De betooverde Villa. Tour de France-renners in de bergen FEUILLETON Naar het Engelsch bewerkt door J. R. VAN RIJN. (Nadruk verboden). 31) Julian liep onrustig door de kamer. Zijn blijde gevoel was uitgedoofd. Waar kon Amabel om dezen tijd heen zijn? Opeens zag hij het stuk papier, op het bureautje, half op de blocnote. Hij las den éénen zin die erop stond, scheef in bevende letters bovenaan: „Ik kan het niet langer uithouden". Het was het schrift van Aimabel. Het was een vel van haar schrijf bloc. Onderaan was een stuk van een paar centimeter afge scheurd. „Ik kan het niet langer uithouden". Er sloeg een felle verlammende schrik door hem, toen hij die woorden las, Amabel heel alleen hier in huis welke ontzetting had haar die woorden doen schrijven en haar weggedreven. En waarheen? Ze zou natuurlijk bij de Berkeley's zijn, dacht hij onmiddellijk. Ze was geschrokken en heengegaan, een haastig krabbeltje ter verklaring achtergelaten. Maar terwijl hij de trap afging, dring het tot hem door: Zoo deed Amabel niet! En hij was dan ook niet verbaasd, toen hij Amabel bij de Berkeley's niet vond. „Mag ik je telefoon even gebruiken?", vroeg hij. Natuurlijk", zei Susan. „En als we iets kunnen doen Julian vroeg het woonhuis van Le Mesurier aan en na wat hem een onmetelijken tijd van wachten leek, hoorde hij Isobel'si stem. Zij begon met felicitaties, maar hij maakte abrupt een einde aan haar opge- wekten woordenstroom. „Nu niet, Isobel. We zitten vreeselijk in angst. Is Charley daar? Ik moet hem direct hebben". Weer scheen een eeuwigheid te verloopen. Toen, eindelijk: „Hallo, Ju-Ju. Wat scheelt eraan?" - „Cahrley, ik ben een ezel geweest vanmid dag. Ik had je alles moeten vertellen, maar ik dorst niet omdat ik bang was dat de doch ter van Brownie erin betrokken was". „Ik begrijp je niet". „Je had het vanmiddag over Vlammende Annie. Tien jaar geleden werd de dochter van Brownie in Parijs zoo genoemd. En nu ge loof ik dat ze weer in de buurt van Forsham is, en dat ze annex is aan de bende die de villa als fabriek van valsche bankbiljetten ten gebruikt". „Ja wacht even. Ik heb vanmiddag een rapport gehad van een van mijn inspecteurs, die aan het onderzoek in de bankbiljetten- historie deelneemt, en het schijnt dat hij een spoor ontdekt heeft. Hij woont daar bij jullie in de buurt. Je moest maar eens naar hem boegaan en „Charley., luister nu toch eerst even! Toen ik thuiskwam was Amabel weg. (Ja juffrouw nog een gesprek: niet afbreken!) Hallo Charley, ben j,e daar? Amabel is weg! Er lag een krabbeltje dat ze het niet langer kon uithouden!" „Ju-Ju, hou je taai, jog! Wat kon ze niet langer uithouden?" „Je kent die spookverhalen over de villa immers? Nu is het duidelijk hoe die in de wereld komen. Ze hebben alle huurders den angst op het lijf gejaagd, maar Amabel was ze te kordaater moet heel wat gebeurd zijn als ze op zoo'n manier de vlucht geno men heeft. Charley, ik sta te trillen op mijn beenen, ik weet waarachtig niet meer wat ik doen moet. J „Ga dan direct naar dien man van mij volkomen betrouwbaar, hoor! Maar eer biedig zijn geheim voor de buurt als het eenigszins mogelijk is. Anders zou je den boel misschien bederven". „Hoe heet hij", vroeg Julian, „en wat is zijn adres?" Helder en duidelijk kwam het antwoord van den anderen kant van de lijn: „F. Miller, Brugzicht, Forsham". HOOFLSTUK XXXI. Toen Miss Miller naar Ledlington ver trokken was, ging Amabel brieven zitten schrijven. Haar brief naar Daphne moest ze weer verscheuren, want juist toen ze hem afhad kwam Jenny met de post en daar was een dikken brief bij met een Italiaanschen postzegel. Amabel trok de enveloppe open en de talrijke blaadjes waren als één lange vreugdekreet. „O, het is zoo heerlijk moeder, en ik ben zoo gelukkig! Ik heb nooit gedacht dat ik zoo gelukkig kon zijn. Jimmy houdt verschrikkelijk veel van me en ik heb het gevoel dat ik lang, lang niet goed genoeg voor hem ben. En o, moeder ik wou zoo graag zijn als hij denkt dat ik in werkelijkheid ben en ik ben zoo schandelijk tegen u te keer gegaan, voordat ik wegging. Ik beloof u dat ik nooit meer zoo afschuwe lijk zal zijn. En Jimmy Er volgden nog bladzijden vol over Jimmy, en een briefje van Jimmy zelf ook. Een briefje vol hartelijkheid, dat de tranen in Amabel's oogen deed komen. Alle goede dingen schenen samen te vloeien. Daffie en die aardige Jimmy, Zij zelf en Julian. Zij schreef een langen brief en wandelde zelf naar Forsham om die te posten. Op den terugweg passeerde ze de auto var. Bronson. Zij zag Angela en haar bagage. „Ze zullen blij zijn dat ze weer terug is", dacht ze. Na de lunch begon het weer te regenen. Dat bracht haai- op de gedachte dat zé nog iets aan haar regenmantel moest repareeren en ze ging naar haar slaapkamer om hem te halen. Ze zag hem niet. Ellen had klaar blijkelijk vergeten hem van haar oude kamer te halen. Hij moest nog in de groote kast tegenover de deur hangen. Ze draaide het licht aan toen ze de kamer binnenkwam; de zaklantaarn van Julian lag op het tafeltje naast het bed. Die kwam haar goed te pas, want de kast was donker en toen ze deze geopend had, liet ze het licht er in schijnen. Ze vond den regenmantel, maar terwijl ze dien van den baak nam, was er iets dat haar aandacht trok. Ze hief de zaklantaarn op en liet het schijnsel in het uiterste hoekje spelen. Ze had iets zien glinsteren, en nu ontdekte ze aan een kleerenhaak een klein plukje rood haar. Ze twijfelde er niet aan, of dat haar was van Jenny. Maar hoe kwam het daar in den hoek van de kast? Haar verbazing ging plotseling over in verontwaardiging. Het was dan tóch Jenny geweest, die al die streken had uitgehaald! Jenny moest zich des nachts in die kast ver stopt hebben, er in het donker uitgekomen zijn om de tusschendeur te openen wanneer deze gesloten was, en te sluiten wanneer deze open stond. Was Jenny niet goed bij haar verstand? Amabel stak de hand uit en trok aan het pukje haar. Het zat stevig aan den haak en was sterk; het gewicht van den regen mantel over haar arm hinderde haar: haar hand slipte uit en ze greep den haak om zich staande te houden. Toen haar gewicht er op neerkwam, bewoog de haak; een ge deelte van het paneel scheen verschoven te zijn er was een kier zichtbaar, een centimeter of vijf links van den haak. Amabel liet haar mantel vallen en trok aan den haak. Die draaide, eenigszins moei lijk. rond de kier werd wijder en daarna i schoof het paneel vanzelf verder. Amabel stond voor een nauw, donker poortje en keek in de zwarte ruimte daar achter. Het scheen een doorgang te zijn door den muur achter de kast. Vaag herinnerde zij zich, dat Miss Georgina eens gesproken had over de oude schuilplaats uit den tijd der geloofsvervolgingen. Zoo zwak was dit herinnering, dat het niet in haar bewustziji zou zijn teruggekomen, als nu dit toeval ziek niet had voorgedaan. Langzaam ging zij vooruit tot zij in de opening stond. Bij het licht van de zak lantaarn zag zij een trap die naar beneden voerde; een smalle steenen trap. Plotseling hoorde zij beneden zich in het duister een geluid. Onwillekeurig draaide zij de lantaarn om en hield die tegen haar kleeren. Er was iemand onder aan de trap en die person kwam naar boven. Amabel wenschte wel dat ze maar on middellijk was heengegaan toen zij het ge luid hoorde. Dan zou ze nu weer veilig in haar kamer zijn geweest met het licht aan, en Jenny kunnen roepen. Of neen, het moest Jeny zijn die de trap op kwam of was het niet? De voetstappen kwamen dichterbij en in een natuurlijke reflexbeweging strekte zij beide handen uit, als om de ongeziene ge stalte terug te drijven. In haar onwillekeurige gebaar vergat ze de zaklantaarn; de licht straal schoot door hot donker en toonde haar een gelaat, dat naar boven staarde, gelijk zijzelve naar beneden keek. een bleek ge zicht in een omlijsting van rood haar hei gezicht van Jenny. 'Wordt vervolgd). In verband met de opheffing der Internationale grenscontrole aan de Pyreneën door de Fransche regeering, geven wjj hierboven een foto van de neutrale waarnemers aan deze grens. Vierde van links kapitein Leistikow (Nederland) Haarspeldbochten in de étappe Digne Nice tijdens den Tour de France. De renners op een der vel» zware hellingen De barbierswinkel in de openlucht tijdens den rustdag t» Generaal Neditch, chef van den Yugoslavischen generale» Nice in den Tour de France staf' biJ ziJn aanko™* *e Parijs, waar hij namens de Fransch» regeering door generaal Gamelin werd verwelkomd Het eerste van een serie van 20 Kool hoven F. K. 51-vliegtuigen, gebouwd voor het Kon. Ned.-Indische Leger, heeft Dinsdag de Koolhoven-fabrieken te Rotterdam verlaten. Het opladen voor het transport naar Indië Minister mr. M. P. L. Steenberghe gedurende zijn rede op het internationaal congres van landbouw- technische en -chemische industrieën, dat Dinsdag door den minister in het Kurhaus te Scheveningen werd geopend Koning Carol van Roemenië arriveerde deze week te Parijs voor een bezoek aan de Wereldtentoonstelling. De aankomst van den hoogen bezoeker Terwijl de deelnemers aan het internationaal congres van landbouwtechnische en -chemische industrieën te Scheveningen vergaderden, maakten hun dames een uitstapje. Op „Zuydwijk" te Wassenaar werd het gezelschap onthaald op een kopje thee

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 9