Vrouw JUMPER MANTELCOSTUMES-EN NOG WAT. Vikkrts Stoffeuhuis GRATIS!! DONDERDAG 18 FEBRUARI 1937 HAARLEM'S DAGBLAD 10 MET INGEWERKTE RUITJES. ?ze jumper is gebreid van blauwe driedraads wol met ingewerkte roode ruitjes van dunne twee-draads wol. Het dasje is rood en eveneens van dunne wol gebreid op dikke pennen. Noodig: 350 gr. blauwe wol. 50 gr. roode wol. pennen no. 3 voor de jumper, pennen no. 4 voor het dasje en pennen no. 2V2 voor de revers en kraag. Het opgegeven aantal steken is voor een jumper in een groote maat. Voorpand. We beginnen met het voorpand en zetten op 88 st. De boord breien we 2 r 2 a. 25 toe ren. Het patroon is een averechte ondergrond met een ruit van rechten er boven op lig gend. Dit effect verkrijgen we door daar. waar het aantal averechte steken vermindert of vermeerdert, de rechte steek (resp. ave rechte) even op een aparte naald te nemen en daarna in 'de goede volgorde te breien. Het aantal averechte en rechte steken loopt als volgt: le pen. 4a.x lr. 2a. Ir. 8a.x (van x tot x herhalen) 4a. De even toeren zijn gelijk aan de voor gaande oneven toeren, alleen wat recht is wordt averecht en omgekeerd. 3e pen 5a.x 2r. 10a. 2r.x 5a. 5e pen is gelijk aan de 3e pen, waar de 2 rechten worden schuin over elkaar heen ge legd. dus eerst de 2e st. dan de le breien. 7e pen is gelijk aan de 3e pen. 9e pen. 4a.x lr. 2a. 1 r. 8a. 1 r. 2a. lr.x 4a. He pen 3a.x lr. 4a. lr 6a. Ir. 4a. lr.x 3a. 13e pen. 4a.x lr. 2a. lr. 8a. lr. 2a. lr.x 4a. l'5e pen gelijk aan de 3e pen. 17e pen gelijk aan de 5e pen. 19e pen geliik aan de 3e pen. 21c pen gelijk aan de le pen, 23e 'pen gelijk aan de lie pen. 25e pen 2a.x lr. 6a.lr. 4a. lr. 6a. lr.x 2a. 27e pen la.x lr. 8a. lr. 2a. lr. 8a lr.x la. 29e pen 10a. 2r. 10a. Sr. 31e pen 10a. 2r. (deze over elkaar heen draaien) 10a. 33e pen gelijk aan 29e pen. 35e pen lr. 8a. lr. 2a. 37e pen la.x 6a. lr. 4a. lr.x la. 39 pen 2a x lr. 8a. lr. 2a. lr.x 2a. 41e pen 3a.x lr. 10a. 2r. 10a. lrx 3a. 43e pen gelijk aan de voorgaande maar de 2 rechten over elkaar heen draaien. 45e pen. gelijk aan de 41e pen. Hierna begint het patroon weer van voren af aan. Hebben we 10 c.M. boven de boord gebreid, dan meerderen we aan eiken kant van de pen 1 steek, om de 4 pennen tot we een breedte hebben van 100 st. Na 22 c.M. boven de boord kanten we het armsgat af. aan eiken kant 12 st. (2 maal 4 st. en 2 maal 2 st.) Is het armsgat 5 c.M. hoog. dan maken we ln 't midden van het voorpand een split. Het werk wordt nu dus in twee helften opeebreid, aan den splitkant breien we om de 2 pen nen 2 tezamen, tot we 24 st. overhouden. Is het armsgat 15 c.M. hoog, dan zetten we de steken voor den schouder op een draad. De andere helft is het spiegelbeeld van het voorgaande. Rugpand. De rug wordt net zoo gebreid als de voor kant. we maken echter geen steken bij. Zijn we bij het armsgat, dan kanten we .aan el- ken kant 8 st. af (2 maal 3 en 1 maal 2). Heeft het armsgat de vereischte hoogte fmeten bij het. voorpand), dan zetten we 24 st. voor den schouder op een draad, kanten 24 st. af voor den hals en breien den ande ren schouder samen met den schouder van- het voorpand. Nu worden de andere schou ders ook .samen gebreid en af gekant en naaien we de zijkanten dicht. Mouw. Voor de mouw. die van boven wordt be gonnen zetten we op 40 st. Deze mouw breien we 1 pen recht, 1 pen averecht. Later wordt dan de averechte kant de goeie kant van de mouw. Nu meerderen we om de 2 pennen 1 st. aan eiken kant bij, tot 64 st.. zetten er dan aan eiken kant 10 st. bij en 'breien op deze 84 st. 4 pennen. Hierna kanten we af door aan 't eind van elke pen te minderen tot we weer 64 st. hebben Als we de mouw gebreid hebben tot even over de elleboog, dan minderen we af om de 6 tieren tot 50 st. Heeft de mouw de vereischte lengte dan breien we een boord van 2r. 2a. 25 toeren hoog. Bi] het inzetten van de mouw moeten we er aan denken, dat deze heelemaal glad wordt ingenaaid en de ruimte dicht bij elkaar midden op den schouder komt. Revers. Deze worden op pennen 214 gebreid. Op zetten 36 st.. alles breien we recht, maar tel kens aan een kant beginnen en eindigen met een mindering, waardoor we een schui nen kant krijgen, die langs het split wordt gezet. 18 ribbels. Kraag. Voor de kraag zetten we 80 st. op de fijne pennen en breien 20 ribbels recht. Om de 4 pennen aan begin en eind een mindering. Dasje. Het dasje van rood. dat op pennen no. 4 wordt gebreid, is 40 st. breed. Aan It begin van elke pen breien we 2 tezamen en aan 't eind maken we er 1 steek bij. Na 80 rib bels afkanten. De kleine ruitjes in de jum per worden met rood ingevuld. Nu wordt alles aan den verkeerden kant gestreken onder een vochtigen doek. Het sjaaltje wordt even aan de kraag gehecht en wordt onder de jumper gedragen. Sp. Th. COMBINATIE VAN VERSCHILLENDE TINTEN ZULLEN IN HET VOORJAAR VEEL WORDEN GEDRAGEN. Natuurlijk dragen we nog allemaal en met groote aanhankelijkheid onze dikke winterjassen. Doch ons hart gaat uit naar het moment, dat we de heele wintersche romp slomp in de kast kunnen hangen en verwis selen voor lichter, vroolijker kleedij! Enkele ideeën voor het komende voorjaar zijn hier dus stellig wel op haar plaats! Het figuurtje rechts op den voorgrond draagt een ruim jasje van gespikkelde tweed- stof met wijde raglanmouwen en daarbij een mouwloos vest van dezelfde stof. Rok, shawl en hoedje zijn eveneens van tweed-stof, doch in een effen tint, passend bij de tint van jasje en vest. Een buitengewoon elegante combinatie, die men in het voorjaar stellig veel zal zien! Eveneens heel modern zijn de mantel - costuumpjes met taille. Het meest linksche van de drie figuurtjes op den achtergrond draagt het altijd weer populaire donker ma rineblauw met bijpassend hoedje en felge kleurde das, nummer twee een aardig, los cos- tuum van beige tweed, dat vooral voor heel slanke juffertjes geschikt is. Het wordt opge fleurd door een zéér moderne garneering van geruite zijde aan mouwen en hals. Het derde pakje geeft weer een van die aar dige combinaties van tinten, waaraan de voor jaarsmode 1937 zoo rijk zal zijn. Het rokje of de japon en het hoedje is gedacht in flesch- groen; het korte jasje in een donkere tint beige met breede revers van de stof der japon. De handschoenen en schoenen, die deze smaakvolle combinatie zullen voltooien, wor den óf in kastanje bruin, of in groen gekozen. In het algemeen zal men in 't komende voorjaar niet zoo bang meer zijn om verschil lende kleuren bij elkaar te dragen. De tijden van het „ton sur ton" zijn wel voorgoed voor bij en de vrouwenwereld heeft weer den smaak te pakken gekregen van de pittige kleurcombinaties. Een groen costuumpje met bruine handschoenen, hoed en schoenen is b.v. in 't geheel geen contrabande meer mits men dan maar zorgt, dat ook het heele garni tuur bruin is en men er b.v. geen zwarte schoenen bij gaat dragen! Zondag: Juliennesoep. Gevulde kalfsborst Brusselsch lof. Aardappelen. Mand arij nengelei. Maandag: Koud vleesch Snijboontjes uit de bus. Aardappelen. Maize napudding met sinaasappel- Dinsdag: Koolrolletjes met gehakt. Aardappelen. Beschuit met bes sensap. Woensdag: Duitsche biefstuk. Bieten. Donderdag Koolsoep. Kalfslappen. Stoofperen. Aardappelen. Beschuit met kaas. Vrijdag: Gebakken eieren. Spinazie. Aardappelen. Botersaus. Rijstebreï met ka neel en suiker. Zaterdag Spinaziesoep croutons. Gehakt. Spruitjes. Aardappelen. Vruchten. met Koolrolletje met gehakt. Benoodigd: 1 savoye kool, 1 lepel, zout per Liter water. 4 ons gehakt (varkens-runder), peper, zout, noot, ei, oud-brood, 60 Gr. boter, paneermeel. De (kool schoonmaken, voorzichtig de bla deren er .afnemen en deze 20 min. koken in ruim water met zout. Ze op het vergiet goed uit laten lekken. Het gehakt aanmaken met ei, brood en kruiden en op de koolbladeren leggen. De kool om het vleesch heen rollen en de rolletjes naast elkaar in een vuurvas ten schotel leggen, waarin .men de helft van de boter heeft laten smelten. Paneermeel over den schotel strooien, de rest van de boter er over verdeelen en het gerecht in een niet te warmen oven gaar laten worden (1 uur). Nu en dan de jus er over heen scheppen om. uitdrogen te voorkomen. Mand ar i jti engelei. (8 personen). Benoodigd: 2 kleine blikjes mandarijen; pl.m. V2 L. water, 4 d.L. bessenwijn, sap van 1 citroen, het vocht uit de busjes, samen 1 L„ 2 eiwitten. 100 Gr. suiker, 30 Gr. ge latine, 1/4 L. 'slagroom. Het koude water, met suiker, mandarij- nensap, citroensap, even los geklopt eiwit en de geweekte gelatine onder roeren aan den kook brengen, en even door laten koken. De wijn er bij gieten en alles zeven door een dichten, uitgespoelden doek. De massa moet helder zijn; is dit niet het geval dan nog eens door den doek gie ten. In een rijstrand een laagje van de gelei gieten, en als dit stijf geworden is, de part jes .mandarijn, die even in de nog vloeibare gelei gedompeld zijn, er op gelijke afstanden opleggen. Als deze vast liggen, een laag gelei van 1 c.M. er op schenken, is deze stijf, dan weer partjes mandarijn, en zoo doorgaan tot de rand gevuld is. De vruchtjes mogen den wand van den vorm niet raken, daar de pud ding dan bij het keeren zou kunnen breken. Voor het opdoen den rand één seconde in heet wa/ter houden, keeren en den rand gar- neeren met geslagen room, die middenin en om de pudding heen gespoten wordt. SPIEGELEIEREN MET KAAS EN UI. Benoodigd: 4 eieren, zout, peper, kerry, 20 Gr. boter, 75 Gr. oude geraspte kaas. De klein gesnipperde ui in de boter met wat kerry. fruiten in een vuurvasten schotel. De helft van de kaas er op strooien, hierop voorzichtig de eieren breken, en de rest van de kaas er over strooien. Het schoteltje 15 min. in een niet te warme oven zetten. SINAASAPPELLIMONADE. (V/2 flesch pl,m. 80 cent). Benoodigd: 6 sinaasappelen, 1 citroen, 1 K.G. suiker, waarvan 10 a H5 klontjes, 30 Gr. citroenzuur. De sinaasappelen wasschen en met de klontjes afraspen, tot deze doortrokken zijn van het vocht van de schil. De vruchten uitpersen en het sap zeven en meten, dat nu minstens 4 dJL. moet zijn. 3 dL. water aan den kook brengen, suikerklontjes en citroenzuur hierin oplossen en als het afge koeld is, het vruchtensap er bij gieten. De limonade in schoone flesschen gieten en deze kurken. Met sago aangemengd en onder toe voeging van water. Naar smaak kan de li monade als saus worden gebruikt. OUD WORDEN - JONG BLIJVEN Eerst als tie krampachtige strijd om de uiterlijke jeugd ophoudt, begint het innerlijke wezen te groeien en te stralen van ware jeugd! In een verborgen hoekje van onze vrouwen ziel spookt iets rond Een volkomen onredelijke „figuur", anders zou het geen „spook" zijn! 't Is de angst om oud te worden, juister uitgedrukt, de angst om er oud uit te zien. Er zijn niet vele vrouwen, waarin deze angst niet leeft: openbaar óf diep verborgen, druk kend als een looden last, óf zoo nu en dan maar eens, als een voorbijgaande trieste sensatie. Ongelooflijke verhalen doen de ronde tot dwaze, ja, soms gruwelijke daden zijn altijd weer vroeger en nu vrouwen ge komen, wanneer die angst haar de keel dicht kneep! Bekend is het verhaal van de oude vrijster, die zich jarenlang tweemaal in de maand, door haar kapper alle grijze haartjes liet uitplukkentót een rampzalig moment dat de goede man ten einde raad uitriep: ,.Ja, maar, nu is er geen beginnen meer aan!", waarop de ongetrouwde dame al even ten ein de raad verdweenIn een interessant boekje over aesthetische chirurgie, geschre ven door arts Annie Mulder van de Graaf, wordt de navrante geschiedenis verteld van een Parijsche actrice, die wanneer ze als „bergère" moest optreden veiligheidsspelden dóór haar hoofdhuid stak, om zich toch nog maar eenigszins jeugdig te kunnen schmin ken, en die daardoor natuurlijk tusschen schouwburg en ziekenhuis heen en weer zwalkte.... wegens infectie. Uitsluitend een kwestie van ijdelheid? Neen stellig niet. De oude ongetrouwde juffer behoorde nog tot de generatie, voor wie het huwelijk de eenig mogelijke levensvervulling was, of al thans scheen te zijn. Voor haar stond het oud worden volkomen gelijk met een vol strekte levensmislukking. Voor de arme zie lige „bergère" beteekent het: verlies van de broodwinning, afgedankt worden, verbanning uit de too vercirkel van mondaine schittering en triomf I Maar is, wat men „oud worden" noemt, dan zóó gruwelijk, dat we het wel moeten laten uitgroeien tot een spook, dat een donkere schaduw over ons leven werpt? Weineen toch we weten immers wel beter! Moet dan alle aantrekkelijkheid van vrou wen persé gepaard gaan met een uiterlijk van minstens tien jaar jonger, dan men werkelijk is? Kunnen we niet eenvoudig en gracieus vijfentwintig, dertig, veertig en zelfs vijftig worden? Wat een tijd, wat een geld, die alle bei beter besteed kunnen worden, gaan er niet verloren door zoo'n kunstmatige verjon ging. En dat is het ergste nog niet; de kappers, de fabrikanten van crèmes, poeders, de naai sters en de modistes moeten tenslotte ook le ven. Erger is het van al de pijnlijke gedach ten, die aan zoo'n hopeloozen strijd worden verspild. Hoeveel machtiger wapenen bestaan er niet in den strijd tegen den ouderdom! Ge lukkig, er zijn nog vele vrouwen, die het ge heim van de eeuwige jeugd gevonden heb ben althans naar haar uiterlijk te oor- deelen en die toch geen andere kracht velden ontginnen dan die van de breede levensbelangstelling, het sterke medeleven met den eigen natuurlijken kring en sfeer. Zijn we gebrouwd? Nemen we dan wel ge noeg notitie van onzen man? Natuurlijk zijn we rechtstreeks betrokken bij zijn lotge vallen in betrekking of bedrijf, maar stellen we ook belang in zijn gedachteleven bui ten de dagelijksche dingen om? Immers, ieder mensch, ook onze eigen man, is ongeloof lijk belangwekkend en overwaard om nader te leeren kennen! Hebben we kinderen, la ten we trachten hen met een open oog te zien, zoodat wij met hen en dus ook zij met ons meeleven. Hebben we een werkkring dan het werk zoo goed mogelijk gedaan. Laten we trachten er iets, desnoods veel in te leggen. In dezen schoonen, dagelijkschen strijd, zal de angst voor den ouderdom verdwijnen en spoedig belachelijk lijken. Dan gaan er mis schien weken voorbij, dat we nauwelijks be wust op ons uiterlijk letten: ineens komt dan met een schok de gedachte: hoe zie ik er uit? Wij grijpen een spiegel en denken voor het eerst sinds vele jaren: „ben ik zoo jong-?!" Bij het loslaten van de uiterlijke jeugd be gon de innerlijke, onverwoestbare jeugd te stralen. De eeuwige jeugd komt, als de sterk ste uiterlijke emoties luwen, als het hart stil ler, het oordeel milder wordt, als men iets van het leven begint te kennen en rijpe vruch ten proeft. De vrouw van veertig, die dezen rijkdom verworven heeft, ziet er uit als der tig en geen dag ouder! Maakt men haar dit compliment dan heeft zij er echter nauwe lijks een glimlachje voor over. Het leven heeft immers zooveel oneindig belangrijker en heer lijker dingen dan het „ouderwetsche" ideaal: „er tien jaar jonger uitzien!" V Gezondh. en Schoenheids- Instituut. Geopend 106 uur en volgens afspraak. C. VINKKRIJGSMAN. Gedipl. Verpl., Huid- en Schoonh.-spec. WAGENWEG 2 A rd. Telefoon 15694 Geen vroegtijdige rimpels! Geen ontsierende haren meerGezichtsbeh. m. maskers en stoombad. Electr. ontharing volgens nieuwste methode. - Vermageringsmassage (ook para- fine beh.) - Hand- en voetverz. incl. massage. Verrassende resultaten bij Nerveuse of Rheu- matische aandoeningen. - Billijke tarieven. REGENWEER. Het regent, en maar niet zoo 'n klein beetje ook, het regent dat het giet, zonder ophouden, nu hard, dan weer wat zachter, maar heele maal droog is het de laatste dagen nog niet geweest. Daarbij is het den heelen dag donker en somber, en zoo nu en dan komt er nog eens een extra zwarte wolk aanschouwen, die voor een dubbele portie water zorgt. Voorbijrijdende auto's werpen fonteinen van modderwater op, en zelfs de meest goed willende automobilist, die zijn medemenseh zoo min mogelijk beklodderen wil, kan daar bij dit weer niet aan ontkomen. De fiets paden staan half onder water en de fiets banden werpen een regelmatig fonteintje van water de hoogte in. Dit is, zacht uitgedrukt, geen opwekkend weer. Er zijn menschen op wie het niet den minsten invloed heeft en zij merkten het dan ook nauwelijks op, dat het hondenweer is. Maar er zijn er ook altijd, die zich, vooral tegen het einde van een somberen winter als wij nu gehad hebben, laten deprimeer en door slecht weer en voor hen zijn die regen dagen kwade dagen. Dat het weer hun onaangenaam aandoet, daaraan hebben zij zelf geen schuld, maar wel hebben zij het aan zichzelf te wijten, wanneer zij geen poging doen om boven die somberheid uit te komen. Regenweer dab is iets dat voorbijgaat, waar niemand iets aan kan doen, en welks invloed niemand be hoeft te ondergaan die er zich tegen verzet ten wil. Nu gaat dat voor den een vanzelfsprekend gemakkelijker dan voor den ander, maar ten slotte is het toch zoo eenvoudig om in de natuur, die oils al dat watergeplens, die on rustige stormvlagen en die duisternis op ons dak zendt, andere dingen te vinden die ons de somberheid doen vergeten. Gaat den tuin eens in om te ontdekken hoeveel er al boven den grond is gekomen, hoe de crocussen en sneeuwklokjes bloeien, hoeveel vroeg-bloeiende planten al bloem knoppen vertoonen, hoeveel heesters er al kleine knopjes hebben en hoeveel oude ver geten vrienden van het vorige jaar trouw weer boven den grond verschenen zijn. En let dan meteen op hoe lustig de vogels zin gen, hoe ze al met takjes en wolletjes, strootjes en pluisjes sleepen, hoe ze bij de buren hun bouwstoffen naar binnen zeulen in een oude, ongebruikte afvoerpijp, hoe zij hun hoogste lied uitkwetteren op den nok van het dak. In de natuur is geen somberheid, hoe don ker de lucht ook zijn mag, hoe onafgebroken de regen ook neerplast, hoe fluitend de wind: ook door de straten giert. We gaan het voorjaar tegemoet met groote schreden, en na al dit regenen is de eerst komende zonnige dag een des te grooter feest van de komende lente. E. E. J.-P. van IDA DE LEEUW VAN REES (van de radio) zijn uitsluitend te HAAR LEM verkrijgbaar bij: GR. HOUTSTR. 11-13, TELEFOON 14044 De prijs van deze welbekende KNIPPATRONEN is 60 C en bij aankoop van stof voor tenminste krijgt U dit Knippatroon Ontvangen het NIEUWSTE MODEBLAD van Ida de Leeuw van Rees. Schitterend van uit- <j voering. Prijs A^^ Wat er aan sieraden wordt gedragen? In de eerste plaats de ring, het sieraad van alle tijden, hetzij met de eene, groote, brill ant de solitair of in combinatie met parel of, onyx, en dan verder .kleinere en grootere hangers, oorclips, broches, clips en oorbel len, alle samengesteld uit rijen en cirkel tjes, bogen, vierkanten en driehoeken van kleine brillantjes, waartusschen enkele groo te steenen schitteren. Soms wordt ook dooi de combinatie van zuiver witte en zachtgele brillanten een bijzondere toets verkregen. Maar het allermerkwaardigste in de mo derne juweelenmode is wel wat we zouden kunnen noemen: het samengestelde sieraad, dat „voor alle doeleinden" te gebruiken is. We zagen o.a. een enorme brocheplaque, van ovalen vorm, die twaalfduizend gulden moest kosten en waarvan de verschillende deelen uitneembaar waren. De middensteen van dit sieraad, een groote lichtgeld bril-, lant, kon in een ring dienst doen, de twee buitenste gedeelten als dubbele clips, de twee middelste als oorclips en het bovengedeelte mét den middensteen als solitairhanger. En de dame, die een dergelijk phenomeen in haar bezit heeft, behoeft niet eeiis de moeite te nemen om haar sieraden door den ju welier te doen omtooveren. Zij doet dit zelf door een lichten vingerdruk en kan dus haar flonkering regelen naai haar toilet en naai de gelegenheid.... De vorm der stukken is zeer gevarieerd, doch altijd symmetrisch: naast de ronde worden ook veel vierkante steenen gezien, die een bijzonder modernen indruk maken. Langgerekte rechthoekige broches, dicht be zet met brillantjes doch bescheiden van af meting, zijn zéér geliefd.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 14