HET HOOGSTE RECHT FEUILLETON Naar het Amerikaansch van MILDRED DANNING. (Nadruk verboden.) 35) XV. DE ZON KOMT WEER DOOR. Bob rende de straat op met Davis, den deur waarder, hijgend achter zich aan. verscheide ne personen bleven verbaasd staan, meenend, dat de jongeman poogde te ontsnappen. Maar zoodra ze Bob herkenden glimlachten ze, en liepen door, 't Was zeker weer een of andere grap en vroeg of laat zou iedereen er wel van hooren, dus waarom er zich verder in te ver diepen? Nu hadden ze de bank bereikt Davis was buiten adem van 't loopen, maar Bob wrong zich door de draaideur en liep regelrecht naar het kassiersloket. „Hallo Marlow!" riep hij; „ik moet het pakje hebben, dat hier Dinsdag, den vijftien den. voor Jack Morgan is afgegeven, waar is dat? Geef 't me vlug. 't is heel belangrijk!" „Wat? Een pakje voor Morgan? Hij zal 't wel in ontvangst hebben genomen, denk ik." „Neen, dat heeft hij juist niet, 't is hier af gegeven, nadat hij weg was, want hij heeft 't nooit ontvangen, 't Moet hier ergens zijn!" „Maar ik heb het niet gezien, Bob!" Bob dacht een oogenblik na. Toen keerde hij zich om en liep 't kantoor van den procu ratiehouder binnen, weer gevolgd door den hijgenden Davis. „Meneer zoudt u zoo vriendelijk willen zijn even iemand naar huis te sturen? Ik heb het vermiste geld hier Dinsdag door onzen neger Nicodemus, laten bezorgen en nu is 't nergens te vinden. Ik moet nu dien neger hebben; laat iemand hem zoo gauw mogelijk halen!" De procuratiehouder was heel verbaasd, maar stuurde direct een bediende naar het woonhuis van den directeur. Toen begon hij Bob te ondervragen, terwijl Davis in een stoel neerzakte, om op adem te komen. Bob wilde graag alles vertellen. 't Zat zoo, ziet u" begon hij. „Tusschen ons gezegd, ik ben in handan van valsche spelers gevallen, ze hebben me voor vijfhonderd dollar opgelicht. Ik ben een boon als ik weet hoe, maar ze deden het en ik had geen geld. Toen zeiden ze dat ze er vader over zouden aanspre ken." Bob zweeg en keek den procuratie- houden met het hoofd scheef aan. „U was in de kamer, geloof ik, toen vader me de laat- sten keer od het zondaarsbankje riep, om eens even „vriendschappelijk" met me te pra ten, niet waar?" „Vijf honderd dollar", hijgde de procuratie houder. „Jij. aap van een jongen!" Bob lachte boetvaardig. „Nu dan, ik durfde vader het geld niet te vragen en daarom kwam ik hier en vroeg Morgan om 't me te leenen" De procuratiehouder werd ernstig. „Wou je zeggen dat hij jou die vijfhonderd dollar uit de kas gaf?" „Neen," viel Bob hem in de rede. „Hij wei gerde, toen nam ik ze, terwijl hij met den rug naar me toe stond, en ging er mee van door." „Wat?" „Natuurlijk, ik moest het geld hebben, be grijpt u dat niet? En met twee dagen zou ik het geld van mijn toelage krijgen, dus eigen lijk leende ik ze." De beheerder staarde hem aan. „Nu, je bent 't koelbloedigste type, dat ik ooit zag, Dat noem ik ge?n leenen, dat noem ik stelen!" Bob liet het hoofd hangen. „Dat is het ook, dat zie ik nu in", gaf hij toe. „Maar toen, begrijpt u, dacht ik dat de bank me wel een bedrag boven mijn saldo zou toestaan. Maar ik wou het niet vragen, omdat ik 't juist ge daan had. Daarom leek dit de eenvoudigste manier, omdat het maar om twee dagen te doen was." Hij klopte de procuratiehouder vriendschappelijk op den schouder. „Dus 't was geen echt stelen" voegde hij er triomfan telijk aan toe. De man wachtte en dacht na. Per slot zou zijn chef er ook over hooren en de zaak met Bob uitmaken verder was Bob een be schermeling van hem en hij zag dus geen ge gronde reden om den jongeman onder han den te nemen. Dus liet hij het bij de opmer king, dat Bob in de gevangenis thuis hoorde en daar wel gauw belanden zou, en vroeg toen wat er in de rechtszaal voorgevallen was. Bob vertelde wat hij wist, en juist toen hij midden in zijn verhaal was, kwam de be diende terug met den tegenstribbelenden en doodelijk verschrikten Nicodemus op sleep touw Maar toen hij Bob zag, werd hij rustig ennam een houding van beleedigde onschuld aan. die Bob in een vroolijken lach deed uit barsten. Niets scheen in staat Bob's goede bui te- verstoren. Eerst verklaarde Nicodemus brutaal weg, dat hij het pakje zooals hem gezegd was. op den vijftienden had afgegeven, maar enke le vragen zooals, hoe laat hij aan de bank was geweest en wie 't in ontvangst had genomen, maakten hem zoo in de war, dat hij eindelijk door de mand viel en bekende dat hij op den vijftienden te laat gekomen was en Bob's pakje pas den zestienden 's middags had afgegeven. Er bestond geen twijfel aan wie toen als kassier had dienst gedaan, 't Was Marlow. En hoewel deze volhield, dat hij zich niets van een pakje herinnerde en niet geloofde, dat het bij hem was afgegeven, bleef de neger zoo op zijn stuk staan dat be sloten werd het kantoor van den kassier te doorzoeken. Daarop rende Bob het kantoor in en hij en Marlow doorzochten de kamer, terwijl de procuratiehouder stond toe te zien en Bob, tot diens groot vermaak scherp in. het oog hield. Ze vonden niets. Maar toen ze een plank on der de toonbank leeghaalden, herinnerde Mar low zich plotseling, dat er een pakje voor Jackson Morgan door het loket was afgegeven. 't Was zoo slordig verpakt geweest, dat hij het ergens op een plank had neergelegd en het heelemaal vergeten had. Nu was het er niet meer. De vier mannen stonden elkaar aan te zien. Bob zag er ongerust uit en de procuratiehou der moest inwendig lachen om den verdrieti- gen trek. die in het jongensachtige gezicht lag. Maar het was jammer. Hij reconstrueerde in gedachten de heele geschiedenis en stelde op het laatst voor dat ze den man die iederen avond het gebouw schoonmaakte en tegelij kertijd nachtwaker was, eens zouden onder vragen. Ze gingen direct naar het achterste deel van het gebouw en van daar naar den kelder. Daar vonden ze hem, maar hij kon zich niets van een pakje herinneren. Hij verbrandde alle rommel. Nee, wacht even. Toen hij op een avond aan het opruimen was, had hij een kistje gezien, en langzaam liep de waker op een donkere plaats toe en haalde een pakje te voorschijn. Bob sprong op hem toe, rukte het ding uit zijn hand en zwaaide het in de lucht, waardoor een wolk van stof over den procuratiehouder en Davis neerdaalden. „Gevonden!" schreeuwde hij. Toen scheur de hij het gekreukelde papier er af, trok het kistje open voelde er in. Zijn hand hield een bundel bankbiljetten stevig omvat. „Zie je 't Davis? Zie je 't Het geld is er al door in geweest!" De oogen van den nachtwaker puilden haast uit hun kassen en toen het drietal hem had verlaten en Bob en Davis weer op weg waren naar het gerechtsgebouw, liep hij somber de kelder op en neer. vloekend over de verloren kans, tot de procuratiehouder hem een briefje stuurde, om hem te bedanken, met een vijfl dollarbiljet. Bob en Davis stormden de rechtzaal binnen, Bob zwaaiend met de bankbiljetten. De jury was van 't wachten rusteloos geworden, maar de eerstvolgende oogenblikken beloofden in ieder geval interessant te worden. Bob liep de gaanderij door, volkomen ongevoelig voor het statige van zijn omgeving en legde den stapel bankbiljetten voor rechter Kent neer. „Hier zijn ze. meneer", zei hy. „Ze zijn daar aldoor geweest." (Slot volgt.). Het opleidingsschip .Prinses Juliana" in de Amsterdamsche haven was Maandag feestelijk gepavoiseerd ter gelegenheid van de opening der eerste dagnijverheids school voor schippersjongens in ons land te Amsterdam Een overzicht van de groote fruit- en groentententoonstelling te Roermond ter gelegenheid van het zilveren jubileum der Roermondsche Coöperatieve Groenten- veiling Op het traject Maarn Arnhem, waarvan de electrificatie thans gereed is gekomen, werd Maandag proef gereden met een nieuwen electrischen gestroomlijnden trein. De trein bij het verlaten van Arnhem Z. Exc. minister prof. dr. J. R. Slotemaker de Bruine heeft Maandagavond in hotel De Witte Brug te Den Haag de officieele opening van den wedstrijd Euwe Aljechin om het wereldkampioenschap schaken verricht. Geheel links, dr. Aljechin Daniel Doherty heeft na mens de Amerikaansche oud-strijders bij het graf van den Onbekenden Soldaat te Parijs de vlam weder ontstoken De aardbeving in de Vorstenlanden. In de omgeving van Djokjakarta wer den tientallen woningen vernield. De daklooze bewoners van een verwoest dessahuis wachten met Oostersche gelatenheid op de dingen, die zullen komen Dr. H. J. W. Droogleever Fortuyn te Amsterdam zal 9 October a s. afscheid nemen als secretaris der Ned. Maat schappij tot bevordering der Genees kunde Een particulier landhuis aan den weg van Solo naar Djokjakarta werd door de hevige aardbeving, die kortelings in de Vorstenlanden heeft gewoed, bijna geheel verwoest

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 9