Films van deze week
The murder
man
Anthony Adverse
„Ramona" in kleuren
3 Marx Brothers"
RAM®,
__irH
LITTERAIRE
KANTTEEKENINCEN
LATERE) AG 19 DECEMBER 1936
HAAR T. E M'S D A G B E A D
3
FILMNIEUWS
Luxor
Virginia Bruce
Spencer Tracy
„The murder man" Is vertaald als „de ver-
leider" en deze titel zou allicht tot misverstand
aanleiding kunnen geven. De „murder man"
is verslaggever van de Star, specialist in Ame-
rikaansche journalistiek en in het bijzonder in
moord-„stories" en de verleider is een ander.
Het is moeilijk iets van deze
film te vertellen zonder er
tevens iets van te verklappen.
Het begint in de pers-kamer
van het politiebureau. Het is
er de razende drukte, die we van Amerikaan-
sche films kennen. Telefoons ratelen, verslag
gevers rennen af en aan. Dan komt plotse
ling het bericht, dat er een moord is gebeurd,
een belangrijke moord op een belangrijk man.
Alles vliegt weg, tuk op nieuws. Maar er is er
één, die er niet bij is. Het is Stephen Grey, de
murder-man, de moord-reporter. Dan vliegt
het verhaal voort, langs het onderzoek, Grey's
opzienbarende ontdekking, dat de moord daar
en daar gepleegd moet zijn, op die en die
manier. En dan tenslotte luistert Stephen een
telefoongesprek af, dat de beiwijsketen sluit
om
Men is zeker van de schuld van den ver
dachte. Een rechtzitting volgt. Stephen Grey
getuige, de eenige beslissende getuige. En
toch
Stephen Grey is voor alles verslaggever en
de Star heeft alles
het eerste. Maar toch
niet alles, want zoo
als het begint in de
perskamer van het
politiebureau, zoo ein
digt het in de kamer
daarnaast, in de ka
mer van den commis
saris. Daar bekent
een moordenaar, dat
hij een man gedood
heeft en hij vertelt,
waarom hij dat deed.
Stephen Grey heeft
het van te voren ge
weten, de „story" is
geschreven voor de
bekentenis is afge
Spencer Tracy.
legd. Maar hij komt voor het eerst te laat.
Maar dit alles is niet het belangrijkste van
deze film. Het belangrijkste van de intrige ver
tellen wij hier niet, omdat wij er niemand een
dienst mee zouden bewijzen. Maar wij willen
hier wel zeggen, dat „De Verleider", hoe ver
keerd de titel ervan ook is, een goede, buiten
gewoon goede film is. De eer daarvan komt in
de eerste plaats toe aan Spencer Tracy, die hiel
de „murder-man" is, en in de tweede plaats
aan den regisseur Tim Whelan. Het is knap
werk, veel beter dan gewoonlijk bij films, die
in dit milieu van politiemannen en reporters,
moorden en terechtzittingen spelen, te zien
valt.
Frederic March met Mervyn
Leroy als regisseur
Waarschijnlijk is het groote succes van
Hervey Allen's boek, dat hier in Nederland,
evenals de film, als „De kleine Madonna"
verscheen, de aanleiding geweest tot de ver
filming. Daardoor
Frans Hals
werd de regisseur
voor een wel zeer
moeilijke taak ge
steld: niet alleen
dat hij een populair boek zóó moest verfil
men ook voor de lezers van het boek aan
trekkingskracht behield, doch bovendien
was hij genoodzaakt de ruim 1200 pagina's
van Allen's roman in een enkele film samen
te vatten.
Dat daarbij de psychologische ontwikke
ling van de hoofdpersonen in het gedrang
komt. is onvermijdelijk. Dit verklaart waar
schijnlijk de in de film niet erg waarschijn
lijk gemaakte verandering van de zacht
moedige Anthony Adverse in een wreeden
slavenhandelaar.
Doch dit verklaard zeker niet, waarom de
regisseur er niet inslaagde, de aandacht ge
durende de lange film geboeid te houden.
Juist het groote aantal gebeurtenissen had
de film" meer vaart moeten geven.
Toch is er in deze film zeer veel te waar-
deeren. In de eerste plaats wel de vrijwel
vlekkelooze fotografie waardoor een werke
lijk zeer behoorlijke rolprent ontstond. Doch
ook het soel van Frederic March, als Antho-
nv Adverse is niet alleen elegant, zij het mis
schien wat te koel ik denk hierbij vooral
aan zijn houding tegenover zijn pleegvader
dodh alleszins aanvaardbaar. De vrouwe
lijke hoofdrol Angela Guessippi, vertolkt
door Olivia de Havilland kon mij veel minder
bekoren. Opmerkelijk zijn de beide knapen-
rollen, die van Anthony zelf, door Billy
Manch, doch vooral die van zijn zoontje,
door Scotty Beckett.
Het zou ondoenlijk zijn, het scenario weer
te geven. Vermeld zij slechts, dat het laat
ste deel van Allen's boek werd weggelaten,
wat m.i de film niet ten goede komt, daar
zij nu niet „af" is.
Het geheel werd echter een bekoorlijke,
charmante avonturenfilm, met. uitstekende
decors en regie, die zich vooral naar het
einde toe aanmerkelijk verstrakt, wat het ge
heel ten goede komt. Een film, die de lezers
van Allen's baek moeten gaan zien, om de
vele bekenden, die zij er in zullen aantref
fen. en die voor de niet-lezers aanleiding
zal zijn, Allen's boek ter hand te nemen.
Een opmerking moet, mij nog van het
hart. De Napoleon iRollo Lloyd) welke Leroy
ons brengt wijkt toch wel heel sterk af van
de gangbare Napoleon -figuur. Een regie
fout. die mij onverklaarbaar lijkt.
Doch ik herhaal, ondanks al deze bemer
kingen, die misschien slchts opvallen, door
het hooge peil waarop de g.eheele film staat,
een voortreffelijke rolprent.
1000 spelers onder regie
van Henry King
Ramona Is een volgens het nieuwste kleuren-
procédé vervaardigde 20th Century-Fox Film.
De stof voor deze film leverde de roman van
Helen Hunt Jackson. De regisseur Henry King
heeft het gegeven op romantische, soms span
nende. soms minder aannemelijke wijze ver
werkt. De drie hoofdrollen zijn in handen van
Loretta Young, Don Ameche en Kent Taylor.
Van deze drie is Lo-
Rembrandt
retta verreweg de beste.
Op haar bewegelijk ge
zicht teekenen zich
alle aandoeningen dui
delijk af. haar spel is zuiver en diep mensche-
lijk. haar karakter en haar geheele wezen zijn
een open boek voor den toeschouwer, terwijl
men bij den Alessandro van Don Ameche
eenig-szins voor een raadsel staat, wat z'n dik
wijls onbewogen uiterlijk eigenlijk bedoelt te
geven.
Dat de kleurenfilm nog niet daar is, waar
zij moet zijn, bewijst ook. deze film weer, al
zijn er vele stukken, die aangenaam voor het
het oog zijn. De inhoud van Ramona is in 't
kort de volgendeRamono, de dochter van een
Indiaansche. die jong gestorven is, wordt op
een ranch opgevoed gelijk met den zoon van
haar pleegmoeder. Deze zoon, Felipe Moreno,
gespeeld door Kent Taylor behoort tot de
groote schare aanbidders van Ramona, die
voor hem echter slechts zusterlijke genegen
heid heeft. Haar liefde geeft ze aan Allessan-
dro (Don Ameche i die op de ranch van haar
pleegmoeder de schapen komt scheren en
zoon is van een Indiaansch stamhoofd. Tegen
den wil van haar pleegmoeder vlucht ze met
hem naar zijn bezitting. De vruchtbare, goed
bewerkte gronden leveren hun een goed be
staan en ze leven met hun kleine dochtertje
heel gelukkig met elkaar, als aan dat rustige
geluk plots een einde komt, doordat ze door
landverhuizers verdreven worden. Verzet tegen
de overmacht baat niet en in stroomenden
regen trekken ze op een open wagen verder
het land in, waar ze door „Tante Ria" liefde
rijk in haar huis worden opgenomen. Het
grootste leed komt nog over Ramona doordat
haar man, die medicijnen voor het ziekgewor-
den dochtertje ver weg uit het naburige stadje
moet hélen door een Yankee wordt doodge
schoten, omdat hij in ruil voor zijn paard, dat
kreupel was geworden, zoolang een paard van
den Yankee nam. In dien tijd was paarden
diefstal in Amerika een halsmisdrijf, vooral
bedreven door een Indiaan. Er werden korte
metten gemaakt met paardendieven, zonder
bedenken werden ze neergepaft.
Om deze film niet al te droevig te laten
eindigen, verschijnt juist als Ramona van de
begrafenis komt, haar goede oude trouwe
vriend Felipe Morena aan wiens borst ze haar
leed uitschreit en in wien ze een toegewijd
kameraad zal vinden.
Het voorprogramma geeft binnen- en bui-
tenlandsch nieuws, o.a. de opening van de
Moerdijkbrug door de Koningin en de laatste
vaart van de veerpont in een sluier van nevel.
Frederick March als Anthony Adverse
(Frans Hals).
Loretta Young in en als „Ramona".
„Een avond in de Opera"
van Sam Wood.
„Een avond in de opera", was de eerste film,
waarmede de Marx Brothers respectievelijk
Groucho, Harpo en Chico genaamd voor het
forum van de Amerikaansche filmwereld ver
schenen. Hun humor bleek er „als koek" in te
gaan, de film werd een Schlager van de eerste
grootte en de drie dwaze gebroeders stonden
meteen op het hooge voetstuk der populariteit
Cinema
De drie „Marx Brothers".
Na den triomftocht aan gene zijde van den
Oceaan begon de film haar tournée in Europa.
Ook hier bleek men in hun grappen en grollen
veel plezier te hebben, in Londen en Parijs
draaide de film verscheidene weken.
Na Amsterdam is nu
Haarlem aan de heurt
en wij twijfelen er niet
aan of ook in onze stad
zal het vroolijke trio een
dankbaar publiek vinden. De Marx Brothers
zijn allround-clowns. Zij scheppen de dolste
situaties, houden eindelooze gesprekken, die op
niets uitloopen, verrichten te pas en te onpas
acrobatische toeren en bespelen hun verschil
lende instrumenten met groote vaardigheid.
Wij zien Groucho, Harpo en Chico onder aller
lei zonderlinge omstandigheden, waaruit zij
zich meestentijds op het laatste nippertje
weten te redden. Of ge ze ontmoet als pseudo-
oorlogshelden, waarbij .ze de grootste moeite
hebben hun valsche baarden in bedwang te
houden, of als de onverwachte nieuwe leden
van het opera-orkest overal geeft hun ver
schijning aanleiding tot de ergste wanorde en
misverstanden. De zotheid stijgt van tafereel
tot tafereel en vindt ongetwijfeld zijn climax
in de wilde gebeurtenissen achter de coulis
sen, waar Harpo in zijn eentje de Grootsch
opgezette première van „II Trovatore" in de
war weet te sturen, ondanks het heele leger
belagers, dat hem op de hielen zit.
Het spreekt vanzelf, dat tusschen de
clownerieën van de Marx Brothers door een
liefdeshistorie loopt, al raakt deze ,„draad"
begrijpelijkerwijs wat op den achtergrond.
Het love-team bestaat uit Allan Jones en
Kitty Carlisle, die er beide mooie stemmen
op na houden. Kitty Carlisle, „crooneress" bij
uitnemendheid, zingt o.a. het lieve jazz
deuntje „Alone".
Wie een middel tegen pessimisme zoekt,
die zal bij de Marx Brothers zeker niet ver
geefs te rade gaan. Hun probate medicijn
zal ongetwijfeld op heel wat Nurkschen een
heilzamen invloed hebben!
In het voorprogramma zien wij onzen
ouden vriend Charley Chase weer eens in
actie, 's Mans vreemde lotgevallen brengen
natuurlijk de noodige hilariteit teweeg..
Het journaal bevat opnamen van de ope
ning van den Moerdijkbrug en de voorbe
reidingen voor de feestelijkheden bij het vor
stelijk huwelijk in de residentie.
KON. LIEDERTAFEL
,,Zang en Vriendschap"
Indien onze Koninklijke Liedertafel nog
had moeten bewijzen na haar verrichtin
gen van het vorige seizoen is dat eigenlijk
overbodig! dat zij onder Frits Schuurman's
leiding weer tot de artistieke hoogte barer
meest roemruchte jaren gestegen is, dan zou
haar Vrijdagavond gegeven verklanking van
Bruckner's „Um Mitternacht" daarvoor al
voldoende geweest zijn. Schitterend was de
koorklank, ook daar, waar de opdrijving der
stemmen de tenoren gingen tot de hooge
c het uiterste vergde; ongerept bleven
zuiverheid en doorzichtigheid ook in de
moeilijkste harmonische opvolgingten en het
uitklinken hiervan was werkelijk ,.ein wun-
dersamer Klang". Even mooi was de harmo
nische achtergrond, dien het koor bij de
tenorsolo in de tweede en derde strofe vorm
de; waren stemvolumen en zeggingskracht
van den solist daarmee gelijkwaardig ge
weest. dan hadden we den indruk eener vol
maakte interpretatie ontvangen
Bruckner's werk was echter niet het eenige,
welks vertolking van de hooge kwaliteiten
van onze Koninklijke Liedertafel getuigde.
Reeds bij het „Wilhelmus" imponeerde de
sehoone klank van dezen mannenzang; bij
Palestrïna's „Pueri Hebraeorum" was dat in
nog hooge mate het geval en ongerept bleef
de zuiverheid der intonaties trots de door de
open ligging der harmonieën veroorzaakte
moeilijkheden Niet zoo volkomen slaagde de
weergave van het eerste der 2 Madrigalen
van Thomas Morleyhier was reeds in 't begin
eenige neiging tot zakken en was de koor
klank, vooral in de hoogere stemmen, min
der gepolijst dan elders. Het tweede dier
Madrigalen, een aardig en bewegelijk mu
ziekstuk werd zeer goed gezongen en het
slotnummer van den avond, „Bede" van
Roeske zette wat welluidendheid van den
koorzang' betreft de kroon op het werk.
Over den temorsolist sprak ik hierboven
reeds even. Het was Günter Witepski, dien
we Vrijdagavond voor het eerst hoorden:
niet alleen in die solopartij van „Um Mitter
nacht", maar bovendien in twee oude Ita-
liaansche zangen, een Concertaria van Mo
zart en .twee opera-fragmenten, resp. van
Donizetti en Puccini. Het was dus alles Ita-
Iiaansch, wat hij zong, maar niet op z'n
Italiaansch: het was alles zuiver en be
schaafd en lyrisch, maar zoo kleintjes en
zoo zacht, dat we een heimelijk verlangen
kregen naar de echte Italianen, van wie we
zulke stukken wel eens anders gehoord heb
ben!
Neen, dan gaf de andere solist van dit
concert, de violist Willem Noske, meer reden
tot voldoening. Nog pas een paar weken ge
leden hoorde ik dezen jongen kunstenaar in
het a mineur-concert van Bach, dat hij op
den door de zangeres Titi Fermin gegeven
avond ten gehoore bracht. Nu Vrijdagavond
speelde hij de werken, die toen eerst op het
programma vermeld waren, maar vervangen
werden, nl. „La Folia" van Corelli, Ariette
van Hem*. Bosnians, Slavïseher Tanz van
Dvorak en Danse espagnole van De Falla, de
beide laatste in de bewerking van Kreisler.
De door zijn vertolking van Bach's Concert
gewekte goede indrukken werden nu be
vestigd en vermeerderd: het virtuoze ele
ment kreeg nu ook zijn plaats en werd zelfs
een factor van beteekenis, zoowel in de ca
dens van „La Folia" als in de twee Kreisle-
riana. Die virtuositeit is bij Noske reeds aan
merkelijk ontwikkeld. Zijn stokvoering is
zeker, ook in staccato's en arpeggio's; zijn
intonaties en Flageoletten zijn feilloos, zijn
rythmïek is correct. Alles openbaart- een
aanzienlijk violistisch talent en ernstige en
consciëntieuze studie en men kan naar dit
spel met genoegen luisteren. Maar toch moet
dit talent nog groeien en rijpen, tot een per
soonlijkheid. die overtuigend werkt door de
kracht die van binnen uit komt. Dit zal
waarschijnlijk met de jaren ook wel komen.
Willem Noske is nog jong; hij kan reeds
zeer veel en zijn innerlijke groei zal ook wel
niet uitblijven.
Emmy van Eden's begeleidingen van de
zangsoli waren als steeds goed verzorgd; de
violist werd door zijn moeder, mevr. Leny
Noske-Friedlander, aan den vleugel gesecon
deerd: in „La Folia" wat sterk en zonder veel
schakeering, in de kleinere nummers kleur
rijk en levendig. Een toegiftje diende als re-
pliek op den langdurigen bijval, dien het
spel van den jongen en veelbelovenden vio
list verwierf. K. DE JONG.
Mededeelingen. 8.15 Revue-programma. 9.45
AVRO-Kerstprijsvraag. 10.15 Radiojournaal.
10.30 Orgel, viool en zang. 11.00 Berichten ANP
11.10—12.00 AVRO-dansorkest.
DROITWICH 1500 M.
9.45—10.35 Kerkdienst. 12.50 Het Commo
dore Grand orkest. 1.50 BBC-Mannenkoor en
solisten. 2.20 Voor bloemenliefhebbers. 2.40
BBC-Harmonie-orkest. 3.20 Gramofoonpl. 4.00
Relig. causerie. 4.20 BBC-Theaterorkest en
solisten. 5.20 Missiepraatje. 5.40 Het Kutcher
strijkkwartet en solist. 6.35 Filmpraatje. 6.50
Orgelspel. 7.20 Causerie: I was here. 7.40 Fred
Hartley's Novelty kwintet en zang. 8.15 Kerk
dienst. 9.05 Liefdadigheidsoproep. 9.10 Berich
ten. 9.25 Radiotooneel met muziek. lO.lo De
BBC-zangers. 10.50 Elipoog.
RADIO PARIS 1648 M.
7.20 en 8.20 Gramofoonpl. 11.20 Parijsch
kamerorkest. 12.20 Orgelconcert. 1.20 Vervolg
orkestconcert. 3.20 Zang. 3.50 Mandolinecon
cert. 5.20 Pascalorkest. 7.50 Zang. 8.20 en 9.05
Radiotooneel. 11,20—12.35 Goldy dansorkest.
KEULEN 456 M.
5.20 Havenconcert. 7.35 Westduitsch kamer
orkest. 9.50 Gramofoonpl. 10.50 Orgelconcert.
11.20 Militair orkest. Omroepkleinorkest en
pianoduo. 2.20 Mannenkoor-concert. 3.20 Om
roepkleinorkest. 5.20 Opera: „Hansel und Gre-
tel". 7.20 Omroepkoor, Leipz. Symphonie-orkest
en solisten. 9.50—11.20 Barnabas von Géczy's
dansorkest.
BRUSSEL 322 M.
9.25 Gramofoonpl. 10.20 Omroepkleinorkest.
11.05 Gramofoonpl. 11.20 Orgelspel. 12.20 Gra
mofoonpl, 12.50 Omroeporkest. 1.30 Salon
orkest. 1.50—2.20 Gramofoonpl. 2.35 J. Schny-
der's orkest. 3.20 Declamatie. 3.35 J. Schny-
der's orkest. 4.35 Gramofoonpl. 5.20 R. de Kers'
dansorkest. 6.20 Salonorkest. 7.20 Gramofoon
pl. 8.20 Omroepsymphonie-orkest. 9.05 Repor
tage. 9.20 Vervolg concert. 10.30 Omroepdans-
orkest. 11.2012.20 Gram.pl.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M.
7.20 Gevarieerd programma. 9.20 Berichten.
9.50 Barnabas von Géczy's dansorkest. (Om
10.05 Weerbericht). 11.20—12.15 Dansmuziek
(gr.pl.)
WRÜEUAMMA
ZONDAG 20 DECEMBER.
HILVERSUM I 1875 M.
8.30 NCRV, 9.30 KRO, 5.00 NCRV, 7.45-
11.00 KRO.
8.30 Morgenwijding. 9.30 Gramofoonpl. 10.00
Hoogmis. 12.00 Berichten. 12.15 KRO-orkest en
gramofoonpl. Om 1.00 Boekbespreking. 2.00
Godsdienstonderricht. 2.30 KRO-orkest. 3.05
Gramofoonpl. 3.15 Het Trio Rosa Spier en Gra
mofoonpl. 4.25 Ziekenhalfuur. 4.55 Sportnieuws.
5.00 Evang. Luthersche Kerkdienst. Hierna
orgelspel. 7.15 Gewijde muziek. 7.45 Sport
nieuws. 7.50 Causerie namens de R.K. Artsen-
vereenigrng. 8.10 Berichten ANP. Mededeelin
gen. 8.20 Gramofoonpl. 8.30 Voordracht. 9.15
Luitrecital. 9.30 Sted. orkest van Maastricht,
mmv. solist. 10.15 Gramofoonpl. 10.30 Berich
ten ANP. 10.35 Gramofoonpl. 10.4011.00 Epi
loog.
HILVERSUM n 301 M.
8.55 VARA, 10.00 VPRO. 12.00 AVRO, 5.00
VPRO. 5.30 VARA, 8.00 AVRO.
8.55 Gramofoonpl. 9.00 Voetbalnieuws. Turn-
bouwpraatje. 9.30 Orgelspel. 9.45 Causerie: Van
staat en maatschappij. 10.00 Voor kinderen.
10.30 Vrïjz. Prot. Kerkdienst. 12.00 Orgelcon
cert. 12.05 Filmpraatje. 12.30 Kovacs Lajos'
orkest en orgelspel. 1.15 Gramofoonpl. 1.30
Kovacs Lajos' orkest. 2.00 Boekbespreking. 2.30
Omroeporkest en soliste. 4.00 AVRO-dans
orkest. 4.30 Gramofoonpl. 4.50 Sportnieuws
ANP. Gramofoonpl. 5.00 Gesprekken met
luisteraars. 5.30 Causerie: Hoe leert men den
ken. 5.50 Gramofoonpl. 6.00 Voetbalpraatje.
Sportnieuws ANP. 6.20 VARA-orkest. 7.00 De
Ramblers en solisten. 8.00 Berichten ANP.
RADIO MOORS N.V.
KRUISSTRAAT 38, TELEF.14609
OFFICIEEL PHILIPS REPARATEUR
(Adv. Ingez. Med.)
MAANDAG 21 DECEMBER 1936.
HILVERSUM I. 1875 M.
N.C.R.V.-uitzending.
8.0 Schriftlezing; 8.15 Gram.platen; 10.30
Morgendienst; 11.00 Chr. lectuur; 11.30 Gra-
mofoonplaten; (Om 12.00 berichten); 12.30
Orgelconcert; 200 Voor de scholen; 2.35 Gra-
mofoonplaten; 3.00 Voor tuinliefhebbers; 4.00
Bijbellezing; 5.00 Gram.platen; 5.45 Chr.
Fanfarecorps „Soli Deo Gloria"; 6.30 Vra
genuur; 7.00 Berichten; 7.15 Vragenuur; 7.45
Reportage; 8.00 Berichten A.N.P.; 8.15 NCRV
orkest; 9.00 Voor jonge menschen; 9.30 Ver
volg concert (Om 10.00 berichten A.N.P.)
10.30 Gram.platen. Hierna: Schriftlezing.
HILVERSUM II. 301 M.
Algemeen programma, verzorgd door dé
VARA. 10.00 VPRO.
8.00 Gram.platen: 10.00 Morgenwijding;
10.20 Declamatie; 10.40 Gram.platen; 11.00
Vervolg declamatie; 11.20 Orgelspel; 12.00
Gram.platen; 12.25 „De Flierefluiters" en so
list; 1.00 „Melody Circle"; 2.00 Paedagogische
causerie; 2 15 Gram.platen; 2.30 Piano-recital
3.00 Causerie en gram.pl.; 3.30 Zang en gra-
mofoonplaten; 4.00 Muzikale causerie en gra-
mofoonplaten; 4.30 Kinderuurtje; 5.00 Gra-
mofoonplaten; 6.00 Orgelspel; 6.35 Muzikale
causerie en graan .platen; 7.10 Veiligheids
kwartiertje; 7.30 „De Krekeltjes" en graimpl.ji
8.00 Herh. SOS-berichten; berichten A.N.P.;i
8.10 Gram.platen; 8.15 VARA-Groot-orkest;i
8.45 Declamatie; 9.00 VARA-Groot-orkest;!
9.45 „De Stem des Volks", Utrecihitsch StedL
Orkest en solisten; 10.00 Berichten ANP.jl
10.05 Vervolg concert; 10.30 Gram.platen;i
10.40 Ramblers: 11.15 Gram.platen, I
DROITWICH 1500 M.
11.05 Orgelspel; 11.35 Gram.platen; 12.20
BBC-Northern Ireland-orkest en solist; 1.20
Sportverslag; 1.40 Orgelconcert; 2.20 Gra°
mofoonplaten; 2.50 Solistenconcert; 3.20 Gram
mofoonplaten; 2.50 Harp-trio; 4.20 Dansmu
ziek (Gr.pl.); 4.50 Piano-recital; 5.20 Causerie
over een Groenland-expeditie5.35 Concert
door de Alphas"; 6.20 Berichten; 6.40 Re
vue-programma; 7.40 Geraldo's orkest en so
listen; 8.20 Optreden van straatartisten; 8.50
Piano-recital; 9.20 Berichten; 9.40 Buiten-
landsch overzicht; 9.55 BBC-orkest en -koor;
10.55 Billy Gerhardi en zijn Band; 11.50 Re
portage.
RADIO PARIS 1648 M.
7.20 en 8.20 Gram.platen; 11.20 Poulet-ka-
merorkest; 4.20 Orkestconcert; 5.50 Parijsch
Symphonie-orkest; 8.25 Zang; 9.05 Vocaal
ensemble, declamatie en piano; 11.20 Dans
muziek.
KEULEN 456 M.
5.50 Hauck's orkest; 7.50 Militair orkest;
11.20 Fabrieksorkestconcert; 12.35 Ned er Sak
sisch Symphonie-orkest; 1.35 Omroep-
Schrammel-ensemble; 3.20 Omroep-amuse-
mentsorkest; 4.30 Viool en piano; 5.20 Bala
laika-orkest, II. Braendle's orkest en solisten;
7 30 Weekoverzicht; 8.20 Keulsch strijkkwar
tet en solisten; 9.50 Omroeporkest.
BRUSSEL, 322 M.
11.20 Gram.platen; 12.50 Kleinorkest; 1.30
Salonorkest; 1.50 Gram.platen; 5.20 Klein
orkest; 6.50 en 7.20 Gram.platen; 8.20 Om
roeporkest; 10.30 Gram.platen.
BRUSSEL, 484 M.
12.20 Gram.platen; 12.50 Salon-orkest; 1.30
Omroepkleinorkest; 1.50 en 5.20 Gram.platen,
6.35 Salonorkest; 7.10 Piano en cello; 8.20
Radio-tooneel met muziek; 10.30 Gram.pl.
DEUTSCHLANDSENDER 1571 M.
7.30 Barnabas von Géczy's orkest; 9.20 Be
richten; 9.50 Viool en piano; 10.05 Weerbe
richt; 10.20 Gevar. programma.
Verhalen uit liet land van
Bartje, dóór Anne de Vries.
Nijkerk. Callenbach.
Bartje, van Anne de Vries, heeft een waren
triomfócht over de Hollandsche boekenmarkt
gemaakt; de boekhandelaren veikochten
Bartje als de bakker zijn broodjes en étaleer
den zijn pienter en jongenssnuit voor hun
vensterramen. Vijftig duizend exemplaren zijn
er met muziek „ingegaan", een oplaagcijfer
waaraan de gevierdste romancier hier te
lande niet tippen kan. Meer dan men ver
moedt heeft een Christelijk auteur hier een
duizendvoudig publiek gereed staan om hem
te koopen en te lezen, als hij wat goeds te
voorschijn brengt. Zoo nu en dan blijkt dat.
Een beetje onnoozel was, na Bartje's succes,
de haast van eenige andere auteurs een Keesje
of Flipje te produceeren, maar desondanks
werd ook daarbij nog wel litteratuur voort
gebracht.
Nu hebben de uitgevers van Bartje aan
Anne de Vries verzocht een zestal Drentsche
schetsen uit zijn laatste jaren te bundelen
en die hebben zij. op vorstelijke wijze ver
zorgd met prachtige groote foto's uit het
Drentsche land (door Hans Gilberg) en mo
dern bedoelde illustraties (door G. D. Hoogen-
doorn) in albumformaat uitgegeven. Als een
hulde misschien ook tevens aan hun fortuin
lijken auteur.
Zes typische pastorales zijn deze korte ver
halen, waarin zelfs de boersch-stugge gods
dienstigheid in een dichterlijke sfeer ver
schijnt, Aardig is het verhaal gedaan in
„ongewoon aanzoek" waarin een boer, sinds
vier maanden weduwnaar, zijn buurvrouw die
reeds een jaar weduwe is, ten huwelijk
vraagt. Daar zit niet zoo veel ongewoons in,
te minder waar Janna haar buurman een
goed hart toedraagt, hem op koffie met
klontjes onthaalt en medelijden met zijn
eenzaamheid heeft. Maar die gesprekken
waarin beiden het hebben over vroeger, toen
ze geen eenzaamheid kenden, leiden tot mis
verstand. En als de brave Henrdik-Jan voor
stelt van twee huisjes één huusien te maken
jaagt Janna hem met de pook de deur uit.
„Ie oude smeerlappe", riep ze, „ie lelijke
oude kerel! Denk ie dan dat ik mien Jan
vergeten hebbe? Moet ie de satan in mien
huissien brengen?"
D'r uut, d'r uut, uut mien huissien.
Ze stak hem de vuist na. „Kom d'r nog es
in, ie olie zwien. Drie maanden is je Margien
dood, dartien maanden mien Jan. Wat moet
een mensch wel niet beleven".
Maar zij zal hem straks toch maar weer
binnenroepen als hij langs komt. de stakker
En zij bidt „och Heere wees zien oude ziele
genadig".
Janna's trouw aan heur Jan reikt tot ver
over het graf, maar als immer zal het wel de
quaestie blijven van „hoe" ver. Als het uur
nog niet gekomen is, en in Drente kan dat
lang duren, zal ze haar trouw met de pook
verdedigen. Modern is dat alles niet, maar
daarvoor moeten we ook niet bij Janna in het
land van Bartje wezen, dan gaan we op be
zoek bij de
Menschen van dezen tijd
van mevr. v. Gogh-Kaulbach.
Ik geloof niet dat er één jaar voorbij is
gegaan, zonder dat mevrouw Van Gogh een
nieuw omvangrijk werk ter Sinterklaastafel
déponeerde, waar ik altijd met eerbiedige be
wondering naar heb zitten staren zonder het
ooit tot meer dan een aankondiging te bren
gen. Mevr. Van Gogh behoort tot de meest
gelezen romancières van ons land, hetgeen
begrijpelijk is als men de vlotheid ziet, waar
mee haar zinnen loopen, de gemakkelijkheid
bewondert waarmee vellen vol dialoog dooi
haar gevuld worden, den vakkundigen zwaai
toejuicht waarmee zoo'n roman van drie
honderd pagina's op pooten wordt gezet. Er
wordt veel in verteld, gepraat, gediscussieerd
en mevrouw Van Gogh heeft al haar sujetten
een klap van den modernen molen gegeven,
zoodat de romanverslindende lezeressen en
lezers ten volle en up to date bediend wor
den. Een roman dezer schrijfster moet altijd
zijn weg wel vinden; zij stelt haar- lezers geen
hooge eischen wat litteraire fïinproeverij be
treft en wat in zuïken m:j het meest
te bewonderen lijkt is de intuïtieve macht
steeds nog net boven de banaliteit eener
werkwijze te blijven, die aan litteraire vorm
schoonheid weinig aandacht schenkt.
Daar is Bertha ten Bos, in haar jeugd
pionierster geweest van de vrouwenbeweging
en die haar vijf en zestigsten verjaardag viert
Daar komen de kinderen Gerard, de leeraar
in plantkunde, even in de veertig en reeds
met de herinnering aan een mislukt huwe
lijk, Otto, de communist, één bonk resoluut
heid in zijn beweringen, daar zijn Theo de
dokter en Jan de sociaal-democraat met
vrouwen en kinders.
En ergens in de stad zit Stella, de onder
wijzeres, die alles en alles gespaard heeft
om haar dochter Joop te kunnen laten stu-
deeren. Joop is juist afgestudeerd in de medi
cijnen en doctores geworden, als ze haar vrij
heid herneemt ze schijnt alleen zoo hard
gestudeerd te hebben om haar moeder geen
verdriet te doen en er niet aan denkt zich
te vestigen of assistente te worden.
Moeder Stella en dochter Joop kennen
beide den plantkundige Gerard ten Bos. Stella
verliefd op Gerard; Gerard op Joop 't Laatste
paar wordt een stel en Stella blijft over.
De communist Otto wordt Joop's zwager
ook daar ruikt men reeds bij de eerste blad
zijde brandlucht.
Enfin, de lezer ziet reeds dat hier door
de schrijfster op handige wijze een gehee.
leger „menschen van dezen tijd" gemobili
seerd is. Ze praten en handelen zooals men
dat van ze verwachten kan zonder er bijster
bij geïnteresseerd te rakenik geloof dat
de moderne menschen aan deze schrijfster
veel te openhartig zijn om nog interessant
te wezen. Met dat al is dit boek als aange
wezen om velen de drie Zondagen, die aan-
eengeklit op komst zijn, te helpen doorbren
gen gedurende den tijd dat ze niet naar de
radio luisteren, kousen stoppen of bridge spe
len. Maar men kan natuurlijk ook iets anders
doen.
Albert Kuyle.
Rond een blauw meer.
Hilversum. Paul Brand.
Herdrukjes van reisnotities, die naar ik:
meen voor de Maasbode geschi-even zijn. Nu
uitgegeven met illustraties van Otto van
Rees. Kuyle is misschien een raremaar
ik mag hem graag. Het is tenminste een
levende vent en geen type-machine.
Nieuwe boeken:
Alie van WijheSmeding. Tusschen de
menschen. Zestien vertellingen. 243 pag.
Haarlem. Uitg. Bedrijf Eigen Volk.
Jan Heil. Het huis. Roman. 203 pag.
A'dam. Uitg. Contact.
Hans Fallada. Een oud hart gaat spele
varen. Vertaald door Nico Rost. 367 pag.
Leiden A. W. Sijthoff.
John Erskine. A'dam Lilïth en Eva. vert.
door J. de Vries. 317 pag. A'dam Uitg. Con
tact. i
J. H. DE BOIS