GRATIS
Ms tóf
wam is!
PIEPKUIKENS
H. J. v. d. Meer
Een oude Haarlemsche Industrie.
De Zijdereederij.
Nieuwe Uitgaven
Witte Mieren.
„Famezo"banden
ALLE „HERO" ARTIKELEN
25 cent per stuk
Castricummer Wildhal
ommen Co.
Bad
Boekelo
BADHOTEL
HAARLEM'S DAGBLAD
VRIJDAG It JUNI 1937
Ï2
Haarlem was in de 17de teuw en in het
begin van de 18de eeuw een groote stad,
ze wordt zelfs een van de grootste industrie
steden van Europa genoemd. Men vond er o.a.
bierbrouwerijen, fabrieken van kant, wol,
katoen en zijde, vooral deze laatsten brachten
door de kostbaarheid van de stoffen groote
rijkdom in de stad.
Over deze zijde-industrie, volgens de stuk
ken „een der hoofdneringen der stad" zijn
verschillende verkeerde en overdreven voor
stellingen in omloop gebracht door beschrij
vers van Haarlem, zooals Allan en Berg.
Ten eerste vinden we de algemeen ver
spreide opvatting, dat de zijde-industrie pas
tot bloei gekomen zou zijn na de Opheffing
van het Edict van Nantes in 1685 en de daar
door ontstane vloed van refugiées. Dit is ech
ter niet- waar. bij de meeste takken van de
zijdcreederij viel de bloei al vóór die tijd en
in 1657 wordt zelfs al van ruïne gesproken.
Over de zijde lintmolens, een der belang
rijkste uitvindingen op dit gebied vindt men
in de stukken het volgende: „Ze zijn in Hol
land geïnventeerd en worden inzonderheid in
Haarlem gemaakt". Een Hollandsche molen
maker gaat al in 1663 naar Frankrijk, om
daar een molen te brengen en op verzoek
van den lastgever, zelf te stellen.
Ten tweede wordt de omvang van de zijde-
resderij schromelijk overdreven, 15000 men-
schen zouden n.l. bij dit bedrijf hun kost
verdienen. In de bronnen zelf vindt men
echter getallen als 2000, enkele duizenden
en dergelijken. Het getal precies na te gaan
is zeer moeilijk, vooral omdat de zijdefabri-
catie uit zooveel verschillende takken be
staat, die soms wèl, soms niet te zamen ge
nomen worden. Bovendien weten we nooit of
men alle arbeiders meerekent of alleen de
wevers.
In de 80er jaren van de 17de eeuw valt
de bloeitijd van de „smalreederij", d.i. de
fabricatie van zijden- en halfzijden stoffen.
Van deze tak wordt al in 1697 van ruïne ge
sproken. De zïjdelintreederij schijnt het veel
langer vol gehouden te hebben, maar na 1720
treed ook hier sterke achteruitgang in al
leen de floretzijde- en galonreederij bloeit
zelfs nog in 1743, volgens het betreffende
request vindt dit zijn oorzaak in het feit, dat
deze takken grootere vrijheid bezitten.
Dit brengt ons op een korte beschrijving
van het gildewezen. Het Haarlemsche archief
geeft ons voornamelijk stukken over het
zij delintree dersgiiae.
Andere gilden worden slechts een heel
enkele keer genoemd Vele arbeiders schijnen
onder geen enkel gilde vereenigd te zijn, ge
zien de verscheidene requesten van het lïnt-
reedersgilde,waarin aan „Burgemeesters en
regeerders der stad Haarlem gevraagd wordt
om de andere lintbewerkers ook onder hun
gilde te mogen brengen. Deze bewerkers van
saayen- en garenlinten zijn hier echter in
geheel niet van gediend, zij vragen op hun
beurt aan Burgemeesteren om „geen banden
te leggen om een vrije zaak, omdat een an
der gebonden is, die beter vrij ware" en
meenen, dat het het zijdelintreedersgilde er
alleen maar 031 .te doen is hun kas te stij
ven ten koste van anderen.
Het is typisch, hoe we ook in deze tijd op
merken, dat, toen de toestanden slechter
werden men zijn heil ging zoeken in het
steeds meer aan banden leggen van de fa
bricatie; men hernieuwde de bepaling van
niet meer dan 5 getouwen in één huis te
mogen hebben, aan de bepalingen over het
aantal knechten en leerlingen werd weer de
hand gehouden, molenmakers mochten hun
handwerk alleen aan een bepaald aantal
knechten leeren en dergelijke bepalingen
meer.
In 1677 wijst al een zekere Guldewaagen
(secretaris van de stad) er op, dat al deze
ordonnatiën Haarlem geen goed zullen doen
en dat de stad ,,in één jaar zonder gilde meer
tot het zijdelint geavanceerd is als nu in 10
jaar".
Opmerkelijk is verder nog de strijd in het
midden der 17de eeuw tegen het wei-ken op
molens; zij was even fel als later de strijd
tegen de machines. Zooals Guldewaagen op
merkt. leidde de beperking van het aantal
molens ten gunste van de voetgetouwwerkers
er toe. dat „1000 uit de stad worden geweerd,
omdat dezen aan 100 zouden beletten veel
te verdienen!"
Wat de bedrijfsvorm betreft wil ik nog het
volgende mededeelen: men onderscheidt
reeders (ook wel fabriqueurs geheeten), fat-
soenbazen en knechten. De reeders hebben
meestal zelf een werkplaats met getouwen,
maar geven verder ook grondstof uit aan
bazen, die voor loon voor hen werken
pas later komt de koopman op, die alleen
uitbesteedt en verkoopt, maar zelf niet
weeft
De fatsoenbazen werken dus voor hun
reeders al of niet voor een vastgesteld loon
en staan tot hen in een vaste dienstbetrek
king met een opzeggingstermijn van een
maand.
De fatsoenbazen zijn dus niet vrij als de
Middeleeuwsche gildebazen, ze zijn tamelijk
afhankelijk van de ondernemers (reeders)
strijd tusschen deze beide groepen blijft dan
ook niet uit, de bazen strijden voor een vast
loon, voor een betere vertegenwoordiging in
het gildebestuur enz.
Vrijer dan zij zijn, is ,.het volk, dat in
eigen huizen voor ons arbeidt" bijv. de spin
sters, dezen kunnen het werk nemen van die
reeders, die het hoogste loon geven.
De knechten werken voor de bazen en
strijd tusschen deze beide groepen komt
natuurlijk ook voor, hoewel ik stakingen niet
ben tegengekomen. Het loon van de knech
ten is in de keuren vastgesteld en is stuk
loon. In den bloeitijd, toen er gebrek aan
knechten was en „dezen zich niet ontzagen
hun meester plotseling te verlaten", trachtten
de meesters zich direct hiertegen te be
schermen door een verbod om knechten aan
te nemen zonder getuigschrift of met schul
den aan zijn vroegeren meester.
Een heel ander soort bedrijf vinden we
bij de fabriek voor winden en twijnen, in 1678
opgericht door 3 personen, die een contract
met Haarlem gesloten hadden, waarin de stad
beloofde voor gebouwen, arbeiderswoningen
en een aantal arbeidskrachten te zorgen
(weeskinderen). Deze fabriek berustte op een
uitvinding van 'n zekere Joachim Becker (één
van de 3 oprichters), waardoor men meende
de gewonnen zijde niet langer uit Italië te
hoeven laten komen. Hier vinden we dus
een modern bedrijf, waarbij alle werkzaam
heden in één gebouw vereenigd zijn.
Laat ik eindigen met in het kort even de
oorzaken van het verval der geheele réederij
aan te geven. In de stukken wordt wel ge
noemd het niet opvolgen van de gildewetten,
het ontduiken van het uitvoerverbod op mo-
lens e.d., de hoofdoorzaak is echter buiten
twijfel de hooge levensstandaard in Holland
in verhouding tot het buitenland. Het over
plaatsen van de fabrieken naar het platte
land om van de daar geldende lagere loonen
te profiteeren, had Haarlem steeds tegen ge
gaan.
In het midden der 18de eeuw worden ver
scheidene pogingen gedaan om de zijde
reederij weer nieuw leven in te blazen:
nieuwe keuren worden vastgesteld, een Ge
nootschap van Lintreeders wordt opgericht,
zelfs verbiedt men vreemde stoffen in te
voeren en te dragen. Het verval is echter
niet meer te stuiten toch is ook nog in
dezen tijd de Haarlemsche lintreederjj be
roemd, hetgeen blijkt uit een brief van een
Engelschman aan zijn neef, die hij naar
Haarlem gestuurd heeft om de lintmolens
te bestudeeren.
Hij hoopt hem als een „echte Hollander
terug tp zien"
C. v. N.
Oplagecijfers der wereldpers.
Engelsch blad aan den kop.
In de Engelsche dagbladpers werd dezer
dagen een statistiek gepubliceerd waarin
vermeld stonden de oplage-cijfers der ver
schillende groote dagbladen der wereld, die
tevens als een maatstaf kunnen gelden voor
de populariteit, waarin bedoelde bladen zich
al of niet kunnen verheugen.
De grootste oplage van alle dagbladen der
wereld heeft de „Daily Express", een En
gelsch blad, dat betrekkelijk nog van zeer
jongen datum is, want het werk eerst in
I960 opgericht, doch waarvan iederen dag
2.100.000 exemplaren gedrukt worden. Daar
op volgt voor Engeland de „Scottish Daily Ex
press" met 1.500.000 exemplaren. Tot dit con
cern behoort ook de „Sunday Express" die
een oplage heeft van 1.200.000 exemplaren.
Voor den oorlog was de „Daily Mail" het
meest gelezen dagblad (750.000 exemplaren
in 1913) doch na den oorlog kreeg het blad
een meer locale beteekenis. Tot de meest ge
lezen bladen behoort thans nog de „News
Chronicle" (1.300.000 exemplaren).
De oplage der Amerikaansche dagbladen is
niet zoo groot als men wel zou verwachten:
bovendien moet men niet uit het oog ver
liezen, dat er in Amerika wel geen enkel dag
blad is, dat over heel het gebied van de
Vereen igde Staten algemeen verspreiding
vindt. De pers in de Vereenigde Staten heeft
slechts locale of hoogstens gewestelijke be
teekenis. Vooraan staat de „New York Daily
News" met 1.600.000 exemplaren; dan vol
gen de „Chicago Tribune" (750.000) en de
„New York Times" (450.000). Dit zijn alle
maal ochtendbladen, doch de eerste edities
van deze kranten kan men reeds 's avonds
tevoren, kort voor middernacht koopen! In
Brazilië staat „La Pensa" aan de spits met
240.000 exemplaren en „La Nacion" met
210.000 exemplaren. Beide verschijnen in
Buenos Aires.
In Frankrijk was tot voor korten tijd „Pa
ris Soir" met een oplage van 1.860.000 exem
plaren het meest gelezen Boulevard-blad.
Dit blad verschijnt in Parijs als avondblad,
doch in den vroegen morgen, wordt dit blad
aangevuld met het laatste nieuws van dien
nacht, naar het platteland verzonden.
De Duitsche pers heeft in de laatste jaren
leelijke klappen gekregen. De katholieke
kranten zijn welhaast verdwenen: andere
bladen gingen een fusie aan om nog te red
den wat er te redden valt, terwijl weer an
dere kranten door de regeering werden op
gekocht of zoodanig gesubsidieerd dat zij
onder de gewone partijpers gerekend kun
nen worden. Tengevolge van de uniformiteit
van de berichtgeving en de sterke tendenz.
die haast uit iederen regel spreekt is de be
langstelling voor het krantenlezen sterk ge
daald.
Het orgaan van Hitier de „Völkische Beo-
bachter" heeft een oplage van 450.000: dan
volgt de „Berliner Morgenpost" met 330.000
terwijl het bekende blad van Goebbels een
meer bescheiden oplage van 95.000 exempla
ren heeft.
In Italië heeft de „Corriere della Sera" te
Milaan, een blad met ochtend- en avond
editie, de grootste oplage. Van dit blad wor
den iederen dag 500.000 exemplaren verkocht.
Het grootste blad van Rome is de „Messa-
gero" (200.000 exemplaren). De „Giornale
d'Italia" dat wel als de spreekbuis van de
regeering beschouwd kan worden heeft niet
meer dan 100.000 abonnés.
De dagbladpers in Japan, die op een
breede basis ,is geschoeid heeft veelal bla
den die een zeer vreemdsoortigen naam
dragen. Bij deze kranten is een kluwen van
andere zaken geïnteresseerd, waarbij winst
bejag het eenige oogmerk is.
We noemen slechts „Asahi Shimbun"
(959.000) en „Nichi Nichi" (800.000). Deze
kunnen het echter niet halen bij de dagbla
den die in Osaka verschijnen nl. „Asahi
Shimbun" en „Mainichi Shimbun" die bei
den een oplage hebben van 2 millioen exem
plaren per dag. doch dan met ochtend- en
avondeditie verschijnen.
Tenslotte noemen we nog de twee groot
ste Russische bladen: „Prawda" en „Iswesti-
ja" waarvan respectievelijk 2 millioen en
1.700.000 exemplaren gedrukt worden.
(K. W. P.)
(Nadruk verboden).
Reclameboek voor Friesland.
Een lijvig boekdeel is verschenen over Fries
land bij Realta, Leeuwarden. Het is een pro
paganda-uitgave. met instemming en medewer
king van verschillende gemeenten en Ver-
eenigingen voor Vreemdelingenverkeer in
Friesland.
De burgemeesters der Friesche gemeenten
behandelen in korte artikelen, die met hun
portretten geïllustreerd zijn, handel, nijver
heid, landbouw, kunst, tourisme, water- ijs-
en kaatssport in Friesland in het algemeen en
in hun gemeenten in het bijzonder.
Het boekwerk dat voorzien is van een fleu
rig omslag is rijk geïllustreerd met afbeel
dingen van mooie plekken en gebouwen in
Friesland en zal zeker bij menigeen de lust
doen opkomen, in de vacantie met die provin
cie, die voor tal van Nederlanders nog onbe
kend is, kennis te gaan maken.
Kent ge het verhaal van den Indischen
ambtenaar, die waardevolle papieren in zijn
safe ter bewaring had? Toen de dag aanbrak,
waarop de papieren moesten worden overge
legd, bleek het vak waarin ze hadden gelegen,
leeg. De ambtenaar werd van verduistering
beschuldigd en of hij ook bezwoer, dat hij ze
niet uit de safe had genomen, het hielp hem
niet de feiten spraken al te duidelijk. Was
hij niet de eenige man, die de sleutels van de
safe in handen hield? Gelukkig kreeg de man
een schrandere advocaat met ervaring van
Indië en van wat daar in donkere hoekjes mo
gelijk is. Dze advocaat onderzocht het be
wuste safe-vak met de loupe en vond de
lijken van twee rajaps (witte mieren). En op
deze vondst werd de ambtenaar vrijgespro
ken, want iedereen weet, dat het mogelijk is
voor een wittemieren-clan, om een bundel
papieren schoon op te eten en dan verder te
trekken met achterlating van een paar aan
indigestie gestorven kameraden.
Men mompelt, dat sindsdien vele ambtena
ren in hun safesmaar nee, deze laster
lijke praatjes wil ik niet verder helpen ver
spreiden. Eigenlijk was het mij er alleen
maar om te doen, u door een kleurig voor
beeld aan te toonen, hoe grondig de tropische
natuur haar opruimingsdienst heeft georgani
seerd, zij het ook, dat deze dienst niet altijd
het juiste onderscheid weet te maken tus
schen afval en gouvernementeele dossiers!
Het verteringsproces verloopt snel in Indië.
Er is geen kou die conserveert. Al wat af
sterft en wordt weggeworpen keert in rassen
kringloop terug tot moeder aarde.
Ik heb mijn erf gezuiverd van overtollig gras
en de boomen en struiken gesnoeid. Alle groen
is door den tuinjongen in een groote kuil bij
de achterheg weggestouwd: over een half jaar
zullen wij daarmee de tomatenbedden be
mesten.
Maar zelfs de vindingsrijke kebon weet geen
raad met de hooge agave-planten die als
barre wachters aan de vóórpoort prijkten en
iederen binnentredenden gast met hun uit
stekende giftpunten bedreigen. Zeven stuks
hebben wij uitgegraven; ze liggen in een slor-
digen hoop naast den vuilnisemmer, die be
reids door den stadsreinigingsdïenst in ge
leegd. Wij hadden gehoopt, dat de vuilnis
auto ook de agaves zou meenemen. Wij had
den beter kunnen weten. In de verordening
staat, dat ieder burger recht heeft op de da
gelij ksche verwijdering van één blik huis- en
erf-vuil.
Neem het den vuilnismannen eens kwalijk,
dat zij met deze verordening in hun zak de
stekels der agaves negeeren! Wie riskeert den
vinnigen prik van het buitenissige als de dage-
lijksche maat hem in emmers veilig wordt toe-
geleikt? Maar hoe haal ik voor dit probleem
hulp bij de al-verslindende tropische na
tuur? Waar blijven de witte mieren?
Zelfs de vindingrijke kebon krabt be
dachtzaam met de teenen van zijn rechter
voet wat modder van zijn linkerkuit en
fcwijgt
Dan nadert van de straatzijde een koelie.
Hij draagt een pikolan met twee leege
mandjes over zijn schouder en een oude da
meshoed op het hoofd.
„Tabeh njonja" groet hij, voor onze poort
staan blijvend.
„Tabeh" groet ik terug.
„Apa njonja maoe boewang itoewil
mevrouw dat weggooien?" informeert hij
met een hoofdbeweging naar de agaves.
Ik bevestig het.
„Saja maoe ik wil ze wel", zegt de man
met de mandjes.
„Baikgoed" valt de kebon in, blij dat
het stekelige karwei hem voorbij gaat.
Maar, zegt de koelie, het is te veel om ineens
te versjouwen. Vindt mevrouw goed, dat hij
eiken dag één plant weghaalt? En zal me
vrouw de rest niet aan een ander gunnen?
Ik beloof 't. Dan vraag ik nieuwsgierig: „Wat
ga je er mee doen?"
„Djoewal lagiweer verkoopen" zegt.de
man vol vertrouwen. Hij weet, dat hij eens op
een dag, morgen of over een week, een njonja
vinden zal, die haar grasveld wenscht te
garneeren met de vetbladige stekelplanten.
Dan zal hij aan haar tuinpoort staan en mijn
agaves aanprijzen: mooie exemplaren! En
spotprijzen! Maar het is te veel om ineens te
breingen. Vindt mevrouw goed, dat hij eiken
dag één plant aflevert? E11 zal mevrouw het
restant niet bij een anderen plantenventer
koopen?
Zou zoo'n man met mandjes en een zwierig
dameshoedje zich wel eens een oordeel vor
men over ons, tuinierende njonja's? En hoe
zou dat oordeel luiden? De kebon naast me
kucht bescheiden en ik keer terug tot de
werkelijkheid en gelast hem, het bed voor de
jonge begonia's in orde te maken, daar waar
eerst de agaves stonden.
Iederen dag verdwijnt een oude agave.
Langzaam vordert het opruimingswerk, hoe
wel ik de man met de mandjes nooit zie.
De jonge begonia's, gedrenkt door een paar
late Westmoesson-buitjes, schieten blad.
Na een week is het vóórerf schoon; vrien
delijk straalt de morgenzon op mijn frissche
begonia's en ik kijk voldaan naar het werk
mijner handen.
Eén ochtend slechts.
Den volgenden dag zijn ook de begonia's
verdwenen. Ziet ge, toen heb ik gedacht aan
de rajaps, die in hun niet te stuiten opruï-
mingswoede bijna het levensgeluk van den
ambtenaar hadden verwoest, en ik heb ge
lachen.
Want de Europeaan in Indië, die niet om
deze dingen kan lachen, ergert zich dage
lijks en krijgt tenslotte ongeneeslijk heimwee.
Maar als ik den man met de mandjes ooit
terug zie en ik nerken hem (want er loopen
honderden mannen-met-mandjes langs de
straten en zij lijken allen op elkaar en roep
hem ter verantwoording over de verdwenen
begonia's?
Ach, dan zal hij wellicht zeggen „rajap"....
en welke rechter zal hem op dat woord niet
vrijspreken?
Kebontuinjongen; Pikolan draagjuk
van bamboe.
PERSONALIA.
Geslaagd voor de akte N.S. zijn geslaagd de
dames E. Lekkerkerker en W. van Andel,beiden
te Bennebroek.
WISSELKOERSEN TE "AMSTERDAM
12.— uur
Londen 8.97 1/8
Berlijn 72.80
Parijs 3.09
Parijs 8.09
Brussel 30.68
Zwitserland 41.55 3/4
Kopenhagen 40.05
Stockholm 46.25
Oslo 45.05
New York 1.81 7/8
Praag 6.34
ZANDVOORT.
BURGERLIJKE STAND.
Geboren: Piet Cornelis, zoon van F. Koper
en M. H. Drommel, L'Amistraat 5; Oatharina
Maria, dochter van B. L. Lefferts en M. A.
Kortekaas, C. Huygensstraat 14; Ferdinand
Jacobus, zoon van A. v. d. Kruk en E. S. Bur
gerhout. Willemstraat 8; Maria, dochter van
M. J. Drolsbach en C. van der Sloot, Bilder-
dijkstraat 15.
Overleden: C. poning, oud 2 dagen; K. F.
Koning, oud 2 dagen; A. van der Putten, echt-
genoote van B. Duivenvoorden, oud 63 jaren;
J. A. E. Menting, oud 43 jaren.
VOORBEURS TE AMSTERDAM
Leed de wisselmarkt de geheele week reeds
ana een opvallend gebrek aan affaire, heden
morgen was de belangstelling wel uitermate
gering en ging er practisch niet om. de aan
dacht heeft zich op het oogenblik verplaatst
van het goudvraagstuk naar den Franschen
franc, welke valuta opnieuw het zorgenkind
geworden is. In Londen viel gisteren een sterk
aanbod van francs waar te nemen, waartegen
over de hemsteraars niet langer de markt
Rhabarber 7 ct. per bos
MALTA'S 14 ct. p. KÜo
Nieuwe OPPERDOEZEN
12 ct. per Ko.
Gr. bos Wortelen 8 ct. p. bos
(Gratis gekrabd)
Zeeuwsche Bonte 6 ct. p. Ko.
Red Star 5 ct. p. Ko.
Beste Aardapp. 4 ct. p. Ko.
enz. enz. enz.
GRQENTENenFRUITBEURS
88 Kleine Houtstraat 88
tegenover Spaarne bioscoop
Tel. 17201
omleggen
BUITENBANDEN
68 75 85 98 110 139
BINNENBANDEN 35 45 58
Een jaar garantie.
Het adres voor
BAKFIETSBANDEN
Ook alle buitengewone en
kindermaten in voorraad.
Zoolang de voorraad
strekt nog:
Spatborden compl. 49 ct.
Kettingkasten 49 ct.
Kettingrandje 28 ct.
Rubber pedalen
paar 49 ct.
Kettingen 48 ct
Duo-zitjes 35 ct.
Zwarte sturen 83 ct.
Bellen 13 ct.
Jasbeschermers
vanaf 29 ct
Velgen 59 ct
Stuurtasschen v.a. 39 ct
Groote sorteering Kam-
peertasschen vanaf 1.49
Tuinslang 18 ct. per Meter
Grootste en vlugste
reparatie-inrichting
Schagchelstr. 7 en filiaal
Cronjéstr., h. Schoterweg
met goud overstroomden. Het voornemen om
het Fransche bankwezen onder staatscontrole
te stellen heeft in Parijs groote bezorgheid ge
wekt en tot verdere kapitaalvlucht bijgedra
gen, terwijl de contante noteering' hier door
interventie op 8.09 gehandhaafd bleef, ver
toonden de termijnnoteeringen opnieuw een
stijgende disagio, dat voor 1 maands opliep
tot ongeveer 9 en voor 3 maands tot ongeveer
25 cents. De overige valuta's vertoonden nau
welijks eenige wijziging. Het pond gold 8.9,7 1/8
a 1/4 en de dollar 1.81 7/8. Voor het regulee-
ringsfonds bestond geen aanleiding om in te.
grijpen. Brussel gold onveranderd 30.68, Zwit
serland 41.55 a 57, Berlijn 72.78 a 82. De af
faire bleef van zeer geringen omvang.
Het voorbeurs-effectenverkeer leed onder
een gebrek aan factoren die van eenigen sti-
muleerenden invloed konden zijn. Terwijl Ko
ninklijke Olie zich goed wist te handhaven,
vertoonden de andere vooraanstaande locale
fondsen eerder een lichtelijk gedrukte stem-
min. Slechts in Koninklijke en Amsterdam
Rubber werden een paar stukjes omgezet.
Overeenkomstig Wallstreet waren ook Ame
rikaansche waarden gedrukt. De affaire be
perkte zich tot Anaconda en Tidewater.
DAMES! GEBRUIKT
Johnson's
Ontvettingsboonen
Onfeilbaar,
Onschadelijk
VINDT U IN ONZE
AFD LEVENS-
**!DDELEN
LAST VAN UW
WIJ HELPEN!
Supinator. Inst.voor voetverzorg.
JeannetteT riwaks
Gedipl. Voetspecialiste
RAAM VEST 13 B
HAARLEM TELEFOON 14519
Attesten H.H. Doctoren ter in
zage - LET OP DE ETALAGE!!
Groote Braadkippen f 1.-
A. TROMP
Smedestr. 36, Tel.12735
Dat is AFSLAG!
Gr. Bloemkool 5 ct. per stuk.
Andijvie, Postelein, Spinazie
3 pond v. 10 cent
Tomaten 10 ct. p. pond
Zachte Peulen fi ct. n. nond
Speciaalhuis in Damesstoffen Anegang 38-40
(De Zee op de Heide.)
Te midden der bosschen.
Tennis, Paardrijden enz.
Vraagt prospectus.
Slijterij en Wijnhandel „ZIJLHOEVE''
ZI3LWEG 15» bij de lulianalaan TELEFOON 13£65
LIMONADESIROOP ƒ0.60
2 Liter LIMONADE GAZEUSE 0.25
SPUITWATER (schroefflesch) 0.10
syphon ƒ0.13
DIVERSE BRONWATERS. - AMSTEL BIER dagelijks verscb
gebotteld.
Telefonische orders worden direct uitgevoerd.
Alles wordt koud geleverd, dus geen artikelen welke dagen in
een warmen winkel hebben gestaan.
LIMONADE SIROOP, div.
smaken, p. grote mm
fles O"
LIMONADE GAZEUSE, ver
schillende smaken g*
2 grote flessen
Pondsblik JAM „HERO" in
9 diverse smaken af
APPELGELEI „HERO"
lekker fris, ponds- a a
Pot
APPELSTROOP „HERO"
pondsblik 20
PEREN „HERO", de beste
kwaliteit, groot
blik tïU
GELE PRUIMEN „HERO"
HERO SPEKSNIJBONEN
heerlijk mals,
groot blik JLaL
WORTELTJES (middelfijn)
„HERO" groot
blik 30
RODE BESSENSAP
„HERO" 4 -y
per fles A