HET ULTIMATUM VAN JAPAN. Thijs IJs heeft een raar avontuur „Holland, de rijke parasiet". H' maandag 19 run 1937 HAARLEM'S DAGBLAD Door Noord-China ingewilligd. Volgens een uit Nanking afkomstig bericht zal vanavond om half twaalf pl. t.) de door de Japanners vast gestelde termijn, waarbinnen de ge vraagde verzekeringen moeten wor den ontvangen, afloopen. Het ultimatum der Japanners heeft naar het D. N. B. meldt den volgenden inhoud 1 Aftocht van de 37ste divisie van gene raal Feng Tsjoe Han, den gouverneur der provincie Hopei. 2. Bestraffing der schuldigen, in het bijzon der van den bevelhebber der 110de brigade, generaal Ho Tsji Feng, wiens troepen bij het uitbreken van het conflict de Marco Polo- brug en de plaats Wan Ping Sien bezet hielden. 3. Persoonlijke verontschuldiging van gene raai Feng Tsjoe Han bij den Japanschen op perbevelhebber. 4. Volledige vergoeding van de door de Ja panners geleden schade. 5. Maatregelen tot onderdrukking van de anti-Japansche en communistische activi teit. 6. Waarborgen, dat de incidenten zich niet zullen herhalen. Dit ultimatum is Zondagmiddag om één uur door den voorzitter van den politieken raad van Hopei en, Tsjahar, generaal Soeng Tsje Yoean. onvoorwaardelijk aangenomen. Volgens de Chineesche lezing noch tans slechts mondeling. Generaal Tsjang Tze Sjoeng, generaal-majoor Hasjimoto en luitenant-kolonel Watsji zullen de bijzonderheden vast stellen. Welke houding Nanking zal aannemen, is niet bekend. Japansch protest te Nanking. Zaterdagmiddag hebben kolonel Okido en de Japansche officieren, die te Nanking ver blijf houden in opdracht van hun regeering een krachtig protest overhandigd aan gene raal Hojin Tsjin, den Chineeschen minister van oorlog, tegen het oprukken van de Chi neesche troepen naar het Noorden. Geëischt werd. dat deze troepen onmiddellijk zouden worden teruggetrokken, aangezien deze op- marsch een schending is van het verdrag var, 1934-1935 Hieraan werd toegevoegd, dat de Japan sche militaire autoriteiten zich genoodzaakt zouden zien strenge tegenmaatregelen te ne- indien de Chineesche autoriteiten geen vol doende rekening zouden houden met deze protesten. In dit geval zouden de Chineesche autoriteiten zelf verantwoordelijk zijn, voor de gevolgen van hun verdrag. Japan treft militaire voorbereidingen. Het A. N. P. bericht uit Tientsin, 15 Juli: Japan heeft een aanzienlijke militaire macht verzameld in de nabijheid van Zuid en Midden China. Vierhonderd driemotorige Japansche bommenwerpers zijn op Formosa aangekomen, vanwaar gemakkelijk de volk rijke Jangste Vallei kan worden gebombar deerd, terwijl ook de zuidkust van China en In Japan zelf worden 400.000 reservisten gereed gemaakt voor den dienst in China en ook hebben oorlo_gsbodems van de tweede Ja pansche vloot, die gewoonlijk dienst doet in Ontploffing in Chineesche kruitfabriek. 70 arbeiders en 40 soldaten om het leven gekomen. Naar het D. N. B. uit Sjanghai verneemt is een kruitfabriek bij Hsintengkau in de pro vincie Tsjetsjoean Zaterdagmiddag door een hevige ontploffing vernield. Ook werden meer dan honderd huizen in de omgeving van de fabriek verwoest. Onder de puinhoopen heeft men totdusverre zeventig dooden gevonden, terwijl meer dan driehonderd gewonden zijn opgenomen. De oorzaak der ontploffing is nog niet bekend. De leider der fabriek is in hechtenis genomen, daar men rekening houdt met de mogelijkheid van sabotage. Nader wordt gemeld, dat bij deze ramp 110 personen om het leven zijn gekomen ,n.l. 70 arbeiders en veertig soldaten. GEHEIMZINNIGE ZIEKTE IN BELGIë. Het blad „Soir" bericht, dat dertien kinde ren van twee en drie jaar, die eenigen tijd hebben doorgebracht in een sanatorium te Mechelen ziek zijn geworden. De aard van de ziekte heeft men nog niet vast kunnen stellen Vijf kinderen zijn reeds overleden. De geneeskundige autoriteiten stellen een onderzoek in, de bevolking is zeer verontrust. Fransche regeering zal krachtig tegen onrustzaaiers optreden. Chautemps veroordeelt de hotelstaking. Een vertegenwoordiger van Havas heeft minister-president Chautemps vragen gesteld over de staking in het hotelbedrijf. De minis ter-president verklaarde, dat de regeering steeds heeft getracht bemiddelend op te tre den. doch zij is er niet in geslaagd een einde te maken aan de staking, hoewel zij wist te voorkomen, dat de hotels en restaurants zou den sluiten. De minister-president doet bij deze opnieuw een beroep op alle betrokkenen om hen te wijzen op de onmetelijke schade, welke zij aan het land berokkenen. Tijdens de wereldtentoon stelling te Parijs en tegenover de vele interna tionale moeilijkheden moet Frankrijk zich meer dan ooit eensgezind sterk toonen, iedere wan ordelijkheid en iedere vruchtelooze agitatie verzwakt het vaderland op ernstige wijze. De minister-president zal derhalve voortgaan met kracht te arbeiden aan het beëindigen van het conflict. De wanordelijkheden, welke zich op enkele plaatsen in de stad hebben voorgedaan, zijn absoluut ontoelaatbaar. Reeds is de politie met de noodige kracht op getreden en zijn enkele onrustzaaiers veroor deeld. De regeering is vastbesloten aan der gelijke schaamtelooze practijken een einde te maken, ieder die zich hieraan schuldig maakt zal onmiddellijk worden gearresteerd en streng worden gestraft. Ieder moet begrijpen, dat de regeering die volledig onpartijdig wil blijven staan tegen over de besprekingen, niet onpartijdig kan blij ven tegenover aanslagen op de openbare orde cn het landsbelang. de Japansche wateren, opdracht gekregen zich gereed te maken onmiddellijk naar China te vertrekken. In nationalistische Chineesche kringen vreest men, dat maarschalk Tsjang Kai Sjek zal wijken voor de overmacht en men verdubbelt zijn druk op de Chineesche onderhande laars en op de regeering te Nanking om niet toe te geven aan de Japan sche eischen. Uit Sjanghai, 18 Juli: Uit goede bron wordt vernomen, dat Japansche vliegtuigen troepen der Chineesche regeering zouden hebben gebombardeerd bij anyano (provin cie Honan). Hodza opnieuw kabinets formateur. President Benesj heeft Zaterdag den ge- heelen dag geconfereerd met leden van de regeering en vertegenwoordigers der par tijen. Des avonds ontving hij Hoza: hij aan- vaardclde het ontslag der regeering en be lastte Hodza met de vorming van een nieuw kabinet. De acht partijen, die tot dusverre teza men de regeeringsmeerderheid vormden, streven er, ondanks hun onderlinge ver schillen, naar een basis te vinden voor een nieuwe coalitièregeering. In politieke krin gen verwacht men. dat vandaag het nieuwe kabinet gereed zal zijn. Em geland Vloot/verdragen met Duitschland en Rusland onderteekend Zaterdag zijn op het Britsche ministerie van buitenlandsche zaken na onderhandelingen die ruim een jaar geduurd hebben, de bilaterale vloot-overeenkomsten geteekend, welke Engeland heeft aangegaan met Duitschland en Sovjet Rusland. Deze overeenkomsten zijn bestemd omde clausules van het op de vloot- conferentie van Londen in 1936 ge sloten verdrag inzake de kwalita tieve beperking van oorlogsschepen en de onderlinge uitwisseling van berichten betreffende den voorge nomen nieuwen vlootbouw voor de marine, uit te breiden tot de mo gendheden, die niet aan deze Lon- densche conferentie hebben deelge nomen. Het bestaat, naar het D.N.B. meldt, uit drie deelen a. Een kwalitatieve overeenkomst, djw.z. een afspraak inzake de grootte én de bewa pening der oorlogsschepen en een afspraak om berichten over toekomstigen vlootbouw uit te wisselen. b. Een als „opheldering" gekenmerkte aanvullende overeenkomst op het Duitsch- Engelsche vlootaccoord van 1935, rekening houdende met de speciale positie van Duitschland na dit accoord. c. Een uitwisseling van nota's inzake de stillegging van den aanbouw van groote kruisers. De overeenkomst treedt in werking na de ratifiactie, gelijktijdig met het Londensche vlootverdrag van 1936 en met het Zaterdag eveneens onderteekende verdrag tusschen Engeland en Sovjet-Rusland. Met dit verdrag, dat het resultaat is van langdurige onderhandelingen, zijn alle tus schen Engeland en Duitschland bestaande vlootkwesties geregeld. Het geeft aldus het D.N.B. blijk van Duitschland's wensch naar samenwerking en van het voornemen alles in het werk te stellen om een bewa peningswedloop te verhinderen. Bijzondere bepalingen zijn opgenomen be treffende het Verre Oosten. Met betrekking tot den vlootbouw in het Verre Oosten is Sovjet-Rusland zoo lang van de verplichting bevrijd om Engeland hiervoor vooraf op de hoogte te stellen, als de Sovjets de bepalin gen naleven van het verdrag van 1936 inzake den scheepsbouw en de scheepsbewaking. Hiervan kan slechts worden afgeweken, in dien de Engelsche regeering verwittigd wordt Een jaar broederkrijg in Spanje. Critiek van president Azana op de non- interventiecommissie. Uit Valencia, 18 Juli: De president der Spaansche rupubliek, Azana, heeft ter ge legenheid van de herdenking van den ver jaardag van den burgeroorlog een groote rede voering uitgesproken. De president hield zijn redevoering in de aula van de universiteit voor politici, auto riteiten en intellectueelen. De toespraak werd ook per radio verspreid. Azana werd ontvangen door den president van de Cortes, den minister-president en alle ministers. Op de tribune had o.m. de presi dent van de Baskische regeering, Aguirre, plaats genomen, die per vliegtuig uit Santan der was overgekomen. Azana deelde mede, dat de redevoering, welke hij zou uitspreken, in overleg met de republikeinsche regeering was opgesteld. Hij bracht in herinnering, hoe de opstand tot uitbarsting was gekomen. „De militaire beweging zou verpletterd zijn geworden, in dien de opstandelingen niet direct door vreemde mogendheden zouden zijn geholpen. De opstand werd veranderd in een buiten landsche invasieSpanje is door drie lan den overweldigd: Portugal, Duitschland en Italië Azana. De Duitschers en de Italianen komen niet bij ons om de republiek te vernietigen. Zij komen om ons onze mijnen en onze vlootbases af te nemen. Om tegen ons te strijden? Neen! Om de andere mogendheden, zooals Engeland en Frankrijk, in bedwang te krij gen. Wij hebben gedacht, dat de Volkenbond een juridisch instituut was om het recht te doen eerbiedigen. Wij hebben ons tot hem gewend niet om iets te eischen, maar eenvoudig om hem te doen begrijpen, dat een staat-lid door troepen van andere staten was overweldigd. Wij zijn naar Genève gegaan en zullen er terugkeeren, omdat wij nog steeds gelooven, dat naar kleine staten kan worden geluisterd. De Volkenbond wist niet, dat Spanje over weldigd was, noch wat er te doen was. Hij weet thans, dat Spanje overweldigd is door vreemde troepen en heeft een beroep gedaan op de afzijdigheidscommissie. Maar waartoe dient de commissie van Lom den? Ik heb daar voor mijzelf èèn opvatting over, aldus Azana, een opvatting, die ik nog niet wil bekend maken. Deze commissie is gefundeerd op een onjuist denkbeeld en werkt in een dwaling. Zij kan den Volkenbond niet ver vangen. Zij vervangt hem dan ook niet, maar doet hem als een bedwelmingsmiddel inslapen. Zij heft hem op. De eenige waarachtige nlet- inmenging, welke tot stand werd gebracht, is de niet-inmenging van den volkenbond". Alle resoluties der commissie zijn ongunstig voor Spanje. Men miskent zijn rechten. Eenige staten komen hun verplichtingen na. Andere niet. Men neemt een controlestelsel aan en men verdaagt er de toepassing van tot het oogen- blik, dat de opstandelingen voldoende wape nen hebben ontvangen om in een toestand te komen om den oorlog te winnen. Men bemerkt dan dat het door de opstandelingen ontvan gen materiaal niet aanzienlijk genoeg is. Men lokt dan incidenten uit met Almerïa om een einde te maken aan de controle. Wij hebben deze ondervinding, die niet zal nalaten ge volgen te hebben, beleefd. Transacties tus schen aanvaller en slachtoffer zijn niet mogelijk. Men spreekt er over het recht van oorlog- Een dagje uit op de fiets Dan Purol meenemen! Dit voorkomt, verzacht en geneest doorzitten en zonnebrand. Doos 30 ct. (Adv. Ingez. Med.) ONZE DACELIJKSCHE KINDERVERTELLING. Fluitend en zingend liep Thijs den weg naar huis af. Tjonge, hij had niet gedacht, dat alles nog zoo goed zou afloopen. Hij was blij, dat Grootoor gered was, maar eerlijk gezegd begreep hij niet veel van die jassen. Ik zou best zoo'n jas willen hebben, bromde hij. Het zou me wel lijken, zoo een poosje onzichtbaar te zijn. HiDeldie. hoppeldie, happeldie, zong hij en gleed een eindje over de sneeuw. Het was gelukkig niet erg koud, maar toch verlangde hij weer naar huis, het zou hem benieuwen, hoe Dickie het maakte. Onverantwoordelijk geschrijf in Duitschland. et zal eeuwig als een bewijs voor het eigenaardige karakter der Duit schers kunnen worden aangevoerd, en, in latere tijden, wanneer eenmaal aan onze Westgrens alles weer volgens de ge boden der natuur in orde gekomen is, mis schien in het onderwijs van onze nakome lingen als een waarschuwend voorbeeld voor onze grootste zwakte aangevoerd worden, met welke lankmoedigheid Duitschland, het vlij tigste, meest hoogstaande volk der aarde, het duldde, dat juist daar een afgescheiden ras splinter zoo lang als rijke parasiet (sic! K. Andr.) terzijde lag. Dat hij, (deze parasiet), de monding van den grootsten Duitschen stroom, den belangrijksten economischen uitgangsweg in de hand hield, niet in staat en onwillig haar uit te bouwen volgens den vooruitgang der techniek, zoodat Duitschland honderden mil- lioenen weg moest gooien om een kanaal, een kunstmatigen Rijnmond, te scheppen, voerende toe te kennen aan de wettige regee ring. Daarvoor onzen dank. Maar er is geen schaamteloozer inmenging geweest dan de mogelijke toekenning van het recht van oorlogvoerende aan de opstande lingen (luid applaus, de aanwezigen bren gen Azana een ovatie). De commissie deed goed, toen zij eischte, dat de vreemdelingen Spaansch grondgebied zouden verlaten en wanneer zij de komst van Italianen, Duitschers en Portugeezen wil voorkomen. Men moet weten, wat de terugtrekking van vreemde vrijwilligers beteekent. Voor ons zijn vreemdelingen al degenen, die geen Spaansch staatsburger zijn. De sultan van Marokko is niet in de commissie van Londen vertegen woordigd. De Marokkanen in de rijen van Franco zijn in opstand tegen de beschermde natie. De Europeesche mogenheden zouden moeten beginnen te zeggen, dat de inboorlin gen van protectoraten onderdanen zijn van de bescherming uitoefende landen. Sprekende over de vreemdelingen, die aan de zijde der regeering strijden, verklaarde de president, dat dit werkelijk vrijwilligers zijn, daar niemand hen geroepen heeft en niemand hen heeft verplicht te komen. De president besprak tenslotte de gevaren, welke den vrede bedreigen. Een langdurige ovatie volgde op deze toe spraak. Terwijl Azana de zaal verliet, zongen de aanwezigen hem het Spaansche volkslied toe. Aan het Sierra-front ontwikkelde zich naar Havas uit Madrid verneemt Zondag een dei- grootste luchtgevechten, welke tot nu toe in de geschiedenis der moderne oorlogen zijn voorgekomen. Franco aan het woord. Zaterdagavond heeft generaal Franco te Salamanca een rede gehouden ter herdenking van den verjaardag van de nationalistische be weging. Hij bracht daarbij in herinnering den toestand, waarin Spanje vóór Juli 1936 zich bevond en de omstandigheden, waaronder de nationalistische beweging,ontstond. Verder, ging hij in enkele woorden de groote offensieven na van de rechtsche legers en het succes waardoor „een groot deel van Spanje van de linksche terreur bevrijd werd". Ten slotte deed hij een beroep op allen vertrouwen in de overwinning te hebben. Te Sevilla hield generaal Queipo de Llano een herdenkingsrede,. Hevige luchtgevechten aan het Sierra-front. Aan het Sierra-front ontwikkelde zich naar Havas uit Madrid verneemt een der grootste luchtgevechten, wel ke tot nu toe in de geschiedenis der moderne oorlogen zijn voorgekomen. Honderdzestig vliegtuigen waren gedu rende meer dan een uur in gevecht ge wikkeld. 26 toestellen der opstandelin gen werden omlaag geschoten, terwijl de regeeringstroepen vier machines verloren. Het zoeken naar Amelia Earliart. Laatste poging der Amerikaansche marine. Het A.N.P. verneemt uit Honoloeloe, 18 Juli: De Amerikaansche vloot heeft haar laatste poging om Amelia Earhart te vinden begon nen. Vermoedelijk zal men haar en haar met gezel Fred Noonan als verloren beschouwen, wanneer zij bij deze laatste poging niet ge vonden zullen worden. Het spoorwegongeluk bij Patna. 107 dooden. PATNA, 17 Juli. Officieel wordt medege deeld, dat het aantal personen, dat bij het spoorwegongeluk om het leven is gekomen, 107 bedraagt. De Paus prijst de houding van aartsbisschop Mündelein. Scherp commentaar van het Buitsche Nieuwsbureau. CASTEL GANDOLFO, 17 Juli: De Paus heeft een aantal pelgrims uit Chicago ontvangen en in een tot hen gerichte toespraak openlijk aartsbis schop Mündelein wiens verklarin gen over Hitier zooveel stof hebben doen opwaaien geprezen. De paus zeide: „Gij moest trots zijn op de grootheid van uw stad en ook, waar om het niet te zeggen, op de groot heid van uw prachtigen aartsbis schop, die zoo moedig is bij de ver dediging van de rechten van God en de Kerk en het heil der zielen". Het Duitsche Nieuwsbureau maakt van deze toespraak van den Paus melding. Het bureau laat zijn desbetreffend bericht als volgt beginnen: „Pius XI heeft Zaterdagmorgen een Ame rikaansche pelgrimsgroep uit Chicago ont vangen, waarbij hij openlijk te kennen gaf, dat hij op het in acht nemen van de inter nationale gebruiken in de betrekkingen van het Vaticaan tot Duitschland geen prijs meer stelt". Het nieuwsbureau publiceert ver volgens de rede van den Paus. omdat deze afgescheiden rassplinter als steen des aanstoots juist in het belangrijkste vaar water lag! En voorts: wij verklaren het met recht als sociale ongerechtigheid, als zonde tegen de gezondheid van een volk, wanneer een klein gedeelte van dat volk zich op kosten der gemeenschap verrijkt. Goed en wel, maar waar school een grooter onrechtvaardigheid dan in het feit dat de Hollanders, die toch niets anders dan een afgescheiden deel van het Duitsche volk zijnd), zich zoodanig aan ons verrijken konden? Dat ons gansche Duit sche volk jaarlijksch ongetelde millioenen voor tabak, koffie, cacao en andere zaken meer betalen moest, opdat zich een klein ge deelte, door welks havens en handen dit alles ging, met dit door het Duitsche volk betaalde tribuut verrijkte? Dit, voor ons Hollanders ongetwijfeld leer zame en interessante citaat kan men lezen in het boek van Lotharingius, getiteld „De We reldoorlog in het Licht der natuurwetenschap pelijke Geschiedenisopvatting! (Der Weltkrieg im Lichte naturwissenschaftlicher Geschichts- auffassung). Dit boek,„dat door diverse Duit sche officieele instanties als leerzaam en nut tig aanbevolen is, kan men in eiken boekhan del koopen. Het is niet de eerste maal, dat dergelijke uitdrukkingen in de Duitsche litte ratuur voorkomen, en dit citaat staat dan ook geenszins op zich zelf. Zonder al te veel moeite kan men uit de Duitsche geschiedenisboeken der laatste jaren verschillende fragmenten aanhalen, die Holland als een deel van Duitschland brandmerken en de Hollanders zelf als „Grens-Duitschers". Ik herinner me, hoe tijdens de Saarstemming een der kranten aldaar een bijlage uitgaf, waarin op een kaart alle nog onder vreemden dwang zuchtende Duitschers stonden. Behalve Oostenrijk, Zwit serland, Bohemen en een stuk van Denemar ken, behoorden ook ons land en België daar- bij. Wat wil Lotharingius met deze opmerkingen bereiken? Want in een geschiedenis van den wereldoorlog doen zij, dit zal men mij gaarne willen toegeven, toch weinig ter zake. Wel, uit het verdere verloop van dit boek blijkt zeer duidelijk dat de schrijver raadgevingen voor de toekomst heeft willen geven. „Hollanders", zoo schrijft hij verder, „be staan eigenlijk net zoo min als Belgen, Zwit sers of Oostenrijkers. Het zijn allemaal Duit schers, die zoo gauw mogelijk weer binnen de grenzen van het groote vaderland gebracht moeten worden". Daartoe, meent de welwillende heer Lotha ringius, is het absoluut niet noodzakelijk Holland eenvoudig te zijner tijd den oorlog te verklaren om het te verslinden (zu ver- schlingen!). De natuur geeft de wegen tot zul- ken ontwikkelingen vanzelf aan. Hadden wij het front naar het Oosten vrij gehad, hadden wij onze weermacht zoo ontwikkeld als nood zakelijk was en zooals de anderen gedaan hebben, dan had dezelfde militaire dwang, die tot den doonnarsch naar België noopte, ook wel tot den doonnarsch door Holland moeten leiden, daar anders eenvoudig de ook in 1914 reeds sterk bekrompen plaats voor het ge- heele leger ontbrak. Daarmede echter was het vraagstuk automatisch op het tapijt gebracht". In den wereldoorlog ontbrak helaas de ge legenheid, maar Lotharingius meent dat ook in de toekomst de kwestie nog wel eens „op het tapijt gebracht" zal worden, en geeft de noodige raadgevingen om dan niet weer in de fouten, die vroeger gemaakt zijn, te vervallen. Ik was in de gelegenheid om met een groot aantal Duitschers over dit boek te spreken. En gelukkig de groote meerderheid be schouwde het terecht als de koortsfantasieën van een fanaticus. Doch er waren ook anderen, die de uitla tingen van den heer Lotaringius geenszins als zoodanig opvatten, en het met zijn mee- ningen volstrekt eens waren. „Het is waar", zeide iemand, wien ik deze fragmenten had voorgelezen, het is waar, dat er tegenwoordig in Holland een groote afkeer, om niet te spreken van haat, tegen Duitsch land heerscht. Dat is in het begin van dit jaar wel gebleken. Maar spruit dat niet voort uit het kwade geweten van de Hollanders, die zelf niet kunnen begrijpen, waarom het machtige Duitschland zich zoolang door uw kleine landje den toegang tot de monding van zijn grootste rivier heeft laten afsluiten?" En een ander, een oud-journalist, die als buitenlandsch correspondent langen tijd in Genève heeft gewerkt en die een belangrijke positie in de N. S. D. A. P. inneemt, ontleek het vraagstuk van de verhouding tot Holland, doch gaf als zijn meening te kennen, dat een oorlog niet te vermijden zou zijn op den duur. Niet dat Duitschland die zou willen, maar het zal er óf toe gedwongen worden, omdat men weigert het vrijwillig te geven wat het noodig heeft en waarop het recht heeft, óf uitbarsten door de uittartende houding van het marxis tische FrankrijkDoch laat men gewaar schuwd zijn! De vorige maal was het „le Boche payera!" maar nu zijn wij voorbereid en zal het worden „les autres payeront!" In ieder land telt men heethoofden, wier meening men niet verwarren moet met die van het overige volk. Zulke heethoofden kent men in Duitschland natuurlijk net zoo goed als elders, en men kan een land daarvoor niet aansprakelijk stellen. Doch ieder boek, dat in Duitschland verschijnt, moet door de Reichs- schrifttumskammer goedgekeurd worden. Be handelt het bovendien politieke vraagstukken, dan wordt het daarenboven nog gecensureerd door het Partei-politische Amt van de N. S. D. A. P. Blijkbaar hebben deze instanties niet het minste bezwaar gehad tegen de meeningen van den heer Lotaringius en achtten zij het integendeel aanbevelenswaardig dat het volk daarvan kennis zou kunnen nemen. Men zou het boek van dezen schrijver schou derophalend voorbij kunnen gaan, indien het een particulier standpunt van een zonderling was. Maar één semi-officieele en één officieele instantie hebben dit schriftstuk goedgekeurd. Andere hebben het aanbevolen als nuttig en leerzaam. Mij dunkt, dat zulks van een verre gaand gebrek aan tact tegenover een bevrien- den buurstaat getuigt. Tenzij wij moeten aan nemen, dat dit boek uit pacifistische overwe gingen werd geschreven, het pacifisme, waar over Adolf Hitler in het elfde hoofdstuk van „Mein Kampf" schrijft: „Men moetbe sluiten ooi-log te voeren om tot pacifisme te komen. Wie bijvoorbeeld werkelijk van harte de overwinning van de pacifistische gedachte in deze wereld zou wenschen, zal alles op het spel moeten zetten voor de verovering der wereld door de Duitschers". Vooralsnog willen wij echter aannemen, dat de hierboven gelaakte citaten aan de aan dacht der Duitsche regeering ontsnapt zijn, en dat zij aan het gevaarlijk drijven van dergelij ke onverantwoordelijke schrijvers paal en perk zal weten te stellen. K. ANDR. (Nadruk verboden. Alle rechten voorbehouden).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 6