H' Het koloniale vraagstuk van Nederlandsch-lndië. I Hoe cricket gespeeld moet worden. I. WüiiMÖ "feL. C3ILD? iffffMMI Rubriek voor Vragen WOENSDAG 14 TULT 1937 HAARIEM'S DAGBLAD 8 Aanvoerder en Umpire. ET aanvoeren van een cricketteam stelt buitengewoon zware eischen aan den speler, die hiervoor in aan merking komt. Slechts zéér weinig cricketers zullen in staat zijn, deze uiterst moeilijke en verantwoordelijke taak op zich te nemen. De „skipper" van een cricketteam moet in de allereerste plaats een man zijn. in wien zijn medespelers hun volle vertrouwen kun nen stellen. Het is niet zoo zeer noodzaak, dat hij zélf uitblinkt in het spel. al dient hij persoonlijk tenminste steeds, wat uiterste activiteit be treft. het goede voorbeeld te geven, dan wel. dat hij volledig op de hoogte is van alle fi nesses, die cricket oplevert en een uiterst helderen blik op spel en spelers heeft. Hij dient de juiste „feeling" te hebben en in dit verband geloof ik dan ook niet, dat het mogelijk zal blijken te zijn, iederen wil- lekeurigen jongen speler op te leiden voor captain van een cricketteam, te meer, daar het temperament en last but not least: de mentaliteit van den speler in kwestie, een factor van het grootste belang vormen. De captain van een cricketelftal moet een aangenaam, zoo mogelijk joviaal mensch zijn, met ruime en zeer zeker, sportieve op vattingen. Het spreekt vanzelf, dat hij zich steeds zal moeten weten te beheerschen, hij mag, indien noodig, zoo nu en dan iwel eens een aanmerking tegen een speler, die dit verdient, maken, doch moet dit nimmer op een onheusche, eigenlijk niet eens op een on vriendelijke manier doen. Zijn medespelers immers, spelen allen, net als hij zelf. cricket voor hun plezier, doch aangezien zij in club verband aan de competitie deelnemen, die nen zij uit dien hoofde hun beste krachten voor hun elftal beschikbaar te stellen en dit zullen de spelers ook heusch wel doen en zeer zeker, indien hun captain den juisten toon weet te treffen, hen aanmoedigt inplaats van afbreekt, welk laatste feit helaas nog wel eens tijdens cricketwedstrïjden voorkomt en de stemming bederft en zoodoende een negatieven invloed op het spel uitoefent. De aanvoerder vergeet dan. dat cricket, naast de mooiste, tevens de moeilijkste sport is. in al zijn onderdeelen en waarbij vooral de jon geren nog lang niet die routine bezitten, die oudere spelers zich hebben eigen gemaakt en dus een uiterst bekwame en tactvolle leiding noodig hebben. Een cricket-captain dient de noodige per soonlijkheid te bezitten, moet er een vol strekt eigen meening op na houden, zonder echter daarbij eigenwijs te zijn! Hij dient zélf en zonder aarzelen alle noo- dlee beslissingen te nemen op gedecideerde wiize. Hij moet een „fighter" zijn en nooit bang. om een kans die hem geboden wordt, al brengt deze meestentijds eenig risico mee, te benutten en een beslissing te nemen, die aanleiding kan zijn. een wedstrijd te winnen. Hij moet hierbij echter de verschillende om standigheden heel goed „aanvoelen" en nooit vergeten, dat een verkeerde of ontijdige be- sli-sing een verloren partij kan beteekenen. De captain moet in het veld. tijdens de Innings van de tegenpartij, iederen bal. die zijn aanval (bowlers) op de batsmen los laat, nauwkeurig beoordeelen en met de meeste aandacht het spel van den batsman volgen. Hij dient tot het uiterste geconcen treerd te zijn. Geen enkele beweging in het veld mag hem ontgaan en vanzelfsprekend zullen zijn fielders zijn grootste oplettendheid vergen. De uitzetting van het veld dient hij met de meeste zorg in overleg met zijn bowlers te regelen en dikwijls zal het noodig blijken tijdens het spel en naar aanleiding van de verrichtingen van een batsman, een wijzi ging aan te brengen. Ook kan het noodig blijken, dat een batsman met een beoaalden aparten slag op zijn repertoire, een ander soort bowler vereischt; indien de captain over een dergelijken bowler beschikt, moet hij niet aarzelen, dezen onmiddellijk in den aanval te brengen. Behalve een uiterst moeilijke, heeft de captain dus tevens een zeer inspannende taak te vervullen. Hij dient in ieder geval „the right man in the richt place" te zijn. wil hij met succes ziin elftal kunnen aanvoeren en zoodoende zijn club naar beste weten dienen. De umpire tenslotte, moet een volkomen betrouwbaar en onpartijdig optredend man zijn. die de spelregels op zijn duimpje kent en die absoluut zeker van de noor hem te geven beslissingen moet zijn. indien zijn uit spraak wordt gevraagd, voor éen of ander geval. Hij mag geen moment wijfelen bij het geven hiervan en moet derhalve uiterst op lettend zijn, zoodat niets zijn spiedend oog ontgaat. In gevallen van stumpen of run-out moet hij er absoluut zeker van zijn. dat voet of bat van den batsman in kwestie over den streep aan de wicketzijde op den grond is. om het appeal te kunnen afwijzen; bij een vermeenden vang achter het wicket moet hij gezien hebben en zoo mogelijk gehoord, dat de batsman den bal met het bat (of hand) aanraakte, om dezen „uit" te kunne? geven en zich vooral niet laten intimideeren door een meestentijds luid opklinkend appeal van vrijwel het geheele elftal bij een dergelijk geval. Hij moet het zien. Is hij er niet vol komen zeker van, dat de bal inderdaad is HONKBAL. HET NED. NEGENTAL VOOR ANTWERPEN. Het Ned. Negental dat op Zondag 25 Juli te Antwerpen tegen het Belgische negental uitkomt, is als volgt samengesteld: Werper Lammers (BI. Wit), Vanger J. Baas (H.H.C.). eerste honk Van den Heuvel Reijn- ders (H.H.C.). tweede honk Kloos (Haarlem), korte stop Meenhorst (V.V.G.A.), derde honk Wilders (BI. Wit), verre velders Boscher (BI. Wit) Schijvenaar (E.D.O.) en Van der Putten (E.D.O.). Twee experimenten dus: Wilders op het derde honk. de plaats die tot nu afwisselend door M. C. Bakker en Wulfhorst bezet werd. en Schijvenaar in het verre veld. Vermeld moet worden dat Jac. Hartog dezen keer niet beschikbaar was. Als reserves zijn aangewezen: C. V. d. Schalie iE.D.O.)R de Mon (Haar lem' en M. C. Bakker (Quick). EEN PROTEST VAN H.H.C. Naar wij vernemen heeft H.H.C. bij het be stuur van den N.H.B. een protest ingediend tegen het feit dat in den wedstrijd H.H.C Blauw Wit Alink niet werd uitverklaard. hoe- we': H.H.C. er den scheidsrechter op attent maakte dat deze speler bij het loopen van zijn homerun niet alle honken heeft aangeraakt. gespeeld, dan dient hij het appeal af te wij zen en is de batsman dus niet uit. De Lb.w. regel zal zonder twijfel de meeste moeilijkheden voor hem opleveren (hier mede worden dan ook de meeste fouten ge maakt!) en deze eischt zijn scherpste oor deel. Alweer: indien hij niet volkomen over tuigd is. dat de bal in den strook van wicket tot wicket heeft gepitcht en het wicket zou hebben geraakt indien geen been hiervoor had gestaan, die den bal tegen hield, mag hij het appeal van bowler of wicketkeeper niet toewijzen. Het zal heel vaak voor komen, dat de umpire de meening is toegedaan, dat een bal den off- of leg-stump van het wicket misschien zou hebben geraakt; in dat geval moet hij positief het appeal afwijzen, de be slissing dient dan ten gunste van den bats man te zijn en deze is niet uit, aangezien de umpire niet de volle zekerheid had, dat het wicket zou zijn geraakt. Dit is een punt van het meeste belang en het spreekt wel van zelf, dat de umpire heel zeker van zijn zaak moet zijn. Eén uitzondering zou ik ten allen tijde ma ken, nl. indien de batsman zoodanig voor het wicket stond opgesteld, dat hiervan niets meer te zien zou zijn en hij een „langen bal" op de beenen kreeg. Hij zou hierdoor zelf de schuld dragen voor zijn gerechtvaardigde „dismission". P. A. LAMMERTS V. BUERBN. DAMMEN. Jubileum Haarlemsehe Damclub. Causerie van meester J. B. de Haas. Onder groote belangstelling heeft meester J. B. de Haas uit Scheveningen in het club lokaal der Haarlemsehe Damclub een cause rie gehouden over Hoogland's systeem. De heer Van Dartelen zei, dat het de ge woonte der Haarlemsehe Damclub is, bij ju bilea eens rond te kijken welke personen, die zich voor de vereeniging of het damspel buitengewoon verdienstelijk hebben gemaakt, in aanmerking komen voor een onderschei ding. Bij de herdenking van dit dertig-jarig be staan is de keuze gevallen op meester de Haas, den pionier van de damsport in Ne derland en grondlegger van den Ned. Dam- bond; spreker vond het een eer, dat hij na mens de Haarlemsehe Damclub aan meester de Haas het eerelidmaatschap der vereeni ging kon aanbieden. Hierna begon De Haas zijn causerie met de verklaring dat hij niet naar Haarlem was gekomen om propaganda te maken voor Hoogland's systeem, doch alleen om aan de Haarlemsehe damspelers te vragen dit systeem eens te bestudeeren, anders niet. Het was in 1923, dat Hoogland, naar aan leiding van zijn reizen door Friesland, tot de gedachte kwam het eindspel te veranderen. Spr. vertoefde toen in het buitenland, doch bleef steeds met Hoogland in corresponden tie. Gedurende spa'©kers reizen had hij geen gelegenheid Hoogland's systeem praktisch te bestudeeren. Hij kwam in Polen en speel de daar met Russische spelers. Men speelde daar dam op het schaakbord geheel volgens onze spelregels, met dit verschil, dat meer- slag niet voorgaat. Na drie jaren studie is spreker tot de con clusie gekomen dat Hoogland's systeem ons een eindspel heeft gegeven met dammen; dit is een deel van ons spel! Blankenaar heeft dit al jaren geleden begrepen en daarom zocht hij zijn heil in het componeeren van eindspelen. De Haas is ei- van overtuigd, dat eenmaal een generatie zal komen, die Hoog land's systeem accepteert. Het middenspel wordt zeer weinig beinvloed door Hoogland's systeem; bij alles wat men tegen dit systeem aanvoert, heeft men dit niet bedacht. De Haas demonstreerde eenige belangwekende standen in het Russische damspel, om aan te toonen hoe Blankenaar werd geïnspireerd tot zijn eindspelcomposities. Hierna volgden enkele interessante stan den in het Poolsche spel volgens Hoogland's systeem. Spreker las enkele brieven voor van Blankenaar en van den bekenden problemist Geo. J. A. van Dam. Blankenaar's meening is, dat hij bereid is deze verandering te accepteeren, mits het vooruitgang beteekent. Huldiging Haarlemsehe kampioenen In de pauze werden de nieuwe Haarlem sehe kampioenen gehuldigd en de in de afge- loopen wedstrijden om de kampioenschap pen van Haarlem behaalde prijzen uitgereikt. De voorzitter der Haarlemsehe [Bropagan- da-Commissie, de heer H. Kroon, huldigde de kampioenen en prijswinnaars met eenige hartelijke woorden, waarna tot het uitreiken der prijzen werd overgegaan. Hoofdklasse: 1ste prijs en kampioenstitel aan H. W. Zitman (Damclub Haarlem); 2de prijs aan A. de Jong (Oosterkwartier)3de prijs gedeeld door P. J. van Dartelen (Haarl. Damcl.) en F. A. Berkemeier (Damcl. Haar lem). Eerste klasse: 1ste prijs en kampioenstitel aan W. van Pelt (Oosterkwartier); 2de prijs kon nog niet worden uitgereikt, aangezien alle partijen nog niet beëindigd zijn; 3de prijs aan P. L. Schrijnemakers (Haarlemsehe Damclub). Tweede klasse: 1ste prijs en kampioenstitel aan N. Broertjes (Hoofddorpsche Damclub); 2de prijs aan J. H. Meure (Haarl. Damclub) en 3de prijs aan H. Berghuis (Haarl. Dam club). Derde klasse: 1ste prijs en kampioenstitel aan J. A. E. Èlstgeest; 2de en 3de prijs ge deeld door A. S. van 't Schip en J. M. Rut gers, (allen Haarlemsehe Damclub). Hierna vervolgde de Haas zijn causerie, die echter wegens het vergevorderde uur be kort moest worden. Spreker behandelde nog verschillende stan den uit de match Springer-Raiehenbach, be zien volgens Hoogland's systeem en eenige spelmomenten uit den wedstrijd om het per soonlijk kampioenschap van Nederland. D. O. S. H. W. ZITMAN. Daar het tegenwoordige clublokaal van D.O.S. niet meer aan de eischen voldeed, heeft bovengenoemde vereeniging thans be slag kunnen leggen op een beter clublokaal, nl. de bovenzaal van café Bmggink in de Koningstraat. Op Maandag 19 Juli a.s., 's avonds 8 uur, hoopt zij dit nieuwe clublokaal in gebruik te nemen met een simultaan-séance voor leden en belangstellenden 'door den heer H. W. Zitman, kampioen van-Haarlem 1937, die zich belangeloos ter beschikking stelde. Zij die aan deze match wenschen deel te nemen, zijbi welkom. REISBUREAU LINDEMAN I levert U dit tegen concurreerenden prijs. Barteljorisstraat 5, Telefoon 12679 Lid der Nederl. Vereen, v Reisbur. (Adv. Ingez. Med.) Hoe anderen het zien. n „Die Koralle" van eenige weken geleden vonden we het volgende interessante ar tikel van A. E. Johann over onze kolo niën: „Reeds drie eeuwen behoort het uitgestrekte, rijke eilandengebied tusschen het Zuidoosten van Azië en Australië aan den kiemen staat in het Westen van Europa, aan Nederland. De motieven, welke de Hollanders daar heen voerden, waren niet de zucht en het ver langen om sprookjesachtige schatten van goud en zilver op te sporen en hun land plot seling te maken tot het rijkste van de wereld, zooals bij de Spanjaarden het geval was, het waren ook geen politieke bedoelingen, om een wereldrijk te vestigen, zooals bij de Engel- schen, bij de Hollanders ging het alleen om een rustigen, veiligen, uitgebreiden handel met de tropen, die een flinke winstmogelijkheid zou bieden. Zonder veel idealen en zonder politieke leu zen hebben zij hun eilandenrijk, zoo rijk met schatten gezegend, als een goed koopman be heerd. De oorspronkelijke bevolking voer er niet slecht bij, want om die reden hebben zij er zich nimmer op toegelegd, om de bewoners van deze eilanden met de twijfelachtige zege ningen van de Europeesche beschaving geluk kig te maken. Doch ook Holland met zijn oude koloniale ondervinding heeft niet kunnen beletten, dat de golven van de wereld-politiek, die in den tegenwoordigen tijd de kusten van Azië beu ken en soms tot diep in het land doordringen, zich ook tot in Insulinde voortplanten en daar de bestaande ordening ondermijnen. Onlangs is een verzoekschrift, door vijftig duizend Hollanders in Indië onderteekend, aan de regeering in het moederland gezonden. Er wordt daarin dringend gevraagd de verde diging van de koloniën te land, te water en in de lucht aanzienlijk te versterken. Alleen civiele personen hebben het verzoek onderteekend; militairen in actieven dienst hebben er geen deel aan genomen. Met spanning is thans het wachten op den uitslag van de verkiezingen in Holland, (die inmiddels hebben plaats gehad vert.) waar van de behandeling van de koloniale vraag stukken zal afhangen. In de koloniën is men van meening dat de brave burgers ver weg in Amsterdam of in Groningen niet voldoende doordrongen zijn van den gespannen toestand in het Verre Oosten, en de koorden van de beurs te veel aantrekken. Ook hier is het, gelijk overal in den Stillen en Indischen Oceaan, de angst voor Japan, die den politieken horizont verduistert en tot maatregelen van afweer leidt. Weliswaar be teekent voor Batavia, Makassar of Palembang de geweldige uitbreiding en versterking van de verdedigingswerken van Singapore een groote troost en ongetwijfeld bestaat reeds lang een militaire overeenkomst tusschen de Engelsche en Hollandsche en Fransche en misschien ook Amerikaansche marine-autori teiten, doch veilig voelt men zich eerst dan, wanneer men tot eigen verdediging in staat is. Aan de kust van Nieuw Guinea zijn nieuwe havens voor onderzee-booten en watervliegtui gen gemaakt, want dit groote eiland zou in geval van nood waarschijnlijk buiten den be schermingskring van Singapore vallen. Ook de olieterreinen van Borneo, Balikpa- pan en Pontianak zijn thans goed be schermd. De Hollandsche vloot, die dit reus achtige eilandenrijk heeft te verdedigen, be staat voorloopig slechts uit vier kruisers, zes torpedobooten, twaalf onderzeebooten en een paar mijnenleggers, waarvan Soerabaye in den Oostenlijken hoek van Java de voornaam ste oorlogshaven is. Alle Hollanders in Indië zijn aan den algemeenen dienstplicht onder worpen. Tegenover Japan is men in Nederlandsch- lndië zeer terughoudend. Van alle geïmpor teerde artikelen kunnen de Japanners op niet meer aanspraak maken dan op 25 pCt. van den totalen invoer. Bovendien moeten deze artikelen door Hollandsche schepen worden aangevoerd. DUIDELIJK (jESTELDE VRAGEN van alle Abonnês van Haarlem's Dagblad worden door een specialen Redacteur en zijn talrijke medewerkers zoo mogelijk en ten spoedigste beantwoord. De vragen moeten worden geadresseerd aan de RedactieGroote Houstraat 93. met duidelijke vermelding van naam en woon plaats. Vragen, waaraan naam en adres ontbreken, worden terzijde gelegd. De namen der vragers blijven redactie geheim. De antwoorden worden per auto GEHEEL KOSTELOOS thuis bezorgd. Alleen die vragen, welker beantwoording voor vele anderen behalve den vrager, van nut kan zijn, worden tevens in ons blad ge plaatst. RECHTSZAKEN VRAAG1. Ik ben een jaar in betrekking en zou volgende week met vacantie gaan. Nu ben ik ontslagen. Heb ik nu evengoed nog recht op 14 dagen vacantie? 2. Als ik het niet krijg, tot wien moet ik mij dan wenden? ANTWOORD: 1. Neon. 2. Zie onder 1 VRAAG: Moet een meisje, dat voor halve da gen In dienst is, hij vacantie van haar mevrouw vergoeding hebben? ANTWOORD: Ja. VRAAG: 1. Hoeveel dagen per jaar moet ik va cantie geven aan een dagmeisje, dat eiken dag van half tot half 4 bij mij in dienst is en alleen den koffiemaaltijd gebruikt? 2. Moet ik haar kostgeld geven? 3. Zoo ja, hoeveel? ANTWOORD: 1. Daartoe zljt gij niet verplicht. 2. Zie onder 1. Als gij haar vacantie geeft moet gij haar onk kostgeld geven. 3. 0.50 per dag. VRAAG: Is een ongehuwde vrouw, die invalidi- teitsrente trekt, verplicht dit bij een huwelijk aan den Raad van Arbeid op te geven? Gaat die rente gewoon door? (de invalidteit is van blïjvenden aard). ANTWOORD: Ja. u moet het wel aan den Raad van Arbeid opgeven. Deze onderzoekt dan de zaak en wanneer blijkt, dat u een derde van uw werk zaamheden (dat zullen in dit geval huishoudelijke bezigheden zijn) kunt verrichten, wordt de inva liditeit als geëindigd beschouwd. VRAAG. Kan een vrouw die niet wettelijk ge scheiden is. in een andere gemeente als huishoud ster gaan werken? Moet zij zich in het Gemeen tehuis opgeven onder haar eigen of haar mans naam? ANTWOORD: 1. Ja. 2. Onder den naam van haar man, doch wette lijk blijft zij haar domicilie houden in de woning van haar man. BELASTING ZAKEN VRAAG: Is een oude dame van SI jaar te Haar lem, die 90 per maand inkomen heeft (uïtke.e- ring van een levensverzekering) belastingplich tig? (Zij betaalt voor pension 65 en in den win ter 6 per maand voor kolen). ANTWOORD: Ja. zij is evenals iedereen voor dat inkomen belastingplichtig. RECEPTEN. VRAAG: Op welke manier kan ik een dekzeil van een boot waterdicht krijgen? ANTWOORD: Dompel het linnen in een sterk warm zeepbad. behandel het daarin 10 min. Sla uit. Laat 10 min. glad hangen om uit te druipen, daarna dezelfde bewerking in een oplossing van 250 gr. fijne aluin op 10 lt. water. Sla uit en hang het linnen buiten glad op om te drogen. VRAAG: Wat en in welke hoeveelheid moet men aan een kuip duinwater toevoegen om zee water te imiteeren? ANTWOORD: 663 gr. chloornatrium, 50 gr. zwa velzure magnesia, 75 gr. chloormagnesium, 15 gr. zwavelzure kali, elk afzonderlijk oplossen in zuiver bron of leiding water onder voortdurend roeren. Daarna zoutoplossingen in. glazen bak samenvoegen onder toevoeging van zuiver kalk en ijzerhoudend duin- of bronwater. Al roerende vermengd, tot men een volume van 25 L. heeft verkregen. VRAAG: Hoe kan ik een carbolineumvlek uit een blauw fluweelen mutsje verwijderen? ANTWOORD: Betten met dotje watten gedrenkt in perchlooraethyleen en daarmede stevig afwrij ven. Daarna zoo droog mogelijk wrijven en de plek bedekken met laagje magnesia, dat na een uur weer verwijderd wordt. VRAAG: Hoe maak ik augurken (bommen) in in pekel on ook in azijn? ANTWOORD: In azijn: 1 K.G. augurken. 1 flesch azijn, 1 Spaansche peper, gedroogde gem ber. 2y, gr. laurierbladeren. 5 gr. mierikswortel, 1 takje venkel. Maak de augurken schoon door er de kroontjes af te nemen en ze verder goed af te vegen met een vochtigen doek. Zet ze. met zout bestrooid, een nacht weg. I.aat ze den volgenden dag op een vergiet zoo droog mogelijk uitlekken, doe ze in een sehoongemaakten of uitgekookten pot, leg er hier en daar de kruiden tusschen en schenk er de azijn op. zóó dat de augurken onder staan. Sluit den pot met een schroefdeksel of met vochtig perkamentpapier en plak er een etiquette op met vermelding van naam en datum van inmaak. In zout: 2 kg. groote augurken. 2 L. water, 200 gr. zout. Maak de augurken schoon, leg ze in pe-. kei, die van het water met het zout gemaakt is en onderzoek de eerste 6 weken wekelijks of zich geen kiem op de oppervlakte gevormd heeft. Ver wijder dit dan zoo zorgvuldig mogelijk en voeg nog wat zout of sterke pekel toe. VRAAG: Kan ik tuinboonen in het zout inma ken? Op welke manier? Ook in een Keulschen pot? ANTWOORD: Ja. Dop de tuinboonen, waseh ze en leg ze laag om laag met het zout in flesschen met wijde halzen, die vooraf gedurende twintig minuten uitgekookt zijn. Giet er dan zooveel koud water over. da.t de lioonen juist onderstaan. Laat de flesschen eenige dagen staan, om uit te gisten. Sluit ze dan met schoongeborstelde, uitgekookte kurken en dompel deze tweemaal in lak. PLANTEN. VRAAG: Mijn palm krijgt dorre punten. Wat is er tegen te doen? Moet men de plant veel wa ter geven en moet de plant zon hebben? ANTWOORD: Een palm vraagt bij voorkeur een frissche temperatuur en vooral niet te droge lucht. Ook is felle zon niet aan te bevelen. De hoeveelheid water is zoo niet op te geven, dit hangt af van de grootte der plant en de plaats. Als u met een of ander voorwerp tegen den pot tikt en het geluid is hol, dan behoeft de plant geen water. M'eesta.l maken de palmen in een kamer doode punten, vooral als er veel langs ge- loopen wordt. VRAAG: 1. In mijn tuin staan vele rozen. Is het mogelijk daarvan haarwater of odeur te ma ken? ANTWOORD: 1. De jnogelijkheid bestaat, maar de hoeveelheid rozen zal daarvoor zeer zeker on voldoende zijn. want daarvoor zijn zoovele rozen noodig, dat het voor een particulier niet doen lijk is. 2. Den grond om de planten met ongeblusehte kalk bestrooien, maar nog beter is het de slak ken 's morgens vroeg of 's avonds laat te vangen. U kunt ook slabladeren neerleggen: daar kruipen ze 's morgens in en dan kan men ze verwijderen. DIVERSEN. VRAAG: Welke papieren en formaliteiten zijn er noodig voor een autotocht naar Antwerpen? ANTWOORD: U hebt noodig een* triptiek en carnet de passages en douanes. De internationale bewijzen zijn eveneens geldig. Nederlanders heb ben toegang op vertoon van een paspoort. Ook een bewijs van Nederlanderschap is voldoende. Verbeersvoorschriften: rechts houden, links voorbij rijden. Op bijna alle punten bij de onderhandelingen over een handelsverdrag tusschen Holland en Japan hebben de Japanners hun aanspraken moeten matigen. Toen in het Japansche Par lement ter sprake kwam of men niet een deel van Nieuw Guinea zou kunnen pachten, ston den de Hollanders hier terstond afwijzend te genover en de Japanners werden er op ge wezen, dat zij op Borneo reeds katoen- en houtconcessies hadden verkregen, zonder dat dit voor Nederlandsch Indië een bizonder pro fijt had opgeleverd. Tot heden hebben de Hollanders hun bezit met kleurlingen geregeerd. De zoogenaamde Indo's, door wier aderen blank en Javaansch bloed stroomt, bekleeden de plaatsen van de lagere en van de tusschen klasse ambtenaren. Ook bij de employés van de handelsfirma's is dit het geval. Inmiddels ontvangt ook de ïn- heemsche bevolking meer en meer Europeesch onderwijs en ze gaat zich eveneens gerechtigd voelen om evenals de Indo's op departementen en kantoren een plaats te krijgen. Geen won der dus, dat in de Regeering te Batavia, in den Volksraad, een scherpe tegenstelling bestaat tusschen Indo's en inheemsche raadsleden. Verder beklagen de Indo's zich over het feit, dat alleen de „inboorlingen" land kunnen bezitten en zij zelf gedwongen zijn zich voor de militaire verdediging van Indië beschik baar te stellen. Ofschoon de Indo's, die sterk verbreid zijn, op den duur de Nederlandssche regeering het leven moeilijk kunnen maken, kan toch thans nog niet van een intern gevaar voor Indië worden gesproken. Gevaar kan voorloopig alleen van buiten dreigen. In werkelijkheid is Nederlandsch In dië slechts een van de gewichtigste hoektorens in den geweldigen Britschen muur, die van Zuid-Afrika over Engelsch Indië, Ceylon en de Maleische Staten tot in Australië en Nieuw Zeeland loopen, den Indischen Oceaan om singelt en den Stillen Oceaan barricadeert. Holland's heerschappij in het Verre Oosten zal geen dag langer duren dan het gezag van den Britschen leeuw zich kan doen géiden". W. S. De cursiveering is van mij. (W. S.). CRICKET. HAARL. CRICKETBOND. BOWLEN TOT EN MET 3 JULI. o. m. r. w. gem. H. Zonneveld R.C.H. 66 1/2 18 93 26 3.58 V. J. v. d. Lijke, H'lem 62 1/6 20 122 21 5.81 G. v. Langelaar, C.V.H. 62 22 111 19 5'.84 L. Reijdon, R. en W. 45 1/6 11 95 15 6.33 F. Vogelsang, C.V.H. 78 1/6 28 160 24 6.67 Th. Hetem, Haarlem 54 1/3 18 95 14 6.79 J. KI. de Groot, R.W. 65 2/3 21 173 24 7.21 Han Boeree, Haarlem 75 1/6 22 166 19 8.74 H. Kleintjens, R. en W. 70 2/3 20 172 18 9.56 D. J. de Jong, R. en W. 86 18 221 21 10.52 Joh. Faber, R. en W. 69 21 149 14 10.64 Batten tot en met 3 Juli. r. h.s. i. n.o. gem. G. v. Musscher, R.C.H. 226 102 6 2 56.50 R. Kammeijer, Haarlem 208 58 6 0 34.33 Th. Hetem, Haarlem 108 31 6 2 27— M. Slingenberg, R. en W. 116 52 5 0 23.20 A. van Loenen, C.V.H. 92 36 5 1 23— A. J. v. d. Sluijs, C.V.H. 106 41 6 1 21.20 W. F. Kruijff, R. en W. 92 32 6 1 18.40 G. Kesting, Bl'daal 102 54 7 1 17— Jac. Bosse, Bloemendaal 101 39 6 0 16.83 J. W. KI. de Groot, R. en W. 96 50 6 0 16— H. Beijk, Bloemendaal 64 18 6 2 16. H. Hackenitz, R. en W. 79 38 5 0 15.80 Dieperink, Bl'daal 63 27 6 1 14— V. J. v. d. Lijke, H'lem 70 22 6 1 12.20 J. Berendsen. R. en W. 58 17 5 0 11.60 M. Kruijff, R. en W. 56 18 5 0 11.20 P. Kruijt, Haarlem 67 30 6 0 11.17 (Herplaatsing wegens misstelling). DAMES-CRICKET. LEZING VAN Ml". H. W. GLERUM. Op uitnoodiging van de damesafdeeling dei- Ha arlemsche cricketclub Rood en Wit zal de bekende Amsterdamsche speler mr. H. W. Gle- rum a.s. Donderdagavond om acht uur in het Kennemer Lyceum een lezing houden over cricket. Belangstellenden zijn welkom. WIELRÏJDEN. ACHILLES. Dinsdagavond hield Achilles haar tweeden populairen wedstrijd op de Heemsteedsche Wielerbaan. De omnium, welke bestond uit een sprint, klassement race en een tijdrace over 400 Meter, werd op overtuigende wijze door R. de Groot gewonnen. Hij won zoowel de sprint als den klassement wedstrijd en reed in de tijdrace denzelfden tijd als Kemp, nl. 26 4/5 sec. over de 400 Meter, waardoor hij beslag legde op den uitgeloofden cup. N. Kemp werd tweede. Ook in de nieuwelingen wedstrijden ont brak het niet aan spanning; na een mooien eindspurt won Emans van Schel, D. Janssen werd derde, Koelemij viel in den eindspurt. Een afvalrace voor amateurs won Ouds hoorn, 2e werd B. de Vries, 3e Schüller. Een handicap race voor de niet geplaatste niewelingen werdgewonnen door J. Groot, tweede J. Ekel, derde J. Stet. Tot slot had een wedstrijd plaats over 100 ronden, waarvoor 16 renners startten. Er werden van het begin tot het einde fel gere den. De premie voor het uitloopen van een ronde won Schüller. Verder uitgeloofde pre mies werden achtereenvolgens door Schüller, Schijf, Gruijters en Jongeneelen gewonnen. De uitslagen waren als volgt: Omnium: 1 R. Groot, 2 N. Kemp, 3 v. Beu gen, 4 Payrable. Nieuwelingen eindstand: 1 Emans, 2 Schel, 3 Janssen. Afvalrace amateurs: 1 Oudshoorn, 2 B. de Vries, 3 Schüller. Handicap nieuwelingen: 1 J. Groot, 2 J. Ekel. 3 J. Stet. Wedstrijd over 100 ronden met 2 klasse menten: 1 Schüller. op l ronde 2 Klinken berg, 3 Jongeneelen. 4 B. de Vries. Clubkampioenschap van Nederland. We ontvingen van de Nederl. Wielren Unie het bericht, dat de voorwedstrijden om het clubkampïoenschap van Nederland a.s. Vrij dagavond 8 uur in het Amsterdamsche Sta dion wordt gereden. De renners: J. Rijneveld, T. Peetoom. N. Kemp. T. Buys en H. v. Beugen moeten Vrij dag 6 uur in ""Putstraat aanwe zig zijn.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 14