Films van deze week
Simone Simon
The Dark Angel
Anafole Lifvak's
in „Meisjes lyceum
„Mayerling"
LITTERAIRE
KANTTEEKENINGEN
ZATERDAG 5 DECEMBER 1936
HAARDE M'S DAGBEAD
FILMNIEUWS jn ISjg^Yo^
Zeer goede regie van
Irving Cummings.
Het meisjes-lyceum is een modern instituut
in een bloeiend stukje natuur aan den rand
van de Tyroolsche Alpen. Een instituut, waar
jonge meisjes onder leiding van den idealis
tisch gestemden rector Stefan Domenik, tot
moderne vrouwen worden opgevoed. Domenik
is er in geslaagd in zijn school een systeem
te handhaven, dat eenerzijds de meisjes een
sterke discipline oplegt en anderzijds weer
veel vrijheid toelaat. Maar zooals hij en zijn
assistente Anna Mathe over schooltucht en
Rembrandt
Simone Simon.
humaniteit denken het instituut is er het
bewijs van, dat het systeem in de practijk vol
doet denken zekere medewerkers van den
directeur er allerminst over, Volgens de con
servatieve, oude-vrijsterachtige Augusta Wim-
mer behoort het schrijven van een minnebrief
tot de ergst denkbare misdaden, welke mee
ning ijverig wordt gedeeld door haar collega
dr. Spindler, die er een would-be-puriteinsche
levensbeschouwing op na houdt. Die twee
opvattingen staan tegenover elkaar als de
kleine Marie Claudel ter verantwoording
wordt geroepen voor den bewusten brief,
die nota bene niet
eens verzonden
werd. maar door de
verzuurde leerares
uit den prullenbak
opgevischt. En hier staan wij meteen tegen
over een der meest treffende episoden uit de
film. De groot-menschelijkheid tegenover de
gedogmatise,rde pietluttigheid. Een scène,
sterk gespeeld en geaccentueerd door een
reeks close-ups der verschillende gelaats
expressies. Het epistel van het romantische,
naar leven en liefde hunkerend meisje vormt
tevens het uitgangspunt van den roman, die
zich geleidelijk tusschen leerlinge en direc
teur ontwikkelt geen nieuw thema maar
hier uitgewerkt in een serie fijne, dikwijls
ontroerende scènes. Simone Simon met haar
gave typeering van Marie Claudel en Herbert
Marshall in zijn beheerschte. aristocratische
uitbeelding van den directeur Dominik ma
ken het gegeven tot een gebeurtenis, die ge
geboeid volgt. Daarnaast is het Ruth Chatter-
ton. die een stukje zuivere filmkunst te zien
geeft als Anna Mathe. de toegewijde leerares,
die haar ilefde voor Dominik met groote zelf
opoffering prijsgeeft. En Constance Collier en
J. E. Bromberg vormen een paar groteske fi
guren als Augusta Wimmer en dr. Spindler,
waarlijk prachtige tegenhangers van Anna
en Stefan.
Zoo werd Ladislaus Podor's drama tot een
rolprent, die vele verdiensten bezit en daarom
een ruime belangstelling ten volle waard is.
Aan de hoofdfilm gaat een uitgebreid bij-
programma vooraf. Er is een teekenfilm,
waarin Mickey Muis op zonderlinge wijze
triomfen viert, verder een klucht met even
onwaarschijnlijke als dwaze voorvallen, een
muzikale fantasie en het journaal, dat ons
o.a. het bezoek van het prinselijk paar aan den
weldadigheidsvoetbalwedstrijd in Rotterdam,
den brand in het Crystal Palace en den kamp
EngelandHongarije laat zien.
Zondagmorgenvoorstelling.
Voor Zondagmorgen staat op 't programma
van het Rembrandt Theater een documen
taire film, „Spanje" genaamd, die den be
zoekers een beeld geeft van de schoonheid van
het thans zoo zwaar getroffen Iberische
schiereiland.
Mysterie film van
Jack Conway
Luxor
In een groot Hotel in New-York komt een
kalme jongeman uit het verre Westen, die
naar de stad is gekomen om zich een vrouw
te zoeken. Niet zoodra komt hij echter op
zijn kamer of, door de tusschendeur, die naar
de kamer er naast voert, ziet hij een lijk op
den grond liggen. Hij snelt naar beneden om
van zijn lugubere ontdekking kennis te geven,
doch bij zijn terugkomst blijkt de deur ge-
soten te zijn. Inmiddels deelt Miss Broussiloff,
een Russische jongedame aan haar vriendin
Phoebe, die telefoniste in het hotel is, mede,
dat Mr. Carlisle, een groot speculant, haar in
zijn kamer verwacht had om haar te vragen
mede te gaan naar Zuid-Amerika, doch dat
zij hem gezegd had niet meer met hem te
maken willen hebben, daar zij verloofd is
met een man uit een der meest vooraan
staande families van New-York. Terwijl zij
in zijn kamer was, hoorde zij iemand aan de
deur en verschool zich in de slaapkamer. Toen
zij terugkwam lag Carlisle dood op den grond.
In doodsangst vloog zij de deur uit, om even
later tot de ontdekking te komen, dat haar
diamanten armband, een
van haar verloofde, ver
dwenen was en zij vraagt
Phoebe nu, deze voor haar
te halen, daar zij zelf met
haar verloofde moet dineeren. Phoebe belooft
dit en komt juist in kamer 309, waar de moord
gepleegd is, wanneer Foxhall Ridgeway, de
jongeman die een vrouw zoekt, daar een on
derzoek instelt naar het lijk, terwijl in zijn
eigen kamer, No. 307, de Directeur van het
Hotel, Collis, een gesprek voert met Carlisle's
assisstent, Kent. Kent vertelt hem, dat hij de
kamer op naam van Carlisle gereserveerd had
en dat hij juist in 309 was, op het oogenblik
dat Collis aan de deur klopte om te zien of
het verhaal van Ridgeway op waarheid be
rustte. Kent en Collis besluiten dat Ridgeway
gedronken heeft en dat het heele verhaal op
hallucinatie berust en verdwijnen vervolgens.
Kent geeft Collis den raad niets te zeggen,
daar de dood van Carlisle een goede gelegen
heid is om geld te verdienen met a la baisse
speculeeren op de aandeelen in zijn vennoot
schap. Phoebe haalt Ridgeway over haar te
helpen bij het zoeken naar den armband, daar
deze verloren is door Miss Broussiloff, die een
brunette is, waarop Ridgeway juist verzot is,
terwijl hij in het geheel niets voor blondjes
voelt, zooals Phoebe. Deze is echter op slag
verliefd geworden op Ridgeway en probeert
hem op alle mogelijke manieën bij te staan.
Zij zoeken den armband, Phoebe gaat naar
beneden, Ridgeway vindt, dat de heele situatie
hoe langer hoe ingewikkelder wordt, vooral als
hij een brif je in zijn kamer vindt waarin staat,
dat hem wordt aangeraden nog dienzelfden
avond te vertrekken.
Franchot Tone.
Men ziet het, een situatie vol raadselen en
verrassingen. Wij zullen daarop niet vooruit-
loopen.
Franchot Tone speelt de rol van den rijken
cowboy zeer onderhoudend. Una Merkel is het
telefoonmeisje, dat niet op haar mondje is
gevallen. Het geheel is een zeer amusant ver
haal.
Frederic March en
Merle Oberon
Was het de vorige fïlmweek „de Witte Engel"
van Kay Francis, die de aandacht van film-
lievend Haarlem trok, „de Engel der Duister
nis" van Merle Oberon zal niet minder in de
belangstelling staan.
Deze Samuel Goldwyn film is een Ameri-
kaansche oorlogsfilm, waarin de hoofdrollen
gespeeld worden door Merle Oberon, Fredric
March en Herbert Marshall, een film, die
somwijlen tot tranen toe roert door het tragi
sche gebeuren, maar die ook doet genieten
door het zeldzaam knappe levensware spel
der drie hoofdrollen.
De film neemt al een begin als Kitty, Alan
en Gerald nog kinderen zijn. Alan, een wees,
wordt opgevoed door de ouders van Gerald.
Kitty is een buurmeisje. Met hun drieën zijn
ze altijd bij elkaar. Wie van de beide neefjes
ze aardiger vindt, weet ze niet. Als kind weet
ze het niet en als jong
meisje evenmin. Wanneer
de jongens bij het uitbre
ken van den oorlog naar
het front gaan, neemt ze
van beiden met dezelfde hartelijkheid
vriendschap afscheid. Bij hun eerste verlof
schijnt het haar plots duidelijk dat Alan de
gelukkige is. Het verloop van de film ver-
Cinema
Herbert Marshall.
klaart evenwel die voorkeur niet, zoodat het
den toeschouwer lijkt, dat in deze het toeval
Alan goed gezind is geweest, door hem het
eerst in staat te stellen Kitty zijn liefde te
verklaren. Gerald toont zich hier een zeer no
bel vriend. Door een plotseling ingetrokken
verlof is er geen tijd meer om zich te laten
trouwen door den reverend, maar voor het
kerkje verklaren ze zich tot man en vrouw.
Met een paar uur moeten Kitty en Alan al
afscheid nemen, en ze suggereeren op aangrij
pende wijze het leed dat duizenden jonge
mannen en jonge vrouwen in dien tijd heb
ben moeten dragen en doormaken. Van een
nachtelijken onderzoekingstocht komt Alan
niet terug; hij wordt vermist gemeld. Als de
oorlog eindelijk voorbij is, keert alleen Gerald
terug.
Alan is evenwel niet gesneuveld, hij is door
den vijand gevangen genomen en hij heeft
het gezicht verloren. Een zwaren strijd heeft
hij nu met zichzelf te voeren: Mag hij het
jonge, glanzende leven van Kitty binden aan
een blinde? Is het voor haar niet beter dat
hij dood is? Als hij op weg naar Kitty is,
dringen die vragen zich weer aan hem op; hij
krijgt visioenen van Kitty, die hem met alles
de behulpzame hand moet bieden en wiens
leven één opoffering zou moeten worden! Dat
mag hij niet doen! Hij stapt in een ander
dorpje uit en vestigt zich daar onder een an
deren naam.
Door een toeval komt hij weer in contact
met Kitty, die de bruid van Gerald is gewor
den. Hij veinst niet meer van Kitty te hou
den en weet voor korten tijd zijn blind-zïjn
voor haar en Gerald te verbergen, maar de
waarheid komt aan het licht en Gerald toont
zich wederom de nobele zelfverloochenende
ziel en trekt zich terug.
Behalve de drie genoemden, die de film
voor u doen leven, zijn de kinderrollen ook in
goede handen, vooral de kleine Betty, het
kind uit het dorpshotelletje, is een
snoesje; de zesjarige Kitty, hoewel een leuk,
vlot kindje, is door sommige eigenwijze
dingen die ze moet zeggen en doen, niet zoo
aannemelijk.
Het Éclair Journaal in het voorprogramma
geeft voornamelijk oorlog en oorlogstuig.
Profilti geeft nieuws van eigen bodem en
we krijgen ook eenig idee van de ontzettende
verwoesting die de groote brand in het Crys
tal Palace te Londen heeft aangericht.
FILMKUNST.
Met Danielle Darrieux
en Charles Boyer
Den 30sten Januari 1889 zijn in één der ver
trekken van het jachtslot Mayerling de ont
zielde lichamen van Rudolf van Habsburg, de
troonopvolger van Oostenrijk, en baronesse
Maria Vetsera gevonden. Zij hadden zich van
het leven beroofd.
Dit is het nuchtere feit, dat de geschiedenis
vermeldt. En om deze gebeurtenis heen heeft
de regisseur Anatole Litvak een film gecom
poneerd, die ons de Liefde, de alles overwel
Frans Hals
digende Liefde, die twee menschen zoo vol
komen beheerscht, dat daarbuiten niets meer
voor hen kan bestaan, in alle eenvoud en
aangrijpende waarheid voor oogen stelt.
Neen, Mayerling
is geen melo-drama-
tisch filmwerk van
een ongelukkige
liefde, het is een
oprecht document van een liefdestragedie, die
de wereldgeschiedenis toevallig bewaard heeft.
Het is de film van de Liefde, die de wereld
en tenslotte, als het moet, ook het leven over-
wint.
Het gevaarlijke motief, dat zoo gemakkelijk
kan leiden tot onsmakelijke Kitsch, heeft
Litvak op meesterlijke wijze zoo zuiver uitge
werkt, dat zelfs de onverbeterlijks te nuchter -
ling zijn ontroering niet meer zal kunnen
verbergen. En die nuchter ling behoeft zich
daarvoor niet te schamen, want hij heeft hier
van aangezicht tot aangezicht gestaan met
het schoonste en overweldigendste levensver
schijnsel, de zuivere, volkomen liefde.
Dat is de groote geestelijke waarde van deze
film. die bovendien nog een andere verdienste
heeft. En dat is de sublieme wijze waarop de
menschen achter de camera hun taak vervuld
hebben. De voordeelen van de filmtechniek
zijn buitengewoon fijnzinnig uitgebuit, zonder
dat gebruik werd gemaakt van pompeuze mid
delen. zooals bij Amerikaansche films maar al
te vaak het geval is. Kleine onderdeelen als
in het begin de schaduw van voobijmarchee-
rende soldaten op een muur (hetgeen slechts
één voorbeeld uit velen is) stempelen Mayer
ling tot een uit het oogpunt van filmkunst
beschouwd, voortreffelijk werk.
Tenslotte de derde uitnemende eigenschap
van deze film: het spel van de hoofdfiguren
Charles Boyer en Danielle Darrieux.
Deze twee artisten zijn kunstenaars van de
bovenste plank. Welk een dynamiek in het
spel van Boyer, welk een natuurlijke gratie
en charme in dat van Darrieux; welk een
schitterend getypeerd overgevoelig en volko
men liefhebbend mensch. deze Rudolf van
Habsburg, welk een waarlijke vrouw, groot in
haar liefde, deze Maria Vetsera!
Mayerling is een film, waarmee de Fran-
sche filmindustrie, die ons reeds met zoovele
vootreffelijke producten verblijdde, een van
haar hoogste prestaties tot nog toe geleverd
heeft.
De zeer, zeer weinige critiek, die men nog
kan hebben, zinkt in het niet bij de groote be
wondering, die Mayerling bij ons heeft opge
wekt.
Li het vooiprogramma draait een film uit
de Betty Boop-serie, die ditmaal meer de lot
gevallen van haar hondje en haar duif dan
die van de beroemde Betty zelf behandelt.
Journaals uit binnen- en buitenland vol
tooien het programma.
ZONDAG 6 DECEMBER.
HILVERSUM I 1875 M.
8.30 NCRV, 9.30 KRO, 5.00 NCRV, 7.45—
11.00 KRO.
8.30 Morgenwijding. 9.30 Gram.pl. 10.00 Hoog
mis. 11.30 Gram.pl. 12.15 KRO-Melodisten
mmv solist. 1.00 Boekbespreking. 1.20 Feest
programma door de Joego-Slaven in Limburg.
2.00 Godsdienstonderricht. 2.30 Muzikale cau
serie. 2.45 Sted. Orkest van Maastricht en
Gram.pl. 4.00 Ziekenlof. 4.55 Sportnieuws. 5.00
Gewijde muziek (gr.pl.) 5.20 Ned. Herv. Kerk
dienst. Hierna: Chr. Gem. Zangvereen. „Zingt
den Heer". 7.45 Sportnieuws. 7.50 Medische
causerie. 8.10 Berichten ANP. Mededeelingen.
8.20 „The Novelty Five". 8.40 St. Nicolaas-
vertelling. 8.55 KRO-orkest mmv. solist. 9.35
Gram.pl. 9.40 „Novelty Five". 10.00 Gram.pl.
10.05 2de deel „Adventstemmen". mmv. kna
penkoor. 10.30 Berichten ANP. 10.35 Gram.pl.
10.4011.00 Epiloog.
HILVERSUM n 301 M.
8.55 VARA, 10.00 VPRO, 12.00 AVRO, 5.00
VPRO. 5.30 VARA, 8.00 AVRO.
8.55 Gram.pl. 9.00 Voetbalnieuws. 9.05 Tuin-
bouwpraatje. 9.30 Orgelspel. 9.45 „Van staat
en maatschappij", causerie. 10.00 Zondags
school. 10.30 Ned. Herv. Kerkdienst. 12.00 Or
gelconcert. 12.10 Filmpraatje. 12.35 Kovacs
Lajos' orkest. 1.10 Schilderij-bespreking. 1.30
Vervolg Kovacs Lajos. 2.00 Boekbespreking.
2.30 Piano-recital. 3.05 Declamatie en Gram.
pl. 3.40 Omroeporkest, kinderkoor „Zanglust"
en solisten. 4.15 AVRO-Dansorkest. 4.55 Sport
nieuws ANP. 5.00 Gesprekken met luisteraars.
5.30 „Hoe leert men denken", causerie. 5.50
Gram.pl. 6.00 Voetbalpraatje. 6.15 Sportnieuws
ANP. 6.20 VARA-orkest. 7.00 Populair pro
gramma mmv. de Ramblers en solisten. 8.00
Berichten ANP. Mededeelingen. 8.15 St. Nico-
laas-Programma. 9.00 Radio-journaal. 9.15
Causerie. 9.25 Omroeporkest en solisten. 10.15
Het ensemble „Musica Antique". 11.00 Berichten
ANP. 11.10 Revue-programma. Hierna AVRO-
Dansorkest tot 12.00.
DROITWICH 1500 M.
12.50 Het Londensch Palladiumorkest. 1.50
Mantovani's orkest. 2,20 Tuinbouwpraatje. 2.40
BBC-Harmonieorkest. 3.20 Gram.pl. 4.00 Re
ligieuze causerie. 4.20 BBC-orkest mmv. solist.
5.20 Cyclus „The Spiritual Life". 4.20 Het Pro
Arte strijkkwartet mmv. solist. 6.35 Film
praatje. 6.50 Radiotooneel met muziek. 7.35
8.10 Louis Preil en zijn orkest. 8.20 Kerkdienst.
9.05 Liefdadigheidsoproep. 9.10 Berichten. 9.25
„North of 70 degrees", causerie. 10.05 BBC-
Theater-orkest. 10.50 Epiloog.
RADIO PARIS 1648 M.
7.20 en 8.20 Gram.pl. 11.20 Parijsch Kamer
orkest. 12.20 Orgelconcert. 1.20 Vervolg con
cert. 3.20 Porée-orkest. 5.35 Parijsch Sj'mpho-
nie-orkest, de Schola Cantorum en solisten.
7.50 Zang. 8.20 en 9.05 Radiotooneel. 11.20
12.25 Bailly-dansorkest.
KEULEN 456 M.
5.20 Havenconcert. 7.35 Westduitsch Kamer
orkest. 9.50 Gram.pl. 11.20 Omroepkleïnorkest,
mandoline-orkest en accordeon-duo. 3.20 Ge-
var. programma, mmv. solisten, het Omroep-
kleinorkest en -koor. 5.50 Gram.pl. 6.20 Viool
en piano. 7.20 Omroeporkest, -koor en solis
ten. 9.5011.20 Dansmuziek.
BRUSSEL 322 M.
9.25 Gram.pl. 10.20 Klein-orkest. 11.05 Gram,
pl. 11.50 Piano-recital. 12.20 Gram.pl. 12.50
Omroeporkest. 1.30 Salonorkest. 1.50 Gram.pl.
2.35 J. Schnyders' orkest. 3.20 Gram.pl. 3.35 J.
Schnyders' orkest. 5.20 Gram.pl. 6.20 Kamer
muziek. 7.20 Gram.pl. 8.20 Omroeporkest en
solisten. 10.30 Gram.pl. 11.3512.20 Dans
muziek.
BRUSSEL 484 M.
9.20 en 10.20 Gram.pl. 11.20 Kleinorkest. 12.20
Gram.pl. 12.50 Salonorkest. 1.30 Omroeporkest.
1.50 Orgelconcert. 2.50 Gram.pl. 3.05 Sympho-
nieconcert. 5.20 Jeugduur. 7.35 Gram.pl. 8.20
Omroepsymphonieorkest en Kinderkoor. 9.20
Literair programma. 9.50 Vervolg concert. 10.30
Omroepdansorkest. 11.2012.20 Gram.pl.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M
7.20 „Das Dorf ohne Glocke", operette. 9.20
Berichten. 9.50 Het Lutz-Strijkkwartet. 10.05
Weerbericht. 10.2012.15 Egon Kaiser's Dans-
orkest.
RADMOORS N.V.
KRUISSTRAAT 38, TELEF.14609
OFFICIEEL PHILIPS REPARATEUR
(Adv. Ingez. Med.)
MAANDAG 7 DECEMBER 1936.
HILVERSUM 1875 M.
NCRV-uitzending.
8.00 Schriftlezing; 8.15 Gram.platen; 10.30
Morgendienst; 11.00 Chr. Lectuur; 11.30 en
12.15 Gram.platen: 12.30 Orgelconcert; 2.00
Voor de scholen; 2.35 Gram.platen; 3.00 Cau
serie over kamerplanten; 4.00 Bijbellezing;
5.00 Gram.platen; 5.30 Viool, cello en piano;
6.30 Vragenuur; 7.00 Berichten; 7.15 Vra
genuur; 7.45 Reportage: 8.00 Berichten A.
N. P.; 8.15 Leger des Heils-samenkomst; 9.15
„Hoe de kinderen te Amsterdam het St. Ni-
eolaasfeest vierden"; Reportage v. d. voor
bereidingen voor de huwelijksfeesten. (Om
10.00 berichten A.N.P.); 10.30 Gram.platen.
HILVERSUM II 301 M.
Algemeen programma, verzorgd door
de VARA. 10.00 VPRO.
8.00 Gram.platen; 10.00 Morgenwijding
VPRO. 10.20 Voordracht; 10.40 „Melody Cir
cle"; 11.15 Vervolg voordracht; 11.30 Vervolg
concert; 12.00 Orgelspel; 12.30 De Fliereflui
ters en gram.platen; 2.00 Paedagogische cau
serie; 2.15 Gram.platen; 2.30 Zang: 3.00 Gra-
mofoonplaten: 3.30 Piano-recital: 4.00 VARA-
orkest: 4.30 Kinderuurtje; 5.00 Vervolg con
cert; 5.45 Gram.platen; 5.50 De Ramblers;
6.35 Muzikale causerie en piano; 7.10 Veillg-
heidskwartiertje; 7.30 „De Roodborstjes";
8 00 Herh. SOS-ber.; 8.03 Berichten A.N.P.;
8.10 Volksliederenconcert; 8.40 Voordracht;
9.00 Residentie-orkest en violist; 10.00 Be
richten A.N.P.; 10.04 Gram.platen; 10.15 Ver
volg concert; 11.00 Dansmuziek (Gr.pl.)
DROITWICH 1500 M.
11.05 Orgelspel; 11.35 Gram.platen; 12.05
Gram.platen; 12.20 Religieuze causerie; 12.45
BBC-Northern-Ireland-orkest; 1.20 Sport-
reportage; 1.40 Orgelconcert; 3.20 Gram.pl.;
4.20 Fluit en piano; 4,50 Gram.pl.; 5.20
„Christmas shopping", causerie; 5.35 W. Col
lins en zijn orkest; 6.20 Berichten; 6.40 Land-
bouwcauserie; 7.00 Pianorecital; 7.40 Geral-
do's orkest en solisten; 8.20 „What do we
mean by a group mind", causerie; 8.50 Het
Alfredo Campoli Trio: 9.20 Berichten; 9.40
Buitenlandsch overzicht: 9.55 Radiotooneel;
10.35 BBC-orkest, en piano-duo: 11.35 Het
Grosvenor House Dansorkest; 11.50 Dans
muziek (gr .platen).
RADIO PARIS 1648 M.
7.20 en 8.20 Gram.platen: 11.20 Poulet-ka-
merorkest; 2.50 Radiotooneel; 4.20 Orkest
concert; 5,50 Parijsch Symphonie-orkest; 8.25
Operette-uitzending; 9.05 Loewenguth-kwar-
tet, cello, zang en voordracht; 11.20 Andolfi-
dansorkest.
KEULEN 456 M.
5.50 Orkestconcert; 7.50 Hans Bund's or
kest, 11.20 Orkestconcert; 12.35 Omroepor
kest; 3.20 Orkestconcert; 4.10 Omroeporkest
-koor en solist; 5.20 Kamerkwintet; 8.20 Ge-
var. concert; 9.50 Fluit en cembalo; 10.20
Orkestconcert.
BRUSSEL 322 M.
12.20 Gram.platen; 12.50 Omroeporkest;
1.30 Omroeporkest; 1.50 Gram.platen; 5.20
Omroeporkest; 6.50 en 7.20 Gram.platen; 8.25
Omroepsymphonie-orkest, en pianist; 10.30
Gram.platen.
BRUSSEL. 484 M.
12.20 Gram.platen; 12.50 Omroepdansor
kest; 1.30 Omroeporkest; 1.50 Gram.nlaten;
4.20 Fud Candrix' dansorkest; 6.35 Kamer
muziek; 7.20 Gram.platen; 8.20 en 9.35 Om-
roepkleinorkes; 10.30 Omroepdansorkest.
DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M,
7 30 Omroeporkest; 8.20 Radiotooneel; 9.20
Berichten; 9.50 Pianoduetten; 10.05 Weerbe
richt; 10.20 Gevar. programma.
Muizen, Demonen en zingende
Negers.
Er is tweeërlei soort tweedehandschheid in
de litteratuur. De eerst brengt eene mentali
teit, die in den vreemde ontstaan is, onder
levensbelnvloeding, die men hier gaarne uit
den weg gaat, over in de eigen litteraire pro
ductiede tweede vertolkt eenvoudig, open
en eerlijk de ons vreemde sentimenten in
onze eigen taal en dient slechts als bemidde
laar tusschen onze en vreemde gevoelswe
relden.
Van beide soorten zouden wij, dunkt mij.
een uitnemend specimen kunnen bespreken
als wij Jo Otten's „Muizen en Demonen"
(Arnhem. Van Loghum Slaterus) onder één
hoedje trachten te vangen met de door Jan
H. Eekhout bewerkte neger lyriek die hij
onder den titel „De neger zingt" publiceerde
(bij de Uitg. Maatschappij Holland).
Jo Otten's bundel bevat een zestal verha
len, waarvan de Biecht in de Gevangenis ver
reweg het (in zin en omvang) belangrijkste
15 Men kent den schrijver als een der beste
Hollandsche prozaïsten onder de jongeren,
weet ook dat hij geen levensblij schrijver is.
doch in de keuze zijner onderwerpen een voor
keur vertoont voor de leer. dat het in troebel
water goed visschen is.. Een beetje phychisch
defect zijn zijn figuren als regel wel: het is
de litterair schoone omkleeding die ze in
teressant maakt. Maar het vervelende is dat
de schrijver ze toch niet geheel en al aan
vaardbaar kan maken. En dat het te veel
litteratuur blijft, zonder levenden achter
grond.
Het gewaardeerde pessismisme van Otten is
import, maar verbazend knap gedoseerd en
keurig verpakt. Hij maakt den lezer soms
kriebelig en geneigd te zeggen: „schei nu eens
uit en probeer eens wat anders", maar men
leest toch verder omdat het alweer zoo goed
geschreven is.
De biecht in de gevangenis wordt afgelegd
door een heer die zijn vrouw gewurgd heeft.
Zij zijn heel gelukkig samen geweest, maar
de heer moest nu en dan ontrouw wezen.
„Ontrouw biecht hij omdat dat de ge
bruikelijke uitdrukking is, maar ik kan u
verzekeren dat ik haar nooit trouwer was,
dan toen ik haar bedroog"
Iemand die zulke smoesjes verkoopt is be
zig op gevaarlijke wijze zichzelf in de luren te
leggen. Hij moet eens nagekeken worden.
Maar de heer daast steeds verder, blijft
trouw en ontrouw op speelsche wijze met
elkaar afwisselen en er is per slot van rekening
stom verbaasd als zijn vrouw, die afwisseling
moede, hem en zijn huis verlaat. Het tragi
sche moment komt als zij na eenigen tijd
hun kind Berthe, waaraan hij verknocht is,
voor zich opeischt. Bij een laatste ondeöhoud.
in het park, wurgt hij haar, die hij nog
steeds lief heeft, in een vlaag van waanzin
nigen angst dat zij hem zijn Berthe ontne
men gaat. In een voorafgaand verhaal heeft
een andere heer zijn vrouw met een brood
mes doodgeprikt, hóewei hij haar zielfslief
had, omdat zij naar zijn inzicht meer van
onzen lieven Heer dan van hem hield. Littera
tuur, dat alles, waarin naar het ons voor
komt niet veel groei meer zit, al wordt ze ook
nog zoo technisch perfect gepresenteerd. Men
kan er benieuwd naar zijn of en hoe een knap
auteur als Otten zich, aan wat een manier
wordt, zal onttrekken.
De import van Jan H. Eekhout, die Negerly-
riek op prachtige wijze in het Hollandsen
overbracht, is ven-assender. Negerlyriek. Een
gansche rij dichters is uit het zwarte ras
voortgekomen en hunne namen zullen de
meesten onzer nieuw zijn. Kende men Lang-
ston Hughes in Holland of Claude McKay? Ik
noem twee dichters die mij bij eerste ken
nismaking het belangrijkst leken. Er is veel
opstandigheid in tegen het blanke ras. er zijn
veel liederen van wraak over geleden smaad
maar er is ook veel weemoed over verloren
paradijzen, verloren aan de blanke „bescha
ving". En in de „spirituals", de oude volks
liederen waarvan de makers onbekend bleven,
vindt men een innig-religieusen zin, die de
eentonigheid der versificatie doet vergeten.
Hoe uitnemend door Eekhout deze en an
dere verzen zijn overgezet, zeide ik reeds. Ten
bewijze citeer ik de eerste strofen van een
Sonnet van Claude McKay.
„Niet eeuwig zal ik u den oogst bereiden,
Zult gij genieter van de vruchten zijn
Niet eeuwig zal ik d'angstige vluchter zijn,
Niet eeuwig, waar ik strijd, zal ik ster-loos
strijden.
Niet eeuwig zal ik u ons lied verraden,
U ten clownesken amuseerder zijn
Niet eeuwig zult gij grif mijn meerdere zijn,
Mijn recht vertreden en mij lachend
smaden.
En van Langston Hughes dit „Heimwee":
Het is een groot treurig gezang
Van ijzeren balken en staven,
Hoog over met zwaar gezang
De trainen razen.
'k Ben één van hen die van eenzaamheid
Nimmer genazen.
Zwart ben ik. Een neger.
Ik ben moe als geen.
Naarwaar de treinen stilstaan,
Drijft mijn hart mij steeds heen.
Maar iedere wagen laat mij
Achter en dieper alleen.
Heimwee, heimwee, zeg, gij, Heeren,
Is een wolf die bijt,
Heimwee, heimwee. Mevrouwen,
Rijtrijtrijt.
In mijn strot steekt de gillende schreeuw
van
De pijn die ik lijd.
Wijd-open sper ik den mond en ik
Lach. Lach. Altijd.
Nieuwe Uitgaven:
Anne de Vries. Verhalen uit het land van
Bartje, Geïllustreerd kwarto boekwerk. 109
pag. NijkerkCallenbach.
Marie Gevers. De reis naar het land van
belofte. Roman 260 pag. Nederl. bewerking
van Premsela. Den Haag. Z.-Holl. Uitg. Mij.
Clarence Day. Dictator. Roman 240 pag.
Nederl. bewerking van mevr. E. C. Pierson en
Jan Walch. Zelfde uitgevers.
Daphne du Maurier. De geschiedenis van
mijn vader (den teekenaar Gerald du Mau
rier» Nederl. bewerking van Clara Asscher
Pinkhof. Zelfde uitgevers.
Michel Sjolochow. De Steppen in vuur
en vlam. Uit het Russisch door S. van Praag.
514 pag. Amsterdam. Wereldbibliotheek.
Leo Lania. Land van belofte. Uit het
Duitsch door Nico Rost. Amsterdam. Nederl.
Keurboekerij. 411 pag.
Alexander Poesjkin. Jubileumuitgaaf der
Novellen. 372 pag. Den Haag. Boucker. (Fo-
lemprise-serie.)
Jeanne Oterdahl. Late Zomer. Vert. door
N. Basenau—Goemans. 132 pag. Amsterdam.
J. M. Meulenhoff.
A. Gervais. Chineesche Idylle. Vert. door
N. Brunt. 166 pag. Den Haag. Boucher.
H. Talbot. Straatmadelieven. Vert. door
C. G. Hartelust—'t Hoen. 244 pag. Zelfde Uit
gevers (in hun Karavaan-serie).
Wouter van Riesen. De vruchtelooze
Strijd. Roman uit den 18e eeuw. 237 pag. Am
sterdam. Uitg. Mij. Holland.
W. Groeneveldt. in het land der blauwe
Vulkanen. Roman. 290 pag. Haag. Leopold.
Jan II. Ecekhout. De neger zingt. Amerik.
negerlyriek 66 pag. Amsterdam. Uitg. Mii.
Holland.
J. K. Lofvers. De polderjongens domi
nee. Roman van het Volk van den Afsluitdijk.
337 pag. Amsterdam. Zelfde Uitgevers.
Jo Kalmijn Spierenburg. Langs den weg.
Gedichten. 32 pag. Amsterdam. Zelfde Uit
gevers.
H. J. Nijnatten—Doffegnies. Ontaarde
zoon. Roman. 269 pag. Bussum—Van Dis-
hoeck.
J. J. van Geuns. De landschappen der
ziel. Gedichten. 61 pag. Bussum—Van Dis-
hoeck.
Dorothea Brande. Ontwaak en leef! Uit
het Amerikaansch 154 pag. Leiden, Leidsche
Uitgevers My.
L. Bonga. De wereld wacht. Dialoog met
spreekkoren. 20 pag. Assen—Van Gorcum en
Comp. J. H. DE BOIS.