van Fransch. Italiaansch en
Duitsch niet alleen, maar ook om de, van pure
muzikaliteit tintelende voordracht der duet
ten, en niet te vergeten: van Jowelli's „La
Calandrina".
Het vioolconcert van Mendelssohn (le deel)
vormde in zijn puur-muzikale en warm-door-
voelde voordracht- het schoone slot van dezen
avond. Een andere leerling van den heer De
Clerck had te voren uitgevoerd Sonate in D
van Nardini. Ook hier deed het innerlijk sen
timent in de voordracht ons deze muziek
rechtstreeks genieten. Tenslotte droegen de
keurige „begeleidingen" aan den vleugel (en
niet te vergeten: ook die der vocale voor
drachten) zeer bij tot het handhaven van het
muzikale peil dezer interessante prestaties.
G. J. KALT
Het mannenkoor „Caecilla" zong enkele
nummers, die wederom gelegenheid gaven het
mooie materiaal, dat dit ensemble nog steeds
bezit, te bewonderen. De samenklank was vaak
zeer schoon. Waarom in „Le Ménestrel" het
woord „chantez" door invoeging van een rust
als ..cha-antez" gezongen werd is me niet dui
delijk geworden. De uitspraak van het Duitsch
in „Waldeinsamkeit" had ook beter gekund.
Die compositie van Sendel is overigens al zeer
slap en zoetig, en als de tenoren de lange
hooge c crescendo zingen, nog wel op het
woord „still" blijft er van de „Stille" weinig
over.
Na de pauze hebben „Caecilia" en „Apollo"
voortreffelijk samengewerkt. De dirigent Kok
bleek ook het koor goed in de hand te hebben
De drie zangen van Schubert klonken frisch
en goed genuanceerd. In één daarvan kwam
een op de uitspraak van sommige woorden
„Hoil" b.v. na zeer verdienstelijk ge
zongen barytonsolo voor.
„Die grosse Stunde" van den avond was de
samenwerking van Apollo met zustervereeni-
gingen uit Amsterdam en IJmuiden en met
enkele blazers der H. O. V. Het groote ensem
ble klonk zeer bevredigend en soms zelfs ver
rassend goed, zoo b.v. het hobo-recitatief met
begeleiding van hooge mandoline-accoorden.
Overigens was dat stuk van Kons. Wölki nogal
melig van inhoud en het was maar goed dat
het geen Stunde speeltijd in beslag nam.
„Apollo" en zijn dirigent mogen nog veel
succes boeken bij hun zeer te waardeeren ar
beid.
K. DE JONG
Belangrijk muzikaal werk van
Albert Coates.
correspondent schrijft
Arbeiders Mandolineclub „Apollo"
JUBILEUMCONCERT.
„Apollo", dat zijn gewone jaarlijksche uit
voeringen in het Caecilia-zaaltje in de Jans
straat pleegt te geven, heeft Woensdagavond
zijn 20-jarig bestaan herdacht door een feest-
concert in de groote zaal van het gemeentelijk
Concertgebouw en mocht die zeer goed bezet
zien. Dat deed ons veel genoegen voor de ver-
eeniging, die onder de bij uitstek deskundige
leiding van Joh. B. Kok zich ontwikkeld heeft
tot een ensemble, dat we in het kleine zaaltje
reeds meermalen met veel genoegen beluisterd
hebben, maar welks musiceeren in de groote
zaal nog beter tot zijn recht kwam. De
acoustiek der groote ruimte integreerde als
't ware de differentialen der getokkelde klan
ken, zoodat het. vooral op eenigen afstand
van het podium, soms was alsof we een strijk
orkest hoorden. En als we er nu nog bij zeg
gen. dat in alle nummers, die het orkest speel
de, de rythmiek uitstekend verzorgd was; dat
in alle nuances het klankevenwicht, bij alle
ritardando's en accelerando's de eenheid van
het samenspel bewaard bleef en dat het or
kest bij de samenwerking met koor- en solo
zang zich een willig en bruikbaar instrument
in de hand van den leider toonde, dan be
grijpt men hoe verdienstelijk Joh. B. Kok zich
ten opzichte van „Apollo" gemaakt heeft en
dan begrijpt men dat het bestuur en de le
den hem, die nu 12y2 jaar „Apollo" geleid
heeft, ter gelegenheid van dit koperen jubi
leum ook hebben willen huldigen. Zij hebben
dit gedaan door hartelijke woorden en door
de aanbieding van een bureaulamp.
Maar ook de jubileerende club is gehuldigd
door afgevaardigden van zusterclubs en arbei-
dcrsvereenigingen. Hoewel de voorzitter van
„Apollo" de sprekers verzocht had kortheid te
betrachten, werd er toch nog menig vriende
lijk en ook menig ernstig woord gezegd. Het
is begrijpelijk dat op de cultureele waarde der
muziek, die niet het minst groot in deze tij
den van dictatuur, oorlogszucht en werkloos
heid genoemd werd, vooral de nadruk werd
gelegd. En feestgaven ontbraken natuurlijk
ook niet. Er waren bloemstukken, er waren
ook geschenken van meer practischen aard.
De arbeidersbeweging liet door haren voor
zitter een enveloppe aanbieden, de werkende
leden deden zulks bij monde van Mevr. Da
niels: de oud-leden lieten zich evenmin on
betuigd. En wijl de voorzitter van „Apollo" in
zijn openingswoord op de moeilijke financiee-
le omstandigheden der vereeniging gewezen
had, kon men er zeker van zijn dat die ge
schenken in couvert bij hem welkom waren.
Het eerste nummer van 't programma werd
door Jong-Apollo, dat zijn de adspirant-leden.
vlot en aardig gespeeld. Daania kwamen de
grooten met een in muzikaal opzicht zeer
onbeteekenende Ouverture van Maciocchi, ge
volgd door drie stukjes van Kok: „Herfst",
eenigszins in modernen trant. „Spelende Kin
deren", verwant met den stijl van Bizet i'
diens „Jeux d'Enfants" en „De Zee", en voort
met een naar Cimarosa bewerkte „Sinfonia"
Onze Londensche
ons:
Albert Coates heeft zijn vaderland een
nieuwe opera gegeven. En het is geen klei
nigheid. Het zijn de wederwaardigheden van
Mr. Pickwick en zijn kornuiten wederwaar
digheden, die zeer verscheiden waren van om
geving en van aard, zooals het gezelschap zelf
zeer verscheiden was die Coates ons in
vocaal-dramatische vormen heeft voorgezet.
Kenners van Pickwick, dat meesterstuk van
Dickensiaansche karakterteekening en fan
tasie, zullen meenen dat Coates zich een on
uitvoerbare taak heeft gesteld. Maar de opera
zal hun meevallen, al is het libretto weinig
meer dan een schaduw van het boek. Toch
worden nagenoeg alle avonturen van het
Pickwick-gezelschap of in de vertooning en in
de muziek en den zang aangeduid of recht
streeks ten tooneele gebracht. In een opvoe
ring, die tot minder dan drie uren beperkt
moet zijn, moet uiteraard bij zooveel ambi
tie om Dickens het zijne te geven de samen
hang teloorgaan.
Er zijn niet minder dan twaalf tooneelen,
elk tooneel een fragment van avontuur, het
geheel als een bloemlezing uit Pickwick, uit
knipsels van de manoeuvres in Rochester, van
het samenzijn in Dingley Dell, van de gebeur
tenissen in de herberg Het Witte Hart. Het
proces is aangegeven in de gangen van het
gerechtshof en in de stem van den rechter, die
de uitspraak van de jury vraagt. Wij zien
meer van de gevangenis, de binnenplaats.
Pickwick's aankomst en zijn kamer in de ge-
var-genis. Muzikale intermezzo's beproeven
meer gevallen aan te geven, den cricketwed
strijd. Jingle's schaking van Rachel. Het zal
wel afhangen van den aard van persoonlijke
Dickensvereering, hoe men de behandeling
van het boek opvat. Wij hoorden in de pauze,
dat velen het een mishandeling vonden. Maar
hoe kon men verwachten, dat de geur en de
kleur van de Pickwick Papers zich konden la
ten vertalen in actie en zang op het tooneel?
Voor ons gevoel was de nieuwe kennismaking
verrassend en boeiend, daar wij ons hadden
voorgenomen ons den avond niet te laten be
derver door de voorstellingen, die de lectuur
van het boek had gewekt of door de herinne
ringen aan het intellectueel genot dat de kos
telijke typeeringen, zij het die van de'manoeu-
vres van Rochester zij het die van Dingley
Dell. ons hadden verschaft.
Misschien schiet het libretto meer tekort
dan men had mogen hopen. Maar men heeft
te doen met een belangrijk muzikaal werk
en er zijn gedeelten in de muziek, die voorbe
stemd zijn onsterfelijk te worden. De muziek
van de gevangenisscènes is even aandoenlijk
van klank als fijn van orkestratie en dat
geldt voor veel. Er zijn eenige melodieën in de
opera die den hoorder blijven achtervolgen
en die hij zal blijven verbinden aan de per
sonen van Sam Weller. Snodgrass en Jingle.
Een tekortkoming is, dat Pickwick zelf in de
muziek niet kan worden gehoord. Niet minder
dan 44 personen waren voor de bezetting noo
dig. een groot koor niet meegerekend. En het
orkest was rijk genoeg aan spelers en instru
menten om Strauss in zijn hoogsten muzi-
kalen overmoed te kunnen dienen. De aan
kleeding van tooneelen en personen vanAubrey
Hammond was in één woord verrukkelijk.
Deze alleen heeft lijn en stijl. De belang
rijke rest is fragmentarisch en vele fragmen
ten bevredigen door hun schoonheid. De on
effenheid is ook in de muziek, die ons soms
deed denken aan Ravel, ook wel aan Strauss,
maar ook aan de Italiaansche operacomponis
ten in hun zangerigste stemmingen.
HET TOONEEL.
Rederijkerskamer „Pius"
HAAR ANDERE MAN.
Het is een aardig groepje spelers van de
Amsterdamsche Rederijkerskamer „Pius", dat
in de laatste jaren elk seizoen een opvoering
te Haarlem pleegt te geven ten bate van „De
Kleine Theresia-Stichting" en het is waarlijk
geen wonder, dat op deze liefdadigheidsavon
den de schouwburg steeds stampvol is. Want
het Is niet alleen om het goede doel, maar ook
om het zeer verdienstelijke spel van deze di
lettanten, dat de Haarlemmers de voorstel
lingen van „Pius" bezoeken. Gisteren kwamen
de Amsterdammers met „Haar andere Man",
een kluchtig blijspel van Larry E. Johnson, dat
Het Schouwtooneel hier eenige jaren geleden
reeds heeft gespeeld. Het is een „comedy of
errors", veroorzaakt door een hyperroman
tisch jong vrouwtje, dat een verren oom de
meest fantastische verhalen over haar huwe
lijk heeft opgedischt en hem wijs heeft ge
maakt. dat zij een butler, een keukenprinses,
ostbaar tafelzilver. Liberty,gordijnen en een
nan met goud-blond haar en blauwe oogen
bezit, terwijl zij in werkelijkheid niet anders
heeft dan een dood-gewonen echtgenoot zon
der een sou, die in niets gelijkt op het van I
hem gegeven portret. Wanneer oom dan on- j
verwachts zijn bezoek aankondigt, is Leiden
natuurlijk in last, maar het vrouwtje weet
haar man te bewegen voor butler te spelen en
een wild-vreemden heer om de rol van den
echtgenoot met de goud-blonde haren en de
blauwe oogen te vervullen en als wij eenmaal
zoo ver zijn, dan is het hek van den dam voor
de vergissingen, welke van dit oogenblik af
met sneltreinvaart elkaar opvolgen.
Larry E. Johnson zoekt zijn komische effec
ten dus in verwarringen en malle situaties,
precies zooals de beproefde Fransche en Duit-
sche kluchtspelschrijvers van vroegere jaren
het deden, maar hij weet toch een nieuw en
aardig komisch element in zijn stuk te bren
gen met het romantische vrouwtje, dat haar
inspiraties in de bioscoop krijgt en telkens weer
nieuwe verwikkelingen, zoo ontleend aan het
witte doek, in haar eigen milieu schept.
Het is een biyspelletje als geschreven voor
dilettanten en ik vermoed zoo, dat wanneer
andere amateurs-vereenigingen dit vermake
lijk spel van vergissingen in de gaten krijgen,
wij „Haar andere Man" nog heel dikwijls op
de planken te zien zullen krijgen. De lach was
gisteravond geen oogenblik uit de zaal en
dat was niet alleen aan het stuk maar ook
aan het spel van de Amsterdamsche dilettan
ten te danken.
„Plus" heeft van deze klucht een zeer vlotte
en amusante vertooning gegeven. Deze ver
eeniging beschikt niet alleen over goede
spelers, maar ze bezit in den heer Wim Rade-
maker ook een regisseur, die zijn taak serieus
opvat. Men ziet dat aan allerlei kleine details
in de opvoering en merkt het vooral aan het
zeer levendige, vlug&e tempo, waarin gespeeld
wordt. Hiaten kwamen behalve éénmaal een
te laat komen van Jerry niet voor, de spe
lers namen den dialoog telkens voortreffelijk
van elkaar over en er was een samenspel, dat
prettig aandeed en van ernstige voorbereiding
getuigde.
En ook het individueel spel dezer dilettanten
valt te loven. Zwakke plekken waren er zoo
goed als niet in deze voorstelling. Lena Kley-
böcker.bleek een pétillante actrice met char
me, die het hyper-romantische vrouwtje zeer
levendig en met veel fantasie speelde. Zij
speelde haar rol tot het laatste toe geestig en
met entrain en gaf in de slotscène aan haar
verbeelding dezelfde vrije loop als in het be
gin. zoodat zij de rol tot het einde toe op
peil hield. Elly Rotteveel, die de hulpvaar
dige vriendin in het stuk was, bewoog zich
gemakkelijk op de planken en was een zeer
goede tweede plan figuur. Van Jo Raassen
van de Berg was het spel als Florence wat
meer aangeleerd en het deed niet zoo natuur
lijk aan, als van de andere dames, maar het
was toch nog meer dan voldoende voor een
dilettante. En kortweg uitstekend was Jo
Lobbes in de rol van Stella, de dienstbode.
Zelden heb ik een dilettante zoo droog-ko-
misch en toch zoo raak haar tekst hooren
lanceeren, zoodat elke zin over het voetlicht
kwam. Het publiek heeft om deze dienstmaagd
geschaterd en toch werd het effect geen en
kele maal met bas-komieke middelen bereikt.
Mijn compliment.
Wim Rademaker speelde zelf den „geleen
den man" en hij deed dit met verve en
aplomb. Piet Raassen was als de ware echt
genoot wat eenzijdig. In het droog-komische
was hij uitstekend, maar hij bleef onder alle
situaties wel wat al te onbewogen. Uit deze
rol is nog wel wat meer te halen. Jan Meyer
was de oom in de rol, die vroeger door Ezer-
man gespeeld is geworden. Ook hij was voor
al in zijn stille spel heel verdienstelijk. Wim
Wijstman wist relief te geven aan het epi
sodische rolletje van den boef en Henk Wijst
man was zeer vermakelijk als de gemoede
lijke brigadier van politie.
De Amsterdammers hebben de Haarlem
mers tranen doen lachen en wij zijn hun
daarvoor dankbaar. En zij hebben bovendien
een goed werk verricht met hun gaven in
dienst te stellen voor de „onverzorgde zui
gelingen". die dank zij hen weer beter
verzorgd kunnen worden.
Het bestuur van den jubileerenden Drukkers Studiekring „Haarlem". V. 1. n. r.:
de heeren: A. v. Ham, bibliothecaris, J. Bos, secretaris. Joh. Vissers, voorzitter,
G. A. van Deenen, penningmeester, C. A. Roest, tweede voorzitter.
OVERHEMDEN
SPORTHEMDEN
SPORTVESTEN
LEEREN JASSEN
LEEREN HANDSCHOENEN
WOLLEN VESTEN, SLIPOVERS
en LUMBERJACKETS.
SOKKEN
VAK- en ONDERKLEEDING
koopt men het beste in de
Speciaalzaak
VAK Kt e OINGMAGAJVM
fAARL AAR STEEG 1. TEL: 11043
(Adv. Ingez. Med.)
AAN DE GEVOLGEN VAN EEN AANRIJDING
OVERLEDEN.
De 84-jarige weduwe S.-De H„ die Zater
dag 14 November op den Koudenhorn door
een vrachtauto werd aangereden, toen zi
plotseling den weg overstak en die met een
diepe hoofdwond naar het Sint Elisabeth
Gasthuis werd vervoerd, is Woensdagavond
half negen aldaar aan de gevolgen overleden.
RECHTBANK
Inbreker of Fransch spion?
Verdachte zegt, contra-spionnage gepleegd te
hebben.
J. B. SCHUIL.
HET AFSCHEID VAN DEN HEER JAN OVER.
De heer Jan Over, over wiens onderwijzers
loopbaan wij uitvoeriger berichtten in het
laatst der maand Augustus (toen de raad hem
eervol ontslag verleende) gaat met ingang
van 1 December het onderwijs verlaten en de
30ste November zal dus zijn laatste school
dag zijn. Men heeft gemeend dien dag niet
ongemerkt voor hem te moeten laten voorbij
gaan en zoo is er een huldiging op beschei
den schaal voorbereid.
Het officieele gedeelte zal bestaan in een
receptie in de schooi aan het Weltevreden
plein op Maandag 30 November, 's morgens
om 11 uur en ongetwijfeld zullen velen deze
gelegenheid om van den heer Over afscheid
te nemen, niet willen verzuimen.
Des middags zal in een feestelijke bijeen
komst de scheidende onderwijzer gelegenheid
hebben om van de leerlingen afscheid te ne
men en des avonds heeft de Oudercommissie
een bijeenkomst belegd, waar zij van haar
waardeering voor het werk van den heer Over
wil laten blijken. Door het opvoeren van een
tooneelstukje en het uitvoeren van eenige
gymnastische oefeningen zullen de leerlingen
der hoogste klasse er aan meewerken om de
;ezelligheid van dezen avond te verhoogen.
OPMERKINGEN VAN LEZERS
ONTZAGLIJK LAWAAI BIJ HET STRATEN-
MAKEN.
Eén onzer lezei's vestigde onze aandacht er
op, dat de gemeente Haarlem niet het voor
beeld geeft in de anti-lawaaicampagne. Want
zij heeft een machine aangeschaft, zoo
schrijft hij, die bij het repareeren van straten
het zand aanstampt. Door middel van samen
geperste lucht geschiedt dit. De compressor,
die op een auto is opgesteld, maakt een „helsch
lawaai", zooals onze abonné schrijft. Hij vraagt
of dit door het aanbrengen van technische
veranderingen niet verminderd kan worden.
Wij hebben ons er zelf eens van overtuigd
dat de door inzender bedoelde machine inder
daad een ontzaglijk lawaai maakt, zoo zelfs
dat in de naaste omgeving van het werkende
apparaat een gesprek onmogelijk is. Maar ge
woonlijk blijft de compressor niet lang ach
tereen op dezelfde plaats. Den geheelen dag
rijdt hij van Noord naar Zuid en van Oost naar
West door de stad en gewoonlijk A'ragen de
werkzaamheden op één en dezelfde plaats
slechts een half uur a drie kwartier. De kwel
ling is dus niet van langen duur. Bovendien
geeft het apparaat groote voordeelen. Aan
stamping van den grond op deze wijze voor
komt het verzakken van de straat, wanneer er
werkzaamheden aan zijn verricht. Technische
veranderingen ter vermindering van het la
waai zijn onmogelijk. Men zal zich eens in de
zooveel jaar. wanneer de compressor voor de
deur komt. een uurtje lang door het lawaai
moeten laten kwellen.
„Geboren te Toulon, zonder bekende woon-
of verblijfplaats hier te lande, thans gedeti
neerd". Verdachte is Franschman, een tolk be
middelt tusschen hem en de rechtbank, doch
haar werk is weinig, want verdachte zwijgt
als het graf.
Hij zou in den nacht, van 1314 October een
huis aan den Heeren weg te Lisse zijn binnen
geklommen door een raam. Hij zou een kast
hebben opengemaakt. Op dat oogenblik had de
bewoner, de heer N., gerucht gemaakt, waarop
de indringer de vlucht genomen had.
De heer N. wordt gehoord. Hij heeft geluid
gehoord, is naai1 beneden gegaan en heeft
voetsporen gevonden, wat schelpkalk en zand.
Het tuinpad om het huis was met schelpen be
dekt. Een kast in de salon stond open.
„Verdachte, hebt u iets te vragen?"
(Dit wordt vertaald).
Verdachte zwijgt.
„Bekent gij, dat dit alles zoo gebeurd is?"
Stilte.
Stemt gij erin toe, dat getuige W. niet ge
hoord worclt?
Stilte.
Dan houdt Mr. Paardekooper Overman een
kort requisitoir waarin hij vier maanden ge
vangenisstraf eischt.
De eisch wordt vertaald, doch verdachte
verroert zich niet.
Dan is het woord aan den verdediger Mr. B.
W. Stomps.
Pleidooi.
Mr. Stomps doet mededeeling van een brief,
die verdachte aan hem heeft geschreven. Hij
herroept hierin alles wat hij voor den Rechter
Commissaris heeft bekend. Hij geeft inlich
tingen over zijn persoon, die zijn verblijf zou
den rechtvaardigen. Hij schrijft, dat hij een
neef is van president Lebrun en deputé voor
het departement du Var. Hij beschuldigt den
heer N. van spionnage en is het huis binnen
gedrongen om tegenspionnage te bedrijven.
„Wat wij hiervan moeten gelooven, wil ik
hier niet bespreken. Maar in ieder geval meen
ik, dat deze zaak verdient te worden terug
gewezen naar den Rechter Commissaris, het
zij om deze beweringen te onderzoeken, hetzij
om een onderzoek in te stellen naar de geest
vermogens van dezen man."
In ieder geval verzocht pleiter, wanneer de
rechtbank hiermee niet mee kan gaan, geen
toepassing van straf en onmiddellijke uit
wijzing.
Het ondeugdelijke middel.
Vrijspraak geëischt.
De zaak tegen den handelaar in het feilloos
middel tegen aanslag van autoruiten, een
Amsterdammer, die vervolgd wordt voor op
lichting, ls heden voortgezet.
Bij de behandeling was afgegaan op het
procesverbaal van de marechaussée, waarin
niet stond dat de hoofdgetuige, die eigenlijk
de gedupeerde was, stokdoof was. Daardoor
was de oplichting niet te bewijzen.
De officier van justitie zeide, dat hij het be
treurde, dat hij deze zaak niet tijdig aan de
instructie had overgelaten. Tijdens de terug
wijzing naar den Rechter-Commissaris was er
al niets meer aan te doen. Spreker conclu
deerde tot vrijspraak. De verdediger, mr.
Stomps sloot zich hierbij aan.
Postbeambte verduisterde.
Een voorwaardelijke straf ondanks ernst van
het feit.
Een postbeambte uit Beverwijk stond te
recht wegens verduistering. Hij had een tekort
van f 943 in de postwissel kas veroorzaakt. Het
wasbegonnen met een tekort in de postzegel-
kas, daarna had ook de postwissel kas er in de
jaren '34, '35 en '36 aan moeten gelooven.
Het was den man makkelijk gemaakt, omdat
de klacthten weer bij hem kwamen. Als het
spande, of als er controle was, moest de giro-
kas te hulp komen. Het geld is thans terugbe
taald.
De officier van Justitie wees er in zijn re
quisitoir op, dat dergelijke vergrijpen bij de
posterijen streng beoordeeld worden. In dit
geval is er echter wel eenige reden om cle
mentie toe te passen.
eVrdachte toont berouw, hij heeft het geld
terug betaald. Spr. requireerd een voorwaar
delijke straf van zes maanden.
De verdediger, Mr. H. O. Drilsma sloot zich
hierbij aan en voegde hieraan toe, dat men
verdachte wel had vrijgelaten, omdat er voor
preventieif weer geen reden is, te meer waar
de officier een voorwaardelijke straf vraagt.
Op dit verzoek werd afwijzend beschikt.
Uitspratk over 14 dagen
WIELRIJDER AANGEREDEN.
In de Duvenvoordestraat wilde iemand
Woensdagavond 7.45 uur op zijn fiets stap
pen. Mede door de slechte verlichting werd
dit te laat opgemerkt door den bestuurder
van een auto, met het gevolg dat de wielrij
der werd aangereden. Hij kreeg een hersen
schudding. Door leden van den Ongevallen-
dienst werd hij per ziekenauto naar het Zie
kenhuis St. Johannes de Deo vervoerd. De
auto werd voorloopig in beslag genomen. De
politie stelt een onderzoek in.
Drukkers Studiekring
„Haarlem".
Zaterdag 28 November zal het 25 jaar gele
den zijn dat alhier werd opgericht de Druk
kers-Studiekring Haarlem. Na een voorberei
dende vergadering werd het bestuur gekozen,
waarvan o.m. deel uitmaakten Joh. Vissers en
C. A. Roest, die tot heden nog zitting hebben,
Vissers als voorz., Roest als 2e voorz. Het aan
tal kringleden was bij de oprichting 40. Dat
is zoo ongeveer het getal der leden gebleven.
Het spreekt vanzelf dat velen gingen, doch
ook velen kwamen en trachtten in de weke-
lijksche bijeenkomst op Maandagavdnd el
kander voor te lichten en raad te verschaffen
in de dagelijksche moeilijkheden waaraan het
typografenvak zoo rijk is. Lezingen en excur
sies behooren mede tot het werk van den
Kring. Het mag den studiekring zeker als een
verdienste worden aangerekend dat hij steeds
zorgt voor gezellen die zich belasten met het
onderwijs aan de Avond-Vakschool en dat al
gedurende circa 15 jaar. Menig jong gezel is
daar een goed vakman geworden. Het jubi
leum wordt herdacht met Zaterdagmiddag
een receptie en des avonds een cabaretavond
voor leden met hun dames.
Autobotsing op de Leidsche-
vaart.
Twee auto's en een huls ernstig gehavend.
Zooals wij gisteren gemeld hebben is op de
Leidschevaart na een autobotsing één der wa
gens het trottoir opgereden en tegen den
voorgevel van een huls gebotst. Welk een ver
woesting werd aangericht, is duidelijk op onze
foto te zien.
Hedenmiddag reed op de Leidschevaart in
de richting van de stad een auto, bestuurd
door den heer IJ. met een vaart van 50 a 60
K.M. Uit de Leidschestraat kwam een auto,
bestuurd door den heer d. G. Hoewel deze
laatste auto kalm reed, was op het kruispunt
toch een botsing niet te voorkomen. De auto
uit de Leidschestraat reed den anderen wagen
links achter aan. De aangereden auto maakte
een halven draai om en botste tegen het per
ceel 126. Beide auto's werden zwaar bescha
digd, terwijl ook aan het genoemde perceel
schade werd toegebracht.
De inzittenden van de beide auto's kwamen
er zonder letsel af.
De politie stelt een onderzoek in naar de
oorzaak.
De verwoesting, die aan het perceel Leid
schevaart 126 is aangericht, is aanzienlijk.
De voorgevel is bij een der ramen van de be
nedenverdieping geheel ingedrukt. De echt-
genoote van den bewoner bevond zich op het
oogenblik van de botsing op de bovenver
dieping.
Plotseling hoorde zij een hevigen slag. Ze
spoedde zich naar beneden en trof daar in
de voorkamer een ontzaglijke ravage aan.
Eenige meubelstukken waren door de stee-
nen. die naar binnen gevallen waren, geheel
vernield.
Het ongeluk trok. zooals te begrijpen was,
veel bekiiks. De beide auto's zijn weggesleépt
en door de politie in beslag genomen.
(Reeds in een deel der vorige oplaag opge
nomen