mm fiêry BRIEVENBUS ZATERDAG 3 APRIL 1937 H A A R L E M'S DAGBLAD Deze raadsels zijn ingezonden door Jon gens en Meisjes, die Onze Jeugd lezen. Iedere maand worden onder de beste op lossers vier boeken verloot. De raadselprijzen voor de maand Maart zijn bij loting ten deel gevallen aan: ROZEMARIJNTJE, 'T KLEINE TURNSTER- TJE, DE KLEINE TIMMERMAN en DE KLEINE REKENBAAS die ze Woensdag 7 April bij mij mogen af halen. AFDEELING I. (Leeftijd 10 jaar en ouder) 1. (Ingez. door Vaders Knecht). Verborgen plaatsen. Waar wonen: Geert Bernshonderd? Git Vegten? Fee Kortho? Abram Beugg? Vera Glansd? 2. (Ingez. door Naaistertje.) Rekenraadsel. Een landbouwer voelde zijn einde naderen. Daar hij echter een stuk land bezat, dat moeilijkheid bij de verdeeling op kon leveren, riep hij zijn vier zonen en eischte van hen dit land zoo gelijk mogelijk te verdeelen, ieder stuk even groot was en dezelfde vorm had. Hoe moesten zij dit klaar spelen. Hier onder het stuk, dat verdeeld moest worden. A F 3. (Ingez. door Puzzelaartje.) Verborgen plaatsen. a. Pardon, dat ik tegen U aanliep, ik zag u niet. b. Wij lagen even voor anker, toen de storm opzette. c. Zoo iets klinkt voor 't gehoor niet aan genaam. d. Ze is te vlug, je kunt haar niet vangen. 4. (Ingez. door Edelweisz.) Mijn geheel is een bekend spreekwoord van 25 letters. 21 22 23 24 is een vogel. 25 7 17 9 5 is een familie-lid. 18 19 20 is een lidwoord. 8 13 16 10 is een getal. 6 9 14 3 2 2 is een plaats. 11 12 2 15 is een uurwerk. 1 7 17 is een jongensnaam. 6 5 4 is een andere woord voor huid. 5. (Ingez. door Sonja Henie) Verborgen componisten. Wie zijn: Han Dij? Mart zo? Theo Venbe? Bert Usch? Be Wer? Leo Smendshn? 6. (Ingez. door Sonja Henie.) Verborgen dieren. Welke dieren zijn: Da Hegrs? Karei Ste- venk? Tina Fol? Ali Pardu? AFDEELING II. (Leeftijd 9 jaar en jonger.) 1. (Ingez. door Eekhoorntje.) Mijn geheel is een knaagdier en tevens een schuilnaam, die uit 11 letters bestaat. 5 6 7 is een lichaamsdeel. 9 10 11 is een verkleinwoord. 1 2 8 is een telwoord. 3 is de 11de letter van het ABC 4 is de 8ste letter van het ABC 2. (Ingez. door Gymnast.) Verborgen lek kers. Ko Jeske, T. S. Cuibi, Jes Trata, Co Delacho 3. (Ingez. door Poppekind.) Verborgen Ru- briekertjes. Wie zijn. Udo Kopjeg? Fee Re- moz? Na Gymst? Tru Sterntje? Leo Napon? 4. (Ingez. door Moeders Huisknechtje.) Ver borgen voorwerpen. Welke voorwerpen zijn. To Plood? Nel Vup? Udo Bowos? Jet Schor? vragen. 5. (Ingez. door Geluksvlindertje.) Strik vragen. a. Waarom gaan we des avonds naar bed? b. Niemand dan ik zelf kan zeggen, wie ik ben. Wie ben ik? c. In welke kast vindt men geen muizen? 6. (Ingez. door Nellie Bruinier.) Welke winkelier maakt ge uit dor en gist? RAADSELOPLOSSINGEN De raadseloplossingen der vorige week zijn: AFDEELING I. 1. De ooren van een kan. 2. 1 gulden, 1 dubbeltje, 214 cent, 2 centen en Vz cent. 3. De kleine Voetballer. 4. Wie hier als vriend naar binnen gaat, komt nooit te vroeg maar steeds te laat. 5. Barlemont. Oldenbarneveldt. Johan de Wit, van Spijck, 6. Enkhuizen. AFDEELING II 1. Spiegel. 2. A a m t 3. Vliegenier. Klompenmaker, Bankwerker, Liedjeszanger, Tooneelspeler. 4. Mandarijntje. 5. Hoogkarspel. 6. Papaver. Goede raadseloplossingen ontvangen van: Geluksvlinder 5 Edelweis 6 Herbert Wouter 6 Hannie Wit 6 Kampeer- stertje 6 De kleine Werkster 6 Mandarijntje 5 Rozemarijntje 5 Bob 4 Vrouwtje Ulebuut 6 't Kleine Turnstertje 6 Eikeldopje 4 Zonnepit 6 Lindebloesem 6 Zeemeeuwtje 6 Iris 5 Cellist 5 Vaders Oudste 5 Een naamlooze 5 Mosroosje 5 Sneeuwklokje 5 Winterkoninkje 5 Gouds bloempje 5 Duinroosje 6 Chrysantje 4 Elpen klokje 6 Aster 6 Zondagskindje 6 Welp 6 Oeverkevertje 5 Zandkevertje 4 Alida 4 Tortel duifje 4 Klein Duimpje 6 Turnstertje 6 Va ders knecht 6 Muurbloempje 6 Tinterlan- teentje 6 De kleine Timmerman 3 De kleine Voetballer 5 Kruidnoot 6 Beery 6 De kleine Schaker 6 De kleine Rekenbaas 6 Een naam looze 6 Kindermeisje 6 Alpenklokje 6 Moeders Schat 6 Akkerwinde 4 Gymnast 4 Fresia 5 De kleine Schaker 6 Lollypop 6 Betsie 5 Leo Ha 11e 6 Pietje Bell 6 RUILRUBRIEK ROZEROOD. Olmenstraat 80, Haarlem-N., heeft: 1 van Nelle, 3 Kwatta, 6 groote platen HET REGENT! HET REGENT! Regen, regen, ruisch Ik ben nog lang niet thuis, Ik heb mijn nieuwe jurkje aan Ik ga gauw onder 't afdak staan. Regen, regen, ruisch Regen, regen plas 'k wou dat ik binnen was. Mijn mooie schoenen worden nat. Omdat de regen erop spat Regen, regen plas Regen, regen stroom, Ik schuil onder die boom Kom kleine Fik draaf gauw maar mee. Is dat geen reuze fijn idee? Regen, regen stroom, Hè. daar breekt 't zonnetje weer door Niet dat ik me aan de regen stoor, Maar 'k hou toch meer van zonneschijn En Fik blaft ook: ja nu is 't fijn! W. B.—Z. v. Texel, 5 Paula, 14 Benito, 109 Wapentjes, 30 Meco. 147 Bloemen en haar vrienden, 136 Vetplanten, 64 Hans de Torenkraai, 78 Zee water aquarium en terrarium, 125 Roodband. 13 Franken, 139 De Wereld in beeld n en m 3 Snoets wilde jaren, 10 Droste, 2 Koffie Hag. Hiervoor gaarne terug: Hille (alle). MEJ. W. SMIT, de Clercqstr. 71 r., b. h. Leidscheplein, heeft Drostes bonnen die ze gaarne zou willen ruilen 1 tegen 1 Sunlight of H. O. bonnen, Liga, 6 punten voor Sunlight of "H. O. bonnen. Paula en de jonge Zwerver van N.V. Paul Kaiser, 4 voor 1 Hille of Ever- lastingbon. WAT ER IN ONZE OMGEVING TE ZIEN IS Het groot-Hoefblad bloeit weer in onze om geving. De bloemen zijn hyacintvormig en roodbruin tot oud-rose van kleur. Het staat, van Haarlem komende rechts van de Els- woutslaan, tussehen de boschkat, direct over de sloot, pl.m. 80 M. voor men aan de woning bij 't sluisje komt. Die bloei is heel interes sant, omdat er nog geen bladvorming aan wezig is. Het mooiste hoefblad staat recht tegenover den uitgang van station Lisse. Het staat op de talud van den straatweg tot aan de sloot. Mooi speenkruid bloeit langs de rietmat bij 't inloopen van de Elswoutslaan rechts. Nog mooier zag ik 't langs den Middenduinweg aan de overzij van 't beekje langs de Neethof te Santpoort. Vooral bij den Spoorwegovergang staat een pracht partijtje. Daar kunnen wij ook zien den bloei in katjesvorm van de Cana- deesche populier, die zoo'n opvallende zilve ren stam heeft. De kamperfoelie staat daar ook aardig in 't blad en de composiet het gele St. Jacobskruid staat volop in bloei. H. A. TRAANBERG. HET SPOOKKASTEEL door HEINY v. d. NOORD. Oud 14 jaar. ,,Pff, wat is 't heet" zei Wies van Leuven, terwijl ze met een zakdoekje langs haar ge zicht waaide. „O, stikkend" antwoordde haar vriendin Emmy Duivendaal, „ik weet niet hoe jij er over denkt Wies, maar als ik hier nog langer blijf zitten smelt ik". „O. dat treft, onze boter is n.l. bijna op en dan kan ik tenminste straks ons vleesch bra den". „Drakepit", schold Emmy. „Dank je, maar je hebt gelijk hoor, 't is hier werkelijk om te stikken, ik ga daar onder dien boom zitten, die geeft allicht meer schaduw dan deze." Dit gesprek werd gevoerd door twee vroolijke bakvisschen van 17 jaar. die een deel van hun zomervacantie doorbrachten met kampeeren op de hei in een tent die Emmy op haar ver jaardag had gekregen. 't Was een gloeiend heete Augustusdag en de beide meisjes lagen elk in een ligstoel voor hun- tent, die om hen te vrijwaren voor al te brutale zonnestralen en wispelturige regenbuitjes, ver scholen stond tussehen allerlei geboomte en struiken. Wies voegde daad bij woord en sjouwde haar stoel naar een even verderop staanden boom, welk voorbeeld door Emmy gevolgd werd. Zoo bleven ze nog een half uurtje liggen lezen, toen Emmy opstond om voor het avondeten te gaan zorgen. Toen ze den inwendigen mensch hadden versterkt zei Wies: „Zeg Ems weet je wat we eens moesten doen?" „Laat eens hooren wat er in jouw genialen bol is opgekomen". „We moesten eens een wandeling gaan ma ken naar dat kasteel dat hier in de burt moet staan." „Ja best, maar hoe laat is 't"? „Acht uur." „Hm, anders geen geschikte tijd om op snor te gaan naar zoo'n geheimzinnig kasteel." „Ems je bent onuitstaanbaar," zei Wies, dol belust op een mogelijk avontuur in het eeuwen oude kasteel. „Ja maar kunnen we dat nu niet eens op een middag doen. om daar 's avonds nog heen te gaan. ik voel er niks voor." „Hè wat flauw, morgen zijn we 't weer ver geten en daarbij 's avonds is veel leuker." „Nu vooruit dan maar," zei Emmy die zich zooals meestal, door haar vriendin liet over halen. Ze sloten de tent en gingen met hun wandelkaart en een zaklantaarn op stap. Na veel gedwaal en gezoek kwamen ze ein delijk bij de beruchte ruïne aan. De dorpsbe woners vertelden er van dat het er 'snachts spookte en wie er om 12 uur nog in was, kwam er nooit meer uit, zeiden ze. Wies lachte er om, maar Emmy was er niet heelemaal ge rust op. „Stel je voor om 12 uur nog in zoo'n enge ruïne", zei ze. „Eenig", zei Wies. „ik zou best willen. ,.Je bent getikt", zei Emmy schamper. „Misschien", antwoordde Wies droog. Ze liepen een breede poort door die naar een groote galerij voerde. Van hieruit gingen ze een steenen trap op, die door de eeuwen heen haast heelemaal verweerd was. „Kijk" ontdekte Emmy, toen ze boven waren aangeland, „dit lijkt wel een vergaderzaal". In het midden van de groote steenen ruimte stond n.l. een ronde tafel, terwijl langs de wan den steenen banken geplaatst waren. „Ja warempel, maar hier is een deur, licht eens bij Ems". Emmy deed het en nu zagen ze dat er een steen voor lag en geen kleintje ook. ,,'t Lijkt de Amersfoortsche kei wel", zei Wies lachend, „hoe moeten we die deur openkrij- gen?» (Wordt vervolgd.) VEILIG VERKEER. Ook dit jaar zullen velen van jelui verkeers- examen doen. Hoe prettig is het om als resul taat het verkeersspeldje te mogen dragen. Met het speldje op de borst moeten de regels van het verkeer natuurlijk stipt worden nageleefd, want dan moet het voorbeeld gegeven worden. Enkele plaatselijke voorschriften van Haar lem zijn: Bij opbreking of afsluiting van den weg mag daar niet gereden worden, wanneer dat ken baar is gemaakt door een bord. Bij een stopteeken van den verkeersagent moet men achter de stoplijn blijven. Door een groep schoolkinderen onder geleide mag niet gereden worden, ook niet door een militaire colonne of optocht. Door een begrafenisstoet rijden is niet alleen verboden maar is ook erg onopgevoed. Een last op de fiets vervoeren, mag niet meer dan Vz meter voor en achter uitsteken en niet breeder zijn dan stuurbreedte. Grootste breedte van het stuur mag 85 c.M. ZUn' H.T.E. (Wordt vervolgd). DE UIT DEN DUIM GEZOGEN TROONREDE In het jaar 1901 besteeg Edward VII, na den dood van zijn moeder koningin Victoria, den Engelschen troon. Bij deze gelegenheid zou hij volgens de bestaande gebruiken een troonrede uitspreken. Het tijdstip, voor deze plechtigheid vastgesteld, kwam echter allerongelukkigst uit voor de middageditie van een Londensch blad. De wanhopige po litieke redacteur van dit blad kwam toen op de zonderlinge gedachte de troonrede maar uit zijn duim te zuigen, om die dan nog in de middageditie aan zijn lezers te kunnen voorleggen. Natuurlijk werd deze zwendel ontdekt en de redacteur werd strafrechterlijk vervolgd. Ook koning Edward hoorde van de zaak, en de „troonrede", zooals dat blad haai had gepubliceerd, werd hem voorgelegd. Zijne Majesteit las de „rede" met zichtbare be langstelling en zijn gramschap om den bru talen streek verdween naarmate hij verder kwam. Toen de koning de rede ten einde toe gelezen had, zei hij lachend: „Ik wensch dat de steller van deze „troonrede" niet gestraft wordt. Ik heb er mij van overtuigd, dat ze veel beter is dan de rede, die ikzelf heb ge houden!" Brieven aan de Redactie van de Kinder - Afdeeling moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERG—ZEEMAN, Stuyve- santplein 11. ROZEROOD. 'k Vond het leuk weer eens wat van je te hooren. Wat leuk. dat jullie oom en tante te logeeren hebben gehad. Pret tig, dat je zoon rapport had. 't Is wel jam mer, dat moeders verjaardag net buiten de vacantie valt. Hoe vond je de postzegelten toonstelling? Heb je nog kunnen ruilen? Hartelijk dank voor die snoezige Paaschkaart. VROUWTJE ULEBUUT. Ook jou dank ik wel voor dat snoezige lammetje met de rose strik. Zoo zie je ze toch niet in het wei land loopen, hè? GELUKSVLINDERTJE. Heb je een pret tige vacantie? Waarvoor had je een onvol doende. Ik dacht wel, dat je voor schrijven een heel mooi cijfer zoudt krijgen. NAPOLEON. Dit was een heel moeilijke inleiding. Waar heb je die gehouden? Ben je 2den Paaschdag nog naar IJmuiden geweest? Reusachtig, dat de H. J. V. al 82 jaar bestaat. EDELWEIS. Je raadsel is goed. Ik hoop, dat het prijsje naar je zin is. Ik hoop, dat je kiekje nu in mijn bezit is. Is je neger klaar gekomen? Teeken je graag? Je schrijft keurig BALSEMBENTJE. 'k Vond het gezellig weer eens wat van je te hooren. Dus het gaat op school naar wensch. Komen er ook goede berichten uit Indië? Schrijf je me ook eens, hoe Kareltje het maakt? ROZEMARIJNTJE, Hoe glunder kijk je wel, nu je een raadselprijs hebt gewonnen? Is de straat nu klaar? Is de vacantie naar je zin? Gefeliciteerd met je overgang. Blijf je bij denzelfden onderwijzer? MANDARIJNTJE. Logeeren jullie nog bij tante H.? Dat was wel een bussenreis. Zijn er nog meer neefjes en nichtjes? KAMPEERSTERTJE. Je raadsel is goed. DE KLEINE WERKSTER. Vast hartelijk gefeliciteerd met je lOden verjaardag. Dan hoor je in Af deeling I. Hoe gaat 't. nu met zus? Wat waren die roode pukkeltjes? KAMPEERSTERTJE. Hoe is 't er nu mee? Aardig van zus, dat zij je briefje schreef Van harte beterschap toegewenscht. T KLEINE TURNSTERTJE. Wat gezellig voor je, dat je met moeder meemocht naar Zeist Heb je het er naar je zin gehad? Was het al mooi in de bosschen? VROUWTJE ULEBUUT. Ja, nu heb ik al veel lammetjes in de weilanden gezien. Zijn de paascheitjes al op? Aardig dat vader ze zelf voor je gekleurd heeft. Logeer je nog bij grootmoeder? Wat prettig, dat jullie boot nu zoo'n goed plaatsje heeft gekregen. BOB. Behalve die twee vijfjes had je een best rapport. De volgende keer zijn dat na tuurlijk zesjes. BEERY. Je raadsel is goed. KRUIDNOOT. Jullie kunnen nog eens wandelen met zijn drietjes. Oma zal 't zeker gezellig gevonden hebben, toen je 2den Paasch dag bij haar aanwipte. Zus kwam zeker met reuzeverhalen thuis. H. A. T. Mijn dank voor uw interessante mededeeling in zake den bloei van 't groot hoefblad. Als er plaats is, zal ik er nog een 'berichtje van maken voor Onze Jeugd. EEN NAAMLOOZE schrijft me over haar mooie rapport en over 't bezoek van twee tan tes. Ben je soms Juffertje Spring in 't veld? DE KLEINE REKENBAAS. Ben je in je schik met je raadselprijs? Ken je nu je voor dracht? Waar ben je Woensdag naar toege- wandeld? MIEK. Heb je prettige Paaschdagen ge had? Ik hoop, dat je straks geen onaange name gevolgen van je origineele mop zult hebben. Heel erg vind ik 't niet. Je rapport zag er heusch wel goed uit. De vakken, waar je 5 voor had. zijn toch geen hoofdvakken? Misschien heeft moeders bezoek aan Betje toch nog wel goede resultaten. Waar blijft Tops? Je teekeningen waren als immer: Zeer artistiek! DE KLEINE SCHAKER. Wanneer is 't toelatingsexamen? Heb je al eens wat ge hoord uit Wijk aan Zee? Wat jammer, dat je je postzegel-album niet hebt ingeleverd. Je raadsels zijn goed. FRESIA. Ik kan me best voorstellen, dat je door die twee verjaardagen de Rubriek vergat. Wat heb je met die 15 cent gedaan? Je raadsel is goed. GYMNAST. 't Doet me plezier, dat je 't boek zoo mooi vond. Dat was een heele trap naar Beverwijk. Gir,g je met vader? MOEDERS SCHAT. Dat is straks een prettig begin voor de jongens in een nieuwe school. Als de stekjes er nog frisch uitzien, zullen de plantjes het wel doen. DE KLEINE TIMMERMAN. Leuk, dat Miep en jij ook onder mijn gehoor waren. Zat je vooraan? Je portemonnaie is dus met Pa sehen heerlijk gevuld. Of heb je er al wat voor gekocht. Wat heb je allemaal in je schetsboek geteekend? MIEN H. Je mag wel met potlood blij ven schrijven, omdat je zoo'n kleine peuter bent. Waar woon je? En hoe oud ben je? TTNTERLANTEENTJE. De vogende week kun je de foto terug komen halen. Jullie staan er goed op. MUURBLOEMPJE. 'k Kan me best be grijpen, dat je geen zin in schrijven had, toen broertje ziek was. Wat had je een prachtig rapport! Je raadsel is goed. VADERS KNECHT. Je raadsel is goed. Dus oom en tante in Aerdenhout zijn niet tevreden als er geen briefje voor jou in de brievenbus staat. Wordt de neger nu grooter? TURNSTERTJE. Door oefening wordt de kunst verkregen. Zoo is het ook met duiken. Als Lucky Star dit leest, weet ze, dat je nog postzegels voor haar hebt. ROOSJE. Schiet moeder flink op met de schoonmaak? Is Kick nu gewend aan den stofzuiger? Hoe is 't met de zeere hiel? Kwam dat van nieuwe schoenen? Kun je al op de fluit spelen? TORTELDUIFJE. 'k Zou poes maar niet verwennen. Verwennen is nooit goed. Flink zoo, dat je moeder helpt. Voor wie maakt va der die motorboot? Nu schreef je netter. ALIDA. Je raadsels zijn goed. Prettig, dat grootvader nog zoo gezond is. Ik hoop, dat 't zonnetje gauw gaat schijnen, zoodat hij alle dagen naar buiten kan. LOLLYPOP. Was de prijs naar je zin? ZONDAGSKINDJE. Dat is een heele mooie film geweest. Heb je met moeder wil genkatjes geplukt? Wat aardig, dat die. ken nis dat boekenkastje voor je heeft gemaakt Zat je Vrijdagmorgen dicht itó»mijn buurt? 't Was geen gewoon verhaaltje? dat -ik ver telde. ASTER. Ik vind het school journaal heel goedkoop. Is de heele klas erop geabonneerd? ELPEN'KLOKJE. Je raadsel is goed. Wat ben je flink vooruit gegaan met de school vakken. CHRYSANTJE. Ben je al eens weer aan den wandel geweest met je vriendin? Wat kwam zus Zaterdagavond laat thuis. Werkt ze dan niet op vaste tijden? Waar is ze? DUINROOSJE. Dat lijkt me een leuk spel de nachtwacht. Ik dacht, dat jongens op een autoped reden. Dus doen meisjes dat ook? GOUDSBLOEMPJE. Is het prijsje naar je zin? Heb je gezellig bij je nichtje gelo geerd? Leuk, dat zus er ook bij was. Waren er met Paschen al veel wandelaars in 't wan delpark? WINTERKONINKJE. 'k Ben blij, dat je weer beter bent. 't Is prettig, dat je zoo'n heerlijken verjaardag hebt gehad. Je eerste raadsel is goed, het tweede is wat gezocht. SNEEUWKLOKJE. Het papier was goed, maar je had het voor 't zelfde geld netjes kunnen afknippen. MOSROOSJE. Is je neger klaar? Geluk kig, dat je rapport meeviel. Wat eindigt April straks prettig voor jullie. EEN NAAMLOOZE. Ben jij soms Poppe kind, omdat je schrijft over je prijs en de keelpijn? De ruil-aanvraag moet altijd op een afzonderlijk velletje geschreven worden en voorzien zijn van naam en adres. Het lidmaat schap van de Postzegelrubriek kost niets, aan gifte moet geschieden bij Mevr. Stolp, Rus tenburgerlaan 23. VADERS OUDSTE. Wat gezellig, dat je met moeder samen naar Loosduinen berit ge weest. Wat zal grootmoeder het ook prettig hebben gevonden .Nu was je wel echt moe ders oudste. CELLIST. Knap zoo. dat jij je fiets een voorjaarsbeurtje hebt gegeven. Ga je er alle dagen op uit? Heb je nog wat verdiend met je postzegelverzameling? NEELTJ'E D. Kenden ze je nog in Zand- voort? Hoe gaat 't nu met vader en zus? Zet nu voortaan je schuilnaam maar onder je werk. LINDEBLOESEM. Je hebt gelijk: geniet nu maar volop van buiten-zijn. ZONNEPIT. Fiets jij er alle dagen heer lijk op los? EIKELDOPJE. Niets erg hoor, dat je deze week wat minder raadsels hebt. AAN ALLEN. Omdat „Onze Jeugd" wat ingekort wordt, moet ook de Brievenbus klei ner worden, zoodat ik wat beknopt moest zijn met de beantwoording. W. BLOMBERG—ZEEMAN, Stuyvesantplein 11. Haarlem, 2 April 1937. UIT DE NATUUR RIETBEWONERS Als April in het land is komen verschillen de vogels onze waterkanten weer opzoeken om hun nesten te bouwen en jongen groot te brengen. Een daarvan is de Karekiet, een eenvoudig klein zangvogeltje, dat we op een wandeling langs het water wel veel hooren maar weinig te zien krijgen. Wel zien we ze soms pijlsnel langs het riet strijken of even boven de halmen uitkomen, maar echt van dichtbij zijn ze moeiijk waar te nemen. Er zijn twee soorten, de groote en de kleine karekiet, de grootste is van boven geelbruin met donkerder schedel, aan de onderzijde geelwit en van eind April tot Augustus te vinden waar veel gewoon riet groeit. Als in Mei— Juni het jonge riet hoog genoeg is bouwen ze hun nest, dat uit rietbladeren, grassprietjes, worteltjes en stengels stevig en komvormig tussehen de stengels van de riet planten wordt opgehangen. De eieren 46 in getal, zijn groenachtig van kleur met veel paars-grijze en geelbruine vlekken en stippen. Het voedsel voor deze vo gels bestaat uit hetgeen de waterplassen hen opleveren aan insecten en besjes en met ge mak klauteren zij langs de rietstengels heen en weer op jacht naar voedsel voor zich en de jongen. De kleinere soort lijkt in vele opzichten op de groote karekiet, maar bouwt ook zijn nest wel in biezen of wilgen. Ze zingen beiden bijna dag en nacht door. Van de familie der rietzangers noemen we de gewone rietzanger, de boschrietzanger, de snor en sprinkhaanrietzanger. Van deze vo gels vertoeft de laatste op zandgrond en niet in moerassen. Hun levenswijze komt wel in verschillende deelen overeen met de kare kiet. De gewone rietzanger, die meestal in het moeras voorkomt, is te herkennen aan den bruinen bovenkop met donkere vlekken en roestkleurige romp en staartomtrek. Van on deren is de vogel geelwit. Deze drukke zan ger is onze gast van April tot eind Septem ber. Het nest kunnen we vinden in brand netels, biezen en grassen, maar heel goed verstopt. De eieren zijn lichtgroen met grijs bruine vlekjes en meestal zijn er 4r—5 in één nest. De boschrietzanger lijkt meest op de kleine karekiet, maar is aan den bovenkant meer groenbruin van kleur. Het diepe nest van deze vogels bevat 57 lichtgekleurde eitjes en wordt op dezelfde plaatsen aangetroffen als bij de gewone rietzangera De snor- of nachtegaalrietzanger is vrij onbekend, maar komt toch in ons lage landje meer voor, dan men vermoedt. Door zijn ver borgen levenswijze valt dit diertje minder op dan zijn broeders. Ook dit nest is goed ver borgen en bevat 46 lichtbruine eieren. S. UIT HET FOTO-ALBUM VAN ONZE RUBRIEKERTJES. Huppelend van 't rechter op 't linkerbeentje Zie je hier JOPIE, WIM. KINDERMEISJE en TINTERLANTEENTJE. POSTZECELRUBRIEK. 1935 70 75 1 fr. 1935 Kinderhulp. 35 115 70 4 30 1.75 t 50 1935 Wereldtentoonst. 10+10 25 25 35+25 1935 Dienst 70 75 Aanvulling II. Drie frankeerzegels in dezelfde teekening als de tentoonstellingszegels verschenen in 1935 in de maten 28 x 24 mM. voor de waar den 70 cm. (zwartolijf) en 75 cm. (bruin) ter wijl de 1 fr. een plaats verlangt van 32 x 28 milimeter. Ten bate van de Kinderhulp in 1935 ver schenen drie zegels met de jonge Prinsjes en het Prinsesje van België, Boudewijn, Char lotte en Albert. De waarden zijn 35 en 15 cm. (donkergroen) 70 en 30 cm. (roodbruin) 1.75 fr. en 50 cm. (blauw) in de maten 28 x 45 mM. Bij de opening van de Wereldtentoonstel ling verscheen een serie weldadigheidszegels met een ouderwetsche Postkoets. De waar den zijn 10 en 10 cm. (olijf) 25 en 25 cm. (bruin) 35 en 25 cm. (donkergroen). Afme tingen 28 x 45 m.m Dienstzegels met opdruk een vliegend wiel verschenen in 1935 op de zegels van Koning Leopold m nl. 70 cm. (zwartolijf) en 75 cm. (bruin). Grootte 28 x 24 mm. Rustenburgerlaan 23.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 18