Waar zit het goud van de Lutme? Prinses en Prins Maandag nog te Weenen. DINSDAG 16 FEBRUARI 1937 HAARLE M'S D A G B E A D Feestopvoering van ,,Die Fledermausbijgewoond in de Staatsopera President Miklas begroet het Prinselijk Paar. Hoewel aanvankelijk het voornemen bestond, dat het Prinselijk echtpaar Maandag uit Weenen naar Zeil am See zou vertrekken, is het dien dag toch in de Oostenrijksche hoofdstad gebleven. Maandagavond hebben Prinses Ju liana en Prins Bernhard in de Staats opera de feestopvoering bijgewoond van de opera „Die Fledermaus" van Johann Strauss, welke werd gegeven ter herdenking van het feit, dat de componist zeventig jaar geleden de beroemde „Donauwalzer" het licht deed zien. Tot de aanwezigen behoorde de bondspresident dr. W. Miklas, die de Prinses der Nederlanden in haar par terre-loge kwam begroeten. Het Oos tenrijksche staatshoofd leidde de prinses naar zijn staatsloge, waar hij zijn echtgenoote aan de vorstelijke bezoekster voorstelde. Benzineprijs wordt verhoogd. Met een halve cent per liter. De stijging van den wereldmarkt prijs. alsmede de stijging in de vrachtenmarkt, hebben ten gevolge, dat ook in Nederland de benzine prijzen met ingang van heden ver hoogd zijn. De benzinemaatschappijen Shell, Standard, Texaco en Sinfina maken bekend, dat deze verhooging V2 cent per liter zal bedragen, niet dien ver stande, dat deze prijsverhoogrng niet uniform voor het geheele land zal gelden, doch in dier voege zal wor den toegepast, dat daardoor liet groote prijsverschil, dat- langzamer hand tusschen de verschillende dee- len des lands was ontstaan, tot klei nere proporties wordt terugge bracht. Opgemerkt wordt, dat ook na deze prijs- verhooging kan worden geconstateerd, dat de benzineprijzen in Nederland, zich toch nog blijven bewegen op een niveau, dat on der den wereldmarktprijs ligt. Door de benzinemaatschappijen werd be sloten den verkoop van benzine in blikken te staken, behoudens in enkele plaatsen, waar dit thans nog niet mogelijk is. De ver koop in vaten, zal eveneens zooveel moge lijk worden beperkt. Deze laatste maatrege len worden genomen, deels uit economische overwegingen, deels om den verkoop der benzinepompen op te voeren. DE GEDENKNAALD TE SOESTDIJK WORDT GERESTAUREERD. Naar wij vernemen zal de Rijksgebouwen dienst de gedenknaald, staan aan het einde van de Koningslaan en opgericht in 1816 ter eere van den kroonprins Willem Frederik Lo- dewijk George, den lateren koning Willem II, uit dankbaarheid van het Nederlandsche volk voor zijn moed, beleid en trouw, betoond in den slag bij Quatre Bïas in 1814, geheel laten restaureeren. De versierselen zullen opnieuw worden ver guld, de beide kanonnen en het hekwerk wor den opnieuw geschilderd, terwijl de oude hardsteenen gedenkplaten voorzoover noodig door nieuwe zullen worden vervangen. Snurken of zagen? De schilder II V. uit Rotterdam, thans ge detineerd, appellant van een vonnis van de rechtbank aldaar, waarbij hij wegens poging tot diefstal door middel van braak is ver oordeeld tot zes maanden gevangenisstraf, heeft aanvankelijk elke schuld ontkend, doch voor de rechtbank kwam hij gedeeltelijk op zijn ontkentenis terug. Voor het Haagsche Hof herriep verdachte thans weer zijn vo rige verklaringen, zoodat opnieuw de getui gen werden gehoord. Een grondwerker uit Rotterdam verklaar de. dat hij in den nacht van 15 op 16 Octo ber van het vorig jaar het pand der firma Gerzon aan de Leuvehaven aldaar passeer de, toen zijn aandacht werd getrokken door een zagend geluid, komende uit de galerij. Hij ging eens poolshoogte nemen en ontdek te, dat op een der uitstalkasten een man lag. Op zijn vraag wat de man daar deed, kwam deze naar beneden en verzocht getuige om hem af te stoffen. Hij zou zich daar te slapen hebben gelegd. Ook vroeg hij wat tabak om een sigaret te rollen. Getuige, die de zaak niet vertrouwde, ging den man na, die, bemerkende dat hij ach tervolgd werd, hem opnieuw aansprak en daarop een anderen weg insloeg. Getuige liep toen naar de politie. Deze kon spoedig den verdachte in diens woning arresteeren en vond later op de uitstalkast een mes, waar mede de verdachte getracht (had het hiout rondom de vitrineruit te verwijderen. Volgens verdachte stond de getuige alles te liegen. Hij was weliswaar de galerij bin nengegaan met de bedoeling om in te bre ken. maar toen hij eenmaal op het platform gekropen was bedacht hij zich, en daar hij niet geheel nuchter was had hij zich daar te slapen gelegd. Na ongeveer anderhalf uur werd hij door getuige gewekt, die door het snurkend geluid op zijn aanwezigheid op merkzaam was gemaakt. Ten stelligste ontkende verdachte dat hij het hiervorènbedoeld mes gebruikt had om een ruit uit de vitrine te verwijderen. De advocaat-generaal requireerde bevesti ging van het vonnis, daar zi. uit alle om standigheden duidelijk was komen vast te staan, dat verdachte wel degelijk de bedoe ling had gehad om inbraak te plegen. De krijgsraad te 's Hertogenbosch behan delde Maandag de strafzaak tegen den 22- jaringen W. T. B., wachtmeester bij de tweede schoolbatterij van het vijfde regiment veld artillerie te Amersfoort, die zich te verant woorden had wegens het veroorzaken van dood door schuld. Toen op 23 September van het vorige jaar manoeuvres werden gehouden, heeft tijdens een oefening onder de gemeente Roosendaal de wachtmeester B. aan het aftrektouw ge trokken van een 6 c.M. veldkanon, terwijl eenige militairen zich voor den vuurmond be vonden. Dit had bot gevolg, dat het kanon, dat mat een losse patroon was geladen, afging, waardoor de soldaat Berkenbosch in den rug werd getroffen en eenige oogenblikken latei- overleed De beklaagde zeide, dat hij den militairen toestemming had gegeven, zich voor den vuurmond te begeven. Een van hen vroeg hem, of hij eerst wilde schieten. Meenende, dat het kanon niet af zou gaan, trok hij aan het af trektouw. Het schot ging af en een der sol daten werd doodelijk getroffen. Hij zeide voorts, dat hij van de bediening van het 6 c.M. veldkanon niet goed op de hoog te was. De auditeur-militair vond, dat de wacht meester B. zich heeft schuldig gemaakt aan grove roekeloosheid en onvoorzichtigheid. Of schoon beklaagde onkundig was met de be diening van het geschut, heeft hij toch aan het aftrektouw getrokken, terwijl een andere soldaat zich voor den vuurmond bevond, hoe wel hij wist, dat zulks niet mocht. Een ver zachtende omstandigheid was het volgens den auditeur-miliitair, dat onkundig personeel be last was met de bediening van het geschut. Daarom had hij echter dubbel voorzichtig moeten zijn. Daar hij evenwel zoo onvoorzichtig is ge weest, dat het den dood van een zijner mak kers heeft gekost, moet hem een zware straf worden opgelegd, bestaande uit vrijheidsbe- rooving. De auditeur-militair was eveneens van mee rling, dat de wachtmeester niet op zijn post van meerdere kon worden gehandhaafd. Hij eischte een hechtenisstraf van een maand en verlaging tot den rang van gewoon soldaat. De verdediger pleitte op juridische gronden vrijspraak. Slachtoffer van de manoeuvres Milicien werd door kanonschot gedood. Maand hechtenis en verlaging in rang tegen wachtmeester geëischt. Nieuwe autosnelweg Arnhem- Nijmegen. Tracé tusschen beide bruggen vastgesteld. Naar wij vernemen is door den mi nister van Waterstaat het plan voor den nieuwen autosnelweg, welke zal leiden van de nieuwe brug te Arnhem naar de nieuwe brug bij Nijmegen, vastgesteld. De weg zal over de geheele lengte gelegen zijn ten oosten van de spoorlijn ArnhemNijmegen, zoodat hij nergens de spoorlijn zal kruisen. Voorts is gerekend op de mogelijk heid om het vliegveld te Eist aan dezen weg aan te sluiten. Kamerverhuurster overvallen. De vrouw bewusteloos geslagen. Door twee mannen, die voorgaven een kamer te willen huren. Maandagmiddag te ongeveer half drie kwamen twee personen op be zoek in een bovenwoning aan de Raamstraat te 's-Gravenhage, voor gevend een kamer te willen huren. Terwijl zij met de bewoonster mej. S., die alleen thuis was. daarover in bespreking waren, hebben zij deze vrouw plotseling aangevallen. Er ont stond een worsteling, waarbij de vrouw zich zoo krachtig mogelijk ver weerde met een stuk bamboe, dat haar evenwel werd ontrukt en waar mede zij van een der beide mannen een paar klappen op het hoofd kreeg. De vrouw viel toen bewusteloos op den vloer. de Intusschen moeten de beide mannen kasten in ide kamer hebben nagezocht daaruit een klein bedrag aan geld hebben gestolen. Toen de vrouw later bijkwam waren de mannen reeds verdwenen. Haar echtgenoot die inmiddels thuis kwam deed onmiddellijk aangifte bij de politie. UIT DE STAATSCOURANT. Bij koninklijk besluit is bevorderd tot com mandeur in de orde van Oranje-Nassau A. Jurgens Hzn., wonende te Londen. Thesaurier-generaal benoemd. De heer B. J. de Leeuw, thans waarnemend. Bij K.B. is benoemd tot thesaurier- generaal de heer B. J. de Leeuw, oud- directeur van financien in Neder- landsch Indië, thans waarnemend thesaurier- generaal De heer B. J. de Leeuw, werd 19 Oetober 1887 te Dinxperlo geboren. In 192.1 werd hij voor den tijd van 3 jaar naar Indië uitgezonden als inspecteur van fi nancien 2e klasse. Na zijn terugkeer in 1925 hier te lande werd de heer De Leeuw in 1927 benoemd tot inspec teur der registratie en domeinen, waarna hij in 1930 weer naar Indië vertrok, thans als thesaurier-generaal bij het departement van financien te Weltevreden. Met ingang van 16 Maart volgde zijn benoe ming tot directeur van financien bij dit de partement, welke functie hij tot 1934 bleef be- kleeden, toen hem op zijn verzoek eervol ont slag werd verleend onder dankbetuiging voor de goede diensten door hem in moeilijke om standigheden aan den lande bewezen. De heer De Leeuw is in Indië voorzitter ge weest van den raad van departementshoofden en lid van de commissie van bijstand voor de staatsspoor- en tramwegen. Hij is ridder in de orde van den Nederland sehen Leeuw en officier in de orde van Oranje- Nassau. Oud-burgemeester Schoenfeld van Winschoten overleden. Maandagavond om zeven uur is te zijnen huize in de Lange Straat te Winschoten plot seling overleden mr. Harbert Ido Schoenfeld, oud-lid van de Eerste Kamer der Staten- Generaal en oud-burgemeester van Winscho ten. De heer Schoenfeld trad eerst in Augustus van verleden jaar als burgemeester af, waarbij hem een hartelijke hulde is bereid. Indische landsmiddelen over 1936. Belangrijk hooger dan over 1935. BATAVIA, 15 Febr. (Aneta). De lands middelen over Dec. 1936 beliepen f 41.300.000. tegenover f 39.900.000 dezelfde maand van 1935. De totale opbrengst der middelen over 1936 was f 400.800.000 tegenover f 379.100.000 over 1935. Dit verschil kwam voort uit de bijzondere inkomsten van de aardolieindustrie van f 5.000.000. f 4.200.000 meerdere opbrengst uit de Banka-tinwinning f f 3.300.000 meer uit de N.V.-belasting en f 2.700.000 meer uit de loonbelasting. Aan uitvoerrecht op bevolkingsrubber een bedrag van f 49.405.000 ontvangen, waar van f 2.602.000 ten bate van de algemeene middelen kwam. Weer een Nederlander over de grens gelokt. Vermoedelijk wegens overtreding van de Duitsche deviezenbepalingen. Nog niet lang geleden is een Nederlander door een gefingeerde boodschap naar Duitsch- lana gelokt en daar vermoedelijk wegens de- viezensmokkelarij in arrest gesteld. Naar thans blijkt, heeft zich Zondag weer een dergelijk feit afgespeeld, waarvan nu een on geveer 35-jarige inwoner van Venlo het slachtoffer is geworden. Ook deze man is waarschijnlijk wegens deviezensmokkelarij in arrest gesteld. Hij zou nl. verleden jaar een erfenis van een paar honderd mark van de zijde van zijn vrouw uit Duitschland hebben ekregen en dit geld over de grens hebben gebracht. Prof. Vening Meinesz viert een merkwaardig jubileum. Honderdduizend mijlen in een onderzeeboot afgelegd. Prof. di*. Vening Meinesz, die thans een tocht maakt met de O 16. heeft Zaterdag- een merkwaardig feit herdacht. Hij heeft dien dag namelijk zijn honderdduizendste onderzeebootmijl afgelegd. Dit is een buiten gewoon jubileum, dat vermoedelijk wel door geen enkele geleerde met hem gedeeld zal kunnen worden Veilig opgeborgen in de brandkast van een advocaat te Amsterdam berust een teeke ning, die antwoord geeft op deze vraag. Goudschat die steeds blijft lokken. Ergens in de Noordzee, waar gedu rende een groot deel van het jaar de witgekuifde -koppen van de branding de plaatsen aanwijzen van de be ruchte zandbanken langs den rug van Terschelling ligit diep in den bo dem het wrak van het legendarische goudschip de Lutine. Gedurende eenige jaren verrees als een baken boven de plaats waar in het jaar 1799 tijdens een Octoberstorm de Lu tine met haar goudschat ten onder ging een ijzeren gevaarte, de be kende toren van Beckers. Dezer da gen is de toren bezweken. De golfslag heeft- hem ondermijnd en een einde gemaakt aan het fantastische plan van den Limburger en aan de goud- droomen van hen. die een zeker be drag hadden gespeeld op de kaart van Beckers, die geen troefkaart bleek te zijn. De zooveelste poging, om uit den bodem der zee het goud van de Lu tine op te delven heeft schipbreuk geleden. Maar het zal niet de laatste poging zijtn; het goud van de Lut-ine blijft lokken Beckers is dood, leve Stobbe zou anen met een variant op het „le Roi est mort, vive le Roi" kunnen zeggen. Want na den heer Beckers Ikomt de heer Stobbe met een nieuw instrument, dat ge bruikt zal worden om de gouden ponden, ducaten en de zilverlingen, de staven goud enz., die met de Lutine verloren gingen, uit het zand te graven. Zal men er ooit in slagen de zeé 'haar prooi die zij 137 jaar lang heeft vastgehouden, te ontrukken? Is de goudschat even denkbeel dig als die van den Spaanschen schatgra ver? Het fregat de Lutine had ongetwijfeld een waardevolle lading goud en zilver aan boord. Het was deels bestemd voor ,de armée aan de Helder", zooals het in oude couranten heette, deels om het crediet van den Engel- schen handel in Hamburg te steunen. Voor „de armée" was er 140.000 pond, voor Ham burg veel meer, men zegt wel 1 millioen pond. In zwevende guldens omgezet wordt dit een fortuin van vele millioenen. Mocht er in den loop der jaren de helft van ver dwenen zijn. dan is, wat er thans nog in den grond zit nog wel de moeite waard om er een duik naar te wagen. Maar waar zit nu de schat? Van de Lutine is natuurlijk niet veel meer over gebleven. Het schip ligt diep in het zand bedolven en al kan men den omtrek van het schip „afpalen", dan weet -men nog niet waar de plaats is waar het goud zich bevindt, het goud dat reeds lang zijn glans heeft verloren, maar dat van de diepte der zee uit zooveel begeerte opwekt, dat men er niet aan denkt het met rust te laten. Het heeft ondanks zijn matten glans een aantrekkingskracht behouden, die een -gold- rush" zou kunnen veroorzaken als het wat gemakkelijker „voor de hand" lag. Daar ten Noorden van Het Vlie ligt dus de Lutine met haar millioenen. Maar waar moet men zoeken? Waar is de schatkamer van het goudschip? Het antwoord op deze vraag kunnen slechts geven zij, in wier bezit zich de kaart bevindt, die eens een oude Terschellinger, Gerrit Hakvoort ge- heeten maakte en welke kaart veilig is opgeborgen in de brandkast van een advocaat te Amsterdam. Eige naar van deze kaart, die de sleutel is van de schatkamer van de Lutine is een nakomeling van G. Hakvoort „Dit is de verbrijzelde Letine na opgaav van G. Hakvoort. Bij leven alles ondervonden in de jaare 1801, 1802, en 1303 en de laatste bevinding in 1859". Aldus staat op de kaart geschreven. Behalve deze kaart bevindt zich in het bezit van een te IJmuiden wonenden naneef van genoemden Hakvoort een merkwaardig document. Het is een „Acte van contract ge sloten door Gerrit Hakvoort met de weduwe Willem Kuiper, genaamd Martje Louws Hak voort. vanwegen de Letine bediend door G. Hakvoort, 3 jaar door hem verlaten en nu in den ouderdom van 87 jaren en opgaaf te doen hoedanig het wrak gesteld was". Aldus is de aanhef van deze acte, die ge schreven is op een dubbel vel papier, op den linkei-hoek waarvan is afgedrukt een met inkt overgeteekend kroontje met daaronder het woordje ..BATH", wat er op zou kunnen -vijzen, dat het papier van de Lutine afkom stig is (British Army To Helder?) De inhoud van het contract laat weliswaar aan duidelijkheid iets te wenschen over het is klaarblijkelijk opgesteld door een ongelet terde de bedoeling is niettemin duidelijk, immers luidt het verder: daar hij reeds 87 jaren heeft berijkt en bezorgd is door den dood weggerukt of door hoogen Ouderdom van zijn kennis en ver stand benomen, vindt hij hem verpligt om het bekend te maken of het mag dienen tot zijn geluk en voor een wed. met 8 kinderen welke door allen storm op den 3en Oetober in den jaare 1860 door het verlies van haar echt genoot Willem Kuiper als Loods zijnde door de golven is weggerukt daar G. Hak voort bij zijn leven werdt verzocht van (door) de bevelhebbers van de Letine om eenige in lichtingen, van alle zijn verdiensten de helft af te staan aan de Wed. W. Kuiper en bij het overlijden van G. Hakvoort zal het ver vallen aan de Wed. W. Kuiper daar G. Hak voort bij zijn gezond verstand de veArij zelde Letine heeft laten uitteekenen en hij er bij gewoond heeft om den schat er uit te halen". Honderd zeven en dertig jaar Is het gele den, dat de Lutine met man en muis ver ging. En al dien tijd is men doende geweest, van het gezonken schip af te halen wat er af te halen was. Niet alleen goud en zilver heeft men er afgehaald, ook kanonnen enz. Zoo staat op de wallen van Windsor Castie een kanon, afkomstig van de Lutine. welk kanon door Lloyds aan Koningin Victoria was ge schonken. Dreigend richt het van zijn hoog standpunt den mond naar de heuvelen van het graafschap Surrey, maar het is niet meer dan een museumstuk, een herinnering aan vergane glorie. Reeds in de eerste jaren der 19e eeuw was dus Gerrit Hakvoort op zoek naar het goud van de Lutine. En in 1859 deed hij het nog. Maar toen was de Lutine al „verbrijzeld" en onder het zand bedolven. Heeft Gerrit Hakvoort succes gehad op zijn tochten naar het goudschip? Met zekerheid is dit niet te zeggen, maar hij ging door voor een bemiddeld man en in de familie wordt verteld, dat hij eens een doopjurk heeft ge schonken die 1000 gulden had gekost. Zou die betaald zijn met het goud van de Lutine? Zonder ophouden rollen de witte koppen van de branding over het graf van de Lutine en van den toren van Beckers. Sedert Beckers het werk daar midden in zee gestaakt heeft, hoort men niets meer dan het geraas van de branding. Zal dit geraas spoedig weer opnieuw overstemd worden door „de wonderen der techniek?" Er zijn nog haken en oogen, maar de plannen schijnen ernstig genoeg om de veronderstelling te wettigen dat er een nieuwe goldrush op til is. En als men daarbij gebruik zou kunnen ma ken van de teekening van G. Hakvoort, die aangeeft in welk deel van hei schip de schat zich bevindt zou dit de kam ^p succes zeer zeker vergrooten. Deze pionier der Lutine- goudzoekers had toen hij zijn teekening maakte, nooit kunnen denken, dat zijn werk 75 jaar later, na vele jaren op een stoffigen zolder te hebben gerust, opnieuw een actuali teit zou worden. Uitvaart Mgr. Kenninck. Vertegenwoordigers van buitenlandsche kerken aanwezig. In den grafkelder van de geeste lijkheid der oud-bisschoppelijke cle- resie, in de rotonde op de eerste alge meene begraafplaats te Utrecht, is Maandagmiddag het stoffelijk over schot van mgr. F. Kenninck, in leven aartsbisschop van Utrecht, bijge zet. Tevoren geschiedde in de St. Gertrudis een uitvaartdienst, die door een groot aantal belangstellenden werd bijgewoond. Ter linkerzijde van het altaar, zag men den aartsbisschoppelijken zetel, met staf en kruis staan, met rouwcrèpe omhangen. Op het altaar namen o.a. plaats mgr. E. Kreuzer uit Bonn, namens de Duitsche kerken, mgr. A. Kury uit Bern. namens de Zwitsersche kerken mgr. R. Fuechler uit Weenen, namens de Oostenrijksche kerken, mgr. Paschek uit Warpsdorf, namens de kerken van Tsjecho- Slowakije, voorts verschillende anglicaansche geestelijken, w.o. premendary Cardew, ka nunnik van de St. Paul's kathedraal te Lon den, als vertegenwoordiger van den aartsbis schop van Canterbury, dr. ter Pelkwijk, bur gemeester van Utrecht, met wethouder Bot- terwege en dr. Rust en dr. Wissing namens den oecumenischen raad der kerken. De bisschoppen mgr. van Vlijmen en mgr. Berends waren eveneens aanwezig. Celebrant was mgr. van Vlijmen, die geassiteerd werd door prof. C. Wijker als assistent, door prof. A. Rinkel als diaken en prof. dr. C. C. van Riel als subdiaken. In den dienst hield mgr. van Vlijmen een predikatie naar aanleiding van Hebr. 13 7. Na den dienst hadden de beaardingsplech- tigheden plaats. Zij werden verricht door pastoor X. E. J. Gouard uit Rotterdam en door pastoor G. A. Smit uit Leiden. De teraardebestelling. Het was twee uur toen de eenvoudige maar lange stoet, de begraafplaats bereikte. De eenige evrsierselen van den rouwwagen wer den gevormd door het vergulde kruis en de staf en door de ordeteekenen van den Neder- landschen Leeuw. Er werden geen bloemen meegevoerd. De meeste kerkelijke hoogwaardigheidsbe- kleeders die in de kerk waren, kwamen ook in den stoet mee. Verder merkten wij. den Commissaris der Koningin voor de provincie Utrecht op Aan de groeve trad mgr. Berends, bisschop van Deventer, als eerste spreker naar voren. Mgr. Berends sprekend namens zijn kerk, ving aan met het geven van een jongens oordeel, dat tot den laatsten dag ongewij zigd is kunnen blijven. Daaruit 'bleek, dat de ietwat stugge indruk, dien de figuur Ken ninck maakte, geen beletsel behoefde te zijn voor de grootste toenadering, de meest op rechte waardeering en de innigste samenwer king. Geheel onze kerk aldus mgr. Berends denkt op dit oogenblik aan den priester en oen herder, aan den hoogleeraar en den president aan den kanunnik en aan den aarts bisschop, die van haar is heengegaan. Hij trad naar voren als de man uit één stuk, als de man. die niet er aan dacht, welken in druk hij zou maken, als de man, die zich om lof noch blaam bekommerde, wanneer het er op aan kwam zijn weg te gaan. Die geen blad voor den mond nam, wanneer het er op aan kwam, anderen weg te wijzen. Zulk een man zou hebben kunnen afstooten en natuurlijk heeft hij dat ook wel eens ge daan, maar cjat was toch nimmer het eind. H^t eind was altijd, alles overwinnende aan trekking. Afscheid nemend van mgr. Kenninck ver tolkte spreker den dank, die allen jegens den ontslapene vervult. Mgr. E. Kreuzer sprekende namens de bui tenlandsche kerken, wees er op, dat de oud- katholieke kerk van Nederland niet alleen staat in haar rouw. De buitenlandsche kerken rouwen met haar. De heer C. A. Mittelbeck, vertegenwoordiger der oudste en grootste vereeniging in de oud- katholieke kerk. vertolkte den dank der ver schillende vereenigingen. Deze konden steeds op de bisschoppelijke belangstelling en steun rekenen, mits en zoolang kerkopbouw het doel was. Monseigneur vergenoegde zich niet met het kennis nemen van de paarverslagen; hij volgde geregeld al het doen en laten, hij gaf ongevraagd advies en greep in als hij dat noodig oordeelde. Fel kon hij een afwijkende meening bestrij den, maar altijd sprak door de felheid heen het goede hart. Het devies van onzen bisschop had kunnen zijn de raad van Paulus aan de Romeinen: „Zijt vurig van geest, dient den Heer". Dr. J. D. van Calear uit Beverwijk, sprak namens de maatschappij „Zandbergen" te Amersfoort. Hij was overtuigd eveneens te spreken namens alle kringen van maatschap pelijke werkers, waarin mgr. Kenninck een plaats had. Pastoor E. Lagerweij, deken van Utrecht, heeft in opdracht van den aartsbisschop allen dank gezegd voor hun aanwezigheid. In de eerste plaats de verschillende regeerings- instanties. De magistratuur had in mgr. Ken ninck een eerbiedig onderdaan, die niet alleen een open oog had voor hun moeilijkheden, maar ook een biddend hart voor haar per soon. Tenslotte dankte spreker de vertegenwoor digers der buitenlandsche kerken en der ver eenigingen. allen die den aartsbisschop tij dens zijn ziekte nabij zijn geweest en de trouwe huisgenoote, verzorgster en eigen zus ter van den aartsbisschop, om daarna den ontslapen prelaat in een gebed op te dragen. De aanwezigen kregen daarna gelegenheid den ontslapen aartsbisschop een laatsten roet te brengen. GEWONDE IN ZIEKENHUIS OVERLEDEN. 's-GRAVENHAGE, 15 Februari. Heden ochtend is in het ziekenhuis Bronovo overle den de 44-jarige A. K. wonende in de Dirk Hoogenraadstraat te Scheveningen, de duo passagier op den motor, die Vrijdagavond j.l. een ernstige botsing heeft gehad op de Ko ninginnegracht. De motorrijder, de heer A. H. de M„ die eveneens zeer ernstig gewond werd, verkeert nog steeds in levensgevaar. BURGEMEESTER VAN DELFZIJL TEN GRAVE GEDRAGEN. Onder groote belangstelling is Maandag middag op de algemeQr.e ^rraafnb^' 'e Delfzijl de' teraardebestelling geschied van het stoffelijk overschot van den heer J. Buiskool, in leven burgemeester dier ge meente en rijksinspecteur voor de werkver schaffing en steunverleening in de provincie Groningen,

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 5