W! AKKERTJES Zwarte kraai en huismusch niet beschermd. OP WEG NAAR CURACAO. VRIJDAG 27 AUGUSTUS 1927 HAAR GEM'S DAG BEAD 3 Kievitseieren mogen tot 20 April geraapt worden. Uilvoering van de Vogelwet 1936. Thans is verschenen het Vogelbesluit 1937, hetwelk strekt ter uitvoering van de Vogel- wet 1936. Niet tot de beschermde vogels in den zin van de Vogelwet behooren voor onbepaalden tijd de zwarte kraai en de huismusch. Voorts kan de minister van Economische Zaken bepalen, dat een of meer van de vol gende vogelsoorten, voor bepaalde tijdvakken (elk tijdvak ten hoogste 2 jaar), hetzij voor het geheele rijk, hetzij voor bepaalde gedeel ten daarvan, niet tot de beschermde vogels zullen behooren: schollevaar, blauwe reiger, sperwer, slechtvalk, mantelmeeuw, zilver meeuw, kokmeeuw, houtduif, bonte kraai, ek ster, Vlaamsche gaai en spreeuw. Dit zijn de z.g. voorwaardelijk onbeschermde vogels. Vogels voor de kooi zijn volgens het besluit: zwarte lijster, kauw, vink, putter, sijs, kneu, groenling en geelgors. Vogels voor de jacht zijn: havik, slechtvalk en klapekster. De raaptijd van kievitseieren vangt aan met ingang van 1 Februari en eindigt voor alle provinciën met ingang van 20 April. De raaptijd van eieren van meeuwvogels vangt aan met ingang van 1 April en eindigt met ingang van 15 Juni. Hij, aan wien een vergunning is verleend om beschermde vogels voor de kooi of voor de jacht te vangen, mag daarbij gebruik maken van vang- of treknetten, waarvan de vleugels een lengte hebben van niet meer dan tien me ter, gemeten van stijggaren tot stijggaren, en een breedte van niet meer dan twee meter, gemeten volgens de lengte der staven en waar van de mazen, gestrekt gemeten langs het koord van knoop tot naastliggende knoop, een lengte en een breedte hebben van niet min der dan 17 millimeter. Hem, aan wien een vergunning is verleend om beschermde vogels te vangen, anders dan voor de kooi of voor de -jacht, of te dooden, kan tevens worden vergund daarbij gebruik te maken van andere vangmiddelen uitgezon derd lokvogels, die geblind of verminkt zijn met dien verstande, dat ook vang- en treknet ten van andere dan bovengenoemde maten kunnen worden toegestaan. De Koningin bezoekt de tentoon stelling te Varsseveld. In den rook gestikt. Machinist van Engelsch schip om het leven gekomen. Woensdagavond keerde de 36-jarige derde machinist R. Boxburghwood uit Glasgow van het Engelsche s.s. „Antiope", dat in de Waal haven te Rotterdam ligt, tegen middernacht aan boord van zijn schip terug. De machinist heeft zich daarna spoedig ter ruste begeven en vermoedelijk nog een sigaret gerookt. Men neemt aan, dat de man, voordat de sigaret was opgerookt, in slaap is gevallen, waarna de brandende sigaret in het kooigoed is terechtgekomen. Dit heeft geen vlam gevat, maar is gaan smeulen, zoodat de hut in kor ten tijd geheel vol rook stond. Waarschijnlijk is de man onwel geworden. Hij is uit bed geko men en heeft nog getracht de deur te bereiken. Halverwege is hij echter in elkaar gezakt. Toen Donderdagmorgen na herhaald kloppen niet werd open gedaan, heeft het personeel zich toegang tot de hut verschaft. De levensgeesten van den man waren toen echter reeds geweken. GROOTE BOERDERIJBRAND. Donderdagochtend omstreeks elf uur ont stond, vermoedelijk door kortsluiting, brand in de groote boerderij van den heer G. Dewes, tevens bewoond door diens schoonzoon den heer K. Tiktak, aan het Nieuwediep te Bare- veld. De marechaussee was spoedig ter plaatse, doch doordat de brandspuit uit de gemeente Gieten een afstand van ongeveer 13 km. moest komen, was er weinig meer aan te doen. Het vuur greep zoo snel om zich heen, dat niets meer te redden viel en het geheele huis met schuren een prooi der vlammen werd. De schuren waren geheel gevuld met stroo en koren. Zoowel de boerderij als de inboedel was verzekerd. Publiek zeer enthousiast. H.M. de Koningin is Donderdagmiddag om half drie met haar gevolg te Varsseveld aan gekomen om een bezoek te brengen aan de landbouw- en nijverheidstentoonstelling „Lanijto". De burgemeester, de heer J. J. Boot, heeft Hare Majesteit op het perron verwelkomd. Voor het stationsgebouw stonden alle school kinderen van het dorp opgesteld, die het Wil helmus zongen. Aan den ingang van het tentoonstellings terrein werden Hare Majesteit bloemen aan geboden door het dochtertje van den bur gemeester en werd het bestuur van de „La nijto" aan Haar voorgesteld. Hierna maakte de Koningin, begeleid dooi den burgemeester en den voorzitter der „La nijto", den heer L. Levy, een rondgang langs de stands. Na de bezichtiging nam de Ko ningin op de eere-tribune plaats. Het pu bliek was zeer enthousiast en zong het Wil helmus. De geestdrift was zoo groot, dat de omrastering werd doorbroken, doch de poli tie had spoedig de aanwezigen weer in be dwang. Hierna werden de bekroonde paarden en koeien voorgeleid, terwijl de landelijke rij- vereeniging een défilé hield. Om half vijf vertrok de Koningin per trein naar Apeldoorn, nadat zij nog per auto een rit door het dorp had gemaakt. De Koningin te Hengelo. Bezoek aan de zoutindustrie. H.M. de Koningin heeft Donderdagochtend om tien voor twaalf komend met den gewo nen trein uit Apeldoorn, waaraan twee sa lonrijtuigen waren gekopneld, een kort be zoek gebracht aan Hengelo, ter bezichtiging van het nieuwe bedrijf der Koninklijke Ne derlandsche Zoutindustrie „K.NZ." Hare Majesteit werd op het bedrijf o.a. verwelkomd door den directeur, den heer ir. G. de Haas en door de beide gedelegeerde commissarissen, de heeren ir. mr. dr. H. J. D. van Lier uit Rotterdam en ir. A. van dei- Minnen uit Zwijndrecht. Hare Majesteit, die met klein gevolg was, toonde voor alle af deelingen zeer veel be langstelling. Tenslotte bezichtigde zij op het directie kantoor een expositie van de producten der K.N.Z. Toen het bekend werd. dat H.M. de Ko ningin in de stad was, schaarden zich overal groepjes belangstellenden lanes den weg, die haar hartelijk toejuichten. H.M vertrok om kwart voor een per extra-trein naar En schedé en vandaar naar de tentoonstelling te Varsseveld. Hoe kom ik van die hoofdpijn af? Wanneer Uw hoofdpijn (migraine) U over valt bij het opstaan, vóór of na den maal tijd, koop dan even bij Uw drogist of apotheker een doosje "AKKERTJES" Deze nieuwe vinding van Apotheker Dumont wordt overal en door iederen gebruiker geroemd om haar wonderlijke resultaten bij Hoofdpijn, Migraine, Kies- Sijn, Zenuwpijn, Kou, Influenza, Spierpijn, euralgische pijnen, Rheumatische pijnen. Het is niet noodig U te laten plagen door Uw pijn. Want bijna onmiddellijk zullen "AKKERTJES" U helpen en Uw pijnen snel tot bedaren brengen. Ook Gij zult opge togen zijn over de resultaten. Probeert zei Overal verkrijgbaar. Per 12 stuks 52 cent. Volgens recept van Apotheker Dumont (Adv. ingez. Med.) „Twee van zes' Zondagavondstilte in de Kerkstraat in Den Bosch, aldus meldt de Prov. N. Br, en 's Hert. Crt. Het portiek van het postkantoor rust uit van de beweeglijkheid der weeksche dagen. Wat licht van een lantaarn, schampt op de hermetisch-gesloten deur, de stoere pilaren, den tegelvloer, de hardsteenen trap pen, Langs het portiek schuifelen af en toe wat menschen, die wat wandelen in den herfstigen avond. Dan nadert tmefr luiden tred een buitenman met zondoorbrand gezicht, waarin een pijpje walmt. Hij stapt op de postzegelautomaat toe, in specteert hét kastje van boven tot onder, legt zijn hand hier en daar op wat nikkel en dan heeft hij het door. Het zwengeltje verdwijnt in zijn knoestige hand en met vin nig gebaar draait hij het eenige malen rond. Dan buigt hij zich en door de gleuf waarin de postzegels omlaag plegen te zijgen, althans wanneer aan de geldelijke eischen is voldaan, roept hij kortaf, maar gebiedend: „Twee van zés!" Het bakje blijft leeg. Weer zwengelt hij thans nog vinniger en direct daarop brult hij boosaardig „Ik zeg: twee van zés!" Nog steeds blijft het bakje leeg. Daarop volgt een mep tegen de automaat, en weer roept hij; „Twéé van zés!" Een jonge man is inmiddels achter den boer verschenen, en behulpzaam als een goed Bosschenaar pleegt te zijn, vraagt hij den teleurgestelde of hij hem misschien kan helpen. „Dè's goed", zegt de boer, „want ze luisteren nie daarbinnen". „Hoe zoo?" „Wel, ik schreeuw m'n eigen gek en ze geven niks". „Maar je moet ook niet schreeuwen! Lees maar wat er staat" „Lezen? Mensch, dè kan ik nie. Ik ben nie zoo geleerd!" „Geef mij maar het geld", zegt de jonge man, en in een oogwenk heeft hij „de twee van zes" in het bakje getooverd. ,,'t Is kazuweel!" zegt de dankbare boer, „ik docht bij m'n eigen Maar de .jonge man is al verdwenen. Een halve eeuw geleden Uil Haarlem's Dagblad van 1887 Auto door sneltrein gegrepen. Bestuurder op slag gedold. Donderdagmiddag ongeveer half een is op den onbewaakten overweg, aan den achter weg te Nootdorp een ernstig ongeluk ge beurd. Van de zijde van het dorp kwam een auto. die door den sneltrein gaande in de richting Den Haag, gegrepen werd. De auto werd vierhonderd meter meegesleurd, alvo rens de trein tot stilstand kwam. De eenige inzittende, de 22-jarige A. van Rossum uit Papendrecht, werd op slag gedood. Het uit zicht op den onbewaakten overweg ter plaat se is slecht. Politie was spoedig aanwezig. Na drie kwartier oponthoud kon de trein zijn reis voortzetten. MEISJE VERDRONKEN. Donderdagmiddag is de 23-jarige Neeltje van Middelkoop te Hei- en Boeikop in de na bij haar huis gelegen Wetering geraakt en verdronken. Het meisje schijnt bij het vaten wasschen aan den kant van het water te zijn uitgegleden. Men heeft nog geruimen tijd gepoogd door kunstmatige ademhaling' de levensgeesten op te wekken, doch dit mocht niet baten. LIJK GEVONDEN. Door schipper J. Otte van het motor-kust vaartuig „Zwerver" uit Bruinisse is. ter hoog te van Marken, het lijk gevonden van een naar schatting zestig-jarigen man. y Een bezoek aan Barbados en Trinidad. RANGEERDER ONDER TREIN. Donderdagmiddag te één uur is op het sta tion te Kruiningen-Ierseke de 45-jarige J. Nieuwdorp onder een rangeerenden trein ge komen. De rangeerder werd op slag gedood. De oorzaak van het ongeluk is nog onbekend. Het slachtoffer was gehuwd. Wielrijder tegen den grond geslagen. Door aanrander van zijn portefeuille beroofd. Toen de heer K. ten Cate Jzn.. wonende aan den Bovenstraatweg te Oldebroek, gis teravond den Laanzichtsweg per rijwiel pas seerde. werd hii aangevallen door een onbe kend persoon, die hem een klap tegen het hoofd gaf, waardoor hij vermoedelijk tegen een boom terecht kwam en bewusteloos raakte. Hii liep een buil aan het hoofd op. Toen hij weer tot bewustzijn kwam, bleek hij volgens zijn mededeelingen aan de politie, van zijn portefeuille, inhoudende f 215 te zijn beroofd. Onder leiding van den burgemeester van Oldebroek heeft, de politie in den afgeloo- pen nacht en vanmorgen een uitgebreid on derzoek. ingesteld, terwijl nog van een poli tiehond van elders werd gebruik gemaakt- Tot nu toe heeft het onderzoek nog geen enkel resultaat opgeleverd. UIT DE STAATSCOURANT. Bij K. B. van 20 Augustus 1937 zijn met in gang van 1 September 1937 in vasten dienst benoemd tot ingenieur der telegrafie en te lefonie ir. Barend van Dijl, ir. Willem Frede- rik Reeser. ir. Henri Cretien Felser, ir. Tjaarda de Cock Buning, allen thans ingenieur der telegrafie en telefonie op arbeidsovereenkomst. Bij K.B. van 23 Augustus 1937 is, ingaande 16 Augustus 1937. benoemd tot adjunct-com mies bij het hoofdbestuur der posterijen, tele grafie en telefonie J. C. Lokhorst, thans werk zaam op arbeidsovereenkomst bij genoemd hoofdbestuur. De tweede étappe. oensdag 14 Juli kwamen we in Fun- chal, de hoofdstad van het eiland Madeira, denzelfden avond ver trokken wij eenige uren later dan onze kapitein had vermoed en had gehoopt naar Barbados. De lange Oceaan-route, een gelegenheid bij uitnemendheid om zich aan het mijmeren over te geven. De kalme zee, het tropische zonnetje, de luie stoelen werken alle daartoe mede. Een mensch zou er vadsig onder worden, ware het niet, dat de purser een commissie in het leven wist te roepen tot organisatie van verschillende sportwedstrijden, welke commissie zich voor treffelijk van haar taak heeft gekweten en ons gedurende enkele dagen nuttig heeft bezig gehouden. De prijsuitreiking had plaats op Dinsdag 21 Juli na „captain's dinner". Zoo waren de zeven dagen ten einde, voordat men zich daarvan ben volle rekenschap had kun nen geven. Woensdags omstreeks zes uur in den namiddag doken de kustlijnen op van het eiland Barbados. Maatregelen werden ge troffen om het laden en lossen zoo vlot mo gelijk te doen verloopen. In een breeden cir kel werd om het eiland heen gevaren in de richting van Bridgetown, de hoofdstad. Het was reeds donker, toen wij per motorboot landwaarts trokken. Barbados en Bridgetown. Het eiland Barbados is ongeveer zoo groot als 't bekende Engelsche eiland Wight en is, vooral in onze wintermaanden, een uit verkoren vacantieoord. Het is het meest Oostelijke punt der W. Indische eilanden groep én telt ongeveer 168.000 inwoners, waarvan er in de hoofdstad Bridgetown circa 14.000 wonen. Portugeesche zeevaarders gebruikten het eiland in de middeleeuwen op hun tochten naar Brazilië als welkom tusschenstation voor het innemen van hout en water. Volgens de overlevering moet een hunner Pedro a Campos aan dit eiland den naam Las Barba- das gegeven hebben. Sedert 1605 is Barbadas Engelsch bezit. In dat jaar landde er de be manning van de „Olive Blossom", op weg zijnde naar Suriname, plaatste er een houten kruis en nam het eiland in bezit voor den Engelschen Koning. Barbados is omgeven door koraal-eilanden en mist het werkelijk tropisch aspect van de andere W. Indische eilanden. Een goed wegennet maakt het mogelijk het grootste gedeelte van het eiland te doorkruisen. Bij die omzwervingen doet veel herinneren aan de beteekenisvolle plaats, welke de suiker cultuur op dit eiland inneemt. De windmo lens persen er het suikerriet, de schoorstee- nen vormen de aanwijzing van het meer fa briekmatige gedeelte van het suikerbedrijf. Naast suiker vormen rum, melasse, kerosine en gasoline benevens katoen de belangrijk ste voortbrengselen van het eiland. Het kli maat is gunstig. Ofschoon liggend in de tro pen wordt veel profijt ondervonden van koele winden. Evenals op Madeira heeft ook Barbados het noodige gedaan om den tourist bezig te houden, doch eerstgenoemd eiland biedt van nature veel meer dan laatstge noemd. Het primitieve aardewerk van Barbados, afkomstig uit het stadje Bathsheba, is meer eigenaardig dan wel mooi. Een geliefkoosd gerecht is de z.g. vliegende visch; die in de omgeving van Barbados in groote zwermen voorkomen, doch die wij ook dagen vooraf reeds op volle zee konden waarnemen. Ge woonlijk wordt deze visch gebakken gegeten en doet denken aan onze bokking. De aankomst in de zeer kleine havenkom van Bridgetown levert het bekende beeld. Op de kade wordt de tourist ook hier opgewacht door een menigte behulpzame lieden. We be ginnen onze wandeling door een ruime douaneloods, waar niemand zich iets van ons aantrekt. Daarna heeft een ware bestorming- plaats. Een aapjeskoetsier laat een snerpend geluid voortkomen uit een bescheiden toeter (precies als in Dakar) en noodigt ons langs dezen weinig melodieuzen weg uit in zijn vehikel plaats te nemen. Van voren en van achteren klampen negers ons aan en trach ten ons te bewegen een auto te benutten. Ja, het gaat zelfs zoo ver, dat een tweetal leege taxi's (overigens zeer comfortabel) naast ons komen rijden en ons begeleiden, terwijl de chauffeurs om beurten hun* vervoermiddel aanprijzen. Men moet zich m.i. van al dat gedoe niets aantrekken. Laat men zich ver leiden en begint men te.onderhandelen, dan is het aantal gegadigden plotseling veel grooter. Het stadje zelf is klein. De hoofdstraat heeft eenige moderne winkels, het plaveisel voldoet aan redelijke eischen, het aantal ver keersagenten zou waarschijnlijk belangrijk ingekrompen kunnen worden. Ook hier heeft de Bombayer zijn intrede gedaan en zijn win kel komt overeen met de toko, die in ons Indië zoo veelvuldig voorkomt. Moderne vil lawijken liggen als een gordel om de binnen stad. Verderaf zijn prachtige badgelegenhe- den te vinden. Op onze terugreis naar de Costa Rica wordt onze motorsloep voor een belangrijk gedeelte ingenomen door een groote groep jeugdige cricketers, die met ons zullen samenreizen tot Trinidad. Het is een vroolijk gezelschap, in keurige donkerblauwe jasjes gestoken en met stroohoeden. In den nacht van Woensdag op Donder dag (2122 Juli) wordt er aan boord door gewerkt. Druk gesticuleerende negers zijn aan het laden en lossen. Vaatjes met zout, kisten met blikjes sardines, aardappelen en uien worden uit de diepe laadruimen in lich ters overgebracht, om zoo meteen naar Bar bados te vertrekken. Donderdag, 's morgens vroeg, om zes uur, wordt de reis voortgezet. Reeds in den loop van den ochtend wordt hier en daar land ontdekt en tegen 5 uur in den middag ligt de heuvelachtige, door de zon beschenen kust van Trinidad voor ons. De zee is er woelig, het water niet meer zoo helder door de groote slibmassa's, welke de breede armen der Ori noco in zee uitstorten. Uiterst sierlijke zwart- gekleurde vogels zeilen boven de oerwouden. In de verte ligt op de reede een Engelsch oorlogsschip in verband met de stakingson lusten op Trinidad. Het schouwspel blijft onvergelijkelijk mooi. 's Avonds om 8 uur ligt de Costa Rica verankerd. Wij krijgen de ge legenheid tweemaal aan wal te gaan, voordat wij naar Venezuela zullen vertrekken, In een motorboot varen wij gedurende twintig mi nuten naar Port of Spain. Trinidad en Port of Spain. nprinidad ligt 10 graden benoorden den -1- Evenaar, op den weg tusschen New York en Brazilië. Het is van Venezuela gescheiden door de Golf van Paria en de nauwe Bocas' kanalen en behoort feitelijk tot Zuid-Ame- rika, waarmede het vroeger ook vei'bonden was. Het is het meest zuidelijke eiland van dc West-Indische groep en werd op 31 Juli 1498 door Colombus ontdekt en staat sedert 1797 onder Engelsch bewind. De bevolking telt circa 390.000 zielen, waarvan er ongeveer 72.000 in de hoofdstad Port of Spain wonen. Het eiland is heuvelachtig, de bodem is over het algemeen vruchtbaar, het klimaat is tro pisch. De droge tijd valt tusschen Januari en Mei, de regenperiode tusschen Juni en December. Vooral tusschen December en April wordt Trinidad door touristen bezocht. Naast agrarische- levert het eiland ook mine rale producten. Tot de eerste groep behoo ren: cacao, suiker, cocosnoten, koffie, citrus- sen enz., tot dè tweede groep: petroleum en asphalt. In de latere jaren is de cultuur van bananen en grape fruits sterk uitgebreid en- hebben o.a. veertiendaagsche verschepingen naar Engeland plaats. Het eiland is overi gens niet gemakkelijk per schip te bereiken Deze blijven ver uit de kust vóór de hoofd stad op de reede ankeren. Er zijn plannen in uitvoering voor het aanleggen van een haven, waarvan de kosten op 1 millioen worden geschat. De vruchtbaarheid van den bodem is oorzaak, dat de plantengroei uiterst weelderig is. De hoofdstad van het eiland Port of Spain is een goed ontwikkeld cen trum. Voor touristen is de binnenstad be trekkelijk weinig interessant. Het standbeeld van Columbus doet er terugdenken aan lang vervlogen jaren, aan de periode van het Spaansche bewind, aan het zoeken naar het mystieke land. Aan de tocht van Sir Walter Raleigh, die de oude hoofdstad van het eiland St. Joseph liet verbranden en zijn schepen liet vullen met materiaal uit het we reldberoemde meer bij La Brea. Het Spaan sche bewind heeft weinig voordeel gebracht. Daarin kwam een radicale wijziging toen de Engelschen onder Abercromby en Harvey het eiland veroverden. De eerste Engelsche Gou verneur was Picton die later sneuvelde in den slag bij Waterloo. Met een tiental landgenooten trokken wij dan per motorboot naar den vasten wal. Dp volle maan verlichtte het water. In de verte liggen Hollandsche baggermolens voor den havenbouw bij Port of Spain, we varen op korten afstand langs den Nederlandschen onderzeeër, de O 12 en in ons vervoerimddel doet een Nederlandsche machine-installa tie ons voortbewegen. Een fijn gevoel deze triologie, zoo ver van honk. En weldra slen teren we door Port of Spain. De volle maan is oorzaak, dat de stadsverlichting niet ont stoken is. Maar welk een verschil met Brid getown. Flinke winkels, enkele bioscopen, een druk autoverkeer, goed geasphalteerde straten, een flink hotel tegenover de z.g. Sa vannah, met ruim opgezette sportterreinen. En via de typische nacht-markt, welke in enkele straten wordt gehouden, trekken we met het laatste avondbootje van half twaalf uur terug naar de Costa Rica. Het is Vrijdag 23 Juli, 's morgens om half zes reveille voor hen, die een der touristen- autoritten over het eiland zullen maken. Wij brachten een bezoek aan den prachtigen bo- tanischen tuin, die mij deed terugdenken aan onze wandelingen door 's lands Plantentuin te Buitenzorg en de botanische tuinen van Rio de Janeiro, Dakar en Philadelphia. Hier in Port of Spain staat in dezen tuin de resi dentie van den Gouverneur van Trinidad. Per auto slingerden wij omhoog naar Lady Chan cellor's Hill vanwaar men een prachtig ge zicht heeft over de stad en de zee, maar het neusje van de zalm vormt de rondrit: Round the Saddle, Dan heeft men eerst recht gele genheid den weelderigen plantengroei van Tri nidad te leer en kennen. Dikke bamboe, het suikerciet in de lager gelegen gedeelten, ca caoplantages en koffiestruiken het ziet er hier en daar een beetje onverzorgd uit rubber, van tijd tot tijd de nootmuskaat, de kokospalmen en de bananen, wat wil men nog meer. Het was een onvergetelijke tocht, die misschien nog iets mooier had kunnen zijn, indien op dat oogenblik de bloemen pracht, welke wij op Madeira zagen, ook op Trinidad te vinden zou zijn geweest. Maar we trokken hoogst voldaan boot-waarts om Vrijdagmiddag onze reis voort te zetten. MOLLERUS. 27 Augustus: Bij kabinetsschrijven van 18 dezer, heeft Z. M. de Koning den hoogleeraar J. A. Alberdingk Thijm, te Amsterdam, opgedragen de Regeering te vertegen woordigen op het 20ste Nederlandsche Taal -en Letterkundig Congres, dat van 1417 September e.k. te Amsterdam zal gehouden worden. Het aanstaande vertrek van de mijnenvegers naar Indië. Officieren beëedigd. Donderdagmiddag zijn op het terrein van Harer Majesteits wachtschip „Noord-Bra bant" voor het front van de troepen door den ondercommandant van de marine in Zeeland, kapt. ter zee H. J. van der Stad, beëedigd de nieuw benoemde officieren D. W. baron van Lijnden, W. P. Jansen, M. J. H. Gregory en J. H. baron Mackay, welke officieren zijn be stemd voor de divisie mijnenvegers, bestaande uit de „Jan van Amstel", „Pieter dé Bitter", „Abraham Crijnssen", en „Eland Dubois", welke Maandag a.s. van Vlissingen naar Ned.- Oost Indië zullen vertrekken. Na de beëediging heeft kapt. v. d. Stad de jonge officieren toegesproken en hun gewe zen op de ernst van dit oogenblik. Baron van Lynden mocht tevens uit de handen van den kapitein een gouden horloge ontvangen, uitgeloofd door den minister van defensie als belooning voor buitengewone be kwaamheid en gehoorzaamheid. Nadat ka pitein van der Stad ook de ouders en naaste familieleden had gelukgewenscht, eindigde hij met een driewerf „hoezee" voor H.M. de Koningin. Nadat het Wilhelmus was gespeeld, defi leerden de matrozen van de opleiding voor den ondercommandant en voor de nieuw be noemde officieren, waarna deze voor Vlis singen zoo zelden voorkomende plechtigheid was geëindigd. VERGEMAKKELIJKING VAN HET VERKEER. De vele toeristen, jongeren en oude ren, die dit jaar per fiets naar de Parij- sche tentoonstelling of naar een ander ge deelte van Frankrijk gaan, hadden tot nu toe daarvoor een triptiek voor Frankrijk noodig, waarmee hun bescheiden reisbudget nogal zwaar belast werd. Het zal hun genoegen doen, te vernemen, dat de A.N.W.B. thans in de gelegenheid is, hun een speciaal document te verstrekken, geldig voor één reis en gedurende één maand, dat aan A.N.W.B.-leden gratis kan worden verstrekt, aan anderen tegen een minimale vergoeding (f 0.50.) Aangezien voor den doortocht door België geen enkele formaliteit voor de fiets is te vervullen en geen enkele kaart of lidmaat schap noodig is, worden de wielrijders thans dus wel in de gelegenheid gesteld, op zeer gemakkelijke wijze hun vacantietocht naar België en Frankrijk te maken De Posterijen en de Jamboree. Hoe druk het was. In het laatstverschenen nummer van „P.T.T.-Nieuws" lezen we de volgende bijzon derheden over het P.T.T.-kantoor op de Jam boree: Manden en zakken vol correspondentie uit de kampbrievenbussen werden om de twee uur op de sorteertafels van het Jamboreekan toor uitgestort: ontelbare bundels „Jambo ree-Vogelenzang" met postauto's uit Haar lem aangebracht, werden hier eerst op na tionaliteit en daarna op sub-kamp gesor teerd. Van 's morgens 8 tot 's avonds 20 uur, of zooveel later als noodig was, waren twee hulpkrachten onafgebroken bezig de tien duizenden stuks correspondentie te voorzien van den specialen stempelafdruk „Bloemen- daal-Vogelenzarig Wereld-Jamboree". Statistieken van de vorige Wereld-Jambo ree hebben aangetoond, dat er dagelijks wel 30.000 stukken verwerkt zouden moeten worden, doch dit aantal werd hier gedurende de eerste dagen reeds aanmerkelijk over schreden. Op den openingsdag bedroeg het ruim 42.000 en op den volgenden dag zelfs 63.000, waarvan 55.000 verzonden en 8000 ont vangen. De bestelling in het kamp geschiedde drie maal per dag, n.l. om 7, 12 en 17 uur. De post werd aan de sub-kampen (mét het voor trekkerskamp mede tien in getal) afgegeven en daar door de padvinders gedistribueerd. Elk sub-kamp had 'n eigen (post-)brieven bus, terwijl menig contingent de correspon dentie vooraf verzamelde in een groepsbus. Ook had elk sub-kamp een speciale telefoon tent, welke aansluitingen des nachts waren doorverbonden met het hoofdkwartier. Bo vendien bevonden zich in de persafdeeling en op verschillende punten van het terrein tele fooncellen met automatische incasseerinrich tingen en niet te vergeten eenige postzegel automaten. Werd aanvankelijk gedacht, dat hiervan weinig gebruik zou worden gemaakt, omdat ze geen Jamboreezegels verschaften, de praktijk was anders. Op één dag werden alleen uit de V/z ets. automaat naast 't P, T. T -kantoor 3000 ze gels verkocht! Nieuwe centen gevraagd! Er was een besteller, die den geheelen dag bijna niet anders deed dan automaten vullen en wat het geld betreft ledigen. Hij werd steeds gevolgd door troepjes Amerika nen. die dol waren op.... nieuwe centen! Vóór de loketten van het ruime, lichte P.T.T.-gebouwtje was 't heel den dag door één kluwen van j ad vinders, die in alle talen of met gebaren en aanwijzen postzegels, geïl lustreerde briefkaarten, enz. verlangden en er hun verdere postzaken afdeden. Velen kochten van alle bestaande zegels één of meer exemplaren en maakten van hun brie ven ware staalkaarten. Het spreekt vanzelf, dat de loketambtenaren (zij spraken behalve Fransch, Duitsch en Engelsch ook Esperan to) hier de handen meer dan vol hadden. On afgebroken schoof de stroom van koopers voort en op de spitsuren, zoo tegen tweeën en na afloop der voorstellingen in arena cn theater, was de drukte hier inderdaad over weldigend. Maarde ambtenaren hiel den het!

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 3