Onderzoek naar de ramp met
de „Hindenburg".
HEYDT
Westminster Abbey.
THIJS IJS EN HET HANENEI
De Zomerbroek
moet van HEYDT zijn!
Tandheelkundig
Instituut
GEHEEL GEBIT
Traditie van negen eeuwen.
ZAT ERDAG S MEI 1937
HAARLEM'S DAGBLAD
Minister Swanson wijt de oorzaak aan het gebruik
van waterstofgas.
Bouw van de nieuwe Duitsche
Zeppelin wordt ver:neld.
Naar Reuter i\it New-York meldt is
in den afgeloopen nacht nog een lid
van de bemanning van de Hindenburg
overleden. Volgens officieele opga
ven zijn thans tengevolge van het
ongeluk elf passagiers, een en twintig
leden van de bemanning en een lid
van de landings-manschappen om
het leven gekomen.
De Amerikaansche minister van handel,
Roper, heeft medegedeeld, dat de openbare
verhooren voor de commissie van onderzoek
naar de oorzaak der ramp uiterlijk vandaag
zouden beginnen. Men achtte het zeker, dat
ook de marine een onderzoek zal instellen,
omdat het luchtschip op het terrein van de
luchtmacht der marine gevallen is.
Slechts autoriteiten en journalisten worden
op het vliegveld toegelaten.
Tegenover de pers heeft de Amerikaan
sche minister van marine, Swanson, ver
klaard, dat de Amerikaansche marine zal
voortgaan met de bestudeering van het ge
bruik van bestuurbare luchtschepen.
De ramp van den „Hindenburg" is z.i. het
gevolg van het gebruik van waterstofgas. De
bestuurbare luchtschepen der Amerikaansche
marine zijn gevuld met helium.
Dr. Eckener acht sabotage
weinig waarschijnlijk.
Dr. Eckener. die op 't oogen-blik te Berlijn
vertoeft, heeft gisteravond een radiorede
gehouden, waarin .hij onder meer zei, dat
men pas na een uitvoerig onderzoek zal kun
nen vaststellen, welke oorzaken tot den on
dergang van het luchtschip „Hindenburg"
hebben geleid. Het spreekt van zelf, dat ooik
de kwestie van een mogelijke sabotage, waar
aan hij in de eerste oogentolikken, zelfs niet
gedacht had, ernstig moet worden onder
zocht. Met het oog op de uitstekende organi
satiemaatregelen der Amerikaansche regee
ring is sabotage echter weinig waarschijn
lijk. Meer grond is er voor het vermoeden,
dat electrische verschijnselen, wellicht een
rol hebben gespeeld.
Eckener zeide er van overtuigd te zijn, dat
de Duitsche commissie den grootst mogelij -
ken steun der Amerikaansche autoriteiten
zal genieten. Duitsehland houdt vast aan
den bouw van luchtschepen en aan de ge
dachte van het luchtscheepvaartverkeer.
„Vertrouwen in de luchtver-
hinding AmerikaDuitseh
land ongeschokt".
De Duitsche rijksminister van luchtvaart,
Goering, heeft naar aanleiding van de ramp
van het luchtschip ..Hindenburg" een procla
matie uitgevaardigd, waarin hij verklaard:
„Het vertrouwen in de zoo tallooze
malen beproefde luchtvel-binding
tusschen het Amerikaansche en het
Duitsche volk is ongeschokt.
Thans pas goed zullen wij het ge
making der laatste ondervindingen
er alles aan te geven om het lucht
verkeer tusschen Duitsehland en de
Vereenigde Staten voor altijd en vei
lig tot werkelijkheid te maken. Daar
bij zijn wij er zeker van, dat ook de
Vereenigde Staten ons zullen steu
nen bij de veilige voltooiing van het
aangevangen werk".
Goering deelde verder mede, dat
de bouw van het op de werf te Frie-
drichshafen op stapel staande lucht
schip zoo spoedig mogelijk moet wor
den voltooid.
Op het congres' van de .Deutsche Ver-
exnigung fuer Weltwirschaft", dat te Frank
fort wordt gehouden, heeft de „Ministerial-
rat" Thomas van het ministerie van poste
rijen medegedeeld, dat het nieuwe luchtschip
L. Z. 130 in het najaar voor den dienst op
Noord-Amerika zal worden gebruikt.
De uitvoer van helium.
Bij debesprekingen in de militaire senaats
commissie heeft de sentaor Thomsa gezegd,
dat naar zijn meening de uitvoer van helium
moet kunnen voorzien in de behoefte der
Duitsche luchtschepen. „Want aldus zeide
hij het vasthouden van helium voor ons
eigen gebruik zou gelijk staan met het weige
ren van den verkoop van benzine. Wij kun
nen den vooruitgang der wereld niet aan
militaire overwegingen opofferen".
Deelneming o.m. van
Nederland.
Uit alle deelen der wereld worden te Ber
lijn betuigingen van deelneming ontvangen
met de ramp van de „Hindenburg", o.m.
van den Nederlandschen minister van bui-
tenlandsche zaken, jhr. de Graeff.
President Lebrun heeft rijkskanselier Hit-
Ier telegrafisch zijn deelneming met de ramp
van de „Hindenburg" betuigd.
In een officieele emdedeeling wordt gezegd,
VONNIS IN DE ZAAK FORMYSIN.
De correctioneel© rechtbank van Soissons
heeft Woensdag vonnis geveld in de zaak
Formysin.
Men zal zich herinneren, dat Formysin
tijdens het overplakken van reclamebiljet-
ten van het Volksfront met papieren van
Parti Social Francais is aangevallen. Zijn
aanvallers sleepten hem voor een soort recht
bank, waarna men hem zwaar heeft mishan
deld en ontdaan van zijn kleeren op straat
heeft gezet.
Het gerecht heeft thans twee zijner be
lagers veroordeeld tot zes maanden gevange
nisstraf. vier anderen tot gevangenisstraffen
van 1 tot 3 maanden voorwaardelijk en de
laatste verdachte vrijgesproken.
dat de Fransche zaakgelastigde te Berlijn,
Arnal, bij afwezigheid van den ambassadeur,
Francois Poncet, opdracht heeft gekregen,
aan de Duitsche regeering het medeleven der
Fransche regeering met de Zeppelin-ramp te
betuigen.
Kapitein Lehmann overleden.
Naar Reuter uit Lakeliurst meldt
is kapitein Lehmann, die bij de ramp
van de „Hindenburg" zwaar gewond
werd, gisteren in den loop van den
dag overleden.
Kapitein Ernst Lehmann werd op 12 Maart
1886 te Ludwigshafen geboren. Zijn vader
was chemicus. Lehmann was tijdens den
oorlog luitenant ter zee tweede klasse. Voor
den oorlog had hij scheepsbouw gestudeerd.
Bij het begin van den oorlog was hij lucht
schipbestuurder. Hij maakte vele succesvolle
tochten en was tijdens den oorlog eenmaal
105 uur in de lucht.
Na den oorlog bekleedde Lehmann hooge
functies bij de Zeppelin-reederij. Van 1028
heeft hij bijna alle tochten van de Graf Zep
pelin als verantwoordelijk commandant ge
leid. Van zijn hand zijn verschillende stu-
ides verschenen.
Rust keert weer te Barcelona.
Catalaansche commissaris-generaal
van openbare orde geschorst.
Onlusten eischten 200 dooden en
400 gewonden.
Berichten uit Barcelona melden, dat de
stad een normaal aspect gekregen heeft. De
autobussen en trams rijden weer en de café's
zijn open.
Alleen de nog overblijvende barricades, die
her en der nog liggen, herinneren aan de
drie dagen, welke zoo'n bloedig verloop heb
ben gehad in Barcelona. Een. zeer talrijk pu
bliek wandelt door straten en avenues. Over
al ziet men er een groote drukte bij de win
kels en magazijnen. Geen enkel machtsver
toon is te zien op straat, noch van den kant
der syndicalisten, noch van regeeringszijde.
Slechts kunnen zeer discrete bewakingsmaat
regelen waargenomen worden om het plein
der republiek, waar zich het paleis der ge
neraliteit en het gemeentehuis bevinden.
De oplossing van het conflict zou tot stand
gebracht zijn tijdens Woensdagavond-gevoer
de besprekingen tusschen vertegenwoordi
gers der C. N. T„ U. G. T. en Catalaansche re
geering.
Luitenant-kolonel Alberto Arrando, de
commandant der Guardia de Assalto, die dooi
de regeering der republiek aangewezen is als
gedelegeerde van zijn regeering voor zaken
betreffende de openbare orde, in Catalonië,
heeft een begin gemaakt met het nemen van
besluiten, die ten doel hebben de gemoederen
te kalmeeren. Een dezer besluiten betreft de
schorsing van den commissaris generaal der
openbare orde. Rodriguez Salas, die last had
gegeven tot bezetting van het telefoongebouw
door de openbare macht en die bijgevolg be
schouwd wordt als een der voor de onlusten
der laatste dagen verantwoordelijke personen,
aangezien deze zich door de bezetting hebben
voorgedaan.
Volgens officieele gegevens bedraagt het
aantal slachtoffers bijna 200 dooden en 400
gewonden.
Allen zijn thans druk bezig in de weer om
de ravitailleering der markten te regelen en
de ziekenhuizen te helpen met het verzorgen
der gewonden. Eensgezind hoopt men, dat
na de smartelijke gebeurtenissen Catalonië
sterker zal zijn dan ooit en dat de eenheid
der arbeiders zeer gunstige reacties zal heb
ben aan het Aragoneesche front. Men hoopt,
dat deze strijd, waarin men geen overwin
naars of overwonnen wil zien de eenheid van
den generaliteitsraad en die van de vakver-
eenigingsorganisaties, waarin de arbeiders
georganiseerd zijn, zal versterken.
Rechtsche troepen bezetten
een bergketen in Baskenland.
Het D.N.B. verneemt uit Vitoria. dat gis
teren in den loop van den dag de rechtsche
troepen er in zijn geslaagd de Baskische
separatisten uit hun laatste stellingen in het
Sollube-gebergte te verdrijven, zoodat deze
bergketen thans in zijn geheele lengte van
15 K.M. in het bezit van Franco's troepen is.
Ook het plaatsje Menaca aan den zuidrand
van het Sollube-gebergte is door de recht-
schen bezet.
Ook in den sector van Durango hebben de
opstandelingen hun stellingen kunnen ver
beteren en bezit genomen van de uitloopers
van het Vizcargi-gebergte. Van daaruit be-
heerschen zij den straatweg van Amorebieta
naar Bilbao
Aanvallen der Nationalisten
in Biscaje afgeslagen.
Volgens het communiqué van den Baski-
schen verdedigingsraad, zijn de gisteren door
de rechtsche troepen ingezette aanvallen de
sterkste, welke in Biscaje hebben plaats ge
vonden. De vijand werd door de luchtmacht
en zeer vele tanks gesteund, doch werd over
al teruggeslagen. De aanvallers lieten een
groot aantal lijken van Italianen op het slag
veld achter
Zestig doden en gewonden bij
bombardement van Madrid.
De artillerie der opstandelingen heeft Vrij
dag opnieuw de stad beschoten en een vijf
fcigtal granaten hebben de stad getroffen. Een
der granaten kwam in een warenhuis terecht
en maakte verscheidene slachtoffers. Het
aantal slachtoffers in de volkswijken is zeer
groot. Men schat het aantal dooden en ge
wonden bij het bombardement van vandaag
op ongeveer 60.
Ook Santander gebombardeerd.
Twintig vliegtuigen der opstandelingen
hebben gisteravond enkele bommen uitge
gooid boven het centrum der stad. Een per
soon werd gedood. De luchtdoel artillerie open
de het vuur op de vliegtuigen, die vlucht
ten. J
De sorteering in alle stofsoorten is zeld
zaam groot. Het matensysteem van
HEYDT is van dien aard, dat ieder voor
zijn figuur de juiste broek vindt. En de
prijzen zijn laag.
Voor Broeken
naar
44 ANEGANG 44
De speciaalzaak in Broeken
(Adv. Ingez. Med.)
„Espana" verging met vier
opvarenden.
Toch op een mijn geloopen?
De Spaansche Nationalistische bladen be
vestigen, dat de „Espana" op een mijn geloo
pen is en dat de bemanning door den torpedo
jager „Velasco" aan boord is genomen. Slechts
vier machinisten van het gezonken oorlogs
schip zijn verdronken.
Wehib Pasja weer op liet tapijt.
De Turksche generaal biedt thans zijn
diensten aan Franco aan.
Oeneraal Wehlb Pasja, die de Turken in den
strijd tegen de Britsche troepen in Galli-
poli aanvoerde en tijdens den Abbessynischen
oorlog optrad als adviseur van Ras Nasiboe,
den bevelhebber aan het front van Ogaden,
is van Cyprus vertrokken om generaal
Franco zijn diensten aan te bieden. Hij is
voornemens naar Frankrijk te reizen ei
vandaar de grens naar Spanje te overschrij
den.
Wehib Pasja vestigde zich na de neder
laag der Abessyniërs op Cyprus oan daar zijn
mémoires te schrijven. Deze zouden aan een
Amerikaansche uitgeversmaatschappij ver
kocht zijn.
Wehib Pasja is een groot voorstander van
loopgraven en kleine fortificaties en tijdens
den oorlog in Abessynië heeft hij nabij Dag-
gaboer een soort „Hindenburg-linie" doen
aanleggen voor een bescherming van Harrar.
Luchtrace New-York—Parijs gaat
door.
Wijziging van het traject?
De Aeroclub France deelt mede: De Natio
nal Aeronautic Association heeft kort geleden
de Aeroclub France er van in kennis gesteld,
dat de meteorologische bescherming op het
Noorden van den Atlantischen Oceaan iiog niét
voldoende was en d&t de ontworpen race .van
Augustus a.s. moest'worden uitgesteld. De
Aeroclub France heeft deze mededeeling on
middellijk ter kennis gebracht van het minis
terie van Luchtvaart en er daarbij op gewe
zen, dat niets in het reglement der race toe
staat den datum te wijzigen. De minister van
Luchtvaart erkende, dat het onmogelijk was
te voldoen aan de door de N.A.A. uitgesproken
wenschen en verzocht bijgevolg den voorzitter
van de Aeroclub de N.A.A. mede te deelen,
dat de race volgens het gepubliceerde regle
ment geschieden zou, tenzij de Amerikaansche
autoriteiten hun standpunt zouden handhaven,
in welk geval een wijziging van het traject
noodzakelijk zou worden.
RIJKSSTRAATWEG 16
HAARLEM-NOORD. TELEF. 16726
TEGEN ONZE BEKENDE LAGE TA
RIEVEN met garantie, pijnloos trekken
inbegrepen.
BESLIST PIJNLOOZE BEHANDELING.
Spreekuren alle werkdagen
van 912 en 14 .uur, Zaterd. 912 uur
Avondspreekuren
Dinsdag, Woensd. en Donderd. v. 79 u.
Het tooneel van de Engelsche kroning.
(Adv. Ingez. Med.)
Onze Londensohe correspondent schrijft
ons:
Westminster Abbey wordt wel aangeduid
als „Het Nationaal Walhalla" of als „Het
Heiligdom van het Britsche Rijk", De aan
duidingen vertellen wellicht beter dan om
standige verklaringen in hoe hoog en eer
biedig aanzien deze kerk bij de Britten staat.
De naam is ook anderen volken gemeenzaam
en overal waar men in de wereld van Londen
heeft gehoord zal men de Westminster Ab
bey wel van naam en aanzien kennen, zoo
niet door rechtstreeksche kennismaking dan
door afbeeldingen. De geschiedenis van den
naam is belangwekkend, maar die van de
kerk zelf is veelbelangwekkender. Er is wei
nig of geen verschil in beteekenis tusschen
het woord minster" en het woord „abbey".
De abbey heet nu West-minster Abbey naar
het Londensch district waar ze staat. Maar
Westminster be teekent zelf „westelijke kloos
terkerk". Het stadsdeel waar het parlement,
de regeeringsgebouwen, paleizen en parken
zijn, dankt zijn naam aan de eerste kerk, die
volgens de overlevering werd gebouwd op de
plaats, waar thans de Westminster Abbey
staat. Men meent, dat dit in het begin van
de zevende eeuw is' geweest. In dien tijd
moet er reeds een kerk zijn geweest in de
■buurt, waar zich thans de City bevindt. En
om de nieuwe „minster" te onderscheiden
van de bestaande, oostelijk liggende, noemde
men haar „west minster". Deze kerk werd
gesticht door Sebert, den Koning der Oost-
Saksers. Thans nog wijst men u in de Abbey
de plaats aan waar deze Sebert begraven
zou liggen.
Deze bijzonderheden zijn ongediept uit
het grensgebied tusschen overlevering en
historie en -ze leeren in elk geval hoe ver
men terug gaat in de eeuwen voor het begin
van Westminster Abbey.
Van de oorspronkelijke kerk is niets over
gebleven. Later verrees op de plek een kloos
ter van Benedictijnen en eenige stukken
muur van dit klooster zijn tot op
dezen dag in de Abbey bewaard gebleven. De
Abbey zooals, wij die thans nog voor een
goed deel aanschouwen, werd gesticht door
Edward the Confessor. Edward werd er zelf
halverwege de elfde eeuw tot Koning ge
kroond. En tot heden is dat met bijna alle
Koningen van Engeland het geval geweest.
Er zijn slechts twee uitzonderingen en zij
waren Edwards, als de Confessor. Edward V
werd afgezet twee dagen na zijn proclama
tie (hij was een van de twee jonge prinsen,
die op aanstichting van Richard in, hun
kwaadaardigen oom, in The Tower zouden
zijn vermoord). Edward Vin werd een Her
tog van Windsor, voordat zijn proclamatie
door een kroning was gevolgd.
De Abbey laat zich het voordeeligst béwon-
weren van het Parlementsplein af. Daar
kijkt men op den noordelijken zijgevel, die
tusschen de quasi -Gothische torens (door
Sir Christopher Wren den City-kerkbouwer
in 1740 aangebracht) en de \yat drukke poort
architectuur voor den ingang van het dwars-
schip een van de nobelste stalen van Nor-
mandische bouwkunst vertoont, die Engeland
alsnog te zien kan geven.
De Abbey is architectonisch, naar uit het
bovenstaande blijkt, een amalgaam van stij
len, waarin men in fragmenten de bouw
kunst van eeuwen terug vindt. Op het oogen-
blik is zelfs de bouwstijl van dezen tijd ver
tegenwoordigd, nl. in het tijdelijk aanhang
sel van den westelijken of voorgevel, waarin
de kroningsprocessie wordt opgesteld.
De Abbey ontleent haar faam dan ook
niet aan haar architectuur, die slechts ten
deele oud en eerbiedwaardig en schoon is. Ze
dankt haar beteekenis en het diep ontzag
dat ze wekt aan het feit, dat ze negen eeuwen
lang het kroningsiooneel is geweest van de
koningen van Engeland en ook eeuwen lang
hun begraafplaats. Ook de grootste mannen
van het land liggen er begraven of hebben
er hun gedenkteekens. De kerk is bovendien
een stapellaats van allerlei historische stuk
ken, tot de wassen beelden van eenige ko
ninklijke personen uit het verleden toe. In
normale tijden is het interieur dan ook sterk
overladen en dit is altijd een beletsel ge
weest voor een goede aanschouwing van den
binnenbouw, die vooral in en om de kapel
van den Confessor bijzonder fijn en mooi is.
De gedenksteenen, de busten en beelden ver
dringen er zich in de kapellen, het schip, de
dwarsschepen en het ikoor. Men moet dat
alles veronachtzamen, indien men bevangen
wil worden het is een schoone ontroering
door de .ontzagwekkende stemming, ge
ONZE DACELIJKSCHE KINDERVERTELLING.
wekt door de hooge rijzende marmeren ko
lommen, de nauwe puntbogen en het gewelf
de dak in het matte maar waime licht dat
door de gebrandschilderde ramen valt.
Op het oogenblik zijn vele opdringerige
monumenten óf aan het gezicht onttrokken
door de tribunes, van moderne holle stalen
palen opgebouwd, voor de bijna 8000 perso
nen, die van de kroning getuige zullen zijn,
óf tijdelijk weggenomen. De speciale inrich
ting voor de kroning heeft aan het interieur
een aspect gegeven, dat in zijn strengen
eenvoud volstrekt in harmonie is met de ziel
van de kerk en dat tevens voor de kronings
plechtigheid en haar tooi den meest passen
den achtergrond vormt, dien men zich kan
denken. De wijding van het interieur heeft
door de kroningsinrichting aan diepte ge
wonnen.
Om nog even terug te komen op de gra
ven en monumenten. De eer van een begra
fenis in de Abbey is oolc wel eens te beurt
gevallen aan personen wier nagedachtenis
wellicht geen nationaal belang heeft. Er is
bijv. een graftombe voor een zekere Jonas
Hanway, van 1786. Zijn eenig recht op on
sterfelijkheid schijnt hij te hebben ontleend
aan het feit, dat hij de eerste was, die In
de Londenshce straten met een parapluie op
door den regen ging. De klassieke Engelsche
dichter Chaucer werd in de Abbey ter aarde
besteld, niet echter om zijn dichterschap,
maar omdat hij hoofd van de gemeentewer
ken van Westminster was.
A. K. VAN R.
Boottocht met noodlottigen afloop
12 opvarenden verdronken.
Het D.N.B. meldt uit Greifswald (Pommeren)
7 Mei. Gisteravond is een boot, waarop zich
een bemanning van vier koppen en een gezel
schap van negen studenten bevonden, vol
water geloopen en gezonken. Slechts de eige
naar kon worden gered.
Het gaat de Ned. Reisvereeniging
goed.
Aantal leden neemt toe
Mededeeling op de Jaarvergadering.
De Nedërlandsche Reisvereeniging heeft"
Vrijdag té Arnhem onder veel belangstelling
haar een-en-dertigste jaarvergadering ge
houden. De algemeene voorzitter der ver-
eeniging, de heer J. Panman, sprak een ope
ningsrede uit, waarin hij constateerde, dat
de N.R.V. er in alle opzichten uitstekend voor
staat.
Ofschoon bijna wekelijks ergens in den
lande nieuwe reisbureaux of reisvereenigin-
gen, welke in vele gevallen slechts een zeer
kort leven hebben, worden opgericht, blijft
de N.R.V. toch nog steeds in het brandpunt
van de belangstelling van reizend Nederland
staan. Spr. schrijft dit toe aan de juistheid
van haar beginselen, aan haar strikte neu
traliteit en het strenge vasthouden van haar
dienend karakter, zoodat de belangen van
de duizenden leden bij alle besluiten en da
den voorop staan.
De opleving in zaken, welke hier in som
mige plaatsen reeds zichtbaar* is en op an
dere zich schuchter meldt, is reeds van in
vloed op de reislust, want van 1 Januari 1937
tot 1 Mei, dus in den tijd van vijf maanden,
gaven zich reeds 5000 nieuwe leden op, ter
wijl de drukte op onze bureaux dit voorjaar
zeer groot was.
Spr. opende de vergadering met den
wensch, dat de vereeniging door haar arbeid
er steeds meer in zal slagen haar leden aan
zich te binden door hen met besparing aan
kosten, aan moeiten en aan zorgen, te ge
ven een vermeerdering van reisgenot, van
levensgenot en daardoor aan levensgeluk.
Uit het jaarverslag over 1936, uitgebracht
door den secretaris, den heer J. G. P. Sabel,
en waaraan wij onlangs reeds een en ander
hebben ontleend, blijkt, dat het financieele
resultaat van het verloopen boekjaar bij uit
stek gunstig is te noemen.
De drie periodiek aftredende bestuursleden
de heeren J. G. Beurs, J. J. van Esmond en
S. de Leve werden bij enkele candidaatstel-
ling gekozen.
Als plaats voor de volgende algemeene ver
gadering werd Hilversum aangewezen.
Je begrijpt, dat Thijs danig geschrokken is van die onverwachte
verschijning. Het ergste is nog, dat de draak op zijn plompe pooten
naar het tweetal toe komt. Nu zijn Thijs en Sim heusch niet bang
uitgevallen, maar met zoo'n vreemden sinjeur tegenover je. voel je
den moed in je schoenen zinken. Het eenige wat ze kunnen doen is
vluchten zoo snel als hun beenen hen dragen kunnen! De twee
vriendjes loopen wat ze loopen kunnen, op den voet gevolgd door het
monster, dat woedend te keer trekt en zeker booze plannen koestert!
Hoe die renpartij afloopt zul je den volgenden keer te zien krijgen.
EXAMENS NUTTIGE EN FRAAIE
HANDWERKEN.
De Minister van Onderwijs, heeft benoemd
in de commissiën, welke in 1937 belast zijn met
het afnemen van de examens ter verkrijging
van de akten van bekwaamheid voor huis- en
schoolonderwijs in de nuttige en fraaie hand
werken voor meisjes:
A. Voor de nuttige handwerken:
Tc Amsterdam.
a. tot lid en voorzitter: .mej. C. M. de Boer,
Amsterdam;
b. tot plaatsvervangend voorzitter: S. Anema,
Bloemendaal;
c. tot leden: mej. G. Barger, Haarlem; mevr.
A. W. van Doorn geb. Stienstra, Amersfoort;
mej. E. E. Huygens, Utrecht; mej. J. A. van
Markesteijn, Velsen; mej. C. H. Potters, Am
sterdam; mej. A. Teunisse, Amsterdam;
d. tot plaatsvervangende leden: mej. C. M.
van Lieshout, Amsterdam; mej. W. C. de Nie,
Leiden; mej. T. van Trappen, Hilversum; mevr.
C. J. W. Wisse, Utrecht;
B. Voor de fraaie handwerken:
Te Amsterdam.
a. tot lid en voorzitter: J. Cals, Roermond;
b. tot plaatsvervangend voorzitter: A. P. Voo.
ren, Amsterdam;
c. tot leden: mej. A. Batelaan, Overschie;
mej. E. W. A. ten Brink, Amsterdam; mej. H.
J. F. Mekking, Groinngen; mevr. E. C. van de
Wall Perné geb. van Vooren, Hoog Soeren;
d. tot plaatsvervangende leden: mej. R. T.
Kwast, Meppel; mej. G. Mootz, 's Gravenhage.
