DE DROEVE NOODZAAK
Een eeuw Cas.
ZATERDAG 25 SEPTEMBER 1937
PI AARDE M'S DAGBEAD
3
Leeningspolitiek der gemeenten
besproken.
Referaat van den heer J. H. Jextor
op den Accountantsdag.
Mr. D. Crena de Iongh over de positie der
algemeene banken in Nederland.
'De 28ste accountantsdag van het Neder-
landsch Instituut van Accountants is heden
in Pulchri Studio te 's-Gravenhage gehou
den, onder voorzitterschap van den heer H.
R. Reder (Amsterdam).
Het onderwerp, waarvoor allereerst de
aandacht werd gevraagd, was de in een
schriftelijk referaat vervatte beschouwing
van mr, D. Crena de Iongh, president van de
Nederlandsche Handelmaatschappij, over de
positie der algemeene banken in het econo
misch leven van Nederland.
In dit referaat werd betoogd, dat het Ne
derlandsche algemeene bankwezen geduren
de de afgeloopen kwarteeuw in staat is ge
weest, met inachtneming van de eischen der
liquiditeit, de expansie van het economisch
leven van Nederland en zijn koloniën te
evenaren en dat het op grond van zijn huidi
ge positie, inzonderheid wat betreft de liqui
diteit, ook in de toekomst zijn taak in het
economisch leven ten volle zal kunnen ver
vullen.
Een en ander werd aan de hand van een
aantal cijfers betreffende de ontwikkeling
van de banken en van het economisch leven
toegelicht, waarbij de aandacht werd geves
tigd op de omstandigheid, dat het beschik
bare cijfermateriaal weliswaar het trekken
van zeer concrete conclusies niet mogelijk
maakt, doch dat het niettemin een aanne-
melijken grondslag vormt voor de gedane uit
spraken.
De heer Crena de Iongh gaf in aanslui
ting op dit referaat een mondelinge uiteen
zetting.
Daarna hield de heer J. H. Textor, chef der
afdeeling verificatie der Provinciale Griffie
van Noord-Holland, een inleiding over: „De
leeningspolitiek der gemeenten en de admi
nistratie dier leeningen".
De inleider wees er op, dat de gemeente
lijke leeningspolitiek te beschouwen is als
een onderdeel van het vraagstuk van de
financiering dus van het economisch kapi
taals- en vermogensprobleem en dat daarbij
ten opzichte van de financiering van de pri
vate huishouding een belangrijk verschil valt
op te merken. De publieke huishouding toch
kan zich bij dit probleem niet zonder meer
richten naar beginselen van bedrijfseconomi-
schen aard, maar zij zal hebben na te gaan
in hoeverre de middelen, welke zij tot dek
king van haar behoeften zal aanwijzen, eco
nomisch verantwoord zijn.
Het feit echter, dat bij de organische on-
derdeelen van den Staat in casu de ge
meenten de subjecten, welke voor de fi
nanciering, o.a. door het verschaffen van
leeningen, zorg dragen, niet dezelfde zijn als
zij, in welker behoeften moet worden voor
zien, leidt er toe, dat de neiging ontstaat om
aan de economische gevolgen minder aan
dacht te schenken dan in het geval, dat de
subjecten wel dezelfde zijn, zooals bij den
Staat, voor zoover deze tenminste geen cre-
diet in het buitenland opneemt. Het gevolg
hiervan is, dat de leeningspolitiek der Ne
derlandsche gemeenten pleegt af te wijken
van die van den Staat der Nederlanden. Deze
afwijking betreft in het bijzonder de zooge
naamde niet-rendabele uitgaven. Spreker
achtte, gezien den omvang van de gemeente
schulden ten opzichte van dien van de
Staatsschuld, deze afwijking te betreuren.
Daar de beoordeeling van het overheids-
crediet voor de vermogensmarkt en het pu
bliek eigenaardige moeilijkheden meebrengt
als gevolg van het veelal ontbreken van een
schatting van de toekomstige rendabiliteit
van die uitgaven, die dienen ter voorziening
in behoeften, die in geenerlei verband staan
met 't ruilverkeer, achtte hij een op economi
sche gronden gebaseerd toezicht op de ge
meentelijke leeningspolitiek gewenscbt.
Uitvoerig ging de inleider de opvattingen
van verschillende schrijvers en practici op
het gebied der overheidsfinanciën na.
Leenings- en belasting-
politiek.
Tusschen de leenings- en belastingpolitiek
bestaat een nauw verband; zij zijn elkanders
complement. Ofschoon de inleider zich, in
navolging van prof. Van Gijn, op het stand
punt stelde, dat leeningen voor niet-ren-
dabele uitgaven principieel geoorloofd zijn,
meende hij, dat, zooals indertijd de thesau
rier-generaal van Doorninck naar voren
heeft gebracht, acht moet worden geslagen
op de verwachtingen omtrent de toekom
stige draagkracht der belastingbetalers en
dat dus verband moet worden gelegd tus
schen de vergrooting van de publieke schuld
en die van het inkomen van de bevolking.
De normale grondslag voor het openbaar cre-
diet behoort te zijn het bedrag aan inkom
sten, waaron de overheid ten behoeve van
rente en aflossing kan rekenen boven het
geen vereischt wordt ter bestrijding van de
regelmatige behoeften van den publieken
dienst. Spreker meende, dat deze regel wel
eens uit het oog was verloren.
Instelling van een leen
kamer bepleit.
De inleider achtte de instelling van een
leeningskamer, welke tot taak zal hebben
toezicht te houden op de toeneming der ge
meentelijke schuldenlast in verband met de
wijzigingen in het volksinkomen gewenscht.
Deze leeningskamer zal den invloed van het
gemeente-crediet op het economische leven
moeten nagaan, er naar moeten streven den
gebruikelijken maximum-looptijd der lee
ningen te verkorten en voorwaarden moeten
vaststellen waaraan de leeningsprospecti bij
publieke emissies moeten voldoen.
Hij sprak als zijn meening uit, dat de 40-
jarige looptijd van vele leeningen, gezien de
voortschrijdende technische en economische
ontwikkeling en de verkorting van den ge
middelden productieven duur van een men-
schenleven, te lang is. Indien echter de loop
tijd wordt verkort, komen de veelal tegen an-
nuïteitenleeningen aangevoerde bezwaren te
vervallen.
De voorwaarde der gestaffelde rente, die
tegenwoordig veelvuldig bij het aangaan van
gemeentelijke leeningen wordt gesteld, had,
daar,zij tot een relatief aanzienlijke ver
zwaring van lasten in de toekomst kan lei
den. niet zijn instemming.
Tenslotte toonde hij zich een voorstander
van de instelling van gemeentelijke leenings-
en beleggingsfondsen, die er naar zijn mee
ning toe zullen leiden, dat de leeningspoli
tiek, wegens het verbreken van den tot nu
toe gelegden band tusschen afschrijvingen
en aflossingen, meer soepel zal kunnen zijn,
en die, afgezien van nog andere voordeelen,
pen beter inzicht in deze leeningspolitiek tot
gevolg zullen hebben.
In dit verband wees hij op het door de
gemeente Utrecht ingestelde leeningsfonds
en op de Engelsche Consolidated Loan Funds,
Het Blauwe Zand-incident.
Ir. Mussert heeft een bezwaarschrift
ingediend.
Bij de Amsterdamsche rechtbank is thans
door ir. A. A. Mussert het bezwaarschrift in
gediend tegen de tegen hem uitgebrachte dag
vaarding. De rechtbank zal dit bezwaarschrift
in den loop van de volgende week in raad
kamer behandelen. Een datum hiervoor is nog
niet vastgesteld. De openbare behandeling, die
aanvankelijk op 30 Sepstember plaats zou heb
ben, zal dus dien dag niet doorgaan. Hetzelfde
geldt voor de behandeling van de zaak tegen
Melchers, die ook uitgesteld wordt, doch die
geen bezwaarschrift tegen de dagvaarding
heeft ingediend.
Berooving van een buitenlander.
Zware straffen geëischt.
De officier van justitie bij de Amsterdam
sche rechtbank eischte tegen een Hagenaar
en een Amsterdammer, die in een perceel op
de Kloveniersburgwal te Amsterdam een bui
tenlander hadden beroofd van een bedrag van
ruim f 180, gevangenisstraffen van twee j aai
en zes maanden. De mannen hielden hun on
schuld vol.
IR. DE KOK TE KAAPSTAD.
De directeur-generaal van de „Koninklijke",
ir. J. E. F. de Kok, is, vergezeld van den heer
Schmidt Crans, Vrijdag te Kaapstad aangeko
men. De beide vliegeniers verkeeren in uitste
kende conditie.
Geen achterstand meer op
de Duitsche clearing.
De achterstand op de clearing-
rekening met Duitschland is thans
vrijwel geheel verdwenen. Per
23 September was deze achter
stand n.l. nog slechts 31.500. Een
jaar geleden was dit nog
40.771.200, terwijl op 15 Sep
tember j.l. nog een bedrag van
ƒ4.998.000 door Duitschland aan
ons land moest worden betaald.
DE SARMI-ZAAK.
MAKIASSAR, 24 September (Aneta).
Tegen de drie beklaagden, betrokken bij de
Sarmi-zaak (het ontsnappen van een in be
slag genomen Japanschen motorschoener,
waarbij de politie gebonden en ontwapend
werd), eischte de officier van jpstitie bij den
raad van justitie te Makassar resp. een gevan
genisstraf van 2y2, 2 en 1 y2 jaar, met aftrek
van preventieve hechtenis.
VALSCHE TOEGANGSKAARTEN VOOR
HET STADION VERKOCHT
Drie mannen, die Donderdagavond op het
Stadionplein te Amsterdam valsche toegangs
kaarten verkochten voor de wielerwedstrij
den, zijn door de recherche naar het hoofd
bureau van politie overgebracht en daar in
arrest gesteld.
Overheidspersoneel blijft
ageeren voor salarisverhooging.
De R.K. Centrale van Burgerlijk Overheids
personeel kwam Vrijdag in spoedvergadering
bijeen ter bespreking van de mededeeling der
regeering in de millioenen nota betreffende de
salarissen en loonen van het rijkspersoneel.
Met ernstige teleurstelling stelde de verga
dering vast, dat de regeering voorshands geen
aanleiding vindt, verhooging van genoemde
salarissen en loonen te bevorderen.
Gelet op de zeer groote offers, welke door
het rijkspersoneel in de afgeloopen jaren wer
den gebracht, gelet mede op de belangrijke
stijging der kosten van het levensonderhoud
en den ongetwijfeld sterk verbeterden bud-
getairen toestand van het rijk, had, naar het
oordeel der vergadering, een ander standpunt
van de regeeering mogen zijn verwacht.
Ondanks de houding der regeering werd be
sloten de actie onverzwakt voort te zetten.
Ook actie van het A.C.O.P.
Het A.C.O.P. besloot in de centrale commis
sie voor georganiseerd overleg in ambtenaren
zaken zijn ernstige bezwaren tegen het voor-
üitloopen op het overleg door de regeering in
te brengen en verder met klem te pleiten voor
verhooging van de salarissen en loonen van
het rijkspersoneel en de onderwijzers, welke'
verhooging ook groote beteekenis zou hebben
voor het personeel van provincies, gemeenten,
waterschappen, enz.
„in de schaduwen van morgen"
Een eeuw lang gas, zoover is 't nu gekomen,
Reeds honderd jaar van gasbedrijvigheid,
Een tijd. zelfs voor de grootste gas-tronomen,
Waaraan men graag speciale aandacht wijdt.
Zulk een bedrijf werkt veel met statistieken.
Waaruit d' ontwikkeling door al die jaren
blijkt,
Met cijfers en nauwkeurige grafieken.
Waarnaar de leek met interesse kijkt.
Zelfs deze kunnen echter niet verklaren,
Hoevele potjes er zijn gaar- gekookt,
En hoeveel kille botten al die jaren,
Door gas tot warm behagen zijn gestookt.
Noch hoeveel kranten men heeft zitten
lezen,
Of hoeveel kousen zijn gebreid onder het
licht,
Dat Haarlem's gasbedrijf sinds lang voor
deze.
Op Haarlem's brave burgers heeft gericht,
't Is zelfs niet bij benadering te schatten
En als zoo'n statistiek te maken was,
Dan zou het brein de cijfers niet omvatten,
Berekend over honderd jaren gas.
Maar ook al wordt dit dan niet uitgerekend,
Elkeen beseft toch wel. wat een bedrijf
Als dat van 't gas voor Haarlem heeft
be teekend,
Ook zonder dat 'k in groote cijfers schrijf,
'k Wil dus vandaag het gasbedrijf bezingen,
Voor 't grootsche werk in honderd jaar
verricht,
Geen tweede' heeft den Spaarnestedelingen
Het leven zoo verwarmd en zoo verlicht.
P. GASUS.
Nog meer bedankjes voor de
N. S. B.
De gepens. luitenant-generaal H. A. Seyf-
fardt. oudchef van den Generalen Staf, die
eenige maanden geleden toegetreden was tot
de N.S.B. heeft thans, naar de Tel. meldt, ook
besloten voor zijn lidmaatschap der Nat. Soc.
Beweging te bedanken, welk besluit verband
houdt met de incidenten-ds. Van Duyl en mr.
D. F. Pont.
De heer Seyffardt was toegetreden tot de
N.S.B.-gelederen na het bekende geschil bin
nenskamers tusschen het N.S.B.-lid der Eer
ste Kamer, mr. Van Vessem en den voorzitter
van onzen Senaat, Baron de Vos van Steen-
wijk in April van dit jaar.
Dr. J. F. B. van Hasselt, te Amersfoort, die
voor de N.S.B. zitting had in de Provinciale
Staten van Utrecht heeft aan het hoofdbe
stuur der Nationaal-Socialistische Beweging-
schriftelijk kennis gegeven van zijn uittreding.
Deze uitgetredene was leider van het ge
west Utrecht der afdeeling „Vorming" van de
N.S.B.. waarvan ds. G. van Duyl de algemeene
leider was.
Uitgevers wenscheu spelïingrust.
Wijziging zou thans ruïneus zijn
Jaarvergadering van uitgeversbond in
Den Haag.
Vrijdag kwam de Nederlandsche Uitgevers
bond bijeen in het Gemeentemuseum te
's-Gravenhage, onder leiding van zijn voor
zitter, den heer I. Noothoven van Goor. Deze
wees op de concurrentie, die het bedrijf onder
vindt van buitenstaanders, zooals omroepver-
eenigingen, vereenigingen cnet socialen inslag,
groote bedrijven met hun reclame-uitgaven
en niet de alleiminste onder de concurren
ten de overheidsuitgeverijen, welke in toe
nemende .mate zich gaan bewegen op een ter
rein dat ook in het belang van het publiek
beter aan den particulieren uitgever kan
worden overgelaten.
De uitgevers van kinder- en schoolboeken,
alsmede die van populaire uitgaven, waren
genoodzaakt met gi-oote opofferingen hun
fonds te vernieuwen om te kunnen voldoen
aan de vraag naar uitgaven in de nieuwe
spelling.
Uit de gepubliceerde gegevens weet men het
groote aantal nieuwe uitgaven.
In de oude spelling wordt niets meer in het
licht gegeven of hei-drukt, om de eenvoudige
reden, dat daar geen vraag meer naar is.
Alleen een klein groep, in hoofdzaak oude
ren, verzet zich nog, maar is de toekomst niet
aan het opgroeiend geslacht?
Wij uitgevers vragen geen financieele hulp
van de overheid, maar wel zekerheid over de
spelling. Door de spellingwijziging hebben
wij groote verliezen geleden en laten wij
hopen, zoo goed en kwaad als 't ging, opge
vangen, door ons aan te passen aan wat de
i-egeei-ing ons oplegde en waarnaar vraag
is en blijft. Elke terugkeer zou voor
velen onzer, waaronder zeker niet de klein
ste firma's in de eerste plaats voor de kinder
en schoolboekuitgevers en die van populaii-e
uitgaven, r u neus werken, aldus spr.
Wat wij vragen aan de regeering is het alge
meen vooi-schrijven van de nu eenmaal inge
voerde en ondex-wezen nieuwe schrijfwijze.
Zijn nu niet reeds voor de vierde maal de
cursussen aangevangen met deze nieuwe spel
ling? Spr. hoopte, dat de wenscheu der uit
gevers weerklank zouden vinden bij de regee
ring.
Als bestuurslid in de vacature I. Noothoven
van Goor werd gekozen de heer J. L. van
Tricht (Van Loghum Slatei-us' uitg. mij. te
Arnhem), als lid van de commisie in zake be
talingsmoeilijkheden in de vacature J. L. van
Tricht, de heer mr. C. Schillemans; als ver
tegenwoordiger en plaatsvervangend vei-tegen-
woordiger uit de leden in den centralen raad
voor het boek- en het grafisch bedrijf, res
pectievelijk de heeren Jan Tadema en I. Noot-
haven van Goor, en als leden der gemengde
commissie de heeren Joh. C. Brusse, D. A.
Daamen Sr. en A. M. E. van Dishoeck,
Aangenomen werden de carudidaat- leden
Paul Brand (N.V. Paul Brand's uitgeversbe
drijf) te Hilversum en E. Lefebvre (H. D.
Tjeenk Willink en zoon's uitg. mij. N.V.) te
Haarlem.
Als penningmeester wex-d wederom aange
wezen de heer G. Naeff.
Langdurig werd van gedachten gewisseld
naar aanleiding van een rapport, uitgebracht
door de commissie tot het bestudeex-en van
de kwestie der prijsvragen.
Verder werden nog vei-schilende zaken van
huishoudelijken aard behandeld.
Na afloop van de vergadering, welke zeer
druk bezocht was, werden onder leiding van
den directeur, dr. H. E. van Gelder, en den
conservator dr. G. Knuttel de vele beziens
waardigheden van het Haagsche Gemeente
museum bezichtigd.