Voorstellen tot versterking der
defensie ingediend.
-Op 19 October-
Vijf tien jarenplan voor de wegen.
V R IJ D A G 24 SEPTEMBER 1937
HASREEM'S D A G BE'AB
3
Afschaffing van broederdienst en loting.
Jaarlijksch contingent van 32.000 man zal 11 maan
den moeten dienen.
e reeds sinds langen tijd aangekondigde wijziging van de
Dienstplichtwet is thans, in een wetsontwerp belichaamd,
bij de Tweede Kamer ingediend. Het ontwerp bevat ingrij
pende wijzigingen betreffende de sterkte van het jaarlijksche con
tingent en den duur van den eersten oefeningtijd van onbereden
dienstplichtigen. Deze wijzigingen zijn
bat jarlijksclie contingent, dat thans 19.500 man
bedraagt, wordt gebracht op 32.000 man;
b. de eerste oefeningstijd voor onbereden dienstplichti
gen wordt van vijf en een halve maand tot elf maan
den verlengd.
Als gevolg van een en ander is het onmogelijk den broederdienst te
handhaven. Voorgesteld wordt dan ook dezen te laten vervallen.
Hetzelfde lot wil de Regeering de loting laten ondergaan, om deze
later te vervangen door b.v. schifting naar geschiktheid.
De kosten van deze maatregelen bedragen 17.512.000 jaarlijks,
waarvan ƒ5 millioen voor uitbreiding van het beroepspersoneel,
terwijl tevens nog een bedrag van ƒ22.000.000 noodig zal zijn voor
kazerneering.
De regeering acht opvoering van de personeelssterkte
der weermacht zóó urgentdat zij deze wijzigingen reeds
voor de lichting 1938 wil doen ingaan.
Internationale ontwikkeling noopt tot
uitbreiding
rET is iai den loop der latere jaren, als
gevolg van de ontwikkeling van het
la-ijgswezen, vooral in technisch op-
zicht, onvermijdelijk gebleken uit
breiding te geven aan de oorlogssamenstelling
van tal van wapens en diensten. Een en ander
heeft er toe geleid, dat het jaarlijksch contin
gent van 19.500 man (waarvan 1000 man voor
de zeemacht) bij lange na niet toereikend is
om Zelfs met gebruikmaking van het uit
zonderlijke hooge getal van 15 lichtingen, het
welk thans wordt gebezigd om de strijdmacht
op voet van oorlog te brengen in de behoefte
aan geoefenden van de gemobiliseerde weer
macht in haar huidige samenstelling te voor
zien. Dit heeft o.m. ten gevolge gehad, dat de
mankracht der compagnieën infanterie met
ongeveer 1/4 deel van de sterkte is moeten
worden verminderd, om althans de ernstige
tekorten, welke onvermijdelijk uitbreidingen
van de oorlogsorganisatie van andere on der -
deelen van de weermacht waren ontstaan, op
te heffen.
Voorts dient te wordt voorzien in de
behoeften aan personeel, zoowel voor
uitbreiding van bestaande legeronder-
deelen als voor nieuwe onderdeelen,
waarmede de oorlogsorganisatiën
moeten worden aangevuld. Dit betreft
in de eerste plaats de luchtstrijd
krachten, de artillerie, de pioniers en
de lichte troepen, omdat de organisa-
tiën vooral in dit opzicht niet meer
beantwoorden aan de eischen, welke
aan een weermacht, die op de hoogte
van den tijd dient te zijn, moeten
worden gesteld. Het voor deze uitbrei
dingen vereischte materiaal is of
wordt ten laste van het defensiefonds
of van den kapitaaldienst aangeschaft.
De vermeerdering van het contingent zal
moeten bedragen:
a. Voor opheffing van de bestaande tekor
ten, waaronder begrepen het wederom op het
oorspronkelijk peil brengen van de mankracht
der infanteriecompagnieën rond 4.800 man;
b. voor de behoefte aan personeel voor het
herzien en uitbreiden van de oorlogsorgani
satie, in de eerste plaats luchtstrijdkrachten,
artillerie, pioniers en lichte troepen rond 3.200
man;
e. Voor een snellere voorziening dan nor
maal het geval zou zijn, in de behoefte, onder
b. bedoeld rond 4.600 man, totaal 12.600 man.
De verhooging van de lichtings
sterkte tot 32.000 man zal mettertijd,
als de reorganisatie haar beslag zal
hebben gekregen, de gelegenheid
scheppen nog tot een ander doel te
geraken en wel tot vermindering van
het getal lichtingen, waaruit moet
worden geput om de landmacht op
voet van oorlog te brengen, en der
halve tot verjonging van het bii een
mogelijke mobilisatie te velde gaan
de gedeelte der strijdmacht met alle
daaraan verbonden voordeelen: betere
geoefendheid, grootere bestandheid
tegen vermoeienissen, vermindering
van persoonlijke lasten op hooger
leeftijd.
Het ligt voor de hand, dat zoowel de con-
tingentsverhooging als de hierna te bespre
ken verlenging van den oefentijd mede zal
bijdragen tot vermindering van het getal
werkloozen.
Broederdienst.
Indien de thans in de dienstplichtwet ver
melde lichtingsterkte van 19.500 man zal
plaatsmaken voor een sterkte van 32.000 man,
zal de vrijstelling wegens broederdienst niet
gehandhaafd kunnen worden.
Als men in aanmerking neemt, dat voor de
lichting 1938 iets minder dan 72.000 personen
zijn ingeschreven en dat het afkeurings
percentage de laatste jaren ruim 40 bedraagt,
kan het getal geschikte personen op niet
meer dan 43.000 worden geschat. Bii een der-
gelijken toestand is er geen ruimte meer
voor een instituut als de vrijstelling wegens
broederdienst.
Loting.
TJt e regeering heeft gemeend thans de vraag,
of er geen goede middelen .zouden zijn te
vinden om tot afschaffing van de loting te
geraken met behoud van een vast contingent,
wederom aan een onderzoek te moeten onder
werpen en aan den uitslag van dit onderzoek
ontleent zij vrijheid om voor te stellen de be
palingen omtrent de loting uit de wet te doen
vervallen. Zij stelt zich voor, dat verschillen
de middelen zullen kunnen dienen om het
overschot dat er na het afvallen door afkeu
ring nog aan beschikbare mannen bestaat,
als het ware weg te werken. Voorop staat
hierbij het laten uitvallen van de minst-ge-
schikten. Gedoeld wordt hier niet op onge-
schikten, doch op personen, die, ofschoon
gesehikt, een lageren geschiktheidsgraad be
zitten dan anderen.
Van de grootte van het overschot zal af
hangen, of dit middel toereikend zal zijn.
Mocht dit niet het geval zijn, dat zal tot toe
passing van nog andere middelen kunnen
worden overgegaan, tot het vrijlaten b.v. van
leden van gezinnen, waarvan reeds 2 of 3 per
sonen hebben gediend (neerkomende op een
beperkte vrijstelling wegens broederdienst)
en leden van groote gezinnen.
Dit alles ware bij algemeenen maatregel
van bestuur te regelen.
Eerste oefening.
inj e geoefendheid der onbereden dienst-
plichtigen en dit geldt, zooals bij de
in September 1936 gehouden legeroefenin-
gen wederom afdoende aan den dag is ge
treden. in de eerste plaats voor de dienst
plichtigen van het hoofdwapen: de infanterie
laat, hoewel met den beschikbaren oefen
tijd gewoekerd wordt, in belangrijke mate te
wenschen over.
Hoewel, ten einde de bediening der bijzon
dere wapenen en technische hulpmiddelen
naar behooren te verzekeren, is overgegaan
tot een vergaande specialiseering bij de op
leiding, in dier voege, dat een bepaald aantal
dienstplichtigen tot tirailleur, een ander aan
tal tot zware-mitraillist, weder een ander
aantal tot mortierist en nog een ander aantal
tot verbindingsman wordt opgeleid, blijft het
toch in de eerste plaats noodig, aan alle
dienstplichtigen naast de bijzondere oplei
ding de algemeene militaire opleiding te ge
ven, welke den man tot een gedisciplineerd
soldaat vormt en hem die zaken leert, die
iedere dienstplichtige aan het einde van zijn
eerste oefening grondig moet kennen, waar
onder b.v. de zooveel tijd vorderende oplei
ding tot geweer- of karabijnschutter.
Aangezien vele lichtingen benoodigd zijn
om de strijdmacht op voet van oorlog te bren
gen, moet de soldaat bij het einde der eerste
oefening een zoodanige geoefendheid hebben
verkregen, dat hij niet alleen de hem op het
gevechtsveld wachtende taak volkomen be-
heerscht, doch ook de verworven kennis en
bekwaamheid gedurende een groot aantal ja
ren. waarin slechts drie korte herhalings
oefeningen, behoudt.
Voorts brengt de omstandigheid, dat bij de
gemobiliseerde strijdmacht, in het bijzonder
bij de lagere onderdeelen, de leiding zal be
rusten bij de reserve-officieren, de noodzake
lijkheid mede om dezen officieren in vredes
tijd ruimschoots gelegenheid te geven prac-
tischen dienst in den troep te verrichten.
Op grond van al hetgeen hierboven is uit
een gezet, is de regeering na rijp beraad en na
de verschillende hierbij betrokken belangen
nauwgezet tegen elkander te hebben afgewo
gen, tot de overtuiging gekomen, dat de duur
der eerste oefening voor de onberedenen moet
worden verlengd tot 11 maanden.
Zij heeft gemeend met een eerste oefening
van 11 maanden te mogen en te moeten vol
staan en geen eerste oefening van 12 maan
den te moeten voorstellen, zooals in de
meeste Europeesche rijken is ingevoerd. Een
oefentijd van 12 maanden heeft nl. een na
deel en wel dit, dat, aangezien de kazernes
dan gedurende het geheele jaar ten volle be
zet zijn. voor de legering van de voor her
halingsoefeningen in werkelijken dienst ko
mende dienstplichtigen bijzondere maatrege
len genomen moeten worden, waarvan de
kosten vrij aanzienlijk zijn.
Naast de behoefte om den duur der
eerste oefening te verlengen ter ver
hooging van de geoefendheid dei-
dienstplichtigen staat de noodzake
lijkheid, een einde te maken aan den
toestand, dat het grootste gedeelte
van het jaar niet over zelfs ook
maar eenigermate geoefende troepen
wordt beschikt. In dezen toestand
mag in verband met de intematio-
naal-politieke verhoudingen niet lan
ger worden berust.
De groote vredessterkte der legers van de
ons land omringende rijken en de mogelijk
heid, welke de tegenwoordige middelen van
versneld vervoer bieden om een plotselinge,
krachtige overvalling te ondernemen, nopen
ook ons land afgezien van de reeds ge
nomen maatregelen om in tijden van span
ning bepaalde deelen der weermacht met de
grootste snelheid op voet van oorlog te bren
gen ten behoeve van de grensbewaking
steeds een troepenmacht in werkelijken
dienst te hebben van zoodanige sterkte en
zoodanig peil van geoefendheid, dat hier
mede ook in vollen vredestijd aan verras
sende aanslagen aanvankelijk het hoofd kan
worden geboden en dat zij tevens de onont
beerlijke kern kan vormen van de in tijden
van ernstige spanning op te roepen grens-
beveiligingstroepen.
De regeering -zou het zeer gewenscht heb
ben geacht, indien zoodanige maatregelen
hadden kunnen worden getroffen, dat ook
de geoefendheid van de dienstplichtigen, be
hoor ende tot reeds met groot verlof zijnde
lichtingen, op een hooger peil werd ge
bracht. Het behoeft echter geen betoog, dat
zoodanige maatregelen, op grond van de
kosten, welke het gevolg zouden zijn van de
alsdan noodzakelijke aanmerkelijke uit
breiding van het beroepspersoneel en van de
beschikbare legeringsruimte, niet wel uit
voerbaar zijn, nog afgescheiden van de be
zwaren om hen, die de eerste oefening heb
ben volbracht, ten tweeden male voor eenige
maanden uit hun burgerwerking te rukken.
Het wetsontwerp geeft tevens aan
de Kroon de bevoegdheid na aanne
ming er van het contingent van de
lichting 1938 tot het nieuwe aantal
van 32.000 op te voeren, de tot bui
tengewoon dienstplichtige personen
nader tot gewoon dienstplichtigen
te bestemmen en voor zoover noo
dig reeds verleende vrijstellingen
wegens broederdienst te doen ver
vallen.
De wet zal in werking treden op
een .nader door de Kroon te bepalen
datum.
Grondwefsherziening
in de Kamer.
De Tweede Kamer zal op Dinsdag 5
October een aanvang maken met de
behandeling in de a-fdeelingen van de
verschillende begrootingsontwerpen en
een groot aantal andere wetsontwer
pen.
Voorts is de Kamer tegen Dinsdag 19
October des middags 1 uur in openbare
vergadering bijeengeroepen. De agenda
voor deze vergadering vermeldt als eer
ste punt de wetsontwerpen inzake de
Grondwetsherziening.
Arbeider bij zandinstorting ernstig
gewond.
Gat was veel te steil gegraven.
Bij het graven van zand en grind
onder Bergsham is Donderdagmiddag-
door een onverwachtsche instorting de
arbeider A. D. uit Kootwijkerbroek,
onder de vallende massa gekomen,
waardoor hij zware inwendige kneu
zingen heeft opgeloopen.
Werkzaamheden aan de rijwielpaden in deze
omgeving, welke onder toezicht staan van de
Heide Maatschappij, en in werkverschaffing
worden uitgevoerd, maken het noodig uit een
diep gat zand en grind te graven. Hiermede
was de arbeider D. bezig, toen de grond eens
klaps begon te werken. Voor hij er op bedacht
kon zijn, was de man reeds onder het zand be
dolven. Gelukkig bleef hij juist met den mond
vrij. zoodat hij niet stikte. Doordat het gat
veel te steil was uitgegraven, kon slechts
langzaam aan de bevrijding van het slacht
offer worden gewerkt. Eerst na ongeveer een
uur was de man vrij. Dokter Bos uit Garderen
constateerde ernstige inwendige kneuzingen
en verbloedingen.
De politie heeft aanstonds een uitgebreid
onderzoek ingesteld waaruit reeds thans is
komen vast te staan, dat de opzichter van de
Heide Maatschappij te roekeloos heeft laten
graven. Tegen hem is proces verbaal opge
maakt. Het verder graven is door den burge
meester van Bameveld, onder welke gemeente
Garderen ressorteert, verboden.
IR. DE KOK TE JOHANNESBURG.
De heeren ir. De Kok en Schmidt Crans zijn
Donderdag in Johannesburg aangekomen. De
vliegers hadden prachtig, koel weer.
Heden hoopten zij in Kaapstad te arriveeren.
Kosten op f245 millioen geraamd.
In 1938 zal voor f 26 millioen
worden verwerkt.
Aan de toelichting op de begrooting van het
Verkeersfonds wordt het volgende ontleend:
De uitkeering is van f 24.218.785 gebracht
op f32.086.096, een verhooging dus met
f7.867.311. Oorzaak hiervan is de omstandig
heid, dat de uitgaven van de afdeelingen
spoorwegen, tramwegen, waterwegen, scheep
vaart, landwegen en luchtvaart hooger zijn
geraamd dan voor 1937, waartegenover alleen
de af deeling- overige uitgaven lager kon wor
den geraamd. Dientengevolge bedraagt het
eindcijfer der totale uitgaven-op den gewonen
dienst f67.020.459 tegenover f62.433.498 in
i937.
Op de Verkeersfondsbegrooting van 1937
werd een belangrijk bedrag boven het in de
wet tot instelling van een verkeersfonds vast
gesteld minumum aangevraagd met het doel
den wegenbouw krachtig en stelselmatig
voort te zetten. Na indiening van die begroo
ting is om op den ingeslagen weg voort te
gaan een onderzoek ingesteld, naar hetgeen
te rekenen van 1 Januari 1937 nog voor ver
betering en afwerking van het rijkswegennet
moet geschieden. Nadat vaststond, dat uit de
voorgenomen herziening van het rijkswegen-
plan 1932 geen wijzigingen van zoodanig in
grijpenden aard zouden voortspruiten, dat
daarin een beletsel voor het maken van plan
nen over langen termijn kon liggen, is aan de
hand van de gegevens, die dat onderzoek op
leverde, een werkprogramma voor den ver
deren wegenbouw ontworpen.
Dit werkprogramma, dat voltooiing
van het rijkswegennet in 15 jaar dus
eind 1952 beoogt, is ter beoordeeling
gezonden aan de commissie van over
leg voor de wegen en de centrale
commissie van advies en bijstand voor
't verkeersfonds. Bij de samenstelling
van het werkprogramma is een der
leidende gedachten geweest om de
uitvoering van den bouw zoodanig te
regelen, dat het wegverkeer zoo spoe
dig mogelijk van de belangrijkste ver
bindingen profijt zal kunnen trekken.
De kosten van de voltooiing van
het prijsniveau van 1 Januari 1937 op
rond 245 millioen geraamd, zulks met
inbegrip van de kosten van onder
houd van de gereed zijnde en gereed
komende wegen gedurende de 15 ja
ren, waarover het werkprogramma
loopt.
In het plan is er op gerekend in 1938
rond 26 millioen voor de wegen te
verwerken. Op deze begrooting wordt
ter aansluiting aan het werkprogram
ma voor de rijkswegen in totaal
f 25.733.000 aangevraagd. Evenals in
1937 zijn de uitgaven naar den aard
van de uit te voeren werken verdeeld
over den gewonen- en den kapitaal-
dienst, en wel f20.000.000 op den ka
pitaaldienst.
De opbrengst van de motorrijtuigen- en
rijwielbelasting is voor 1938 geraamd op 31
millioen. Evenals in 1937 is een post ten be
drage van 4 pet. van de opbrengst voor ver
goeding van kosten van inning der belastin
gen uitgetrokken. De netto-opbrengst is dus
geraamd op f29.760.000. Het wettelijk mini
mum bedraagt bij deze opbrengst 9.5/30 van
f29.760.000 of f9.424.000. De uitkeeringen aan
de provinciën zijn in deze begrooting ge
raamd op 40 pet. van 21/30 van de netto op
brengst of f 8.332.800.
Wegen in Noord-Holland.
Met de Maatschappij tot Exploitatie van
Staatsspoorwegen, de Provincie Noord-Hol
land en de gemeente Amsterdam is een
overeenkomst gesloten ter verkrijging van
betere verkeerstoestanden onder Duiven-
drecht.
In die overeenkomst, die ook betrekking
heeft op den bestaanden rijksweg Amster
dam—Abcoude, is bepaald, dat de provincie
Noord-Holland verschillende verbeteringen
zal aanbrengen en verder zal zorgen voor de
aansluiting van den rijksweg aan den pro
vincialen weg HaarlemDiemen. Als bij
drage in de kosten van een en ander zal
het Rijk aan den Provincie een bedrag van
f 212.000 betalen. Dit bedrag is op den ge
wonen dienst van deze begrooting uitge
trokken.
In 1938 zal krachtig worden voortgegaan
met de verbreeding van rijksweg gedeelte
AmsterdamLaren. Het daarvoor in 1938 be-
noodigde bedrag groot f 850.000 wordt op den
kapitaaldienst aangevraagd.
Voorts worden belangrijke bedragen, te
zamen groot f 740.000 op den kapitaaldienst
aangevraagd voor het aanbrengen van ver
hardingen en voltooiing van kunstwerken
ten behoeve van weg Amsterdam's Graven-
hage, gedeelte Amsterdam—Sassenheim.
Het verkeer van Alkmaar naar den afsluit
dijk moet thans nog den overweg over de
Kooy maken en daarbij een hinderlijke vlot
brug passeeren voor den aanleg van het ge
deelte Stolpen—van Ewijcksluis van rijksweg
no. 9 wordt op den kapitaaldienst een be
drag van f 110.000 aangevraagd.
Wegen in Zuid-Holland.
De verbetering van den rijksweg no. 4 tus-
schen den Deyl en het Haagsche Schouw,
waarvoor f 100.000 op den gewonen dienst
van deze begrooting is uitgetrokken, beoogt-
de thans voor drie rijbanen ingerichte weg
verharding uit te breiden tot vier rijbanen,
met daarlangs een tweede rijwielpad.
Voor plaatselijke verbetering van de wegen
HaarlemSassenheim. Haagsche Schouw
LeidenBodegraven, RotterdamBaren-
drechtNumansdorp en MaassluisHelle-
voetsluis wordt op den gewonen dienst in
totaal f 320.000 aangevraagd.
De gelden noodig voor aanleg van weg no.
4, gedeelte Amsterdam-Sassenheim, f 410.000
worden ten laste van den kapitaaldienst
aangevraagd.
Vervanging van de Hoornbrug door een
nieuwe brug is zeer noodig. Het overleg hier
omtrent met verschillende belanghebbenden
is nog niet geëindigd. Voor het geval dat dit
spoedig tot overeenstemming zal leiden,
wordt een bedrag groot f 200.000 op den ka
pitaaldienst aangevraagd.
Vergoedingen en uitkeeringen.
De uitkeeringen aan de provinciën over 1936
bedragen:
Groningen 647.856,33
Friesland 504.031,73
Drenthe 338.850,86
Overijsel f 490.384,09
Gelderland 720.980,32
Utrecht 315.344,06
Noord-Holland f 1.262.158,72
Zuid-Holland 1.210.126,31
Zeeland 382.807,83
Noord-Brabant 787.775,16
Limburg 388.598,03
Luchtvaart.
Eenige nieuwe inrichtingen zullen noodig
zijn voor de uitoefening van de berichten
dienst, waaronder een korte-golf-landings-
baken voor het luchtvaartterrein Schiphol
(f40.000) en twee Adcockpielers (f22.000).
Voor de subsidie aan de K. L. M. in 1938 is
hetzelfde uitgetrokken als voor 1935, 1936 en
1937, n.l. f547.800.
Weg beoosten Leiden.
Bij de voorgenomen herziening van het
rijkswegenplan is gerekend op aanvulling van
dit plan met een weg beoosten Leiden van
rijksweg 4 (Amsterdam's Gravenhage) bij
Burgerveen in den Haarlemmermeerpoldei»
tot rijksweg 13 Cs GravenhageRotterdam)
tusschen de Hoornbrug en het vliegveld
Ypenburg met zijtak van Voorschoten naar
Oegstgeest.
Voor het zuidelijk gedeelte van dezen weg,
dat tevens de verbinding vormt tusschen de
wegen nos. 12 ('s GravenhageUtrecht) en
13 is het tracé vastgesteld. Het tracé van het
overige gedeelte van den weg beoosten Lei
den is in onderzoek. Het ligt in de bedoeling
in de eerste plaats aan te leggen het gedeel
te tusschen de wegen nos. 12 en 13 en het ge
deelte van weg no. 12 tot genoemden zijtak in
de richting Oegstgeest alsmede dezen zijtak
zelf.
Op deze wijze zal dan een verbinding voor
snelverkeer van Rotterdam in noordelijke
richting worden gevormd.
Voor een gedeelte van den grondaankoop
en voor een begin van uitvoering van enkele
kunstwerken wordt voor 1938 een bedrag van
f 400.000 aangevraagd.
Ouderwijzers kunnen bouw
kundige enz. worden.
Omvorming van jonge iverklooze
onderwijzers
Beurzen tot een bedrag van 45.000
beschikbaar gesteld.
In April 1937 is een ministerieele com
missie ingesteld ter bevordering van de op
leiding in technische richting van jonge
werklooze bezitters van de akte van be
kwaamheid als onderwijzer, die weinig kans
hebben op een aanstelling bij het onder
wijs.
Als gevolg van de bemoeiingen
van die commissie zullen reeds te be
ginnen met den cursus 1937-1938 een
aantal van deze gegadigden hun
nieuwe studie aanvangen, in hoofd
zaak aap de middelbaar technische
scholen (vooral in de vakrichtingen:
werktuigbouwkunde, scheepsbouw-
kunde, electrotechniek, weg- en
waterbouwkunde) en aan zeevaart- en
machinistenscholen (vakrichtingen
stuurman en machinist ter koop
vaardij en radiotelegrafist), in deze
vakrichtingen bestaat den laatsten
tijd voor goed onderlegde krachten
een behoorlijke kans op plaatsing.
Aangezien de meeste gegadigden niet
in staat zijn, de kosten van deze op
leiding te dragen, is een speciale
rijksstudiebeurzenregeling voor deze
groep getroffen.
Voor het jaar 1938 is voor deze beur
zen f 45.000 uitgetrokken.
VELDSLAG TUSSCHEN TWEE ZWERVERS.
Twee zwervers van middelbaren leeftijd, die
het wel eens waren voor zoover het den alco
hol betrof, doch op ander gebied minder een
drachtig waren, kregen het Donderdagmiddag
te Achterveld met elkaar aan den stok. De een
beschuldigde den ander er van een mars van
eigenaar te hebben doen veranderen. Het ge
val ontaardde in een hoogloopende ruzie. De
bestolene wond zich steeds meer op en be
diende zich ten slotte van een mes, waarmede
hij zijn tegenstandereen diepe steek in het
onderlijf toebracht. De getroffene moest naar
het ziekenhuis te Amersfoort worden vervoerd.
De dader viel de politie in handen.
Auto botst tegen fietsers.
Achttienjarig meisje zwaar gewond.
Donderdagavond omstreeks acht uur kwam
op den Mierloscheweg te Helmond een per
sonenauto. bestuurd door den heer van H. uit
Helmond, bij het passeeren van een groote
vrachtauto, in botsing met de achttienjarige
wielrijdster B„ wonende aan het Hemelrijks
dijkje, terwijl ook een zeventienjarige jonge
man zekere K,. door de auto werd aangereden.
K., cue verwondingen aan het hoofd kreeg,
kon na in het ziekenhuis te zijn verbonden
naar huis gaan. Mej. B. echter is met een
zware hersenschudding en inwendige kneuzin
gen in het St. Antoniusziekenhuis ter verple
ging opgenomen. Een kind, dat op den bagage
drager van de fiets van mej. B. zat, bleef won
derlijk genoeg ongedeerd.
3(4 pCt. leening Amsterdam
geslaagd.
Naar wij vernemen is bij tie Donderdag ge-
houden inschrijving op f 44,640.000 3y2 pCt.
obligatiën Amsterdam zoodanig van het recht
van voorkeur gebruik gemaakt, dat on de vrije
inschrijvingen practisch geen toewijzingen
plaats zullen vinden.