Vlammende Schoonheid Proefvaart van de „Marisa Een militaire telefoonpost in het over stroomde gebied te Welney (Eng.), waar dehulü der troepen is ingeroepen De bekende .lady-crooner" Topy Glerum is Dinsdag te Heemstede in het huwelijk getreden met den heer P. Dethmers, arts De Nederlandsche Handelsmissie in Zuid-Amerika. Jhr. v. Karnebeek heelt te Rio de Janeiro het naambordje onthuld van een straat, die den naam kreeg van Rua Rainha Quilhermina De ophooging van het terrein bij den Omval te Amsterdam, waar het nieuwe Amstel-station zal worden gebouwd, is gereed FEUILLETON Naar het lingelsch van TEMPLE BAILT. (Nadruk Verboden.) 39) Je bent altijd zoo verstandig geweest, vervolgde Jane. Je hebt altijd geweten, hoe je je schoonheid op het voordeeligst kon laten uitkomen. En al de verwikkelingen die je prestige hadden kunnen schaden, heb je altijd ver van je gehouden. Je hebt je leven altijd zoo verstandig weten in te richten en alle dwaasheden, die je later zouden kunnen be rouwen, steeds vermeden. En nu wil je met dien dwazen jongen dichter trouwen de wereld zal je uitlachen. Uitlachen? Marty keerde zich een weinig naar haar toe. Ja. uitlachen. Jane kende Marty's trots. Een jongen van niets. Hij heeft niet eens een boek om te bewijzen wat hij is. Hij praat wel veel, maar doet niets. Het zou voor jou een excuus kunnen zijn, als je de wereld kon zeg gen: „Hij is een genie; hij heeft het bewezen". Maar hij heeft niets bewezen, Hij heeft sinds hij hier is, niets anders gedaan dan jou het hof maken en versjes schrijven. Als je met hem trouwt, Marty, zal de wereld je uitlachen. Maar als ik hem opgeef, breek ik zijn hart. Jane maakt een lichtelijk spottende bewe ging. Mannen-harten breken! Nu, dat weten we wel beter. Die breken niet en als ze bre ken. staan er genoeg klaar om ze weer op te lappen. Marty wendde haar hoofd af en keek uit over het water. Heel in de verte kon zij een strook zien van het zilveren strand en de pal- men. die heen en weer wuifden op een zachte bries. Tusschen het strand en het jacht naderde snel een boot. In die boot zit Rickey, zei Marty; dadelijk zal hij hier zijn. Marty, je moet hem hier niet ontmoeten. O, ik weet, je denkt misschien dat ik cynisch en hard ben, en misschien ben ik het ook. Maar jij bent geen jong en romantisch kind meer; je bent te verstandig en te oud om het slachtoffer van wat romantiek te worden. Later zul je er spijt van hebben, als je nu je zelf laat gaan. Ik weet het, het zal je berouwen. Wat zou het, dan zal ik toch eenmaal het geluk hebben gekend. Haar stem was treurig. Maar wat heb je aan een geluk, dat je een leven lang berouwen zal? Je zal tot het einde van je leven aan hem vastzitten, altijd en overal de herinnering meedragen aan je vergissing. Marty. Marty leunde dichter tegen de reeling; de boot kwam al nader bij. Je hebt gelijk, natuurlijk Jane. Maar als je denkt dat ik hem kan opgeven als Je kunt hem opgeven, maar je moet hem niet vaarwel zeggen, zei Jane ernstig. Marty, kom met me mee, vóór hij hier is. En zoo gebeurde het, dat Rickey, toen hij het jacht had bereikt en naar de reeling keek, geen zilveren verschijning in het maanlicht zag staan. ffi,j had gedacht, dat Marty hem zou wachten. Hij had een dominee bereid ge vonden om het huwelijk op een eenzame plek op het strand te voltrekken. De twee mannen die hem roeiden, zouden getuigen zijn. In de boot had Rickey een groote bouquet oranje bloesem. met zilveren linten vastgebonden; de bloemen vulden de lucht met haar zoete geuren. Hij ging aan dek; men overhandigde hem een brief Dit heeft miss Van Duyne achtergelaten, vertelde de bediende hem. Achtergelaten? Ja. Zij is met mrs Bleecker naar de „Wanderer". Ik denk dat u ook daarheen moet, sir. Maar Rickey hoefde niet te volgen, want het schrijven luidde: „Rickey, liefste, ik weet, dat ik wreed ben. Maar ik ben wreed alleen om je eigen bestwil, Op het laatste oogenblik heb ik besloten niet met je te trouwen. Het is een al te groot risico voor ons tweeën. Onder de betoovering, die jij om me hebt geweven, schuilt een erg pro zaïsche natuur en als de eerste tijd verstreken is, zul je me zien, zooals ik werkelijk ben en zul je teleurgesteld worden. En als je mij niet langer kunt vereeren en verafgoden, zal ik je haten. Dat zal ik zeker. Rickey. Ik ken mezelf beter dan jij. Daarom is dit het beste dat we de herinnering bewaren aan alles wat we in elkaar mooi vonden en dat we niet door alledaagsche dingen hebben bezoedeld. Jij zult altijd voor mij blijven de jonge tragische kun stenaar en ik altijd voor. jou je zilveren too- verfee. Wel een teleurstellende fee! vrees ik. Maar wees ervan overtuigd ik houd van j,e, en ik doe hiermee de moeilijkste daad die ik van mijn leven heb gedaan. Je vriendin voor eeuwig. Marty". Rickey had den brief als een krankzinnige verscheurd en de stukken over de reeling ge smeten. Toen pakte hij zijn koffertje en gaf den mannen zijn bevelen. Hij moest den trein halen zij moesten hem naar den wal bren gen. En de oranje-bloesem moest in de kamer van miss Van Duyne gebracht worden met dit briefje. Wat hij had te zeggen, had hij in vier regels neergeschreven; „Eens zal het je berouwen. Als de wereld mij kent zul jij vergeten zijn. Geld is de eeuwen door niet in tel geweest. Maar één regel kan voor eeuwig beroemd maken!" Hij teekende met .Rickey". De mannen, die hem naar het strand brachten, gaf hij een rij kelijke fooi en zijn laatste geld besteedde hij aan een kaartje naai- New York. Den heelen weg naar huis was de pijn in zijn hart een haast psysieke foltering. En zoo was hij naar Virginia's zolderkamer tje gekomen; zij was er niet en alleen het hondje was er geweest om hem te verwelko men. Met Weenie naast zich viel hij in een on- rustigen slaap. Toen hij wakker werd was het al over nege nen. Den heelen dag had hij nog niets gegeten; hij voelde zich uitgehongerd. Hij ging naar de provisiekast en vond melk, vleesch en brood. Hij viel er op aan. De kat en de hond zaten gezellig naast hem en hij voerde ze met stuk jes vleesch en gaf ze wat melk op een schotel tje.. Hij deed dit alles als in een droom een verschrikkelijke droom, waaruit hij moest ont waken. Een droom was dit armelijke kamertje; de werkelijkheid was Marty in haar zilveren japon, de met maanlicht overgoten zee, de in het wit gekleede knechten, die geluidloos be dienden, de tafel met kostbaar porcelein en met kristal, dat broos was als een luchtbel, het fruit en de bloemen in gouden schalen Opnieuw doorvlijmde een schrijnende pijn zijn hart. Onrustig stond hij op en ging naar het venster. De lichten van de stad schenen over de daken, waartegen de regen striemde een triest uitzicht na de bekoring der tro pennachten. Toen hij zich weer naar de kamer wendde viel zijn oog op de keurig getypte vellen van het manuscript, dat op Virginia's bureau lag. Hij nanï het op en begon te lezen. Het was zijn eigen verhaal „Vlammende Schoonheid". Maar terwijl hij las werd hij zich bewust, dat zijn verhaal was omgewerkt door een talent, dat het zijne overtrof. Hij was ge noeg artiest om goed werk te kunnen onder scheiden, en dit werk was goed. Virginia had het natuurlijk omgewerkt. Zij had van zijn boek iets gemaakt om trotsch op te zijn. Een boek, dat ongetwijfeld zou inslaan., een boek om tegenover Marty mee te pronken. Want het was ondanks alles zijn boek en niet van Virginia Zijn intrigue, zijn karakters. De we reld zou het lezen en hem groot noemen en Marty's pracht zou in het duister verdwijnen Maar hii had geen behoefte om haar pracht in het duister te zien verdwijnen. Hij had behoefte aan haar, zooals hij hgar den laat- sten keer had gezien in haar schoonheid zijn bruid Hij smeet het manuscript van zich af en be gon te schreien; hij greep naai- zijn keel om de pijn te stillen. Het onrustige hondje huilde droef, toen het geen antwoord kreeg en liep heen en weer van de deur naar het bureau. Kwam zijn meesteres maar, dat zou wel hel pen! Het was laat toen Virginia thuiskwam. Michael had haar met Mary Lee mee naar een theater genomen, was met haar naar het oude huis teruggekeerd en had gewacht tot zij de trappen opging. Het is of je recht naar den hemel gaat, fluisterde hij onder den Bronzen Ridder, door het dak naar de sterren. Op het eerste portaal keek zij nog eens om en zond hem een kus toe met de toppen van haar vingers. Wat een vreemde dag was het geweest, maar hoe wonderlijk. En hoe won derlijk zou het morgen zijn en alle volgende dagen Toen ging zij naar boven en opende de deur van haar kleine kamers; zij zag het hondje wachten en Rickey slapend op den divan. Zij boog zich over hem heen en zag de sporen van tranen op zijn wangen. Hij zag er verwil derd en ongeschoren uit. Wat zou er gebeurd zijn!? Zachtjes riep zij: Rickey! Hij ontwaakte dadelijk en strekte zijn ar men naar haar uit. Zij omhelsde hem. Lieveling, wat is er? Stamelend vertelde hij haar van de laatste verschrikkelijke dagen. Haar brief was wreed. Het heeft mijn hart gebroken, Virginia. Zij suste hem, zooals een moeder haar kind zou hebben gesust. Je moet vannacht maar in mijn bed sla pen. zei ze, dan neem ik den divan. Je moet een warm bad nemen en nog wat warms drinken. (Wordt vervolgd.) De proefvaart van het bij de Ned. Scheepsbouw Mij. te Amsterdam voor rekening van de Kon. Shell gebouwde motortankschip .Marisa" op de Noordzee. Een kijkje op het schip in volle zee, waar de overdracht plaats vond De onderzeeers O. 13 en O. 15 hebben Dinsdag de haven van den Helder verlaten om zich naar de Spaansche wateren te begeven. Nadat kolonel Doorman de bemanningen had geïnspecteerd, vertrokken de booten onder groote belangstelling naar de plaats van bestemming Een nooddijk van zandzakken wordt in allerijl aangelegd in het overstroomde gebied rond Welney (Eng.) In het Rijksmuseum van Natuur lijke Historie te Leiden is men druk bezig met het schoon maken, drogen en ordenen der beenderen van de onlangs op onzekustgestrandepotvisschen

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 9