Prof. Vening Meinesz weer in ons land.
Ons land zal goed
voor den dag
komen.
Onze delegatie naar de
Suikerconferentie.
VRIJDAG 26 MAART 1937
H A A R L E M'S DAGBLAD
Zeer tevreden over bereikte resultaten.
Prof. Vening Meinesz.
O 16 heeff bijna honderdmaal
gedoken.
Met het s.s. „Nereus" der K.N.S.M., dat Don
derdag in de sluizen van IJmuiden aankwam,
is pro-', dr. F. A. Vening Meinesz in ons land
teruggekeerd, na een onderzoekingsreis van
verscheidene maanden aan boord van H.M.'s
..O. 16", die op de terugreis naar Nederland
op 12 Maart j.l. te Lissabon aankwam. Daar
kreeg de commandant van de onderzeeboot
opdracht, zich naar de Spaansche wateren te
begeven ter convoyeering van Nederlandsche
schepen, die door schepen van Franco aange
houden en opgebracht zouden kunnen worden.
Prof. Vening Meinesz zag hierdoor een onver
wacht einde aan zijn verblijf op den oorlogs
bodem komen en bleef te Lissabon achter, van
waar hij per eerste gelegenheid in ons land
terugkeerde.
Omtrent het verloop van het laatste gedeelte
van de reis met de „O. 16" deelde hij aan het
A.N.P. o.m. het volgende mede:
De reis van H.M.'s O. 16 tot Lissabon is rus
tiger verloopen dan de twee eerste trajecten
waarover ik in eenige artikelen mededeelingen
deed; hoewel wij nog enkele malen zwaren
storm te verduren hebben gehad, is het toch
nimmer zoolang achtereen slecht geweest.
In Hamilton, de hoofdplaats van de Burmu-
da's, bleven wij vijf dagen, waaraan wij allen
prettige herinneringen zullen behouden. Na
twee dagen storm en regen kregen wij mooi
zacht weer. De Bermuda's zijn fraai begroeide
eilanden met lage kalksteenheuvels, die tel
kens mooie uitzichten geven over de talrijke
baaien en inhammen, die de eilanden in stuk
ken deelen. Wij vonden er veel hartelijke gast
vrijheid van officieele en niet-officieele zijde,
van Engelschen en Amerikanen, want er is
in den winter een druk bezoek aan deze En-
gelsche eilanden vanuit de groote steden van
Amerika's Oostkust.
Ons verblijf van negen dagen te Washington
ls gekenmerkt geworden door een bijzonder
aardige ontvangst in alle kringen.
De sympathie in de Vereenigde Staten voor
ons land bleek duidelijk uit alles wat ons tij
dens het bezoek van de O 16 overkwam. Het
zou te ver voeren hierop nader in te gaan en
dus wil ik volstaan met te zeggen, dat dit be
zoek een mooi vlagvertoon voor Nederland is
geweest en dat het van Amerikaansche zijde
zeer op prijs is gesteld. Hiertoe werkte ook
mede, dat de geringe diepte van de Potomac
geen bezoek van groote oorlogsschepen toelaat,
zoodat bezoeken van vreemde bodems betrek
kelijk zeldzaam zijn. Ook voor de wetenschap
pelijke zijde van onze reis bestond in Mashing-
ton veel belangstelling.
Den 24sten Februari aanvaardden wij de
terugreis. Na een bitterkoude reis de rivier af.
nam in zee de temperatuur al spoedig toe ten
gevolge van den golfstroom, waar men in
komt. De watertemperatuur steeg in weinige
uren van enkele graden Celsius tot over de
twintig graden en wij waren toen getuige van
een eigenaardig natuurverschijnsel; de koude
lucht boven het warme water veroorzaakte een
snelle verdamping en daardoor was de zee, die
vrij woelig was. overdekt met nevelflarden, die
den indruk wekten van een kokenden oceaan.
Het was een schouwspel, dat de gedachte aan
de onderwereld deed opkomen; fantastisch in
een mate, zooals men het zelden ziet. Ook in
het behoud was de werking van den golf
stroom duidelijk ie bemerken; in één etmaal
hadden wij zestig zeemijlen stroom mede. Later
werd dit minder, doch voor een groot gedeelte
van den Oceaanoversteek. hebben wij toch een
flinken stroom mede behouden.
Het mooie weer van den eersten dag op zee
hield helaas niet aan, de zee werd ruwer en
ruwer, doch daar de golven achterlijk in
kwamen werden wij er veel minder door terug
gezet, dan op de heenreis. De waarnemingen
gingen normaal hun gang.
De reis is onderbroken door een oponthoud
van een Zondag in Ponta Delgada op het
eiland Sao Miguel. Van het mooie weer werd
geprofiteerd voor een autotocht van officieren
en bemanning naar den krater van de Furnas,
Den 12den Maart liepen wij in stroomenden
regen in den vroegen morgen de Taag op en
daarmede was onze groote oversteek, die voor
mij zeer vruchtbaar was geweest, ten einde.
Ik breng van deze reis 92 waarnemingen
mede op voor het onderzoek belangrijke pun
ten verricht, en het past mij hiervoor onze
marine, en in het bijzonder diegenen die er
aan boord van de O. 16 de verantwoording en
de moeite voor hadden, mijn oprechten dank
te betuigen. Het is een waardevol wetenschap
pelijk materiaal, dat ik hen dank.
Over resultaten kan ik eigenlijk weinig zeg
gen verklaart de Utrechtsche hoogleeraar
aangezien de hevige stormen waaraan de O. 16
onderhevig was het uitwerken van berekenin
gen vrijwel onmogelijk maakte. Ik kon slechts
die waarnemingen uitwerken, die voor het
voortzetten van het werk noodig waren en
verder heb ik nog kans gezien de waarnemin
gen op vijf punten bij de Bermuda-eilanden
uit te werken, waardoor mijn opvattingen voor-
loopig zijn bevestigd.
Doel der waarnemingen.
De waarnemingen hebben ten doel de sys
tematische verschillen op te sporen in den op
bouw van de aarde in de continentale en de
oceanische gedeelten De systematische ver
schillen in de zwaartekracht wijzen er alle op,
dat de aarde nog niet in een volkomen even
wichtstoestand verkeert en dat binnen de vaste
korst, die een dikte heeft van eenige tientallen
kilometers, in de plastische gedeelten nog
stroomingen gaande zijn, die men zich natuur
lijk uiterst langzaam moet voorstellen b.v.,
om eenigen indruk van de snelheid dezer stroo
mingen te geven, bewegingen van eenige cen
timeters per jaar.
Het vaststellen daarvan is belangrijk omdat
dit er op wijst, dat in de aarde nog groote
krachten aanwezig zijn, die een belangrijken
invloed uitoefenen op krachten, die aan de
oppervlakte van de aarde tot uiting komen,
zooals aardbevingen en gebergtevorming, ter
wijl in deze krachten tevens de oorzaak moet
worden gezocht van de vorming van oceanen
en vaste landen.
Deze reis heeft zeer mooi materiaal opgele
verd om het gebied van den Atlantischen
Oceaan verder te beoordeelen. De zwaarte
krachtmetingen zijn noodig omdat de aantrek
kingskracht van de aarde bij een normale aan
trekking normaal en bij abnormale aantrek
king abnormaal is, waardoor men een over
zicht krijgt van de ongelijkmatige verdeeling
van massa's in de aarde.
In totaal heeft men tijdens deze reis 93 maal
gedoken om waarnemingen te doen. De geheele
Noordelijke Atlantische Oceaan is thans met
waarnemingen overdekt, terwijl prof. Vening
Meinesz op zijn reis met de K. 18 tijdens de
oversteek van Argentinië naar Kaapstad tal
van waarnemingen in het Zuidelijk deel heeft
kunnen doen.
Ook andere landen zijn thans met het doen
van soortgelijke waarnemingen begonnen en
van uitwisseling der gegevens kunnen groote
resultaten worden verwacht. Frankrijk ei
Italië hebben twee expedities in de Middelland-
sche Zee gehouden, waarvoor Frankrijk een
toestel van prof. Vening Meinesz in bruikleen
had. Ook in Amerika, Rusland, Denemarken
en Japan doet men thans soortgelijke waarne
mingen, evenals in Italië met copieën van het
toestel van prof. Vening Meinisz. Deze copieën
worden te Hilversum bij de Ned. Seintoestellen-
fabriek vervaardigd.
Lof voor onze marine.
Vol lofswas prof. Vening Meinesz ook
na deze reis weer voor onze marine en
voor de prestaties zoowel van comman
dant, officieren en bemanning, als
van de O. 16 zelf. Op de heenreis had
men geen stormen, doch ware orkanen
te trotseeren. Desondanks heeft de
commandant kans gezien bijna overal
waar men dit van plan was te duiken.
Belangrijke schenking aan
Rijksmuseum.
Iemand, die groot belang stelt in de ont
wikkeling van het Rijksmuseum te Amster
dam, doch onbekend wenscht te blijven, heeft
volgens de Tel. aan den Staat der Neder
landen ter plaatsing in deze instelling een
uiterst belangrijke verzameling oudheden ge
schonken. Zij omvat o.m. een dertigtal antieke
zilveren voorwerpen, een collectie zilveren
speelgoed van 59 stuks, eenige oude glazen,
Chineesch porseleinl en antieke meubelen.
DE MANGKOENEGORO EN PANGERAN
SOERIODILOGO IN INDIë
TERUGGEKEERD.
Met de „Johan van Oldenbarneveldt" zijn
twee der delegaties van indische zelfbestuur-
ders naar het huwelijk van prinses Juliana
en Prins Bernhard in Nederlandsch-Indië
teruggekeerd, te weten de Mangkoenegoro en
Pangeran Ario Praboe Soeriodilogo. oudste
zoon van wijlen prins Pakoe Alam 7, beiden
met hun gevolg.
Op 2 Aprl zal Pangeran Soeriodilogo de
zoogenaamde akte van verband teekenen,
waarna hij door den gouverneur van Djokja
karta zal worden beëedigd, terwijl op 12 April
a.s. de installatieplechtigheid van den prins
als opvolger van zijn vader, wijlen Pakoe
Alam 7, zal plaats hebben.
De Mangkoenegoro en Pangeran Soeriodi
logo zijn Donderdagmorgen door den gouver
neur-generaal in audiëntie ontvangen.
Auto tegen boom gevlogen.
Chauffeur gedood.
Drie andere inzittenden licht gekwetst.
Een uit Schiedam afkomstige auto.
is Donderdagmiddag te Lewedorp
(Zeeland), toen de bestuurder bij het
uitwijken voor een jongetje de macht
over het stuur verloor met groote
vaart tegen 'n boom gereden. De auto
werd bestuurd door den heer Hoek,
fabrikant te Schiedam. De chauffeur,
de 43-jarige T. Soudijn, zat naast den
heer Hoek. Achter in den wagen
waren gezeten mevrouw Hoek en haar
tienjarig zoontje.
Door de hevige botsing werd de
chauffeur zoo ernstig gewond, dat hij
in het ziekenhuis te Goes, waarheen
hij was vervoerd, in den loop van den
middag is overleden. De verdere in
zittenden werden slechts licht ge
kwetst en konden, na verbonden te
zijn, huiswaarts keeren.
PRSPfS BERNHARD EN DE NEDERLANDSCHE
INDUSTRIE.
Naar ons wordt medegedeeld heeft het prins
Bernhard behaagd de N.V. Nederlandsche
Ford automobiel fabriek te Amsterdam te
vereeren met de opdracht tot levering van 2
Ford V-8 Cabriolets, automobielen, dus van
hetzelfde type, als waarmede de Prins ver
gezeld van prinses Juliana zijn entree in ons
land maakte.
NEDERL. TUINDERSBOND.
Donderdag werd te Amsterdam de vierde
algemeene jaarlijksche vergadering gehouden
van den Nederlandse-hen Tuindersbond onder
leiding van den heer W. J. van Kampen.
Deze was tevreden over hetgeen bereikt is
in de organisatie, maar de algemeene toe
stand in den tuinbouw noemde spr. slecht.
Het jaar 1936 was eon slecht jaar. gezien
in het licht van andere jaren.
Spr. wenschte voor 1937 geen voorspellingen
te doen, maar al te optimistisch is hij niet,
al zal er misschien wat meer licht zijn.
Met nadruk bond spr. ten slotte de leden
op het hart vol te houden in den voor den
den tuinbouw zoo moeilijken tijd ten bate
van het geheele land.
Vervolgens werd besloten een adres te zen
den aan den minister van Landbouw en Vis-
scherij waarin een ernstig beroep gedaan
wordt om aan den tuinbouw een extra steun-
uitkeering te verleenen voldoende groot om
de aanwijsbare verliezen voor diverse hoofd
gewassen geheel te compenseeren.
Hierna kwamen verschillende huishoude
lijke zaken aan de orde en werden een groot
aantal voorstellen der afdeelingen gedaan
Veertigurige werkweek in de
diamantindustrie.
De werkgevers en werknemers in het
diamantbedrijf hebben besloten bij
wijze van proef voorloopig voor uiter
lijk drie maanden de 40-urige werk
week op 4 April a.s. in te voeren.
Rotterdam krijgt een grooten
tunnel.
Besluit van den Gemeenteraad.
Na langdurige discussie, waarbij o.m. het
prae-advies van B. en W. op het -bekende adres
van de Hollandlsche Beton Maatschappij ter
sprake is gekomen, heeft de Rotterdamsche
gemeenteraad in zijn zitting van Donderdag
avond besloten, het college van B. en W. vol
macht te verleenen tot wijziging van het tun
nelplan 8/6 (n.l. om het plan van de regeerin<
te wijzigen in plan 840, het z.g. groote tunnel
plan). Dit laatste houdt in het bouwen van
een tunnel voor tweebanig autoverkeer en voor
verkeer van wielrijders en voetgangers.
Het betreffende voorstel werd z. h. s. goed
gekeurd, evenals het paiae-advies van B. en W..
waarin wordt geconcludeerd, dat aan de Hol-
landsohe Beton Maatschappij geen enkel on
recht is geschied.
Zaak-De Borchgrave voor het
Internationale Hof.
Spaansche en Belgische regeeringen wijzen
haar vertegenwoordigers aan.
Naar wij uit Den Haag vernemen zijn de
eerste stappen voor den aanvang der proce
dure der zaak De Borchgrave. den Belgischen
zaakgelastigde, die in Spanje doodgeschoten
is, voor het Permanente hof van Internatio
nale Justitie te 'sGravenhage reeds genomen
De Spaansche regeering heeft als haar verte
genwoordiger bij het Hof aangewezen den heer
Semprun y Gurrea, Spaansch gezant te 'sGra
venhage. als haai1 advocaat den Spaanschen
rechtsgeleerde Felipe Sanchez Roman, die op
het oogenblik in Parijs vertoeft.
De Belgische regeering heeft als haar ver
tegenwoordiger aangewezen den heer Muuls.
gevolmachtigd minister bij net ministerie van
buitenlandsche zaken te Brussel.
Vele kunstenaars werken
mee aan de inrichting
van onze inzending op
de Parijsche wereld
tentoonstelling.
(Van onzen Parijschen Correspondent.)
Toen de commissaris-generaal der Neder
landsche inzending op de Parijsche tentoon
stelling een week of drie geleden de corres
pondenten der Nederlandsche bladen tot een
persconferentie bijeengeroepen had, beloofde
hij binnen heel korten tijd eenige nadere ge
gevens te zullen verstrekken over de kunste
naars, die aan de versiering van ons paviljoen
medewerken en over de firma's, die zullen
exposeeren. Opnieuw is de heer Tjeenk te
Parijs geweest om zich ter plaatse van den
stand der werkzaamheden aan ons in aan
bouw zijnd paviljoen te verzekeren en van
deze" gelegenheid heeft hij gebruik gemaakt
om reeds gedeeltelijk onze nieuwsgierig
heid te bevredigen. Ben tipje van den sluier
is weer opgelicht en we kunnen ons nu beter
een denkbeeld vormen, hoe de eerste zaal, die
zooals men weet aan het'Verkeer en
Toerisme is gewijd, er uit zal zien.
Het interieur van deze zaal is ontworpen
door Ir. S. van Ravesteyn, die in overleg met
het tentoonstellingscomité zijn medewerkers
heeft gekozen. Direct bij den ingang van de
zaal zal men als symbool van Nederland met
Oost- en West-Indië een groot gepolychro
meerd beeld vinden van den beeldhouwer A.
Termote, terwijl andere beeldhouwwerken
van J. van Hall en J. W. Havermans, geïnspi
reerd op het hedendaagsche verkeer, in de
zaal geplaatst zullen worden.
Wanneer men dan de zaal is binnengetre
den, dan zal men in de as van de zaal een
kaart van Nederland geschilderd door J. B.
Lambert Simon, zien, omgeven door vier
wandschilderingen van S. J. Sjollema, die de
vier windrichtingen tot motief hebben. Piet
Worm voert een eveneens voor deze zaal be
stemde schildering uit van Amsterdam en
ontwerpt tevens een groot aantal poppen voor
de z.g. „poppengalerij", die niet alleen deze
zaal een zeer levendig aspect zullen geven,
maar ook een beeld van hetgeen in Nederland
gewerkt en gewrocht wordt.
Aan Leo Brom en S. van den Hoonaard zijn
de metaalversieringen opgedragen, terwijl
Mej. Clara Pronk een aantal foto's in groot
formaat vervaardigt,, die een beeld geven van
het heden en verleden en uiteraard van het
meest karakteristieke in ons land. Kees van
der Laan en Broggaard kregen decoratief
werk opgedragen, terwijl de Rotterdamsche
Academie voor Beeldende Kunsten en Tech
nische Wetenschappen statistisch een en an
der betreffende het luchtvaartverkeer in
beeld brengt. Doch hiermede is onze lucht
vaart niet tevreden, want Fokker zoowel als
de K. L. M. hebben een ruime medewerking
toegezegd, evenals de Nederlandsche Spoor
wegen, terwijl inzendingen van Werkspoor,
Stork en Beynes een beeld zullen geven van
onze wagonindustrie. Van de lucht en den
vasten grond naar het water! Hou zou het
anders kunnen in ons waterland? En daarom
zullen we ook in deze zaal modellen van en
kele jachten, waaronder dat van den Sjah van
Perzië, ontworpen door den heer H. W. de
Voogt en uitgevoerd door N.V. Boele's scheeps
werven en Machinefabriek te Bolnes, kunnen
bewonderen.
Verder zal de vloerbedekking van deze zaal
bestaan uit tegels, speciaal hiervoor gebakken
in de fabrieken van de Porceleine Fles te
Delft
Tenslotte zijn met de uitvoering van de af
fiches. die tegen den buitenwand van deze
zaal zullen worden geplaatst, na een wed
strijd tusschen een groot aantal kunstenaars
belast W. Bosma. W. Brusse, K. van der Laan.
H. Nijgh. P. Schuitema en G. Soutendijk. Ein
delijk zij nog veimeld. dat de stand van de
P. T. T. verzorgd wordt door Ir. H. J. Brusse
en H. Molenaar. Op deze wijze kan men zich
reeds een klein denkbeeld vormen van deze
zaal en deze gegevens doen verlangend uitzien
naar meer bijzonderheden over de volgende
zalen in ons paviljoen, dat uiterst belangwek
kend en Nederland volkomen waardig belooft
te worden.
Spanjaarden naar Nederland.
Groep van 400 mannen en vrouwen.
Zooals bekend is., hebben een aantal Span
jaarden. inwoners van Madrid en omgeving
wier politieke sympathieën aan de zijde van
generaal Franco zijn, een toevlucht gezocht
in het Nederlandsche legatiegebouw in Ma
drid.
Deze asyl-Spdnjaarden zijn met medewer
king der Spaansche regeering geëvacueerd
en. blijkens een op het departement van
buitenlandsche zaken ontvangen bericht,
Donderdag in Valencia aangekomen. Het ligt
in de bedoeling, dat zij vandaar met het
stoomschip ,.Ajax" naar Marseille vervoerd
zullen worden.
Wanneer de boot in Marseille zal zijn aan
gekomen, zullen de Spaansche onderdanen
het zijn er ongeveer 400 gesplitst worden
in twee groepen: weerbare mannen en niet-
weerbare mannen en vrouwen. De laatsten
zullen in Marseille blijven, de weerbare man
nen echter gaan per trein naar Nederland.
Echter zullen gezinnen niet worden geschei
den. Zij, die naar Nederland moeten door
reizen. zullen dus hun vrouwen en kinderen
mede kunnen nemen. Ook de Belgische regee
ring verleent bij het transport haar medewer
king.
De kanselier van het Nederlandsche ge
zantschap in Madrid, de heer Hermans, zal
de reis naar Marseille mede maken. Bij de
Nederlandsche grens, in Roozendaal, zal mr.
Boon. gezantschaps-attaché aan het departe
ment van Buitenlandsche Zaken, aanwezig
zijn. om de vreemdelingen verder te bege
leiden naar Eindhoven, In de omgeving van
deze stad is met medewerking van een tor
zake gevormde R.K. organisatie huisvesting
gevonden. De leiding hiervan berust bij prof.
en me rouw Schmutzer. Het departement van
Buitenlandsche Zaken heeft de noodige voor
bereidende maatregelen voor deze huisvesting
getroffen.
Een halve eeuw geleden
Uit Haarlem's Dagblad van 1887
UIT DEN GEMEENTERAAD.
De zitting van den gemeenteraad was
weer gewijd aan de algemeene politie
verordening. Hoofdstuk IX bevat de be
palingen tegen brandgevaar.
Nieuw is onder anderen/het volstrekt
verbod om, te beginnen met een nog vast
te stellen tijdstip, „in de kom" der ge
meente hooibergen of schelven te
hebben. Buiten de kom der gemeente
zullen die bergen en schelven ten minste
4 meter van elkander of van gebouwen
verwijderd moeten zijn. De hoogte werd
van 9 op 7 meter teruggebracht.
Omtrent het bouwen van schoorstee-
nen, plaatsen van kachelpijpen enz.
worden uitvoerige voorschriften gege
ven. Zoo zal men in het vervolg voor het
uitsteken van kachelpijpen, bij wijze van
schoorsteenen, vergunning van B. en W.
behoeven.
Bij art. 14 wordt verboden het tot
woonhuis inrichten van houten gebou
wen. De verplichting, tot nu toe door de
verordening aan bewoners langs grach
ten enz. opgelegd, om bij besloten water
bijten open te houden, wordt voor het
vervolg ingetrokken, op grond dat er
toch niet de hand aan gehouden wordt
en de gemeente zelve voor zooveel noodig
voor het openhouden van bijten zorgen
kan.
Dr. Colijn en Dr. Deckers lid.
De regeeringspersdienst meldt:
De Nederlandsche delegatie naar
de op 5 April a.s. te Londen te openen
internationale suikerconferentie zal
zijn samengesteld als volgt: da*. H. Co-
lijn, minister van koloniën, leider der
delegatie, mr. dr. L. N. Deckers, minis
ter van landbouw en visscherij, lid der
delegatie; prof. J. van Gelderen,
hoofd van de afdeeling crisiszaken
van het commissariaat van Indische
zaken bij het departement van kolo
niën en ir. S. L. Louwes, regeerïngs-
commissaris voor den akkerbouw en
de veehouderij als plaatsvervangende
gedelegeerden.
Naar wij vernemen zullen bij be
schikking van den minister van kolo
niën worden aangewezen als tech
nische adviseurs van de delegatie de
heeren; mr. W. G. F. Jongejan, voor
zitter van den bond van eigenaren
van Nederlandsch-Indische suiker
ondernemingen.; mr. A. W. Hartman,
oud-voorzitter van de vereenlging van
Javasui'ker-ondernemers ter quötee-
ring der uitvoeren bij internationaal
contract; G. J. Schimmel, hoofd-amb-
tenaar bij het departement van Eco
nomische Zaken te Batavia, terwijl
het in de bedoéling Ligt dr. P. J. H.
van Ginniken, secretaris van den bond
van Coöperatieve Suikerfabrieken bij
beschikking van den minister van
Landbouw en Visscherij als technisch
adviseur aan te wijzen.
Als secretaris wordt aan de dele
gatie toegevoegd jhr. mr. H. A. Lou
don, adjunct-commies bij het depar
tement van koloniën.
OUDE ST OOMPONT ZAL DIENST DOEN
TER BERGING VAN HET LUTINE-GOUD.
De stoompont „Enkhuizen", die sinds onge
veer een jaar is opgelegd na langen tijd
dienst te hebben gedaan voor het vervoer
van spoorwagens tusschen Enkhuizen en
Stavoren is door van Wienen's Berging
maatschappij aangekocht, om als werkschip
by de berging van het Lutine-goud dienst te
doen.
Verlaging bijzonder invoer
recht benzineprijs verzocht.
De besturen van den Bond van Bedrijfs
autohouders in Nederland de Koninklijke
Nederlandsche Automobielclub. de Konink
lijke Nederlandsche Motorwielrijdersvereeni-
ging en den Koninklijken Ncderlandschen
Toeristenbond. A.N.W.B. hebben Donderdag
een telegram toegezonden aan d#n minister
raad. in welk telegram zij de aandacht er op
vestigen
Dat de achtereenvolgende verhoogingen
van den benzineprijs sedert October 1936
voor het reeds uitermate zwaar belaste mo-
torwegverkeer een extra last van rond 12'/2
millioen gulden per jaar be teekenen.
Dat de minister van Waterstaat reeds in
de Memorie van Antwoord op het voorloopig
verslag der Eerste Kamer betreffende de
verkeersfondsbegrooting 1937 zich heeft uit
gesproken, dat de vraag „in hoeverre herzie
ning van de door de motorrijtuigen op te
brengen belastingen mede in verband 'met
de stijging van den benzineprijs, in aanmer
king komt" een punt is, dat de voortdurende
aandacht van Zijne Excellentie heeft en dat
nader za! worden overwogen,
dat bij de behandeling van het wetsont
werp tot tijdelijke heffing van een bijzonder
invoerrecht op benzine door de regeering in
uitzicht werd gesteld, dat bij noemenswaar
dige verhooging van den benzineprijs het
tarief der heffing zou worden herzien,
dat de in den aanhef genoemde verhoogingen
van den benzineprijs 'n ongunstigen terugslag
moeten veroorzaken op het geheele econo
mische leven,
om deze redenen en onder aanteekening
van hun voornemen het bovenstaande spoe
dig nader schriftelijk toe te lichten, verzoe
ken genoemde besturen den ministerraad
dringend.
het daarheen te willen leiden, dat de ver
hoogingen van den benzineprijs worden ge
compenseerd door overeenkomstige verlaging
van het bijzonder invoerrecht op benzine.