„Jenny" Amerikaansche Humor ,Het Groene Licht" Litteraire Kantteekeningen. RADIO. PROGRAMMA 7. A TERDAG 24 JULI 1937 HAARLEM'S DAGBLAD 6 Charlie Chan op zijn best Als tweede hoofdnummer: De dolle erfgenaam Het was Vrijdagavond stampvol in het Luxor Theater. En terecht, want de twee hoofdfilms, die daar deze week draaien, zijn het aankijken zeer zeker ten volle waard. Daar is dan eerst de film: „De dolle erfge name" een film met den wereldberoemden Me- tropolitan-zangers Lawrence V 1 Tibbett. Een film, met alle f JLyülXOl aantrekkelijkheden, die een 1 zangfilm kan hebben. Veel spel komt er eigenlijk niet bij kijken, de geheele film draait om de zang van Lawrence Tibbett, die dan ook voortreffelijk Is. Wendy Barrie geeft een goede creatie van de dolle erfgename. Illlllllllllllllllllllllllllllllllllllllll llllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllllilliüliill bijster interessant. Op overtuigende wijze weet PranQoi.se Rosay echter de figuur van de moeder aannemelijk te maken. Albert Préjean is nog steeds een der meest attractieve Pransche jeune premiers, ook ditmaal speelt hij zijn rol zooals men van hem verwachtten mag, zonder nochtans die brillante hoogte te bereiken als in ..Sous les toits de Paris". De bekende karakterspeler Charles Vanel en de bekoorlijke Lisette Lanvm zorgen ervoor dat ook de minder be langrijke rollen naar behooren bezet zijn. Jammer is het dat slechts weinig Neder- landsche teksten den inhoud verduidelijken. Van vele zijden is dikwijls het denkbeeld geopperd om deze teksten geheel weg te la ten. dit denkbeeld mag van een filmtech nisch oogpunt bekeken juist zijn, het blijft nu eenmaal een feit dat de gemiddelde bios coopbezoeker geen Fransch verstaat en een goed deel van den dialoog gaat daardoor voor het publiek verloren. Gelukkig is dit be zwaar in „Jenny" niet zóó erg omdat de hoofdrolspelers buitengewoon suggestief spe len, een navolging verdient dit voorbeeld echter zeker niet. Warner Oland in Charlie Chan in het Circus". Zooals zooveel geschiedt bij Amerikaansche films, is hier ook een rechtzaak het einde van de film. En wel een rechtzaak, die alleen in Amerika, het land der duizend wonderen, kan plaats hebben. Het tweede hoofdnummer is „Charlie Chan in het circus", eigenlijk „The spice of the pro gram". Het duistere geheim, dat er om het circus heen hangt, wordt op verbluffend han dige wijze door Chan onthuld, niet echter, voordat hij aan vele gevaren ontsnapt is. Key Luke, die wij reeds meer als den zoon van Charlie Chan zagen spelen, is weer geweldig. Het enthousiasme in zijn spel is werkelijk het aanzien waard, vooral als men dadelijk daar op de altijd phlegmatieke Chan ziet. De snedige opmerkingen, die hij altijd in zijn merkwaar dig taaltje bezigt, ontlokte menigmaal een lachsalvo aan het talrijke publiek. Alles bij elkaar een programma, waarin Charlie Chan weer lauweren zal oogsten, doch waar ook het zingen van Lawrence Tibbett in het andere hoofdnummer zeer velen zal be koren. Albert Préjean en Francoise Rosay Telkenmale verrast de Fransche filmindus trie ons met eenig'e waarlijk uitstekende films om dan weer terug te vallen tot een middelmatigheid die der te opmerkelijker is omdat onder de Fransche filmspelers bij zondere talenten schuilen. Wij denken hier bij aan een Harry Baur, een Charles Boyer, een Annabella om maar enkelen te noemen en Ja ook aan Francoise Rosay. Deze begaaf de speelster echtgenoote van den bekenden Albert Préjean vervult de hoofdrol in „Jenny". regisseur Jacques Feyder, heeft al meerma len blijk gegeven een filmster van de eerste grootte te zijn. Zij verwiqrf vooral bekend heid door de veelbesproken film ..Heldenker- mis" en hoe men ook over de film dacht, over haar spel was men unaniem vol lof. In „Jenny" een Fransche film die zich niet bo ven het mid delmatige ver heffen kan, speelt Francoise Rosay haar zeer moeilijke rol. diep menschelijk en het is hoofdzakelijk aan haar spel te danken dat deze film ondanks verschillende gebreken toch boeit. Het gegeven een moeder die een dubbel leven leidt en op wreede wijze ontgoocheld wordt als haar'dochter wegloopt met den man die zij lief heeft is noch nieuw, noch Reoifarandt „Sing Baby Sing" met Adolphe Menjou „Humorstormen" noemt de advertentie „Sing, baby, sing", en deze betiteling is in derdaad niet overdreven. Men komt bij deze film oogen en ooren te kort, en als de „Ritz Brothers" ten tooneele verschijnen, dan wenscht men zich zeker drie paar oogen, voor elk van het trio één paar, omdat men liefst- niets van al hun dwaasheid, hun capriolen en hun grimassen wil missen. Onder de vele attracties van deze film nemen de Ritz Bro thers een eerste plaats in en dat wil wat zeg gen in deze reeks van voortreffelijke artisten. De doorsnee Amerikaan zal, wanneer hij zoo rustig naar zijn radio zit te luisteren, ze ker niet vermoeden, welke trucs er dikwijls te baat genomen moeten worden en welke drama's zich afgespeeld hebben, voor de stem, waarnaar hij luistert, door den aether tot hem kon komen. In ..Sing, baby sing" wordt een tipje van den sluier opgelicht maar op zulk een hu moristische, vroolijke manier, dat het alleen maar amuseert. De geheele film vindt zijn ontstaan aan het feit, dat een jong meisje, Joan Warren (Alice Faye) die in een nacht club zingt haar ontslag krijgt, omdat een millionairsdochter haar plaats wil inneihen. Joan's impresario doet alle moeite vóór haar, maar het lukt niet haar geplaatst te la-ij gen, tot het toeval hen in aanraking brengt met den beroemden filmster Bruce Farraday, een overwerkte, sterk ingebeelde acteur, die bovendien alcoholicus is en op het eerste gezicht verliefd wordt op Joan. Adolphe Menjou maakt van dezen half dwa zen Farraway een vermakelijk type. Nu Joan eenmaal met Farraday voor de microfoon is opgetreden, is haar weg ge baand en krijgt ze weer engagementen, maar haar mooiste engagement is toch dat met den krantenman, die haar eerst met zijn brallende, echt Amerikaansch opgezette ar tikelen, ontzettend veel kwaad heeft gedaan, maar later zijn fout, ook weer op Amerikaan sche wijze, maar nu in de gunstige zin van het woord, hersteld heeft en gezorgd heeft, dat alles toch nog op zijn pootjes terecht kwam. Alice Faye is een schattige Joan die op geestige wijze de verschillende knappe songs zingt en voordraagt. Adolphe Menjou cinema Alice Faye in de grappige film „Sing Baby Sing". roemden we reeds, dan zijn er nog behalve de al genoemde uitstekende Ritz Brothers, Gre gory' Ratoff, die als impresario een pracht rol speelt, Michael Whalen en Patsy Kelly. Een film, die men gaat zien, als men er prijs op stelt om een avond van zorgeloos plezier te hebben. Frank Borzage's visie op Lloyd Douglas' bekende boek Over de voortreffelijke Amerikaansche film „Het groene Licht" heeft men in ons blad van Donderdag een beschouwing kun nen lezen, zoodat wij voor ditmaal willen volstaan met de vermelding van het voorprogramma. Hierin is een Cine- tonefilmpje opge nomen, dat uit een grappige dialoog tusschen een warenhuisdirecteur en een vrouwelijke bediende bestaat. De rollen worden vervuld door Theo Vink en Jopie Koopmans, welke laatste bovendien voor een toepasselijk lie- deke zorgt. Muzikale begeleiding verleenen The Ramblers onder leiding van Theo Uden Masman. Verder is er een zeer geslaagd tee kenfilmpje in kleuren, „Miss Glory" genaamd. Uit het journaal noemen we een paar interes sante beelden van den tribunebouw op het Jamboreeterrein. Frans Hals VERKOOP VAN GROND B. en W. stellen den Raad voor, aan A. P. Winnubst, alhier, tegen den prijs van f 11.000 in koop af te staan grond, gelegen aan de noordzijde van de Van Nesstraat, groot plm. 8T0 M2., zulks met de bestemming om op dien grond te bouwen zes woonhuizen, elk bestemd ter bewoning door niet meer dan één gezin. Voorts stellen B. en W. voor te verkoopen: aan D. Grin, alhier, tegen den prijs van f 20 per M2. aan hem thans in erfpacht uit gegeven, grond, gelegen aan den Verspronck- weg, groot 153 M2.; en aan J. J. van Doorn en G. C. Andrée, tegen f 15.40 per M2. aan hen thans in erf pacht uitgegeven grond, gelegen aan de Zon nebloemstraat, groot 346 M2_ Vrouwen. Door Louis de Bour bon. De Ontmoeting. Door Jos Pan- huysen. Schaduwen. Door Filip de Pillecijn. (Drie uitgaven van Nijgh en Van Ditmar te Rotterdam). In het, nu verdwenen, tijdschrift Forum dat door deze Rotterdamsche uitgevers in het licht werd gezonden, hebben wij naar ik meen Filip de Pillecijn al ontmoet. Ook Louis de Bourbon is geen onbekende voor ons. Van Jos Panhuysen die evenwel reeds een roman en eenige novellen gepubliceerd heeft, is deze ontmoeting voor ons inderdaad een eerste kennismaking. Het gaat in alle drie dezer kleine boeken over „vrouwen". Het moet voor haar toch wel een eigenaardige voldoening zijn, dat nog maar steeds de mannen niet over haar uitgepraat raken. Dat ze nog maar voortdu rend onder velerlei belichting bekeken kun nen worden, dat ze nog altijd als geïdeali seerde sfinxen in der mannen hersens kun nen rondwroetenf Daar zullen er onder haar wel zijn die er een stille pret om hebben, als kunstenaars zich zoo om haar bekommeren en in haar veel meer ondoorgrondelijks ver moeden, dan ze zelf weten te bevatten maar haar natuur is het nu eenmaal die be kommernis als eene haar rechtens toekomen de hulde te aanvaarden. De veranderde le vensomstandigheden, het meer dan ooit vroe ger, samen opgroeien, het elkaar vliegen af vangen in het maatschappelijke, het om hals brengen der romantiek die vroeger In een minder gemakkelijken omgang school, dat alles heeft niet belet dat veel kunstenaars- schrijvers in het wezen der vrouw de onuit puttelijke stof blijven zien waaruit hun ge dachte-beelden worden opgebouwd, telkens weer anders, telkens weer opnieuw diepzin nig, raadselachtig; verfijnd-nuanceerend de gevoelens die ze tegenover de zwijgende of sprekende sfinx trachten onder woorden te brengen. Als ze waant onbespied te zijn zou men de sfinx misschien kunnen zien glim lachen om dat alles, zooals een man wel eens •kan monkelen, wanneer een moderne schrijf ster op het mannen-wezen een alles-binnen- ste-buiten-keerende psychische vivisectie gaat toepassen. De romantiek blijkt een zóó zeer natuurlijk iets, dat ze, weggejaagd zijn de, telkens in galop terug keert. Een beetje vermomd misschien. Voor het smachten der jonkvrouwen en het heroïsch gedrag der ridders, is de analyse van 'hun aller onder bewustheden in de plaats getreden; men zou •bij veel litteraturu van een „psychische ro mantiek" kunnen spreken. Men 'behoeft Freud niet van alles de schuld te geven dat een dichter als Rainer Maria Rilke schreef zooals hij schreef en in Frankrijk bij voorbeeld, nu pas ontdekt wordt, is zeker buiten hem omgegaan. Rilke is lectuur over een stervenden jon gen man die zijn dagboek bijhoudt (in In termezzo. de tweede schets in De Bourbon's Vrouwen). In die schets is het de figuur van de kleine Maritza die het leven en de liefde symboliseert. Als de stervende waant beter te zullen worden, is het Maritza die zijn ver langen en zekerheid personifieert. Het terug- keerende levenis Maritzadie daar geen weet van kan hebben omdat voor haai de dood zekerheid en haar aanwezigheid mede-lijden is. Heel fijn zijn hier de ge dachten van den stervende uitgesponnen. In „Josine" en in „Ellen" geeft de Bourbon op even fijne wijze een voorzichtig benaderend beeld van twee overbesnaarde vrouwenzielen die in hun. het pathologische naderend ge voelsleven niet zonder schoonheid zijn en daar tusschen in staat het grootste verhaal, dat van „Eric van Veen's angstige leven" dat met een vrijwillig heengaan eindigt, omdat een vrouw met haar gave liefde tusschen Eric en wat hij zijn roeping waande, was in getreden. Dit zijn geen dingen voor nuchtere men- schen. Die weten het altijd beter. Eric, en ZONDAG 25 JULI 1937. HILVERSUM I, 1875 M. 8.55 VARA. 12.00 AVRO. 5.00 VARA, 6.30 VPRO. 8.00—12.00 AVRO. 8.55 Gramofoonmuziek; 9.00 Postduiven- nieuws, 9.05 Tuinbouwpraatje; 9.30 Gramo foonmuziek; 9.45 Causerie „Van Staat en maatschappij"; 10.00 VARA-orkest; 10.45 De clamatie; 11.00 Fantasia en orgelspel; 12.00 Orgelconcert; 12.10 Gramofoonmuziek; 12.30 Kovacs Lajos' orkest. I. d. pauze: Jamboree- nieuws; 2.00 Boekbespreking; 2.30 Orgelspel; 3.00 Residentie-orkest en solisten; In de pau ze: Gramofoonmuziek: 4.30 f Eventueel 4.15) Sportreportage; 5.00 Mannenzangvereeniging „Inter Nos"; 5.30 Uitzending voor den Cen- tralen Bond van Transportarbeiders: 6.00 Sportpraatje; 6.15 Sportnieuws A.N.P.; 6.20 Gramofoonmuziek; 6.30 Lezing ..Een confe rentie in September"; 6.45 Nederd. Hervorm de Kerkdienst; 8.00 Berichten A.N.P. Mede- deelingen; 8.10 Gramofoonmuziek; 8.15 Re sidentie-orkest en soliste; 9.15 Radiojournaal 9.30 Gramofoonmuziek; 10.15 Radio-hoor- krant; 11.00 Berichten A.N.P. Hierna tot 12.00 AVRO-Dansorkest. HILVERSUM II. 301 M. 8.30 NCRV. 9.30 KRO. 5.05 NCRV. 7.45—11.30 KRO. 8.30 Morgen'wij ding; 9.30 Gramofoonmuziek; 10.00 Hoogmis. 11.30 Gramofoonmuziek; 12.15 KRO-orkest (Om 1.00 boekbespreking); 2.00 Vragenhalfuur; 2.30 Jubileumviering van den Kring Twenthe-Tochten te Oldenzaal; 4.30 Gramofoonmuziek; 5.05 Gewijde muziek (Gr.pJ.); 5.50 Nederd. Hervormde Kerkdienst Hierna: Gewijde muziek .Gr.pl.); 7.45 Gra mofoonmuziek; 7.50 Lezing „De Liturgie en het huisgezin"; 8.10 Berichten A.N.P. Mede- deelingen; 8.25 Gramofoonmuziek; 8.30 De KRO-Melodisten en solist; 9.15 Radiotooneel, 9.50 KRO-orkest; 10.30 Berichten A.N.P.; 10.40 Epiloog; 11.00 Esperantolezing. DROITWICH, 1500 M. 12.50 Het Rich. Crean-orkest; 1.50 Gramo foonmuziek; 2.20 Declamatie; 2.40 H. Sand ler's Weens Octet; 3.20 Het. Morris Motors orkest en solist; 4.20 BBC-Midland-orkest: 4.50 Orgelspel; 5.20 Causerie „Impressions of the Oxford Conference": 5.40 Het Walker- Octet; 6.20 Causerie „As I look back"; 6.35 Mantovani's Tipica-orkest; 7.20 Het Kutcher Strijkkwartet en solist; 8.15 Kerkdienst; 9.05 Liefdadigheidsoproep; 9.10 Berichten; 9.25 BBC-Theater-orkest, Revuekoor en solisten; 10.05 Stedelijk orkest Margate, en solist; 10.50 Epiloog. RADIO PARIJS, 1648 M. 7.10 en 8.20 Gramofoonmuziek; 10.20 Goldy- orkest; 11.50 Orgelconcert; 12.40 Gewijde mu ziek *Gr.ni 12 45 Koorzang met orgelbe geleiding; 1.20 Gramofoonmuziek; 1.35 Zang. 2.05 Gramofoonmuziek: 3.20 Zang: 3.35 Het Paradijs-orkest; 4.05 Zang; 4.20 Radio-too- neel; 5.20 Het Caussade-orkest; 7.20 Cabaret, 8.35 Zang; 8.50 Radio-tooneel; 10.50 Gramo foonmuziek; 11.20 Het J. Bouillon-Dansor- KEULEN. 456 M. 6.20 Havenconcert: 8.35 Kamer-orkest en solist; 9.50 Gramofoonmuziek; 11.20 Fr. Hauck's orkest en Sportreportage; 4.20 West- Duitsch Kamerorkest, Schrammelensemble en solisten; 7.20 Mannenkwartet en solisten. 8.20 Schupo-orkest en Omroepkleinoricest; 9.05 Gevarieerd programma; 10.50 Bernhard Etté's dansorkest. BRUSSEL, 322 M. 9.25 Gramofoonmuziek; 10.50 Violavoor dracht; 11.20 Gramofoonmuziek; 11.35 A. Felleman's orkest; 12.20 Gramofoonmuziek; 12.50 Omroeporkest; 1.30 Salonorkest; 1.50 en 2.35 Gramofoonmuziek; 2.50 Vlaamsch Nationaal Zangfeest te Brussel; 5.20 Gra mofoonmuziek: 6.20 Belgisch Vocaal-Tria; 7.20 Gramofoonmuziek: 8.20 Omroeporkest: 9.05 Reportage; 9.20 Vervolg concert; 10.30 A. Felleman's dansorkest; 11.05 Gramofoon muziek. BRUSSEL, 484 M. 9.20 Gramofoonmuziek; 10.20 A. Felleman's orkest; 11.20 Gramofoonmuziek; 11.50 Orgel spel; 12.20 Gramofoonmuziek; 12.50 Salon orkest; 1.30 Omroeporkest: 1.50 Gramofoon muziek; 2.50 Accordeonmuziek; 3.0' Gramo foonmuziek; 3.20 Orgelconcert; 3.50 Kleinor- •kest; 5.20 Paul Godwin's orkest; 6.20 Oude Kamermuziek; 8.20 Salonorkest; 9.20 Sym- phonieconcert uit Ostende; 11.00 Gramofoon muziek; 11.20 A. Felleman's dansorkest. DEUTSCHLANDSENDER, 1571 M. 8.20 „Zar und Zimmennann", opera: 10.20 Berichten; 10.50 Hans Bund's dansorkest en Gramofoonmuziek; Om 11.05 Weerbericht. RADIO MOORS N.V. KRUISSTRAAT 38, TELEF.14609 OFFICIEEL PHILIPS REPARATEUR (Adv. inqez. Med.) MAANDAG 26 JULI 1937. HILVERSUM I 1875 M. Algemeen programma, verzorgd door de AVRO. 8.Gramofoonmuziek. 10.Morgenwij ding. 10.15 Gewijde muziek (gr.pl.i 10.30 En semble J. Kroon en declamatie. 12.30 Orgel spel, zang en vioolsoli. In de pauze: Jamboree berichten. 2.15 Omroeporkest. In de pauze: Zang. 4.30 „Meesterwerken van de Fransche toonkunst", causerie. 5.30 Kovacs Lajos' or kest en gramofoonmuziek.. 7.Avro-Dans- orkest. 7.30 Reportage. 8.— Berichten A.N.P. Mededeelingen. 8.15 Residentie-orkest en so list. 9.15 Causerie over de Vierdaagsche. 9.30 Concert door Padvinderskoor. 10.Radio tooneel. 10.30 Avro-Dansorkest. 11.— Berich ten. H'evna tot 12.— Gramofoonmuziek. HILVERSUM II 301 M. NOR V-uitzending. 8.Schriftlezing, meditatie, gewijde muziek (gr.pl.) 8.30 Gramofoonmuziek. 9.30 Geluk- wenschen. 9.45 Gramofoonmuziek. 12.Be richten. 12.15 Gramofoonmuziek. 12.30 Am- sterdamsch Salonorkest. 2.Gramofoonmu ziek. 3.45 Bijbellezing. 4.45 Nederlandseh Strijkkwartet. 6.— Gramofoonmuziek. 6.30 Vragenuur. 7.— Berichten. 7.15 Vragenuur. 7.45 „Onze Christelijke taak ten opzichte van de Wereldjamboree", dialoog. 8.Berichten A.N.P. Herhaling S.O.S.-berichten. 8.15 N. C. R. V.-orkest 9.Causerie over reclame. 9.30 Vervolg concert. (Om 10.— berichten A.N.P.) 10.3012.00 Gramofoonmuziek. Hierna Schriftlezing. DROITWICH 1500 M. 11.05 Orgelspel. 11.35 Gramofoonmuziek. 12.20 Militair orkest. 1.35 Cricketverslag. 1.50 Orgelconcert. 2.35 Causerie over „Lord Fisher". 2.50 Pianovoordracht. 3.20 Tennis- reportage. 4.50 Victoria Hotel-orkest. 5.20 Cricketverslag. 5.35 John Reynders' orkest. 6.20 Berichten. 6.40 ..Tricks of the Trade", causerie. 6.55 Orgelspel. 7.20 Cabaret-pro gramma. 8.05 Eric Siday en zijn „Whispering Violins". 8.20 Inleiding volgende uitzending. 8.25 Tweede acte van de opera „Falstaff". 9.10 Pianovoordracht. 9.20 Berichten. 9.40 Buitenlandsch overzicht. 9.55 BBC-Theater- orkest en solist. 11.— Declamatie. 11,20 Jack Jackson's Band. 11.50—12.20 Dansmuziek (gr.pl.) RADIO-PARIS 1648 M. 7.10 8.20 en 10.35 Gramofoonmuziek. 12.20 Porée-orkest. (Om 1.35 Zang). 2.20 Radio tooneel. 2.50 Gramofoonmuziek. 4.05 Piano voordracht. 5.20 Concert. 7.23 Zang. 7.35 Ra diotooneel. 8.05 Zang. 8.50 Gramofoonmuziek 9.05 Symphonieconcert m.m.v. solist. KEULEN 456 M. 6.50 Fr. Hauck's orkest. 8.50 Marine-orkest 9.50 Gramofoonmuziek. 12.20 Verzoekcon- cert. 1.35 Nedersaksisch Symphonie-orkest. 2.35 Gevarieerd concert.. 4.20 Orkestconcert. 5.40 Het Bielefelder Kinderkoor. 6.20 Volks- liederenconcert. 7.05 Erich Börschel's orkest en solisten. 8.30 Westduitsch weekoverzicht 9.20 Gramofoonmuziek. 10.5012.20 West duitsch Kamerorkest en solist. BRUSSEL 322 M. 12.20 Gramofoonmuziek. 12.50 Omroepdans- orkest. 1.30 Salonorkest. 1.50—2.20 Gramofoon muziek. 5.20 Salonorkest. 6.50 en 7.20 Gra mofoonmuziek. 8.20 Omroeporkest. 9.20 Sym phonieconcert m.mv.. solist. 11.00—11.20 Gra mofoonmuziek. BRUSSEL 484 M. 12.50 Orgelconcert. 12.20 Salonorkest. 1.30 Omroepdansorkest. 1.502.20 Gramofoonmu ziek. 5.20 Zangvoprdracht. 5.40 Gramofoonmu ziek. 8.20 Omroepsymphonie-orkest, -koor en solisten. 10.3011.20 Waals cabaret. DEUTSCHLANDSENDER 1571 M. 9.30 De Dresdener Phil harmonie en solis ten. 10.20 Berichten 10.50 Viool en piano. 11.05 Weerbericht. 11.20 Hans Joachim Fierke en Anton Goronzy met hun orkest en solisten. Gustaaf, en Arthur van Lange hadden het gemakkelijk zus en zoo moeten doen. dan was er geen vuiltje aan de lucht geweest. Wie zoo redeneert maakt een vertelling van De Bourbon licht belachelijk. Maar dat is niet de manier om litteraire kunst te genie ten. Men heeft de door een schrijver ge droomde mogelijkheden te aanvaarden en dan slechts te zien of zijn beelding saam- klinkt met zijn droom, zijn taal niet schrijnt op de suggesties die hij teweegbrengt. In de verhalen van De Bourbon is een gaafheid van vorm en gedachte, die uitzonderlijk is en tegelijk de uiterste breekbaarheid van dun Chineeseh porcelein bezit. Een fijn boekje voor wie op zijn tijd aan zijn nuchterheid vacantie weet te geven. In „De Ontmoeting" van Jos Panhuysen mist men dat uiterst breekbare, dat subtiele wat De Bourbon's vertelsels aannemelijk maakt. Maar ook hierin zijn aantrekkelijke qualiteiten, al zijn het weer andere. Een mi nister ontmoet op doorreis in de spoor- wachtkamer van zijn jeugdstadje een zon derlingen ouden heer, dien hij in zijn jeugd gekend heeft. Zij herkennen elkaar en door een enkelen naam dien de oude heer uitspreekt, ont brandt bij den minister een felle begeerte, alles uit zijn jeugd te doen herleven dooi den man wiens naam genoemd werd te gaan opzoeken. Die heeft namelijk in zijn vreemde jeugd een rol gespeeld en door hem zal hij ervaren wat er terecht gekomen is van vrou wen die hij heeft lief gehad en die nu plot seling weer sterk in zijn geest actief worden en zijn geheele zijn-van-vandaag. dat van den altijd bezigen minister van Financiën, den man van hooge positie, vader en heer van een voornaam gezin, met toovermacht achteruit dringen. De minister heeft nog een uur den tijd voor zijn trein vertrekt. Hij verzoekt den ouden heer op hem te wachten en iets te ge bruiken: hij zal binnen het uur terug zijn. In dat uur gaat de minister het stadje in en spreekt de menschen die hij zien wilde; nog sterker: doorleeft zijn jeugddaden en emoties met een groote intensiteit, een ge heel vergeten, verzonken, verleden wordt weer reëel en de belangrijkste ontdekking die hij doet is dat hij een zoon heeft uit dat verzonken verleden. De tragiek van het ge val van minister van Toor is misschien dat hij zoo fel het verleden herlevend tegelijker tijd moet ,gaan gevoelen, dat ihij op den dag van vandaag volmaakt onbelangrijk gewor den is, een schim, een schaduw, die even goed in de wachtkamer had kunnen blijven zitten. Als hij na een poosje aan het station arriveert, is de oude heer voor zijn rekening in beschonken toestand geraakt en brengt hii hem nog even naar zijn woning. Laten we hopen dat hij zijn trein nog heeft kunnen halen om naar zijn residentie terug te keeren. In zoo'n verhaal zit teveel reëele onwaar- schürdiikheid. die niet aannemelijk gemaakt wordt door den vorm der vertelling. Er zit zeer veel moois in en diepzinnigs, maar het komt tot den lezer op een vreemde wijze, die te overdacht is om dichterlijk en te opzettelijk onlogisch om reëel te kunnen zijn, Alleen.de onwaarschijnlijkheid is reëel in dit boek. Het doet soms aan de soort wijsheid denken die in de Twee Stuivers Opera op zulk een narrige drens aan den man gebracht wordt en wrang smaakt. Met dat al is „De Ontmoe ting" een bijzonder boekje en de schrijve! zonder twijfel geen alledaagsch talent. „Schaduwen" van Filip de Pillecijn ten slotte heb ik al geheel of gedeeltelijk in tijd- schriftvorm gelezen, Wat geen reden is het nu niet aan te bevelen bij onze lezers. Im mers van de drie kleine boeken die wij van daag bespreken, is het zonder twijfel het beste kunstwerk. Het is geheel in een vol maakt gave sfeer gehouden; in den bóuw zit geen enkele hiaat of stoplap het „geval" ontwikkelt zich volkomen harmonisch en men heeft bij De Pillecijn het rustige gevoel van zekerheid dat zün schrijf kundigheid met zijn emotionaliteit of artistieke gevoe ligheid in evenwicht zijn. ~In het kleine-stads dramatje dat „Schadu wen" heet. is het raadsel-wezen vrouw op in- nig-eenvoudige, toch dlepzinnig-klare wijze ten tooneel gevoerd. Daar is Leo, de jonge boekverkooper in de klein stad en zijn goede vriend en klant van over de vijftig. Zij mo gen elkaar gaarne en praten over de boe ken die Leo in zijn winkel heeft. Leo is een fijne schuchtere, 'jongen die van de vrouw nog geen weet heeft en ze in abstracto idea liseert. Daar komt wel eens een jonge weduw in zijn winkel die een boek koopt dat hij haar aanprijst en waarover ze later nog eens praten. Druk in zijn zaak heeft Leo het niet. Er gaat iets van vereering in hem groeien voor die zachte stem en die fijne handen en de oude vriend die haar nu en dan in den winkel zag staan bemerkt spoedig dat er met Leo iets aan het ontkiemen is. Maar ook hem zelf wordt die zachte stem een hem vervolgend idool hoewel hij zijn jongen vriend daarover niet spreekt. Maar Leo zal sterven zonder iets aan ziln bezoekster ge openbaard te hebben en die zal hem ook nooit begrepen hebben in zijn schuchterheid. De vijftiger zal later met haar over Leo pra ten en dan zal zii alleen maar een paar vriendelijke woorden over den doode zeg gen. Die heeft voor 2ijn ouderen vriend geen geheimen gehad en op zijn beurt laat deze zijn gevoelens nu vrij gaan en zoekt de ver wezenlijking van beider smachten. De jonge weduw trouw met Leo's vriend. Maar voor dezen blijft Leo als een schaduw voortbe staan en ook dat gaat buiten het zieleleven der vrouw om, die even zacht van stem en handen blijft. Als zij wederom weduwe ge worden is schrijft zij iets over'haar vijfjarig samenleven met dien ouderen man op en dan bli.jkt dat, wel doorzichtig maar afdoen de. De lezer ziet hier, in mijn simpel ver slag, hoe een burgerlijk alledaagsch zich ont plooien der dingen voor een kunstenaar als de Pillecijn aanleiding kan zijn tot een prachtig tot op den bodem doorvorschen van neigingen en gevoelens, in een toonaard die zuiver blijft klinken al is de melodie eenvou dig. Het is een prachtig boekje, dat een mooi vervolg is op den roman Hans van Malmedy dien ik hier in 1935 voor de lezers besprak.' Ook op dat. weer geRjk gestemde werk wil ik nog eens de aandacht vestigen. Men behoeft niet altijd naar het allernieuw ste te grijpen om iets moois te ontdekken en het mooie wordt vaak te vlug vergeten. J. H. DE BOIS. HANDELSKENNIS L. O. Voor het examen acte Handelskennis L.O. zijn geslaagd: H. J. van Egmond te Haar lem en F. R. Aschoff te Heemskerk. ORGELCONCERTEN IN HET NEDER- LANDSCH PAVILJOEN TE PARIJS. De jonge Haarlemsche organist Albert de Klerk, zoon van den heer Jos. de Klerk, is uitgenoodigd om gedurende de maand Augus tus het orgel te bespelen in het Nederlandseh paviljoen op de Parijsche wereldtentoonstel ling. De heer de Klerk heeft de uitnoodiging aanvaard en zal op Maandag 2 Augustus het eerste concert geven.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 10