H'
Het koloniale vraagstuk van
Nederlandsch-lndië.
I
Hoe cricket gespeeld moet worden.
I. WüiiMÖ
"feL. C3ILD?
iffffMMI
Rubriek voor Vragen
WOENSDAG 14 TULT 1937
HAARIEM'S DAGBLAD
8
Aanvoerder en Umpire.
ET aanvoeren van een cricketteam
stelt buitengewoon zware eischen
aan den speler, die hiervoor in aan
merking komt. Slechts zéér weinig
cricketers zullen in staat zijn, deze uiterst
moeilijke en verantwoordelijke taak op zich
te nemen.
De „skipper" van een cricketteam moet in
de allereerste plaats een man zijn. in wien
zijn medespelers hun volle vertrouwen kun
nen stellen.
Het is niet zoo zeer noodzaak, dat hij zélf
uitblinkt in het spel. al dient hij persoonlijk
tenminste steeds, wat uiterste activiteit be
treft. het goede voorbeeld te geven, dan wel.
dat hij volledig op de hoogte is van alle fi
nesses, die cricket oplevert en een uiterst
helderen blik op spel en spelers heeft.
Hij dient de juiste „feeling" te hebben en
in dit verband geloof ik dan ook niet, dat
het mogelijk zal blijken te zijn, iederen wil-
lekeurigen jongen speler op te leiden voor
captain van een cricketteam, te meer, daar
het temperament en last but not least: de
mentaliteit van den speler in kwestie, een
factor van het grootste belang vormen.
De captain van een cricketelftal moet een
aangenaam, zoo mogelijk joviaal mensch
zijn, met ruime en zeer zeker, sportieve op
vattingen. Het spreekt vanzelf, dat hij zich
steeds zal moeten weten te beheerschen, hij
mag, indien noodig, zoo nu en dan iwel eens
een aanmerking tegen een speler, die dit
verdient, maken, doch moet dit nimmer op
een onheusche, eigenlijk niet eens op een on
vriendelijke manier doen. Zijn medespelers
immers, spelen allen, net als hij zelf. cricket
voor hun plezier, doch aangezien zij in club
verband aan de competitie deelnemen, die
nen zij uit dien hoofde hun beste krachten
voor hun elftal beschikbaar te stellen en dit
zullen de spelers ook heusch wel doen en zeer
zeker, indien hun captain den juisten toon
weet te treffen, hen aanmoedigt inplaats
van afbreekt, welk laatste feit helaas nog
wel eens tijdens cricketwedstrïjden voorkomt
en de stemming bederft en zoodoende een
negatieven invloed op het spel uitoefent. De
aanvoerder vergeet dan. dat cricket, naast
de mooiste, tevens de moeilijkste sport is. in
al zijn onderdeelen en waarbij vooral de jon
geren nog lang niet die routine bezitten, die
oudere spelers zich hebben eigen gemaakt en
dus een uiterst bekwame en tactvolle leiding
noodig hebben.
Een cricket-captain dient de noodige per
soonlijkheid te bezitten, moet er een vol
strekt eigen meening op na houden, zonder
echter daarbij eigenwijs te zijn!
Hij dient zélf en zonder aarzelen alle noo-
dlee beslissingen te nemen op gedecideerde
wiize.
Hij moet een „fighter" zijn en nooit bang.
om een kans die hem geboden wordt, al
brengt deze meestentijds eenig risico mee,
te benutten en een beslissing te nemen, die
aanleiding kan zijn. een wedstrijd te winnen.
Hij moet hierbij echter de verschillende om
standigheden heel goed „aanvoelen" en nooit
vergeten, dat een verkeerde of ontijdige be-
sli-sing een verloren partij kan beteekenen.
De captain moet in het veld. tijdens de
Innings van de tegenpartij, iederen bal. die
zijn aanval (bowlers) op de batsmen los
laat, nauwkeurig beoordeelen en met de
meeste aandacht het spel van den batsman
volgen. Hij dient tot het uiterste geconcen
treerd te zijn.
Geen enkele beweging in het veld mag
hem ontgaan en vanzelfsprekend zullen zijn
fielders zijn grootste oplettendheid vergen.
De uitzetting van het veld dient hij met
de meeste zorg in overleg met zijn bowlers
te regelen en dikwijls zal het noodig blijken
tijdens het spel en naar aanleiding van de
verrichtingen van een batsman, een wijzi
ging aan te brengen. Ook kan het noodig
blijken, dat een batsman met een beoaalden
aparten slag op zijn repertoire, een ander
soort bowler vereischt; indien de captain over
een dergelijken bowler beschikt, moet hij
niet aarzelen, dezen onmiddellijk in den
aanval te brengen.
Behalve een uiterst moeilijke, heeft de
captain dus tevens een zeer inspannende
taak te vervullen.
Hij dient in ieder geval „the right man in
the richt place" te zijn. wil hij met succes
ziin elftal kunnen aanvoeren en zoodoende
zijn club naar beste weten dienen.
De umpire tenslotte, moet een volkomen
betrouwbaar en onpartijdig optredend man
zijn. die de spelregels op zijn duimpje kent
en die absoluut zeker van de noor hem te
geven beslissingen moet zijn. indien zijn uit
spraak wordt gevraagd, voor éen of ander
geval. Hij mag geen moment wijfelen bij het
geven hiervan en moet derhalve uiterst op
lettend zijn, zoodat niets zijn spiedend oog
ontgaat.
In gevallen van stumpen of run-out moet
hij er absoluut zeker van zijn. dat voet of
bat van den batsman in kwestie over den
streep aan de wicketzijde op den grond is.
om het appeal te kunnen afwijzen; bij een
vermeenden vang achter het wicket moet hij
gezien hebben en zoo mogelijk gehoord, dat
de batsman den bal met het bat (of hand)
aanraakte, om dezen „uit" te kunne? geven
en zich vooral niet laten intimideeren door
een meestentijds luid opklinkend appeal van
vrijwel het geheele elftal bij een dergelijk
geval. Hij moet het zien. Is hij er niet vol
komen zeker van, dat de bal inderdaad is
HONKBAL.
HET NED. NEGENTAL VOOR ANTWERPEN.
Het Ned. Negental dat op Zondag 25 Juli
te Antwerpen tegen het Belgische negental
uitkomt, is als volgt samengesteld:
Werper Lammers (BI. Wit), Vanger J. Baas
(H.H.C.). eerste honk Van den Heuvel Reijn-
ders (H.H.C.). tweede honk Kloos (Haarlem),
korte stop Meenhorst (V.V.G.A.), derde honk
Wilders (BI. Wit), verre velders Boscher (BI.
Wit) Schijvenaar (E.D.O.) en Van der Putten
(E.D.O.).
Twee experimenten dus: Wilders op het
derde honk. de plaats die tot nu afwisselend
door M. C. Bakker en Wulfhorst bezet werd. en
Schijvenaar in het verre veld.
Vermeld moet worden dat Jac. Hartog dezen
keer niet beschikbaar was.
Als reserves zijn aangewezen:
C. V. d. Schalie iE.D.O.)R de Mon (Haar
lem' en M. C. Bakker (Quick).
EEN PROTEST VAN H.H.C.
Naar wij vernemen heeft H.H.C. bij het be
stuur van den N.H.B. een protest ingediend
tegen het feit dat in den wedstrijd H.H.C
Blauw Wit Alink niet werd uitverklaard. hoe-
we': H.H.C. er den scheidsrechter op attent
maakte dat deze speler bij het loopen van zijn
homerun niet alle honken heeft aangeraakt.
gespeeld, dan dient hij het appeal af te wij
zen en is de batsman dus niet uit.
De Lb.w. regel zal zonder twijfel de meeste
moeilijkheden voor hem opleveren (hier
mede worden dan ook de meeste fouten ge
maakt!) en deze eischt zijn scherpste oor
deel. Alweer: indien hij niet volkomen over
tuigd is. dat de bal in den strook van wicket
tot wicket heeft gepitcht en het wicket zou
hebben geraakt indien geen been hiervoor
had gestaan, die den bal tegen hield, mag hij
het appeal van bowler of wicketkeeper niet
toewijzen. Het zal heel vaak voor komen,
dat de umpire de meening is toegedaan, dat
een bal den off- of leg-stump van het wicket
misschien zou hebben geraakt; in dat geval
moet hij positief het appeal afwijzen, de be
slissing dient dan ten gunste van den bats
man te zijn en deze is niet uit, aangezien de
umpire niet de volle zekerheid had, dat het
wicket zou zijn geraakt. Dit is een punt van
het meeste belang en het spreekt wel van
zelf, dat de umpire heel zeker van zijn zaak
moet zijn.
Eén uitzondering zou ik ten allen tijde ma
ken, nl. indien de batsman zoodanig voor
het wicket stond opgesteld, dat hiervan niets
meer te zien zou zijn en hij een „langen bal"
op de beenen kreeg. Hij zou hierdoor zelf
de schuld dragen voor zijn gerechtvaardigde
„dismission".
P. A. LAMMERTS V. BUERBN.
DAMMEN.
Jubileum Haarlemsehe Damclub.
Causerie van meester J. B. de Haas.
Onder groote belangstelling heeft meester
J. B. de Haas uit Scheveningen in het club
lokaal der Haarlemsehe Damclub een cause
rie gehouden over Hoogland's systeem.
De heer Van Dartelen zei, dat het de ge
woonte der Haarlemsehe Damclub is, bij ju
bilea eens rond te kijken welke personen,
die zich voor de vereeniging of het damspel
buitengewoon verdienstelijk hebben gemaakt,
in aanmerking komen voor een onderschei
ding.
Bij de herdenking van dit dertig-jarig be
staan is de keuze gevallen op meester de
Haas, den pionier van de damsport in Ne
derland en grondlegger van den Ned. Dam-
bond; spreker vond het een eer, dat hij na
mens de Haarlemsehe Damclub aan meester
de Haas het eerelidmaatschap der vereeni
ging kon aanbieden.
Hierna begon De Haas zijn causerie met
de verklaring dat hij niet naar Haarlem was
gekomen om propaganda te maken voor
Hoogland's systeem, doch alleen om aan de
Haarlemsehe damspelers te vragen dit systeem
eens te bestudeeren, anders niet.
Het was in 1923, dat Hoogland, naar aan
leiding van zijn reizen door Friesland, tot de
gedachte kwam het eindspel te veranderen.
Spr. vertoefde toen in het buitenland, doch
bleef steeds met Hoogland in corresponden
tie. Gedurende spa'©kers reizen had hij geen
gelegenheid Hoogland's systeem praktisch
te bestudeeren. Hij kwam in Polen en speel
de daar met Russische spelers. Men speelde
daar dam op het schaakbord geheel volgens
onze spelregels, met dit verschil, dat meer-
slag niet voorgaat.
Na drie jaren studie is spreker tot de con
clusie gekomen dat Hoogland's systeem ons
een eindspel heeft gegeven met dammen; dit
is een deel van ons spel! Blankenaar heeft
dit al jaren geleden begrepen en daarom
zocht hij zijn heil in het componeeren van
eindspelen. De Haas is ei- van overtuigd, dat
eenmaal een generatie zal komen, die Hoog
land's systeem accepteert. Het middenspel
wordt zeer weinig beinvloed door Hoogland's
systeem; bij alles wat men tegen dit systeem
aanvoert, heeft men dit niet bedacht.
De Haas demonstreerde eenige belangwekende
standen in het Russische damspel, om aan
te toonen hoe Blankenaar werd geïnspireerd
tot zijn eindspelcomposities.
Hierna volgden enkele interessante stan
den in het Poolsche spel volgens Hoogland's
systeem. Spreker las enkele brieven voor van
Blankenaar en van den bekenden problemist
Geo. J. A. van Dam.
Blankenaar's meening is, dat hij bereid is
deze verandering te accepteeren, mits het
vooruitgang beteekent.
Huldiging Haarlemsehe kampioenen
In de pauze werden de nieuwe Haarlem
sehe kampioenen gehuldigd en de in de afge-
loopen wedstrijden om de kampioenschap
pen van Haarlem behaalde prijzen uitgereikt.
De voorzitter der Haarlemsehe [Bropagan-
da-Commissie, de heer H. Kroon, huldigde de
kampioenen en prijswinnaars met eenige
hartelijke woorden, waarna tot het uitreiken
der prijzen werd overgegaan.
Hoofdklasse: 1ste prijs en kampioenstitel
aan H. W. Zitman (Damclub Haarlem); 2de
prijs aan A. de Jong (Oosterkwartier)3de
prijs gedeeld door P. J. van Dartelen (Haarl.
Damcl.) en F. A. Berkemeier (Damcl. Haar
lem).
Eerste klasse: 1ste prijs en kampioenstitel
aan W. van Pelt (Oosterkwartier); 2de prijs
kon nog niet worden uitgereikt, aangezien
alle partijen nog niet beëindigd zijn; 3de
prijs aan P. L. Schrijnemakers (Haarlemsehe
Damclub).
Tweede klasse: 1ste prijs en kampioenstitel
aan N. Broertjes (Hoofddorpsche Damclub);
2de prijs aan J. H. Meure (Haarl. Damclub)
en 3de prijs aan H. Berghuis (Haarl. Dam
club).
Derde klasse: 1ste prijs en kampioenstitel
aan J. A. E. Èlstgeest; 2de en 3de prijs ge
deeld door A. S. van 't Schip en J. M. Rut
gers, (allen Haarlemsehe Damclub).
Hierna vervolgde de Haas zijn causerie,
die echter wegens het vergevorderde uur be
kort moest worden.
Spreker behandelde nog verschillende stan
den uit de match Springer-Raiehenbach, be
zien volgens Hoogland's systeem en eenige
spelmomenten uit den wedstrijd om het per
soonlijk kampioenschap van Nederland.
D. O. S.
H. W. ZITMAN.
Daar het tegenwoordige clublokaal van
D.O.S. niet meer aan de eischen voldeed,
heeft bovengenoemde vereeniging thans be
slag kunnen leggen op een beter clublokaal,
nl. de bovenzaal van café Bmggink in de
Koningstraat.
Op Maandag 19 Juli a.s., 's avonds 8 uur,
hoopt zij dit nieuwe clublokaal in gebruik te
nemen met een simultaan-séance voor leden
en belangstellenden 'door den heer H. W.
Zitman, kampioen van-Haarlem 1937, die zich
belangeloos ter beschikking stelde. Zij die
aan deze match wenschen deel te nemen,
zijbi welkom.
REISBUREAU LINDEMAN I
levert U dit tegen concurreerenden prijs.
Barteljorisstraat 5, Telefoon 12679
Lid der Nederl. Vereen, v Reisbur.
(Adv. Ingez. Med.)
Hoe anderen het zien.
n „Die Koralle" van eenige weken geleden
vonden we het volgende interessante ar
tikel van A. E. Johann over onze kolo
niën:
„Reeds drie eeuwen behoort het uitgestrekte,
rijke eilandengebied tusschen het Zuidoosten
van Azië en Australië aan den kiemen staat
in het Westen van Europa, aan Nederland.
De motieven, welke de Hollanders daar
heen voerden, waren niet de zucht en het ver
langen om sprookjesachtige schatten van
goud en zilver op te sporen en hun land plot
seling te maken tot het rijkste van de wereld,
zooals bij de Spanjaarden het geval was, het
waren ook geen politieke bedoelingen, om een
wereldrijk te vestigen, zooals bij de Engel-
schen, bij de Hollanders ging het alleen om
een rustigen, veiligen, uitgebreiden handel met
de tropen, die een flinke winstmogelijkheid
zou bieden.
Zonder veel idealen en zonder politieke leu
zen hebben zij hun eilandenrijk, zoo rijk met
schatten gezegend, als een goed koopman be
heerd.
De oorspronkelijke bevolking voer er niet
slecht bij, want om die reden hebben zij er
zich nimmer op toegelegd, om de bewoners
van deze eilanden met de twijfelachtige zege
ningen van de Europeesche beschaving geluk
kig te maken.
Doch ook Holland met zijn oude koloniale
ondervinding heeft niet kunnen beletten, dat
de golven van de wereld-politiek, die in den
tegenwoordigen tijd de kusten van Azië beu
ken en soms tot diep in het land doordringen,
zich ook tot in Insulinde voortplanten en
daar de bestaande ordening ondermijnen.
Onlangs is een verzoekschrift, door vijftig
duizend Hollanders in Indië onderteekend,
aan de regeering in het moederland gezonden.
Er wordt daarin dringend gevraagd de verde
diging van de koloniën te land, te water en in
de lucht aanzienlijk te versterken.
Alleen civiele personen hebben het verzoek
onderteekend; militairen in actieven dienst
hebben er geen deel aan genomen.
Met spanning is thans het wachten op den
uitslag van de verkiezingen in Holland, (die
inmiddels hebben plaats gehad vert.) waar
van de behandeling van de koloniale vraag
stukken zal afhangen. In de koloniën is men
van meening dat de brave burgers ver weg in
Amsterdam of in Groningen niet voldoende
doordrongen zijn van den gespannen toestand
in het Verre Oosten, en de koorden van de
beurs te veel aantrekken.
Ook hier is het, gelijk overal in den Stillen
en Indischen Oceaan, de angst voor Japan,
die den politieken horizont verduistert en tot
maatregelen van afweer leidt. Weliswaar be
teekent voor Batavia, Makassar of Palembang
de geweldige uitbreiding en versterking van
de verdedigingswerken van Singapore een
groote troost en ongetwijfeld bestaat reeds
lang een militaire overeenkomst tusschen de
Engelsche en Hollandsche en Fransche en
misschien ook Amerikaansche marine-autori
teiten, doch veilig voelt men zich eerst dan,
wanneer men tot eigen verdediging in staat is.
Aan de kust van Nieuw Guinea zijn nieuwe
havens voor onderzee-booten en watervliegtui
gen gemaakt, want dit groote eiland zou in
geval van nood waarschijnlijk buiten den be
schermingskring van Singapore vallen.
Ook de olieterreinen van Borneo, Balikpa-
pan en Pontianak zijn thans goed be
schermd. De Hollandsche vloot, die dit reus
achtige eilandenrijk heeft te verdedigen, be
staat voorloopig slechts uit vier kruisers, zes
torpedobooten, twaalf onderzeebooten en een
paar mijnenleggers, waarvan Soerabaye in
den Oostenlijken hoek van Java de voornaam
ste oorlogshaven is. Alle Hollanders in Indië
zijn aan den algemeenen dienstplicht onder
worpen.
Tegenover Japan is men in Nederlandsch-
lndië zeer terughoudend. Van alle geïmpor
teerde artikelen kunnen de Japanners op niet
meer aanspraak maken dan op 25 pCt. van
den totalen invoer. Bovendien moeten deze
artikelen door Hollandsche schepen worden
aangevoerd.
DUIDELIJK (jESTELDE VRAGEN
van alle Abonnês van Haarlem's Dagblad
worden door een specialen Redacteur en
zijn talrijke medewerkers zoo mogelijk en
ten spoedigste beantwoord.
De vragen moeten worden geadresseerd
aan de RedactieGroote Houstraat 93. met
duidelijke vermelding van naam en woon
plaats. Vragen, waaraan naam en adres
ontbreken, worden terzijde gelegd.
De namen der vragers blijven redactie
geheim.
De antwoorden worden per auto GEHEEL
KOSTELOOS thuis bezorgd.
Alleen die vragen, welker beantwoording
voor vele anderen behalve den vrager, van
nut kan zijn, worden tevens in ons blad ge
plaatst.
RECHTSZAKEN
VRAAG1. Ik ben een jaar in betrekking en
zou volgende week met vacantie gaan. Nu ben ik
ontslagen. Heb ik nu evengoed nog recht op 14
dagen vacantie?
2. Als ik het niet krijg, tot wien moet ik mij
dan wenden?
ANTWOORD: 1. Neon.
2. Zie onder 1
VRAAG: Moet een meisje, dat voor halve da
gen In dienst is, hij vacantie van haar mevrouw
vergoeding hebben?
ANTWOORD: Ja.
VRAAG: 1. Hoeveel dagen per jaar moet ik va
cantie geven aan een dagmeisje, dat eiken dag
van half tot half 4 bij mij in dienst is en alleen
den koffiemaaltijd gebruikt?
2. Moet ik haar kostgeld geven?
3. Zoo ja, hoeveel?
ANTWOORD: 1. Daartoe zljt gij niet verplicht.
2. Zie onder 1. Als gij haar vacantie geeft moet
gij haar onk kostgeld geven.
3. 0.50 per dag.
VRAAG: Is een ongehuwde vrouw, die invalidi-
teitsrente trekt, verplicht dit bij een huwelijk aan
den Raad van Arbeid op te geven? Gaat die rente
gewoon door? (de invalidteit is van blïjvenden
aard).
ANTWOORD: Ja. u moet het wel aan den Raad
van Arbeid opgeven. Deze onderzoekt dan de zaak
en wanneer blijkt, dat u een derde van uw werk
zaamheden (dat zullen in dit geval huishoudelijke
bezigheden zijn) kunt verrichten, wordt de inva
liditeit als geëindigd beschouwd.
VRAAG. Kan een vrouw die niet wettelijk ge
scheiden is. in een andere gemeente als huishoud
ster gaan werken? Moet zij zich in het Gemeen
tehuis opgeven onder haar eigen of haar mans
naam?
ANTWOORD: 1. Ja.
2. Onder den naam van haar man, doch wette
lijk blijft zij haar domicilie houden in de woning
van haar man.
BELASTING ZAKEN
VRAAG: Is een oude dame van SI jaar te Haar
lem, die 90 per maand inkomen heeft (uïtke.e-
ring van een levensverzekering) belastingplich
tig? (Zij betaalt voor pension 65 en in den win
ter 6 per maand voor kolen).
ANTWOORD: Ja. zij is evenals iedereen voor
dat inkomen belastingplichtig.
RECEPTEN.
VRAAG: Op welke manier kan ik een dekzeil
van een boot waterdicht krijgen?
ANTWOORD: Dompel het linnen in een sterk
warm zeepbad. behandel het daarin 10 min. Sla
uit. Laat 10 min. glad hangen om uit te druipen,
daarna dezelfde bewerking in een oplossing van
250 gr. fijne aluin op 10 lt. water. Sla uit en hang
het linnen buiten glad op om te drogen.
VRAAG: Wat en in welke hoeveelheid moet
men aan een kuip duinwater toevoegen om zee
water te imiteeren?
ANTWOORD: 663 gr. chloornatrium, 50 gr. zwa
velzure magnesia, 75 gr. chloormagnesium, 15
gr. zwavelzure kali, elk afzonderlijk oplossen in
zuiver bron of leiding water onder voortdurend
roeren. Daarna zoutoplossingen in. glazen bak
samenvoegen onder toevoeging van zuiver kalk
en ijzerhoudend duin- of bronwater. Al roerende
vermengd, tot men een volume van 25 L. heeft
verkregen.
VRAAG: Hoe kan ik een carbolineumvlek uit
een blauw fluweelen mutsje verwijderen?
ANTWOORD: Betten met dotje watten gedrenkt
in perchlooraethyleen en daarmede stevig afwrij
ven. Daarna zoo droog mogelijk wrijven en de
plek bedekken met laagje magnesia, dat na een
uur weer verwijderd wordt.
VRAAG: Hoe maak ik augurken (bommen) in
in pekel on ook in azijn?
ANTWOORD: In azijn: 1 K.G. augurken. 1
flesch azijn, 1 Spaansche peper, gedroogde gem
ber. 2y, gr. laurierbladeren. 5 gr. mierikswortel,
1 takje venkel.
Maak de augurken schoon door er de kroontjes
af te nemen en ze verder goed af te vegen met
een vochtigen doek. Zet ze. met zout bestrooid,
een nacht weg. I.aat ze den volgenden dag op een
vergiet zoo droog mogelijk uitlekken, doe ze in
een sehoongemaakten of uitgekookten pot, leg er
hier en daar de kruiden tusschen en schenk er de
azijn op. zóó dat de augurken onder staan. Sluit
den pot met een schroefdeksel of met vochtig
perkamentpapier en plak er een etiquette op met
vermelding van naam en datum van inmaak.
In zout: 2 kg. groote augurken. 2 L. water, 200
gr. zout. Maak de augurken schoon, leg ze in pe-.
kei, die van het water met het zout gemaakt is
en onderzoek de eerste 6 weken wekelijks of zich
geen kiem op de oppervlakte gevormd heeft. Ver
wijder dit dan zoo zorgvuldig mogelijk en voeg
nog wat zout of sterke pekel toe.
VRAAG: Kan ik tuinboonen in het zout inma
ken? Op welke manier? Ook in een Keulschen
pot?
ANTWOORD: Ja. Dop de tuinboonen, waseh ze
en leg ze laag om laag met het zout in flesschen
met wijde halzen, die vooraf gedurende twintig
minuten uitgekookt zijn. Giet er dan zooveel koud
water over. da.t de lioonen juist onderstaan. Laat
de flesschen eenige dagen staan, om uit te gisten.
Sluit ze dan met schoongeborstelde, uitgekookte
kurken en dompel deze tweemaal in lak.
PLANTEN.
VRAAG: Mijn palm krijgt dorre punten. Wat
is er tegen te doen? Moet men de plant veel wa
ter geven en moet de plant zon hebben?
ANTWOORD: Een palm vraagt bij voorkeur
een frissche temperatuur en vooral niet te droge
lucht. Ook is felle zon niet aan te bevelen. De
hoeveelheid water is zoo niet op te geven, dit
hangt af van de grootte der plant en de plaats.
Als u met een of ander voorwerp tegen den pot
tikt en het geluid is hol, dan behoeft de plant
geen water. M'eesta.l maken de palmen in een
kamer doode punten, vooral als er veel langs ge-
loopen wordt.
VRAAG: 1. In mijn tuin staan vele rozen. Is
het mogelijk daarvan haarwater of odeur te ma
ken?
ANTWOORD: 1. De jnogelijkheid bestaat, maar
de hoeveelheid rozen zal daarvoor zeer zeker on
voldoende zijn. want daarvoor zijn zoovele rozen
noodig, dat het voor een particulier niet doen
lijk is.
2. Den grond om de planten met ongeblusehte
kalk bestrooien, maar nog beter is het de slak
ken 's morgens vroeg of 's avonds laat te vangen.
U kunt ook slabladeren neerleggen: daar kruipen
ze 's morgens in en dan kan men ze verwijderen.
DIVERSEN.
VRAAG: Welke papieren en formaliteiten zijn
er noodig voor een autotocht naar Antwerpen?
ANTWOORD: U hebt noodig een* triptiek en
carnet de passages en douanes. De internationale
bewijzen zijn eveneens geldig. Nederlanders heb
ben toegang op vertoon van een paspoort. Ook
een bewijs van Nederlanderschap is voldoende.
Verbeersvoorschriften: rechts houden, links
voorbij rijden.
Op bijna alle punten bij de onderhandelingen
over een handelsverdrag tusschen Holland en
Japan hebben de Japanners hun aanspraken
moeten matigen. Toen in het Japansche Par
lement ter sprake kwam of men niet een deel
van Nieuw Guinea zou kunnen pachten, ston
den de Hollanders hier terstond afwijzend te
genover en de Japanners werden er op ge
wezen, dat zij op Borneo reeds katoen- en
houtconcessies hadden verkregen, zonder dat
dit voor Nederlandsch Indië een bizonder pro
fijt had opgeleverd.
Tot heden hebben de Hollanders hun bezit
met kleurlingen geregeerd. De zoogenaamde
Indo's, door wier aderen blank en Javaansch
bloed stroomt, bekleeden de plaatsen van de
lagere en van de tusschen klasse ambtenaren.
Ook bij de employés van de handelsfirma's is
dit het geval. Inmiddels ontvangt ook de ïn-
heemsche bevolking meer en meer Europeesch
onderwijs en ze gaat zich eveneens gerechtigd
voelen om evenals de Indo's op departementen
en kantoren een plaats te krijgen. Geen won
der dus, dat in de Regeering te Batavia, in den
Volksraad, een scherpe tegenstelling bestaat
tusschen Indo's en inheemsche raadsleden.
Verder beklagen de Indo's zich over het feit,
dat alleen de „inboorlingen" land kunnen
bezitten en zij zelf gedwongen zijn zich voor
de militaire verdediging van Indië beschik
baar te stellen.
Ofschoon de Indo's, die sterk verbreid zijn,
op den duur de Nederlandssche regeering het
leven moeilijk kunnen maken, kan toch thans
nog niet van een intern gevaar voor Indië
worden gesproken.
Gevaar kan voorloopig alleen van buiten
dreigen. In werkelijkheid is Nederlandsch In
dië slechts een van de gewichtigste hoektorens
in den geweldigen Britschen muur, die van
Zuid-Afrika over Engelsch Indië, Ceylon en de
Maleische Staten tot in Australië en Nieuw
Zeeland loopen, den Indischen Oceaan om
singelt en den Stillen Oceaan barricadeert.
Holland's heerschappij in het Verre Oosten
zal geen dag langer duren dan het gezag van
den Britschen leeuw zich kan doen géiden".
W. S.
De cursiveering is van mij. (W. S.).
CRICKET.
HAARL. CRICKETBOND.
BOWLEN TOT EN MET 3 JULI.
o. m. r. w. gem.
H. Zonneveld R.C.H. 66 1/2 18 93 26 3.58
V. J. v. d. Lijke, H'lem 62 1/6 20 122 21 5.81
G. v. Langelaar, C.V.H. 62 22 111 19 5'.84
L. Reijdon, R. en W. 45 1/6 11 95 15 6.33
F. Vogelsang, C.V.H. 78 1/6 28 160 24 6.67
Th. Hetem, Haarlem 54 1/3 18 95 14 6.79
J. KI. de Groot, R.W. 65 2/3 21 173 24 7.21
Han Boeree, Haarlem 75 1/6 22 166 19 8.74
H. Kleintjens, R. en W. 70 2/3 20 172 18 9.56
D. J. de Jong, R. en W. 86 18 221 21 10.52
Joh. Faber, R. en W. 69 21 149 14 10.64
Batten tot en met 3 Juli.
r. h.s. i. n.o. gem.
G. v. Musscher, R.C.H. 226 102 6 2 56.50
R. Kammeijer, Haarlem 208 58 6 0 34.33
Th. Hetem, Haarlem 108 31 6 2 27—
M. Slingenberg, R. en W. 116 52 5 0 23.20
A. van Loenen, C.V.H. 92 36 5 1 23—
A. J. v. d. Sluijs, C.V.H. 106 41 6 1 21.20
W. F. Kruijff, R. en W. 92 32 6 1 18.40
G. Kesting, Bl'daal 102 54 7 1 17—
Jac. Bosse, Bloemendaal 101 39 6 0 16.83
J. W. KI. de Groot, R. en W. 96 50 6 0 16—
H. Beijk, Bloemendaal 64 18 6 2 16.
H. Hackenitz, R. en W. 79 38 5 0 15.80
Dieperink, Bl'daal 63 27 6 1 14—
V. J. v. d. Lijke, H'lem 70 22 6 1 12.20
J. Berendsen. R. en W. 58 17 5 0 11.60
M. Kruijff, R. en W. 56 18 5 0 11.20
P. Kruijt, Haarlem 67 30 6 0 11.17
(Herplaatsing wegens misstelling).
DAMES-CRICKET.
LEZING VAN Ml". H. W. GLERUM.
Op uitnoodiging van de damesafdeeling dei-
Ha arlemsche cricketclub Rood en Wit zal de
bekende Amsterdamsche speler mr. H. W. Gle-
rum a.s. Donderdagavond om acht uur in het
Kennemer Lyceum een lezing houden over
cricket. Belangstellenden zijn welkom.
WIELRÏJDEN.
ACHILLES.
Dinsdagavond hield Achilles haar tweeden
populairen wedstrijd op de Heemsteedsche
Wielerbaan. De omnium, welke bestond uit
een sprint, klassement race en een tijdrace
over 400 Meter, werd op overtuigende wijze
door R. de Groot gewonnen. Hij won zoowel
de sprint als den klassement wedstrijd en
reed in de tijdrace denzelfden tijd als Kemp,
nl. 26 4/5 sec. over de 400 Meter, waardoor
hij beslag legde op den uitgeloofden cup. N.
Kemp werd tweede.
Ook in de nieuwelingen wedstrijden ont
brak het niet aan spanning; na een mooien
eindspurt won Emans van Schel, D. Janssen
werd derde, Koelemij viel in den eindspurt.
Een afvalrace voor amateurs won Ouds
hoorn, 2e werd B. de Vries, 3e Schüller.
Een handicap race voor de niet geplaatste
niewelingen werdgewonnen door J. Groot,
tweede J. Ekel, derde J. Stet.
Tot slot had een wedstrijd plaats over 100
ronden, waarvoor 16 renners startten. Er
werden van het begin tot het einde fel gere
den. De premie voor het uitloopen van een
ronde won Schüller. Verder uitgeloofde pre
mies werden achtereenvolgens door Schüller,
Schijf, Gruijters en Jongeneelen gewonnen.
De uitslagen waren als volgt:
Omnium: 1 R. Groot, 2 N. Kemp, 3 v. Beu
gen, 4 Payrable.
Nieuwelingen eindstand:
1 Emans, 2 Schel, 3 Janssen.
Afvalrace amateurs:
1 Oudshoorn, 2 B. de Vries, 3 Schüller.
Handicap nieuwelingen:
1 J. Groot, 2 J. Ekel. 3 J. Stet.
Wedstrijd over 100 ronden met 2 klasse
menten: 1 Schüller. op l ronde 2 Klinken
berg, 3 Jongeneelen. 4 B. de Vries.
Clubkampioenschap van
Nederland.
We ontvingen van de Nederl. Wielren Unie
het bericht, dat de voorwedstrijden om het
clubkampïoenschap van Nederland a.s. Vrij
dagavond 8 uur in het Amsterdamsche Sta
dion wordt gereden.
De renners: J. Rijneveld, T. Peetoom. N.
Kemp. T. Buys en H. v. Beugen moeten Vrij
dag 6 uur in ""Putstraat aanwe
zig zijn.