1937 v VICTOR HUGO ^nieuu>e"u*Uen 4 6 8 PRIMA KWALITEIT VECTQtHÜ60 WOEXSDAG 24 MAART 1037 HAAKLEM'S DAGBLAD 8 Nederlandsche Kinderbond. 25-jarig bestaan der afdeeling Haarlem Omstreken. Ter gelegenheid van de herdenking van het 25-jarig bestaan der afd. Haarlem van den Nederlandschen Kinderbond werd gisteravond in het gebouw van den H. K B. een feeste lijke bijeenkomst gehouden. De tal- looze blijken van belangstelling die het bestuur van vele kanten ten deel vielen bewezen wel hoezeer het werk van den Kinderbond gewaardeerd wordt. De presidente der afd. Haarlem mej. C. Westendorp, sprak een openingswoord. Spreekster heette alle aanwezigen harte lijk welkom. Tot onze vreugde mogen wij ook heden avond Mevr. Th. Thiel-Wehrbein, mede-op richtster van de afdeeling, in ons midden zien. Mevrouw G. DekkerDuyvis, Eerelid van de afdeeling, die sinds eenige jaren in Ber gen woont, kan vanavond tot onzen spijt niet aanwezig zijn. Zij verblijdde ons met een prachtige gift waarvoor wij haar hartelijk dank zeggen. Met weemoed herdenken wij Mevr. G. S. Mees-Schuckinck Kool die wij in het bestuur zeer missen. U zult begrijpen, dat ik zoo vervuld ben van herinneringen, aldus spr., dat ik haast niet weet, wat ik kiezen moet om U te ver tellen in de enkele oogenblikken, die ik ge bruiken mag. Het clubwerk ging gedurende de 25 jaar ge regeld zijn gang. Het aantal kinderen varieer de van 100 tot 150. Op !t oogenblik zijn 144 kinderen ingeschreven U weet, dat in hoofdzaak het streven van den Bond is bij kinderen, in hun vrijen tijd. onder het verrichten van aardige bezighe den. 1 p ongezochte wijze rechtvaardigheid en degevoel aan te kweeken. Dit legt de leidsters en leiders de verplich ting op iedere week een middag of avonduur met lust en opgewektheid aan het clubwerk te besteden! Wij kunnen niet dankbaar ge noeg zijn. dat dames en heeren dezen taak met zooveel liefde vervullen. Mevrouw van der Hucht-Kerkhoven en Mej. wijthoff en Suze Groshans, die zoozeer doo rongen waren van de humanitaire be- g len van Dierenbescherming en Wereld- vvt e. brachten de kinderen reeds dadelijk in aanraking met de beste lectuur en de mooi ste verhalen op dit gebied. Wijlen Mevr Willekes-Macdonald Reyvaert brr ■■>t haar liefde voor de natuur over op de k aren door ze mee naar buiten te nemen or- loemen te kweeken. i. Mondriaan, met haar muzikalen aan- 1p vacht de kinderen aan het zingen en r een operettskoor op. fijn kunstzinnige Mevrouw de Vogel s ef en componeerde „Het Parelsnoer", t sprookje van liefde voor al wat leeft. En u al deze nobele gedachten groeiden de •F lertuinen, de Vredeslichtommegang, de u aering van het Parelsnoer, Dg studie, die achter deze uitvoering lag, heeft de kinderen een jaar lang bezig ge houden, heeft hun gemoed verrijkt, en kleur g 'bracht in hun leven. En zij kunnen de vol doening hebben eenige opvoeringen te heb ben gegeven ten bate van enkele vereenigin- gen die het goede voorstaan. Mevr. de Voogt. die ons altijd voorlicht op het gebied van aardige dingen op den kin- de. bond te brengen, heeft de vriendelijkheid gehad een Paaschtafel klaar te maken. Hier mede wil zij laten zien, dat men eigenlijk zonder onkosten een aardig effect kan berei ken. Ook haar poppenhuis, waarin de meu- belties van lucifersdoosjes gemaakt zijn, be- ho-it zoo goed als niets te kosten. Ik kan U spreken van de vriendschap van Mevr. Blomberg-Zeeman voor den Kinder- bc- Zij maakte, door haar prachtige ver- li? 'i zoo warm voor te dragen, onze Ver te" onden tot heerlijke feesten. Mej Westendorp dankte verder het Hoofd- bs U:ur van den Ned. Kinderbond, de be- strursleden van de Ver. van Huisvrouwen, de Dierenbescherming, de Kindertuinen, de Doopsgezinde Gemeente, Het Nut van 't Al gemeen, van welke vereenigingen de Kinder bond zooveel steun mocht ontvangen. Wij hebben nog veel goede voornemens en willen nog mooie plannen verwezenlijken. Spr. besloot haar rede met een opwekking om het mooie werk van den Kinderbond zoo veel mogelijk te steunen. Na de rede van mej. Westendorp werd door de k.nderen die in aardige kaboutercostuum- pjes waren gestoken aan mej. Westendorp en aan het bestuur dank gebracht voor het vele wat zij voor hen gedaan hebben. Alle leden van het bestuur kregen een naaidoos en een bloembakje, terwijl verder een vlag werd ont huld. waarvoor door de kinderen zelf het geld bijeengebracht was. Namens het hoofdbestuur van den Neder landschen Kinderbond sprak mej. A. Buis man. die zeide dat de afd. Haarlem vele malen ten voorbeeld wordt gesteld om de voorbeeldige wijze waarop zijn de liefde voor vredesbeweging en de dierenbescherming aan de kinderen bijbrengt. Aan mej. Westendorp werd een geschenk en een boekje overhan digd ter aanvulling van de bibliotheek. Voor de afd. Amsterdam sprak mej. Banet die een fraaie mand bloemen aanbood. Namens de Ver. voor Dierenbescherming en de maatschappij tot Nut van 't Algemeen spraken de heeren mr J. P. A. C. ten Sokkel en Ir. R. G. Venenbos. De presidente der afdeeling Haarlem van de Ned. Ver. van Huisvrouwen, mevr. A. J. Visser-Brutel de la Rivière releveerde de goede verstandhouding en de prettige sa menwerking die er altijd tusschen de Ned. Ver. van Huisvrouwen en den Ned. Kinder bond bestaat. Hierna was het woord aan Mevr. Th. Thiel- Wehrbein. medeoprichtster van de afdeeling Haarlem, die mej. Westendorp en het bestuur op buitengewoon hartelijke wijze complimen teerde. Spr. bood mej. Westendorp twee zil veren kandelaars en een electrische klok aan. Namens het Hoofdbestuur werd nog aan mej Mondriaan' die het operettekoor opge richt heeft een boekje aangeboden. Mevr. R de Voogt-de Vogels sprak mej. Westerdorp namens 't bestuur der afd. Haar lem toe en bood haar een mooie bloemen mand aan. Mej. Westendorp dankte alle spreeksters en sprekers hartelijk en bood aan mej. Hartgers die 15 jaar in het huis der afd. dienst heeft gedaan een fraai bloemstuk en een oorkonde aan. Aan mej. Rika Melchior, die reeds 10 jaar lid der afdeeling Haarlem is. overhandigde spr. een boek. Verder spraken nog mej. van der Geer en mei. Bloemhof. Het Hoofdbestuur was bovendien nog ver- tegenwoordigd door mej. Jolles uit Den Haag, Zeer vele bloemstukken en telegrammen, oa. van de afd. Apeldoorn waren nog bin nengekomen. Na het officieele gedeelte was het de beurt aan de kinderen, die de talrijke aanwezigen met aardige dansjes, liedjes en voordrachten op aangename wijze bezig hielden. Na de pauze werden o.m. nog liedjes met Chineesche schimmen vertoond van Hendrika van Tusschenbroek. De afd. Haarlem van den Nederlandschen Kinderbond kan met zeer veel genoegen op deze uitstekend geslaagden jubileumavond terugzien. De heer A. Meilink huldigde namens het bestuur der afdeeling Haarlem van Schooi en Werktuinen mej. Westendorp niet alleen als de grondlegster dezer vereeniging, maar ook als een trouw en toegewijd bestuurslid, die eerst als voorzitster, later als penning- meesteresse, zeer veel voor de vereeniging heeft gedaan. Steeds zal ons in dankbare her innering blijven, wat zij voor de vereeni ging heeft gedaan. T. B. C.-BESTRUDING. Het secretariaat van de Vereeniging tot be vordering der belangen van T. B. C.-patiën- ten in Nederland, afdeeling Haarlem, is ver plaatst van Havikstraat 51 naar Patrimo niumstraat 20 te Haarlem. FAILLISSEMENTEN. Uitgesproken faillissementen door de Ar- rondissements-Rechtbank te Haarlem op Dinsdag 23 Maart 1937. 1. P. Humme, caféhouder, wonende te Haar lem, Koningstraat 33. Curator: Mr. A. van Leyenhorst. te Haar lem. 2. L. J. Pieters. houder van een taxibe drijf, wonende te Overveen, gemeente Bloe- mendaal, Zijlweg 12A. Curator: Mr. K. A. F. J. Pliester, te Haar lem. 3. E. Brink. Stucadoor en ijsfabrikant, wo nende te Hillegom, Endelaan 57. Curatrice: mevr. Mr. L.' M. I. L. van TaalingenDols te Haarlem. 4. H. W. A. Janssen, bloemkweeker, wonende te Aalsmeer, Dorpsstraat 102. Curatrice: Mej. Mr. D. M. 't Hooft, te Aalsmeer. 5. C. Blokker, zonder beroep, wonende te Koog aan de Zaan, Hyacinthenstraat 13 p.a. mevr. A. E. Blokker. Curator: Mr. B. E. van Tijn te Haarlem. Rechter-commissaris in al deze faillisse menten: Mr. L. Vliegenthart te Haarlem. Opgeheven wegens gebrek aan actief zijn de faillissementen van: 1. G. Schoenmaker, melkhandelaar, wonende te Haarlem, Waldeck Pyrmontstraat 12. Curator: Mr. P. Tideman te Haarlem. 2. H. van Gameren, chauffeur, wonende te Beverwijk, Meerstraat 2. Curator: Mr. Dr. A. van der Flier, te IJmui- den-Oost. 3. J. G. N. Aggenbach, groentenhandelaar, wonende te Beverwijk Regulierstraat 22 Curator: Mr. Dr. A. van der Flier, te IJmui- den-Oost. PROGRAMMA VAN Uii HAAKLEMSCHE RARIOCENTRALE OP DONDERDAG 25 MAART. Progr. 3: 8.00 Keulen; 9.20 Pauze. 11.20 Keu len; 12.05 Parijs Radio; 1.05 Vlaamsch Brus sel. 2.20 Diversen. 2.50 Parijs Radio. 3.35 Lon don Regional. 4.20 Parijs Radio. 5.20 Keulen. 7.05 Weenen. 8.15 Pauze. 8.20 Fransch Brussel. 10.20 Berlijn. 11.20 Diversen. Progr. 4: 8.00 Vlaamsch Brussel. 9.20 Pauze. 10.35 London Regional. 1.35 Droitwich. 2.20 London Regional. 3.35 Droitwich. 6.40 Fransch Brussel. 7.00 Droitwich. Progr. 5: 8.007.00 Div. 7.00 Eigen gra- mofoonplaten concert: Zang: 1. Showboat, Paul Robeson; 2. Dort wo du hingehst, Herbert Ernst Groh; 3. Potpourri van Chansons, Lys Gauty; 4. Heut' und alle Tage, Herbert Ernst Groh; 5. Calling me home, Joe Petersen; 6. Home sweet home, idem; 7. Sally, idem; 8. Love's old Sweet song, idem; 9. Violon dans la nuit, Miss Martira; 10. Flirtation Walk Dick Powell; 11. Chante Gitana, Miss Batira; 12. Mr. and mrs. is the name, Dick Powell; 13. Vergiss deine Sehnsueht, Pola Negri; 14. Du bist mein Glück, Benjamino Gigli; 15. Wenn die Sonne, Pola Negri; 16. Notte a Vene- tia, Benjamino Gigli; 8.0012.00 Diversen. Engelsche Volksliederen. Zang en voordracht door Mrs. Ethel Lewis voor de English Association. i Adv. ingezMedj Voor een kleine schare toehoorders trad gisteravond voor de afdeeling Haarlem van de English Association Mrs. Ethel Lewis op, die met zang en explicatie haar auditorium een indruk heeft gegeven van het karakter der Britsche folk-songs. Mrs. Lewis, die een groote Europeesche tour- née achter den rug heeft en thans op het punt staat naar haar vaderland terug te keeren, werd bij het begin van den avond toegespro ken door den voorzitter, dr. F. P. van der Voorde. Deze zeide, dat de zangeres bekend heid heeft verworven door haar radio-recitals uit Lenden en Belfast, terwijl zij bovendien op haar jongste tournée o.a. voor den zender van Zagreb is opgetreden. Het woord was daarna aan Mrs. Lewis. Spreekster constateerde, dat het volkslied in het eigenlijke Engeland aan het afsterven is. De moderne „hits" hebben helaas de mooie oude folk-songs verdrongen, waaraan radio en gramofoon het hunne hebben bijgedragen. De echte Engelsche volksliederen worden nog slechts door weinigen gezongen. Anders staat het echter in Ierland den geboortegrond van Mrs. Lewis waar het volkslied in eere is gebleven en in nog sterker mate geldt dit voor de Hebriden. De Engelsche folk-song is luchtig en vroo- lijk van inslag. Het zijn dikwijls liedekens, die bij den eenvoudigen volksdans hooren. Het onderwerp is zelden tragisch en behandelt geen roemrijke veldslagen of daden van on versaagde helden, gelijk dat bijvoorbeeld in het Iersche volkslied doorgaans het geval is. Het meest muzikale deel van Engeland noem de Mrs. Lewis Wales. De liederen van dit ge bied herkent men door hun zeer melodieuzen, vloeienden toonaard. Iedereen zingt in Wales, het liefst met anderen tezamen. Het is bij voorbeeld typisch op te merken, hoe de mijnwerkers zich gemeenschappelijk zingend en dit geschiedt in treffende harmonie naar hun werk begeven. Als voorbeelden van Engelsche volksliede ren zong Mrs. Lewis „The Oak and the Ash" en „I will give my love an apple" en als spe cifiek Welsh lied „The Ashgroves", dat in dit landsdeel welhaast de nationale hymne •geworden is. Schotland's folk-songs dragen een zeer ge varieerd karakter. Groot is het aantal balla den, dat hier ontstaan is. „The Skye-boat- man", pittig door Mrs. Lewis voorgedragen, behoort wel tot de bekendste. De humor ont breekt evenmin in het Sehotsche volkslied, ge tuige het oolijke liedje van den kuiper, die zoo'n origineel en probaat middel vond om zijn wederhelft aan het werken te krijgen. Op de Hebriden, de eilandengroep ten wes ten van Schotland, is het volkslied nog het best geconserveerd gebleven. De bewoners leven er nog altijd vrij sterk geïsoleerd en zijn blijkbaar niet van zins hun oude songs voor de moderne prijs te geven. Het Hybri dische volkslied bezingt de alledaagsche din gen van het leven, zooals het melken en de gewone beslommeringen van moeder-de- HONIG'S BOUILLONBLOKJES thans; 6 voor 8 ct. en 25% zwaarder dan de meeste andere. (Adv. Ingez. Med.) Een vergissing door BERT LOVEN. Daisy Croner zat met halfgesloten oogen, zonder iets te zien, naar de helder verlichte ramen van de groote villa te staren. Zachtjes klonken de vroolijke tonen van de dansmuziek in haar ooren. Ze schonk er geen aandacht aan. Haar gedachten vertoef den op een geheel andere plaats. Nog geen half uur geleden had Tom Westmore, de jonge luitenant, haar zijn diepste hartsgehei men geopenbaard. Tom was de vriend van Daisy's broer. John Croner was, evenals Tom, subaltern officier bij het leger en de laatste kwam dikwijls bij hem aan huis. Het meisje beschouwde deze bezoeken als een gevolg van de vriendschap tusschen de beide jongelui. Nooit had ze er iets anders achter gezocht. Daarom was de verklaring van Westmore haar te plotseling gekomen en nog wel tijdens een feestavondje bij haar oom, Sir Henry Croner. Ze had nog geen besluit kunnen nemen en was den tuin ingegaan, om na te denken. Haar hart klopte sneller, als zij er aan dacht dat Tom inderdaad in haar binnenste een groote plaats had weten te veroveren. Langzaam stond ze op en richtte haar schreden naar de villa. Ze had geen lust. zich naar de feestzaal te begeven, daarom ging ze rechtstreeks naar haar kamer, welke naast het vertrek van haar oom was gele gen. Daar liet zij zich op den divan vallen. Hoelang ze daar gelegen had, zou ze niet hebben kunnen zeggen: toen een knarsend geluid, afkomstig uit het vertrek van Sir Henry, haar deed opschrikken. Ze dacht aan de vele inbraken en diefstallen, welke de laatste dagen in de omgeving waren ge pleegd en ze huiverde. Haar oom kon het niet zijn. die was een uur geleden plotseling naar een patiënt buiten de stad geroepen. In haar angst wilde ze om hulp roepen, maar haar keel werd als dichtgesnoerd, toen in een opwelling van moed. klemde ze de lippen opeen en schier onhoorbaar voort schrijdende begaf zij zich naar de kamer, vanwaar het geluid tot haar was doorge drongen. Een smalle lichtstreep vertoonde zich on der de deur. De inbreker was dus nog bezig. Zachtjes, zonder het minste geruisch, open de ze de kamerdeur en haar blik viel op een man, die met zijn rug naar haar toegekeerd stond. De deur van de brandkast stond open en hij bemerkte in zijn ijver niet, dat het meisje achter hem stond. Op dat oogenblik voelde zij niet de minste angst. Zonder aarzelen liep ze verder de kamer in en bleef als aan den grond gena geld staan. Ze wankelde en moest zich aan een stoel vastgrijpen, om niet te vallen. On willekeurig slaakte ze een zucht. De man voor de brandkast wendde zich om. „Daisy! „Tom!lispelde zij. „Jij een inbreker een dief „Stil", fluisterde de jonge luitenant. „Spreek niet zoo hard, men zou ons kunnen hooren en dat zou onder deze omstandigheden niet prettig zijn". „Mijnheer Westmore!" beet ze hem toe, „hoe durf u onder deze omstandigheden te spotten?" „Ik spot niet, Daisy". Met uitgestrekte armen kwam hij naar haar toe, maar ze week angstvallig terug. „Berg alles weer in de kast!" beval ze met van toorn fonkelende oogen. Hij gehoorzaamde werktuigelijk en sloot de brandkast. „Ik smeek je, Daisy, mij niet te verraden". Ze haalde minachtend de schouders op. „Ik weet het nog niet", zei ze langzaam. „Ik moet er over nadenken". Hij keek haar doordringend aan en ver volgde: „Ik begrijp het. Er is een beetje medelij den in uw hart met den man. die u nog zoo kort geleden zijn liefde verklaarde, niet waar? Bovendien is hij de vriend van uw broeder. Maar toch hebt u gevoel voor recht vaardigheid. Een dief mag niet vrijuit gaan". Ze knikte haast onmerkbaar, maar hij zag het en vervolgde haastig: „Mag ik een voorstel doen? Wilt u wach ten tot morgen, alvorens uw ontdekking aan uw oom mede te deelen? Misschien zijn er voor mij nog verzachtende omstandigheden te vinden". Daisy weerde met haar hand zijn voorstel af en heftig voegde ze hem toe: „Ik zou niet weten, welke omstandigheden uw handelwijze zouden kunnen verontschul digen. Ongetwijfeld bent u ook schuldig aan de diefstallen, die den laatsten tijd in de omgeving zijn gepleegd". „Daisy „Zwijg mijnheer. Ik verbied u, mij zoo aan te spreken. U hebt daar het recht niet meer toe. Ik veracht u!" Een duistere trek gleed over zijn gelaat en zijn lippen klemden zich opeen. ,Ik kan u niet vertrouwen", vervolgde zij koel. „Een dief is een dief en ik ben ver plicht. alles aan mijn oom te vertellen. U hebt immers niet anders gewild?" „Wacht dan in elk geval tot morgen", vroeg hij, smeekend zijn handen naar haar uitstrekkend. Het meisje dacht geruimen tijd na, toen sprak ze, boos op zichzelf over haar zwak heid: „Nu, goed dan. Morgen na het ontbijt ver wacht ik een nadere verklaring van u. Ik ben werkelijk benieuwd, welke verontschul diging u zult aanvoeren" Den volgenden morgen trad de jonge luite nant met een krant in zijn hand de eetzaal binnen. Het meisje wachtte hem reeds. „Hebt u al een beslissing genomen?" vroeg hij kalm. Ze knikte. „Ik kan en mag u niet sparen", fluisterde ze met tranen in haar oogen. „Ware dit de eerste maal, dan kon ik denken, dat u voor de verleiding bezweken was, maar die an dere diefstallen ,Jk begrijp het volkomen", zei hij. „Maar waarom raadpleegt ge uw broeder niet?" „Was hij maar hier", zei ze zuchtend. „Gis teravond is hij vertrokken". „Schrijf hem dan. Ik beloof u, dat ik mij niet aan de gevolgen van mijn handelingen zal onttrekken, voor u antwoord van hem hebt ontvangen". Ze haalde de schouders op. „Schrijf hem alles", vervolgde de jonge man. „Vertel hem ook van mijn brutaliteit, om u mijn liefde te verklaren". Vragend keek zij hem aan. „Waarom moet ik dat schrijven? Het zal hem nog bitterder jegens u stemmen. Ik acht het overbodig". „Toch niet", glimlachte hij. „John zal be ter kunnen oordeelen, als hij alles weet". Twee dagen later ontving miss Daisy het antwoord van haar broer. Ze zat in den tuin, toen de postbode haar den brief overhan digde en ze wenkte den luitenant haar te volgen. In de bibliotheek zette zij zich aan de tafel en hij nam tegenover haar plaats. Ze waren de eenigen in het vertrek en kon den vrijuit spreken. Haastig opende ze den brief en Westmore keek haar met een verborgen glimlach aan. Hij zag, dat ze verbleekte en het papier uit haar bevende vingers liet vallen. Hij snelde op haar toe en ondersteunde haar. „Lees den brief", lispelde ze. Hij raapte den brief van den grond op en las den inhoud. Aandachtig bestudeerde Daisy zijn gelaatstrekken, maar deze bleven tijdens het lezen onbewogen. De brief bevatte de bekentenis van John Croner. dat hij schuldig was aan de diefstal len in de buurt. Ook den diefstal bij zijn oom had hij begaan, maar zijn vriend, Tom, die hem reeds eerder verdacht, door zijn losban dig leven, had hem in het oog gehouden en op heeterdaad betrapt, juist toen hij met de gestolen sieraden het huis wilde verlaten. In den tuin had Tom hem het verkeerde van zijn handelwijze onder het oog gebracht en Daisy's broer had hem de gestolen voorwer pen overhandigd, om ze weer in de brand kast te leggen. Toen Tom Westmore daar mede bezig was, overviel het meisje hem. „Tom was altijd een ware vriend voor mij", schreef hij. „Hij beloofde mij niet over mijn misstap te spreken, als ik voortaan mijn le ven anders wilde inrichten. Ik begreep hem niet. Hij. die altijd en tegenover iedereen rechtvaardig is, maar ook van anderen eer lijkheid en oprechtheid verlangt, hij liet mij gaan. zonder een enkel verwijt. Nu begrijp ik het. Na jouw brief Daisy, is mij eensklaps alles duidelijk geworden. Hij handelde alleen terwille van jou. terwille van mijn lieve zus ter. Hij wilde jou niet aan de schande prijs geven. en daarom nam hij tot dit oogenblik de schuld op zich. Hij deed het voor jou, Daisy. Zonder hem was onze naam ge schandvlekt en dat zal ik nooit vergeten, zoo lang ik leef. Als Tom zijn woord houdt, komt nooit iemand mijn misstap te weten. Ik ben slecht geweest, maar ik beloof je, dat dit de laatste maal is geweest. Vergeef het mij Westmore legde den brief zwijgend in haar schoot. Er viel een traan uit haar oog on de enveloppe. „John is niet slecht", sprak hij zacht en medelijdend. ..Slecht gezelschap is de oor zaak van alles. Er is veel goeds in hem en ik zal trachten, die goede eigenschappen in rustige banen te leidenmiss...*. Cro ner Een stortvloed van tranen volgde op zijn woorden. „Soreek niet zoo. Tom. Noem mij Daisy, zooals voorheen. Hethet was een vergis sing van mij". Ze zweeg en keek hem angstig vragend aan. „Wat ga je nu doen?" vroeg ze zacht. De jongeman gaf geen antwoord. Hij nam den brief uit haar schoot en scheurde hem aan snippers, die hij in den haard wierp. ..Nu is er geen enkel bewijs meer", sprak hij effen, „en uw oom is niet bestolen. Ik verlaat Engeland voorgoed, miss Croner. Ik zal John opzoeken en mijn belofte houden. Wat er daarna zal gebeuren, weet- ik nog niet. Mijn afwezigheid zal u misschien rusti ger stemmen". Smeekend strekte ze haar armen naar hem uit. ..O neen, Tom, dat kun je niet meenen. Dat kan je geen ernst zijn. Ga niet weg bliif hier.ik smeek het je. Haar handen beefden, toen hij ze in de zijne nam en ze weerstreefde niet, toen hij haar in zijn armen nam en voor de eerste maal haar gelaat met kussen bedekte. vrouw. Opvallend van roerende naïveteit is het hier veelgezongen wiegelied „Christchild's Lullaby", Ook kent men op de Hebriden vele vroolijke dansliedjes. Van Ierschen bodem hoorden wij eenige liederen, die eenmaal door de minstreels bij de harp werden gezongen, romantisch en gedragen van melodie. Veel succes oogstte Mrs. Lewis met de ballade „The Low Lands of Holland", waarin we vreemde dingen over ons vaderland te hooren krijgen en met name de lof van het Hollandsche suikerriet hooren verkondigen Mrs. Lewis, die aan den vleugel door mej. E de Haan begeleid werd, had aan het einde van haar „lecture" een dankbaar applaus in ontvangst te nemen. Dr. van der Voorde dankte de artiste in waardeerende bewoordin gen voor het gebodene. GEVONDEN VOORWERPEN. Inlichtingen over gevonden voorwerpen aan het bureau van politie Smedestraat, uitslui tend tusschen 11 en 13 uur. Terug te krijgen bij: Politiebureau, Smede straat, handschoenen en ceinturen; schoolétui met inhoud; Warmerdam, Talmastraat 5. no titieboekje; Kolderie, Gr. Houtstraat 97, bal; v. Pruisen, Indischestraat 70, horloge; v. Langelaar, L. Heerenstraat 48 en v. d. Werff, Gr. Heiligland 1 rd., jongensjasje; Hendriks, Florisstraat 49 en Koning, Nauwe Geldelooze- pad 40, kettinkje; v. Roon, Scheeperstraat 31 zw-, medaille; Smit. Schouwtjeslaan 2 rd., oor bel: Wijt, Leidschevaart 222, pakje, inh. vleesch; Tol, Gerardusstraat 5 te Volendam en v. Veen, v. Zeggelenstraat 3, rijwielplaatje: de Vries, Jan Gij zenkade 269, padvindersriemv. Duffelen, Baljuwslaan 17, gouden ring; Opdam, Minahassastraat 20, hangslot met sleuteltje; Spronk, v. Nesstraat 15, damestasch met in houd; v. Haaren, Gr. Houtstraat 64 en v. Wo ning, Zuidpolderstraat 64 rd., damestasch met inhoud; Luttiik, v. Nieveltstraat 14, vulpotlood. Onze wereld ontstond uit „gedachten van God". De mensch heeft deze „na-gedacht", zegt prof. Wulf. Op de elfde bijeenkomst van dit seizoen van de vereeniging „Geloof en Wetenschap", die gisteren in den Stadsschouwburg te Haarlem gehou den werd, sprak prof. dr. Th. Wulf S. J. uit Valkenburg over ,Die mo derne Naturwissenschaft und die Ka- tholisohe Weltanschauung", waarbij spr. betoogde, dat deze moderne we tenschap en de resultaten er van niet met het geloof in strijd zijn, doch dat in tegendeel het geloof er- door wordt gesterkt. De voorzitter van „Geloof en Wetenschap", mr. F. Vorstman, wees er in zijn openings woord, waarin hij spreker en publiek harte lijk verwelkomde, op dat de opvatting, dat wetenschap en geloof vaak met elkaar in strijd zijn, bijna zoo oud is als de wereld. Doch beide ontspringen aan dezelfde bron en de wetenschap wordt door het geloof ge steund, zooals een vuurtoren den zeeman den weg naar de haven wijst Prof. Wulf 'wees er vervolgens ou, dat de natuurkunde in ons leven een zoodanige rol is gaan spelen, dat dit zonder deze weten schap niet goed denkbaar zou zijn, Wij mo gen daarom deze wetenschap ook niet gering schatten. Doch naast de wetenschap staat het geloof, dat den mensch veel nader is. Daar is in het geheel geen aarzeling mogelijk en vinden we slechts een rotsvast vertrouwen. Geloof en wetenschap kunnen niet .met elkaar dn strijd komen, omdat zij op ver schillende bases staan. Het zijn geen tegen stellingen, doch zij vullen elkaar juist aan. De wetenschap is werk van den mensch. van den mensehelijken geest. Zij is gebaseerd op hypothesen, en haar grondbegrippen kun nen veranderen, die van het geloof nimmer. Wanneer die grondbegrippen van de weten schap veranderen, moet de mensch zich daar aan aanpassen. Spr. wees hierbij op het geschil tusschen Galileï en de kerk. De toenmalige wereldbe schouwing was die van Aristoteles, den Griekschen wijsgeer, wiens theorieën door Galilei's onderzoekingen onjuist bleken. De tijdsenooten van dezen geleerde wilden ech ter zijn opvattingen niet erkennen. De grond van dien tegenstand was, dat men zijn stel lingen niet kon begrijpen. Daaruit vloeide ook de strijd met de kerk voort. Want de dienaren van de kerk waren tevens de dragers van de wetenschap en ook zij konden de gedachten van den geleerde niet volgen en begrijpen. Nog in onzen tijd verwekten Einstein's theorieën een dergelijke opschudding. Hieruit blijkt dat wij, wanneer oude waarden on juist blijken en verloren gaan, de nieuwe op vattingen niet mogen verwerpen, doch een nieuwe wereldbeschouwing moeten opbou wen. Newton bouwde nieuwe theorieën over den loop der hemellichamen op, doch men ging verder en ontdekte, dat elke stof was te split sen in steeds kleinere deeltjes, tot we ten slotte het kleinste deeltje, het atoom over houden. Via het atoomgewicht kwam men tot de conclusie, dat de samenstelling van alle elementen is terug te voeren op water stof. Dit was echter eerst mogelijk na de ontdekking van de Röntgenstralen en het radium, welke een mijlpaal in de geschiede nis van de natuurwetenschap was. Spr. noemde deze onderzoekingen „boeiend als een detective-roman". Na de pauze zette spr. uiteen, dat geluid, warmte en licht tenslotte alle terug te bren gen zijn op stralingen, zij het van een ver schillende golflengte. Spr. noemde daarbij den naam van den Nederlandschen onder zoeker, prof. Zeeman, wiens onderzoekingen op dit gebied van onschatbare waarde ble ken. Zoo is tenslotte alles terug te brengen op stralen en waterstof-atomen. Doch spr. vroeg zich af, of we daarmede aan het eind van de onderzoekingen gekomen zijn. De mo gelijkheid bestaat immers, dat deze laatste twee oerbegrippen tenslotte nog tot een enkel begrip zijn samen te vatten, waarmede we dan inderdaad aan het einde zouden staan. Resumeerende meende spr., dat deze hui dige opvattingen in de physica niet in strijd zijn met het geloof. Onze oude geloofsopvat ting leert ons, dat de wereld naar God's even beeld geschapen werd. Dit wordt door de uitkomsten der physica bevestigd. Als wij de wereldverschijnselen bestudeeren, zien wij overal het werk van God. De wereld is Zijn getrouwe evenbeeld. Doch de geest van den mensch staat nog nader tot God. Want de mensch heeft de „ge dachten van God", waaruit de wereld ont stond, „na-gedacht", zij het dat hij daar vele eeuwen voor noodig had.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 10