HEEREN COSTUMES HENSEN AKKERTJES De oude „gaarenbleekerij achter het nachtegaaltje". WITTE JASSEN WOENSDAG 26 MEI 1937 HAARLEM'S DAGBLAD Het openluchtmuseum gaat jubileeren. Op 12 Juni a.s. bestaat het 25 jaar. (Speciale GJP.D-/berichtgeving. Het bestuur van het Nederlandsch Open luchtmuseum heeft dezer dagen in verband met de naderende herdenking van het 25- jarig bestaan der Vereeniging „Het Neder landsch Openluchtmuseum" een groot aantal persvertegenwoordigers aan een koffiemaal tijd in het museum-restaurant op den Water berg vereenigd. De hoogbejaarde voorzitter, generaal-ma- joor b. d. F. A. Hoefer was verhinderd aan wezig te zijn en ook moest men de tegen woordigheid van den directeur den heer A. A. G. van Erven Dorens missen, die plotseling een operatie moest ondergaan, doch wiens toestand, naar kon worden medegedeeld gun stig is. Onder instemming van alle aanwezi gen sprak de tweede voorzitter Jhr. J. Beelaerts van Blokland uit Oosterbeek, die de leiding van de bijeenkomst had genomen, zijn beste wenschen voor een voorspoedig herstel uit. Aan tafel deed de heer J. D. v. d. Ven, een verheugende mededeeling. In Nederland zijn geen plattelandsbierbrouwerijen meer op één uitzondering 11a. Er is nog een enkel brouwerijtje in Ulvenhout (N.Br.) en de heer v. d. Ven heeft een propagandatocht door het land ondernomen om deze inrichting, een „bak- en brouwhuis" voor het Open luchtmuseum aan te kunnen koopen. Hij slaagde erin een bedrag van f 459 bijeen te brengen, welke som door het bestuur tot f 500 werd afgerond. De nog ontbrekende f 1000 zijn nu geschonken door Dr. P. H. Heiniken te Amsterdam, zoodat het geld voor den aankoop bijeen is. Er zal nu nog geld moet worden gevonden, voor het afbreken, overbrengen naar het Museumpark en het daar weder opbouwen. De voorzitter stelde het nationale karakter van het Openluchtmuseum in het licht waar elke Provincie een terrein heeft voor haar uit cultuurhistorisch oogpunt merkwaardige gebouwen, die langzamerhand zullen ver dwijnen en waarvan of geen of slechts zeer enkele voorbeelden nog in het land worden aangetroffen. Na de koffietafel volgde een wandeling door het museum-park en het in oogenschouw nemen van gebouwen en verza melingen. onder leiding van Jhr. Beelaerts van Blokland en van den tweeden secretaris Mr. W. P. A. Smit. Het Nederlandsche Openluchtmuseum kwam tot stand op den Waterberg, een oud landgoed dat deel uitmaakte van de Sonsbeeksche gronden en waarvan door de gemeente onge veer 30 H.A. aan erfpacht werd afgestaan. Het is een schitterend boschpark met prach tig hout. Aan den voet van de heuvelhellingen in het terrein vindt men een paar steile boschvijvers in een omgeving, welke wanneer het zonlicht door het gebladerde der boomen dringt sprookjesachtig kan worden genoemd. In deze omgeving is het Openluchtmuseum gegroeid tot hetgeen het nu is; het is de kinderschoenen ontwassen verklaarde de voor zitter, maar van voltooiing kan moeilijk sprake zijn. Vele gebouwen worden er nog door medewerking van belangstellende Neder landers verwacht en ook voorwerpen, welke als gdbruiksobj ecten in het plattelandshuis houden hebben afgedaan en daardoor merk waardigheden zijn geworden. De bezichtiging begon met het Hulpmuseum gebouw aan den Schelmschen weg waar vele oude boerenwagens hijeen zijn gebracht, die dcor hun bonte beschildering en dikwijls mooi snijwerk de aandacht trekken. Het ligt in de bedoeling om bij de viering van het 25-jarig bestaan een tentoonstelling te houden van oude bedrijven, ook een hout snijder uit Meerkerk, die zich nog bezighoudt met het snijden van figuren voor versiering van boerenwagens, zal daar zijn kunst uit oefenen. In dit gebouw zijn ook vele mooie arresleden met fraaie decoratieve paneelen, sjeezen enz. tentoongesteld. De groote ver zameling oude voertuigen, sjeezen, koetsen en wagens is in een afzonderüjk gebouw in het museumpark ondergebracht. De wandeling door het park voerde langs de zgn. Volen- dammerhut, een visschersverblijf dat een maal aan de overzijde van het IJ stond en een Drentsche plaggenhut naar het oude Saksisch-Twentsche „losse huis". Daarna werd vertoefd aan den rand van de groote weide, waar zijn opgesteld de verschillende molen-typen: een „Spinkop" watermolen, een Paltrok houtzaagmolen, een Standerdmolen enz. Dominant is de groote steenen koren molen uit Delft (bovenkruier) die de weide als het ware beheerscht. In deze molen vindt men een nieuwe aanwinst voor het museum een mozaïeke bevloering samengesteld uit veldkeitjes waarin het jaartal 1837 en de initialen van den bewoner en zijn vrouw om een hart van roode steentjes zijn aangebracht, een herin nering aan hun echtverbintenis. De uit dui zenden witte, zwarte en roode steentjes be staande bevloering is afkomstig uit een woon huis uit Hupsel (gemeente Eibergen). Langs de weide is nu ook een oude vinken- baan opgesteld afkomstig uit Heemstede met het huisje, waarin de man zat die de netten dichttrok, ook kooien voor lokvogels en een veld waarop de netten werden gespannen. Tot de merkwaardigheden van het Open luchtmuseum behoort verder een oude Am- sterdamsche doolhof, dat nu mooi is dicht gegroeid en waarvan de toegang wordt ge vormd door een hoog inrijhek van een oude Hollandsche buitenplaats. Een dergelijk in rijhek afkomstig van het oude Hulkestein te Arnhem treft men ook aan bij den genees- kruidentuin achter in het park. In de nabij heid daarvan vindt men in een gebouwtje een Hindeloopen-kamer ingericht, met authentieke betimmeringen en huisraad uit Hindeloopen. Zeer merkwaardig is voorts de oude papier molen bij de vijvers, zooals men er vroeger' honderden op de Veluwe aantrof, doch die nu allen zijn verdwenen. De papierwatermolen is een aanwinst uit latere jaren: hij werd hier o.a. het vorige jaar nog een tijdlang in wer king getoond. Oude plattelandsbedrijven wer den vereenigd in een gebouw nabij den vleugel van het definitieve museumgebouw die aan den rand van de groote weide werd gébouwd. De rijke inhoud van dezen vleugel, die naar men hoopt eens tot een groot museum zal uitgroeien, omvat tal van gebruiksvoorwerpen sieraden enz., die de oude plattelandscultuur in herinnering roepen. Van de gebouwen verdienen vooral de aan dacht het zeldzaam mooi in het bosch gelegen Twentsche bakhuis met bijenstal, het Gel- dersche losse huis (Saksisch) bij de weide en de groote Zuid-Limburgsche boerenhoeve achter in het boschpark. Wij gaven hier een opsomming welke uiteraard onvolledig moest blijven maar die eenigermate een indruk kan geven van het- geea.fr thans aanwezig is: zeer veel van j Rusteloos, gejaagd, angstig et\ neerslachtig Verdrijf toch al die muizenissen en breng Uw gestel tot rust. Neem een AKKERTJE" en zoo noodig nog een. Blij verrast zult Ge Nederlandsch zijn U weldra als een herboren Product mensch te voelen, opgewekt, vol zelfvertrouwen"-^ levenslust. "AKKERTJES" schaden niet I Per 12 stuks slechts 52 cent. Volgens recept van Apotheker Dumont (Adv. Ingez. Med.) groote cultuurhistorische waarde is in een schilderachtige omgeving samengebracht uit het geheele land. Moge de belangstelling voor dit nationale instituut in Nederland groeien en de verzamelingen worden verreikt met al datgene wat in de cultuur van het platte land een rol heeft vervuld. En moge ook het bestuur in staat worden gesteld spoedig weer te bouwen aan de voltooiing van het museum gebouw aan de groote weide. Prins Bernhard als Koninklijk Commissaris der Jaarbeurs geïnstalleerd. f In de Dinsdagmiddag gehouden vergadering van den Raad van Beheer der Koninklijke Ne derlandsch Jaarbeurs is Prins Bernhard ge ïnstalleerd als Koninklijk commissaris. De voorzitter van de Nederlandsche Jaar beurs, dr. F. H. Fentener van Vlissingen hield een korte begroetingsrede, waarin hij den Prins dankte voor de aanvaarding van de hem toegedachte taak. Na de installatie overhandigde de voorzitter aan den Prins het insigne van het lidmaat schap van den Raad van Beheer. Onmiddellijk daarop werd een begin gemaakt met beraadsla gingen van internen aard. ORGELBESPELING IN DE GROOTE KERK. Medeioerking van een soliste. Aan het orgelconcert van den heer George Robert in de Groote Kerk te Haarlem, dat Donderdagmiddag van 34 uur gehouden wordt, zal ditmaal een soliste haar medewer king verleenen, en wel mevr. Regina Wisse- linkHouwert, zang. Het programma vermeldt de volgende wer ken: 1. Praludium James Simon. (orgel) 2.a. Son tutta duolo A. Scarlatti. b. Come raggio di sol A. Caldara. c. Arie der Jöle uit Heracles. G. F. Handel. (zang en orgel). 3. Fantasia G gr. t J. S. Bach. (orgel) 4.a. Gesang Weyla's H. Wolf. b. Ueber Nacht c. No. 2 uit Ernste Gesange. Joh. Brahms. d. No. 3 (zang en orgel). 5. Passacaglia, koraal en fuga over gez. 17. C. de Wolf. (orgel) Vorming van een Juliana-Jeugd- stichting. Naar wij vernemen heeft het Indische comité voor de aanbieding van een huwe lijksgeschenk aan H. K. H. Prinses Juliana een belangrijk bedrag ter beschikking van H. K. H. gesteld, teneinde daaraan een bestem ming te geven voor een algemeen doel, waar voor in Indië belangstelling bestaat. De Prinses heeft aan den wensch van het in Indië gevormde comité voldaan, door boven bedoelde gelden beschikbaar te stellen voor het in het leven roepen van een stichting welke ten doel heeft het bevorderen van de lichamelijke en zedelijke ontwikkeling en ont spanning voor de Indische jeugd. Aan de stichting zal de naam van Juliana-Jeugdstich- ting worden gegeven. Hoekstra haalt het zilveren C-brevet zweefvliegen. Het is den bekenden zweefvlieger J. Hoek stra, Dinsdagmiddag gelukt het zilveren C- brevet voor zweefvliegen te halen. De afstands- vlucht en de duurvlucht had hij reeds ge maakt^ en Dinsdagmiddag heeft hen een hoog te van 1500 meter bereikt. Hoekstra is de eerste Nederlander, die een zilveren C-brevet heeft behaald. OUD-BURGEMEESTER VAN MEPPEL OVERLEDEN. Dinsdagmorgen is in den ouderdom van 67 jaar te Meppel overleden de heer J. Knoppers, oud-burgemeester van Meppel en lid van Ge deputeerde Staten van Drente. FOTOGRAFEN. Op den werkavond van Donderdag 27 Mei a.s. der Haarl. Amateur-Fotogr. Vereen, welke ge houden wordt in het clublokaal Ged. Oude Gracht 104, zal door de Werkavondencommis- sie worden voortgegaan met het onderricht in het maken van lantaarnplaten volgens het Gevaert-Vitachrome-procedé. De overval op de Haagsche postauto. Vier jaar tegen een der daders geëischt. De 33-jarige kellner J. A. E. heeft Dinsdag voor de Haagsche rechtbank terecht gestaan, verdacht medeplichtig te zijn geweest aan den roof-overval op de postauto op 9 Februari van dit jaar gepleegd vóór het postkantoor aan de Jan Pieterz. Coenstraat te 's Gravenhage. Naar men zich zal herinneren, hebben toen twee personen getracht een postbeambte, die daar ter plaatse bezig was met het inladen van postzakken, bewusteloos te slaan met het doel zich van de postzakken, welke stukken van waarde en geld bevatten, meester te maken. Toen de aanvallers zagen, dat hun plan mis lukte snelden zij naar hun auto, die onmid dellijk, nadat zij ingestapt waren, wegreed. Ondanks het feit, dat spoedig vele menschen ter plaatse waren, gelukte het niet de aanval lers te achterhalen. Den volgenden dag vervoegde zich een garage houder bij de politie, die mededeelde, dat men bij hem den vorigen dag 'n auto had gehuurd, die men een paar uur had gebruikt, doch waarmee men slechts enkele kilometers had gereden. Dit had hem reeds bij het terugbren gen van den wagen bevreemd en-toen hij van den overval had kennis genomen, rees bij hem het vermoeden, dat men zijn wagen daarvoor had gebruikt. De huurder van den wagen, de 33-jarige kellner J. A. E., werd spoedig gevonden en on middellijk gearresteerd. Hij ontkende iets met den overval te maken te hebben gehad. De Haagsche politie zat niet stil en inspecteur N. D. Pool begaf zich naar Duitschland, waar hij te Wiesbaden een va nde daders, den Duit- scher H., arresteerde. Deze legde een volledige bekentenis af en wees ook E. aan als de man, van wien het plan was uitgegaan en die hem, te zamen met een derde in het complot, naar de plaats van het misdrijf had gebracht en daar na weer had teruggereden. Eenigen tijd latex- werd te Antwerpen een Belg, gearresteerd, die eveneens békende aan den overval medeplich tig te zijn geweest en ook E. aanwees als den chauffeur. Verd. bekende thans. Wegens medeplichtigheid aan diefstal met geweldpleging eischte de Officier van Justitie vier jaar gevangenisstraf. Superieur Sngelsch Kleermakers handwerk ':S UIT VOORRAAD LEVERBAAR. GR.HDUT5TR hoekGR MARKTHAARLEh (Adv. IngezMed.) ^MJN/T IN lEÏÏEKE^j MUZIEK Bloemendaalsch Christelijk Gemengd Koor. Met het vijfstemmige „Verleih uns Frie- den" van Heinr. Schütz opende Piet Halsema de rij der voordrachten op de uitvoering, die Dinsdagavond in de zaal .Vreeburg" te Bloe- mendaal gegeven werd. De moeilijkheden, die dat werk van Schütz aan het ikoor biedt, zijn zeer groot en ondanks den steun van het klavier kon dan ook niet voorkomen wor den, dat het koor telkens te laag zong. Merkwaardigerwijze bleven de intonaties in de volgende, a capella gezongen werken veel zuiverder. In het eerste daarvan „Tenebrae factae sunt" van Ingegneri was het mezza voce heel mooi van klank: het tweede Exul- tate Deo" van Aless. Scarlatti ging flink en frisch. Het forte is bij dit koor nog vaak wat hard van timbre en vereischt meerdere cultiveering van de toonproductie. Tot dezelfde opmerkingen gaf de koorzang in de later op den avond uitgevoerde wer ken aanleiding. Verreweg den besten indruk maakte de vertolking van het fragment uit Handei's „Judas Maccabaus", waarin de uit voering der figuraties door het vrouwenkoor bijzonder te piijzen was. Het koor ruit Gluck's „Iphigenie in Aulis" klonk voortdurend iets te laag en te hard. In het „Halleluja" uit Handel's „Der Messias" deed de haastige uit voering der zestienden aan de grootschheid eenigen afbreuk, maar die van het fugato deed niet vermoeden, dat we hier slechts een weinig talrijke koorvereeniging vóór ons had den. Herm. Nieland's „Gezang 96", dat nog vóór de pauze ging, behandelt den tekst eerst als voorspel, dan als koraal en tot slot een paar regels er van als koraalfantasie. In het voorspel wisselen koor en klavier en deze wisseling was voor het behoud van het toonpeil niet bevorderlijk; de figuraties dn het slotkoor werden zeer verdienstelijk ge zongen. Mevr. IN. de Bock-Verdel begeleidde de koornummers en speelde bovendien met Piet Halsema twee wei-ken voor klavier 4- handig: Jensen's „Abendmusik" en Ravel's ..Ma Mère l'Oye". Het samenspel was zeer goed. fijn van klank en rythme. Jensen's werk is wegens de vele aardige rythmische en harmonische wendingen en de uitsteken de klavierzetting nog zeer goed te genieten. Het eerste stukje er uit, het Andantino, lijkt zelfs het voorbeeld voor Grieg's 3Ior- genstimmung" en Debussy's „En Bateau" ge leverd te hebben. Piet Halsema fungeerde voorts nog als be geleider van de cellovoordrachten van Hen- drica Hessels: een Sonate van Vivaldi, het Adagio en Allegro op. 70 van Schumann en twee werkjes van Gérard Hekking. De uit werking van den basso continuo in Vivaldi's Sonate, nu eens in octaafverdubbelingen, dan in slecht contrapunt, kon beter door een andere vervangen worden, als deze tenmin ste bestaat. Schumann's werk is eigenlijk een kamermuziekstuk en ook in Hekking's stuk jes is de pianopartij belangrijk. De celliste 'had, denkelijk door de temperatuur wel eens met intonatiemoeilijkheden te kampen, maar speelde de geestige werkjes van Hekking gracieus en toonde zich tegen de onpracti- sc-he schrijfwijze van Schumann opgewassen. De dames-solisten ontvingen bloemen. K. DE JONG. HET TOONEEL Gezelschap Saalborn-Parser. Het getrouwde Schoolmeisje. De stukken, die in de schoolwereld spelen, zijn tegenwoordig en vogue. Toen Jan Fabri- cius indertijd zijn „Klein Benteng" schreef voor zoo ver ik weet, het eenige bestaande Nedei'landsche „Schoolstuk" was er in ons land niet de ware belangstelling voor. Dat blijspel viel tenminste als een baksteen. Toch moet dit meer aan de onbeholpen en kinder achtige behandeling van den schrijver dan aan het niet onaardige onderwerp heb ben gelegen, want eenige jaren te voren had „Flachsmann als Opvoeder" van den Duitscher Otto Ernst in Nederland een zeer groot succes gehad. Veel belangstelling had men in ons land voor het in de schoolwereld spelend Young Woodley van den in Engeland schrij- venden Nederlander John van Druten, Voorloopig alleen de droogschuur gesloopt. Alle officieel bevoegden zijn het er ten slotte over eens geworden, dat de oude bleekerspanden achter het Bloemendaalsche raadhuis niet kunnen worden opgenomen in de nieuwe geprojecteerde huizenrijen, die voor een landelijke gemeente hier wel wat erg dicht op elkaar komen te liggen. Al is dus het geheel ver van bouwvallig, ja zijn mu ren en bintwerk heel wat steviger dan van moderne huizen, de illusie moet worden opgegeven, dat dit aardige woon- en be- drijfscomplex, omgeven door wat water en een weideplantsoentje voor volgende ge slachten een weldoend nistpunt zou voi-men te midden van stadsche bebouwing rondom. Gelukkig wordt er daar voorloopig nog niets anders gesloopt dan de uit den toon vallend hooge 19de eeuwsche droogschuur, die dezer dagen zijn bestaan eindigde. Het gemeentebestuur van .Bloemendaal heeft namelijk, met een mooie geste, bepaald, dat de familie Gehrels daar het bedrijf mag blijven vooi-tzetten. Nu hebben alle kranten die zich met dit geval hebben bemoeid, het doen voorkomen of zoo de dageix van deze gebouwen geteld zouden zijn, maar waar schijnlijk heeft dan geen hunner corres pondenten de laatste afstammelingen van dit kloeke bleekersgeslacht aan het werk ge zien. Oorspronkelijk waren zij gareiubleekers en de oudste deelen van het geheel wijzen er wel op. dat de traditie waar is, hoe dit een der garenbleekerijen is geweest, die op de aanhoudende klachten der Haarlemsche brouwers over de vervuiling van hun Ram penvaart in 1584 van de Zuidzijde van den Zijl weg. op last der Haarlemsche regeering verplaatst werd naar de Nooi-dzijde. Als „een waterrijke en welgeieegen gaaren bleekerij achter het nachtegaaltje, met een oprijlaan naar de wildernis", verkoopt het in 1796 Hendrik Lis aan Johannes de Waal Malefijt voor f 2500. De overoude wildrijke wildernis der Brederode's, toen domeinbezit, had hier tot grens (ongeveer de Bloemen daalsche weg, waaraan een der Gehrelsen tot Zondagsvermaak van de zijnen in 1873 den koepel liet bouwen. De kooper bovenvermeld moest bovendien nog betalen f 200 erfrecht aan Mr. Willem Anne Lestevenon. Deze zoon van den heer van Berkenrode, was hout vester geweest over de Brederoodsche gron den in 1796 representant van de Nationale Vergadering. Oltman Gehrels' de overgrootvader van het tegenwoordige geslacht van een ouden olden- burgsche familie, kwam in 1785 als hande laar naar Amsterdam en verkreeg in 1813, waarschijnlijk door zijn tweede huwelijk in dat jaar met de weduwe van een Malefijt de garenbleekerij, die zijn zoon in 1845 om zette in een kleerenbleek, waarbij in de 19 e eeuw het stof van bewoners en verkeer er om heen, groote droogzolders noodig maakten. Met de Nachtegaal kwam in 1932 ook de bleekerij met haar gronden onder den hamer, door sterfgeval en daarmede samenhangende omstandigheden. De gemeente Bloemendaal kocht zoo met de ruimten voor het nieuwe raadhuis ook deze perceelen. Gemeente eigendom werden ook de geschilderde be hangsels. waarmede een familielid der Gehrelsen, de kunstschilder P. A. Schipperus, de mooie kamer van de bleekerij met toepas selijke voorstellingen had versierd. Zoo han gen nu in het Bloemendaalsch raadhuis die werkstukken van deze medewerker van ds. Craandijk's wandelingen door Nederland. Merkwaardig is van de bleekerij niet alleen het huis, maar ook het bedrijf zelf. want zooals in onze dagen in vele bedrijven, on danks het groeien der techniek, het hand werk juist bijzonder hoog woi'dt gesteld ik noem slechts steenbakken en weven zoo heeft deze oude bleekerij de concurrentie der machinale wasscherij kunnen weerstaan, al bleven de eigenaars ook in dit opzicht het oude bleekersbedrijf trouw, dat ze er niet rijk mee werden. Er zijn nog altijd zorgvuldige huisvrouwen die gerechte bezwaren hebben tegen de waschmachines en hier komt het voor. dat een klant weggegaan om de hoogere kosten na een omzwerving door machinale was- scherijen. haar wasch weer hier laat verzor gen, waarbij bijv. avondmaalslinnen, dat der tig jaar geleden reeds als niet sterk te was- sohen werd gegeven, nog altijd onbeschadigd teruggaat. Dit uitstervende bedrijf is merkwaardig ge noeg om de oude bewerkingen er van vast te leggen. Als oude ovens staan hier met eeuwen-oude baksteen ommetseld de koperen waterketels en de dito broeibak. Voor ciat het goed in de laatste gekookt wordt, is het reeds bewerkt door de groote houten stampers, die in de groote houten kuipen, kalm aan zich heffen en keeren aangedreven door een combinatie van nouten raderen en pallen, die aan oude molens herinneren. Zooals hier., voordat in 1932 een electrisch motortje op een der zware schuurbaiKen kwam te staan ook een paard als beweegkracht dienst deea In een soort kleinen houten binnenvijve. waar het zuivere kwelwater nog overvloedig binnenstroomt, ligt de spoelster hier nog in het juist passend sleetje, dat in alle oude bleekerijen gebruikt werd. Op een groot net drijvend, kan het goed niet door hel nout beschadigd woi-den. Op oud-modelsche krui wagens gaat het goed van de waschruinae naar den goed geventileerde droogzolder. Heel ouderwets is ook nog de behandeling in de mangel-strijkkamer. Misschien zijn er nog onder de lezers, die als klein Kind op zoo'n ouden trekmangel hebben mogen meeschui ven, als hier over de rollen met goed gaan Voor het strijken 9taan dan nog niet* dan ouderwetsche (en de meest ouderwetsche als ae besten) strijkijzers op de platte Kachel Maar als het goed ten slotte keurig gevouwen uit de met glad zink beslagen oude huis persen komt, kan het met de beste opma king wedijveren en dat zegt heel wat in een stad als Haai'lem met een zoo uitstekenden naam ook op dit gebied. Zoo rendeert dit bedrijf, al zijn de tijden vooi'bij, dat wekelijks hier de wasch van de 400 personen van het Amsterdamsche diaco niehuis in en uit ging. Maar zoo lang deze vier stoere mannen en vrouwen met hun door de jaren beproefde hulp aan het werk blijven, is van slooping gelukkig geen sprake van dit complex, dat als „oude van dagen" *1 was het maar voor het oog van de klanten, wel eens een gemeentelijk verfje verdien de. J. M. STERCK—FROOT In de laatste jaren schijnt elk nieuw school stuk hier te gaan. Zoowel Max Dreyer's Eind examen als Meisjes-Lyceum van Fodor heb ben lang repertoire gehouden en ook Het ge- ti-ouwde Schoolmeisje van Stefan Bekeffi is voor het gezelschap Saalborn—Parser een suc ces geworden. Na de premiere te Amsterdam schreef ik reeds, dat Stefan Bekeffi minder ernstige be doelingen dan Otto Ernst, Max Dreyer en La- dislaus Fodor heeft gehad. Hij wilde blijkbaar enkel een vroolijk schoolstuk schrijven, waar mee de toeschouwers, met de herinnering aan hun eigen jeugd, zich een avond konden ver maken. Zijn stuk, dat niemand zeker au serieux zal nemen nadert nu en dan zelfs heel dicht de klucht. Het is dit kluchtige, dat in de voorstellingen van Saalborn, die hij Maandag en gisteren in onzen Stadsschouwburg voor de leden van den Nieuwen Haarlemschen Kunstkring heeft gegeven, veel sterker wordt aangezet dan bij de eerste opvoering te Am sterdam. Wij zien het dikwijls, dat de spelers zich door het lachsucces laten verleiden tot kluchtiger en grover spel en een vijftigste voorstelling dan ook zeer verschillend is van de eerste op voering. Zoo ging Jacques van Hoven in dit op zicht wel heel ver en zaten wij met dezen op- dringerigen papa Jaeger midden in de klucht. Maar ook Carla de Raet hield haar rol van het kindvrouwtje veel minder sober dan vroeger en legde het er in het kluchtige in haar scène met den oud leeraar in het tweede tafereel bij voorbeeld wel heel dik op. En in het schoolta- fereel chargeerde Jos van Gasteren als „Rhi noceros" ook onnoodig sterk. Eigenlijk jammer, want op de premiei-e had den wij gezien, dat het stuk ook zonder dit goedkoop-kluchtige een flink succes mocht behalen. Opmerkelijk was het, dat Saalborn als de professor niet met de anderen mee ging en zijn rol veel soberder en toch heel komisch hield. Dat Het getrouwde Schoolmeisje intusschen bij de volle zaal zoo gespeeld een daverend lachsucces had, spreekt van zelf. En tenslotte is dit schoolstuk van Stefan Bekeffi nu ook niet vaiL zoo veel beteekenis. dat het niet wat chargeering kan verdragen. Maar een zuivere klucht heeft de schrijver toch niet bedoeld. J. B. SCHUIL. VAKKLEEDINGMAGAZIJN PAARLAARSTEEG 1 TELEF. 12842 (Adv. Ingez. Med.) WISSELKOERSEN AMSTERDAM. 10.15 uur. Londen 8.98 5/8. Berlijn 72,96^. Parijs 8.13 3/4. Brussel 30.67. Zwitserland f 41.58. New-York f 1,81 7/8. KUKT BERICHTEN AMSTERDAMSCHE VEEMARKT. Tar Veemarkt waren heden aangevoerd: 327 vette kalveren: ie kw. 5060 ct., 2e kw. 4448. ct., 3e kw. 3442 ct. per K.G. levend gewicht. 140 Nuchtere kalveren per stuk f 9.50. 134 varkens: Vleeschvarkenswegende van 90110 K.G. f 5758 ct, zware varkens 56 57 ct., vette varkens 55-56 ct. per K.G. slachtgewicht. VEEMARKT ROTTERDAM. Totaal aanvoer 3684. Paarden 253, Magere runderen 738, Vette runderen 873, Vette kalve ren 203, Graskalveren 66, Nuchtere kalveren 1250 Schapen en lammeren 80. Zuiglammeren 104, Varkens 5. biggen 12, Bokken en geiten 100. Prijzen per K.G". Vette koeien le kwal. 76—67 2e kwal. 63—61. Vette ossen le 73—67, 2e 53—63, Stieren le 6863, 2e 50—55. Schapen le 54, 2e 48. 3e 38. Lammeren le 57, 2e 47, 3e 36. Nuch- tere kalveren le 46, 2e 43, 3e 38. Slachtpaarden le 60, 2e 55e 3e 47. Prijzen per stuk: Schapen le kwal. 37. 2e kwal. 30, 3e kwal. 25. Lammeren le 30, 2e 25, 3e 18. Zuiglammeren le 17, 2e 13, 3e 9. Nuch tere slachtkalveren le 12, 2e 10, 3e 7, Nuchtere fokkalveren le 16, 2e 14, 3e 12. Slachtpaarden le 285, 2e 220, 3e 140. Werkpaarden le 320, 2e 270, 3e 165. Hitten le 160, 2e 130, 3e 80. Stieren le 340, 2e 290, 3e 200. Kalfkoeien le 265, 2e 225, 3e 155. Melkkoeien le 275, 2e 235. 3e 175. Vare koeien le 195, 2e 165, 3e 135. Vaarzen le 165, 2e 145, 3e 110. Pinken le 155, 2e 125, 3e 100. Graskalveren le 30, 2e 60, 3e 40. Bokken en geiten le 14, 2e 10, 3e 7. Omschrijving Dinsdagsche marktnoteering: Vette koeien en ossen aanvoer gelijk, handel vasthoudend, prijzen staande. Stieren aanvoer iets korter, handel stroef prijzen iets hooger. Vette kalveren aanvoer ruimer, handel mager, prijzen als gisteren. Schapen en lammeren aanvoer klein, handel kalm. prijzen prijshou dend. Zuiglammeren aanvoer iets minder, han del willig, prijzen hooger. Nuchtere slacht- en fokkalveren aanvoer iets ruimer, handel vlot. prijzen iets lager. Paarden aanvoer flink, han del stug, prijzen onveranderd. Kalf en melk koeien aanvoer korter, handel matig, prijzen hooger. Varekoeien aanvoer kleiner, handel stil. prijzen lager. Vaarzen en pinken aanvoer gelijk, handel slap, prijzen onveranderd. Gras- kalvei-en aanvoer gering, handel flauwer, prij zen als vorige week. Bokken en geiten, aanvoer ruimer handel vlug, prijzen iets lager. PURMEREND. (Gemeentel Kaasbeurs). VeiTiandeld 21 partijen, wegende 72.000 KG. Handel goed. Hoogste prijs f 18.0. Kleine boerenkaas 10 partijen f 18.50 per 50 K.G.. handel goed: Goudsche kaas 1 partij f 18, volvette kaas 1 partij f 20 per 50 K.G.; boter 1181 K.G. f 1.37 f 1.47, weiboter f 1.391.40 per K.G.; 275 vette koeien 6268 ct. per K.G., handel ma tig; 110 geldekoeien f 110225 per stuk, han del matig; 103 melkkoeien f 150280, han del matig; 33 stieren 5560 ct. per KG., handel matig; 39 .paarden f 70210, handel stug; 75 vette kalveren 3060 ct. per K.G.. handel matig; 652 nuchtere kalveren voor de slacht f 513, voor de fok f 1015, handel stug; 260 vette varkens voor de slacht 45 48 ct. per K.G., handel vlug; 49 magere var kens f 1830, handel matig; 451 biggen f 12 tot f 16, handel matig: 403 schapen f 15—30, handel matig; 1072 lammeren f 12—16. han del matig; kipeieren f. 2.602.90, eendeleren f 2 per 100 stuks; piepkuikens 8090 ct. per K.G.; 991 eendeieren A f 2.10. 1403 kipeieren A f 2.70—4. Coöp. Centrale Eierveiling Purmerend G. A. Af deeling eieren. Aanvoer 140.000 eend eieren f 22.25. 125.000 kipeieren: 6364 K.G. f 2.80—3. 60—62 K.G. f 2.70—2 80 58— 59 K.G. f 2.55—2.75; 56—57 K.G. f 2.55—2 70; 53—55 K.G. f 2.45—2.55, 50-52 K.G. f 2.35— 2.45 per 100 stuks.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 11