Haarlem s Dagblad De Wichelroede in Haarlem. Kalenderhervorming. Onder de Groote Kerk is een net van onderaardsche gangen. 55e Jaargang No. 16661 Uitgave Lourens Coster, Maatschappij voor Courant-Uitgaven en Algem. Drukkerij N. V. Bureaux: Groote Houtstraat 93, bijkantoor Soendaplein 37. Postgirodienst 38810. Drukkerij: Zuider Buiten Spaarne 12. TelefoonDirectie 13082, Hoofdred. 15054 Redactie 10600, Drukkerij 10132, 12713 Admin. 10724, 14825. Soendaplein 12230. Verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen Directie: P. W. PEEREBOOM EN ROBERT PEEREBOOM Hoofdredacteur: ROBERT PEEREBOOM Vrijdag 15 October 1937 Abonnementen per week f0.25. p. maand f 1.10. per 3 maiuidfui f 3.25. franco per post f3.55. losse nummers 6 cent per ex. Advertentiën1-5 regels f 1.75, elke regel meer f 0.35. Reclames f 0.60 per regel. Regelabonnementstarieven op aanvraag. Vraag en aanbod 1-4 regels f 0.60, elke regel meer f 0.15. Groentjes zie rubriek. Het onderzoek naar het bestaan van onder - aardsche gangen, dat mevrouw N. Klein Sprokkelhorst uit Zeist thans op ons initiatief in Haarlem verricht volgt op haar merkwaar dige onderzoekingen in Gouda en Delft. Die hebben sterk de aandacht getrokken en aan gezien ook onze stad haar min of meer vage legenden bezit over oude gangen, die vele eeuwen geleden kerken en kloosters onder- aardsch verbonden zouden hebben, scheen er alle aanleiding te zijn om hier ook eens in actie te komen. Mevrouw Klein Sprokkelhorst geldt als een der meest begaafde wichelroede- loopers in den lande, bij vele en veelvuldige gelegenheden zijn haar aanwijzingen juist'ge bleken, zoodat wij hier aan een goed adres waren. Tot dusver heeft zij reeds de aanwezigheid van verscheidene onderaardsche gangen vast gesteld. Het begon meteen in de Groote Kerk, zooals onze lezers weten, het zette zich voort bij de ruïne van het Huis ter Cleef en later in en om de Waalsche Kerk en de Janskerk en nabij de Bakenessergracht. Vanmorgen heeft de wichelroede-loopster haar onderzoek voort gezet; in dit nummer vindt men vele nieuwe bijzonderheden. Inmiddels hebben al vele lezers ons aanwijzingen verstrekt, naar aan leiding waarvan het onderzoek vandaag is uit gebreid. Wij zijn daar erkentelijk voor. De groote belangstelling voor deze zaak is alleszins begrijpelijk. Niet alleen omdat er een romantisch en geheimzinnig tintje aan is, dat iedereen aantrekt, maar ook omdat de moge lijkheid zich opent legenden aan de werkelijk heid te gaan toetsen, mededeelingen in oude archieven te controleeren, wellicht in de toe komst ontdekkingen van historisch belang te doen. Laat ik er bijvoegen dat de actie voor luchtbescherming de belangstelling in het onderaardsche heeft doen toenemen, waarmee niet gezegd wordt dat dergelijke gangen wer kelijk van practische waarde zouden zijn als schuilplaats of om menschen uit een bepaald stadsdeel te evacueeren. Maar ja: men voelt er die mogelijkheid ook al in. Het mysterie van de wichelroede schuilt niet in dit instrumentje zelf, dat maar een hulp middel is, maar in de persoon die het han teert. Weinige menschen slechts bezitten deze aangeboren gave en dat dan nog in ver schillende mate. Dit is een omstandigheid die ons volstrekt niet behoeft te verbazen, want wij weten allemaal dat de menschen. zeer af wisselend met gaven zijn bedeeld en dat die in hun hoogste uiting altijd maar bij zeer weini gen voorkomen. Denkt u maar even aan de groote scheppende kunstenaars, de groote staatslieden, de groote wetenschappelijke ont dekkers. Ook het bestaan van een niet-gede- finiëerde natuurkracht is zonder moeite te aanvaarden. Verscheidene „erkende natuur krachten" zijn aanvaard gemeengoed gewor den door hun practische toepassing in het dagelijksch leven, ten nutte van de mensch- heid, zonder dat hun oorsprong en hoedanig heid ooit wetenschappelijk zijn ontdekt. Van het wezen der natuurkrachten weet de mensch bitter weinig. Om een enkel voorbeeld te noe men dat een der jongste groote ontdekkingen geldt: het wonder van de radio is in wezen nog volkomen onverklaard. Hoeveel menschen er zijn die de gave be zitten, met de wichelroede water, onderaard sche ruimten en gangen, begraven voorwerpen e.d. aan te wijzen is natuurlijk ook onbekend. Af en toe ontdekt eens iemand bij toeval, dat hij deze gave bezit. Zoo ging het ook mevrouw Klein Sprokkelhorst. Haar man moest in zijn vak vaak putten slaan en daartoe de plaatsen, waar water te vinden was, opsporen. Dat kostte teveel tijd en hem werd de raad gege ven, een wichelroede-looper te zoeken. De vriend die hem dezen raad gaf bleek zelf de gave te bezitten. Mevrouw Klein Sprokkel horst probeerde het toen voor de aardigheid ook eens en tot haar verwondering bleek dat zij ook begaafd was en wel in bijzonder sterke mate. Zij is toen gaan oefenen. Haar man be groef voorwerpen in den tuin en zij spoorde ze feilloos op. En zoo ging het verder. Dit vertelde de wichelroede-loopster ons een voudigweg toen wij haar gisteren op haar tocht vergezelden. Zij heeft een volkomen vertrou wen in haar gave. En op ons verzoek heeft zij ons de volgende schriftelijke verklaring van eigen inzichten omtrent het mysterie ge geven „De wichelroede en diegenen, welke het gegeven is de roede te hanteeren, zijn reeds eeuwen lang bekend. In vroeger jaren was het roede-loopen een z.g. „zwarte kunst", en in die dagen had men zeer veel kans op een brandstapel terecht te komen, indien men openlijk blijk gaf begaafd roede-looper te zijn. Dit is echter in den loop der tijden wel veranderd, men is verstandiger geworden, maar dat wil nog lang niet zeggen dat men onvoorwaar delijk geloof hecht aan de aanwijzingen, die de wichelroede kan geven. Integendeel: ook nu nog zal het grootste deel van de menschheid en niet in het minst de wetenschappelijke wereld min of meer sceptisch staan tegenover de be trouwbaarheid van de wichelroede. En inderdaad, er is ook veel nog duister in deze geheele affaire. Men zoekt iets: een schat, gangen, water, fundamenten of wat dan ook, de roede wijst het gewenschte aan, men graaft,en men vindt hetgeen gezocht werd. Dan is er wel vertrouwen (Bij den Volkenbond zijn 185 pro jecten van kalenderhervorming in gediend. Groote interesse heeft een voorstel uit Detroit gewekt, dat alle kwartalen gelijk maakt met maanden van telkens 31, 30 en 30 dagen. April wordt dan 31, FebruariMaart, Mei, Augustus, December elk 30.) Men wil naar zeer verscheiden normen, Allen nauwkeurig uitgekiend, Den jaarkalender gaan hervormen, 'k Weet niet wat meesten lof verdient. Dat laat ik over aan geleerden. Ik weet alleen dat het project, Dat men in Detroit formuleerde, Veel interesse heeft gewekt. Daar heeft men van verscheiden maanden, Het laatste etmaal afgehakt, En, op gelijkheidsbasis staande, Bij andre maanden aangeplakt. Wie negenentwintig Februari Verjaardag heeft, is dan ook klaar, Hij zit niet meer in de penarie In elk, behalve 't schrikkeljaar. Maart kan ons één dag korter plagen Met ijs- en storm- en hagelgril, April, met eenendertig dagen, Doet een dag langer, wat hij wil. Mei en Augustus één dag korter, Wanneer men het project aanvaardt, En waarlijk ook December wordt ei- Een dag gekortwiekt van zijn staart. Ik denk, dat tusschen de vier muren. Er eerst nog heel wat wordt gepraat. En 't nog geruimen tijd zal duren. Vóór hierin iets gebeuren gaat. Ik weet niet, hoe men zal beslissen, Maar als ik even zeggen mag, Ons land wil één dag vast niet missen En dat is Koninginnedag. P. GASUS GD A T I C DEMONSTREEREN ft A I S 3 WIJ U DE NIEUWE PHILIPS- EN ERRES- RADIO TOESTELLEN en geven bij inruil den hoogsten prijs voor Uw oud toestel. Al DA" GROOTE HOUTSTRAAT 158 ALOn TELEF. 15426. - HAARLEM. (Adv. Ingez. Med.) in de wichelroede, doch de vraag blijft bestaanwaardoor slaat de wichel roede nu uit? En hiermede zijn we met een gekomen aan de kern van de kwestie, die nog steeds niet is opgelost en voor de wetenschap nog altijd een twistappel vormt. Ik leg het als volgt uit: na gedachten- concentratie op het gewenschte, tracht de roede-looper een verbinding tot stand te brengen tusschen hetgeen hij zoekt en zijn persoon. Lukt 'dit, dan fungeert de roede als een balans en slaat dus uit. Er wordt wel gezegd: dit is dan geen zuiver wichelroede-loopen meer, doch slechts ge deeltelijk en voor de rest'occultisme. Als dit inderdaad zoo is, dan ben ik mij hier van niet bewust. Trouwens, wie zal een grenslijn trekken tusschen het loopen met de wichelroede en occultisme? Thans nog deze vraag; hoe merk ik dat ik in de nabijheid kom van het gewensch te? Ik meen, dat het gewenschte een zekere straling geeft, die ik reeds in de nabijheid voel en die steeds krachtiger wordt als ik dichter bij kom. In de we tenschappelijke wereld is nu het woord „straling" juist datgene, waarmede men het niet eens is. Immers de natuurkundi gen kennen slechts twee soorten stralen, n.l. corpusculaire en electro-magnetische stralen. En de wetenschap zegt verder, dat geen van bei'de stralen bij het roede-loo pen aanwezig kan zijn, omdat tot nu toe geen enkel instrument het bestaan van die zoogenaamde „stralen" heeft kunnen aantoonen. Wat het dus voor stralen zijn, die ik duidelijk voel, wordt verder in het midden gelaten. Ik spreek gemakshalve over stralen en geef daar zoo goed moge lijk de bedoeling mede weer." In deze korte verklaring valt vooral op, dat mevrouw Klein Sprokkelhorst het mysterie als zoodanig erkent en haar eigen benamingen van verschijnselen als gemakshalve gebruikte termen bestempelt. Zij kan ook geen weten schappelijke opheldering geven. Zij kan slechts feiten constateeren. En dat die er zijn hebben wij ook al kunnen vaststellen tijdens haar onderzoek te Haarlem. In tal van ge bouwen waaronder kelderruimten bestaan, die de bewoners wel kenden maar de wichelroede loopster niet, vond zij telkens weer de plaat sen waaronder die kelders lagen. Zelf zegt zij het is bijna altijd juist. Tijdens dit Haarlem- sche onderzoek was het tot dusver steeds juist en vaak weer bleken die ruimten te liggen in de lijn van gangen, welker aanwezigheid zij had aangegeven. Op onze uitnoodiging werd het onderzoek van de wichelroede-loopster Donderdagmiddag gedurende geruimen tijd bijgewoond door den directeur van Openbare Werken, Ir. M. H. Maas, en door den hoofdingenieur, Ir. G. Friedhoff. Wij hopen dat de gelegenheid zich zal voordoen om hier en daar met spade en houweel tot de aangewezen gangen door te dringen. Ongetwijfeld zal het nuttig zijn dat te doen en het zou wel zeer jammer zijn het bij het huidige onderzoek te laten. Wij reke nen in dit opzicht op den ondernemingsgeest van het gemeentebestuur en hopen ook, waar het particuliere gebouwen betreft, op den on derzoekingsgeest van anderen. R. P. Het resultaat van het voortgezette onderzoek van Haarlem's Dagblad. ('Zie ook pag. 3) Op pag. 3 vindt men een beschrijving van de resultaten van ons onderzoek van Don derdag. Hedenmorgen heeft mevrouw Klein Sprokkelhorst weer met haar wichelroede loopen speuren, waarbij opnieuw interessan te ontdekkingen werden gedaan. Onder de vele „tips" die wij van lezers ontvangen hadden was er een dat onder het gebouw van „Zang en Vriendschap" in de Jansstraat bij de Groote Markt eigenaardige kelders zijn. Wij zeiden dit niet aan onze wichelroede-loopster, maar vroegen haar de gang verder af te werken die uit de Groote kerk in Noordelijke richting loopt. (Zooals men weet had zij Donderdagmorgen aan den Noordkant der Groote kerk twee gangen ont dekt, een in de richting van de Waalsche kerk, die wij ook 's middags in die kerk op het Begijnehof teruggevonden hebben, en een die naar de Jansstraat liep. Mevrouw N. Klein Sprokkelhorst met de wichelroede. Het was er ons dus nu om te doen of onze veronderstelling dat die naar het vroegere huis van den Bisschop (thans Bisschoppe lijk Museum) ii^ de Jansstraat juist was. De gang kon door mevrouw Kein Sprokkelhorst gevolgd worden in den winkel op den hoek van de Jansstraat en de Riviervischmarkt. Daarna verdween zij in het gebouw de Nij verheid (waarvan bekend is, dat er groote kelders onder zijn) om daarna de Jansstraat over te steken ter hoogte van het gebouw van Zang en Vriendschap. Zonder hg.ar dus van de „tip" verteld te hebben stond mevrouw Klein Sprokkelhorst voor het gebouw van „Zang en Vriendschap". De bewaarder van dit gebouw was zoo wel willend ons in de kelders toe te laten. Het bleek toen zeer duidelijk, dat de kelders onder het gebouw van „Zang en Vriendschap" vroeger een deel van de onderaardsche gangen hebben uitgemaakt. Zelfs was daar een vrij groot gewelf over een ruimte van drie a vier meters in het vier kant, dat het vermoeden doet rijzen, dat daar een ingangspunt tot de gang is geweest. Volgens historische gege vens moet daar ter plaatse vroeger een klooster gestaan hebben. Op deze plek stonden wij dus naar metgVrij groote zekeiTieid aangeno men mag worden in het overschot van een der onderaardsche gangen. De hoogte der gang was een kleine 2 Me ter, de breedte ongeveer 1% Meter. De wichelroede wees verder aan dat de gang in Noordelijke richting verder loopt. In de Schoolsteeg gingen wij opnieuw zoeken. De bewaarder van auto's op de parkeerplaats bij de uitmonding dezer steeg in de Jans straat deelde ons mede, dat eenige jaren ge leden op die plaats het oude huis van den heer J. C. Meijerink, smid, afgebroken is. Toen werd daar een groote kelder gevonden die, naar thans aangenomen kan worden, ook een deel van een onderaardsche. gang is geweest. De wichelroede wees aan, dat deze gang verder liep over het terrein achter het oude Gouvernementsgebouw in de Jansstraat (thans Kantongerecht en Waterstaatsge bouw) naar de vroegere Janskerk. Op dien weg wordt nog een plaats de plek gepasseerd waar ook het Barbara Gasthuis gestaan heeft. Het mooie poortje in de Jans straat is daaraan nog een herinnering. Thans is daar een school voor voorbereidend on derwijs gehuisvest. Niet onmogelijk is, dat op dit terrein in den ouden tijd ook een in gang tot de onderaardsche gang bestaan heeft. Het vermoeden, dat er dus ook een onder aardsche gang uit de Groote kerk naar het vroegere paleis van den Bisschop geloopen heeft, werd dus niet bevestigd. Mogelijk is evenwel, dat een nader onderzoek nog zal aantoonen. dat er een aftakking uit de gang onder het gebouw van „Zang en Vriend schap" naar het Paleis bestaat. De gang die uit de Groote kerk via het ge bouw van „Zang en Vriendschap" naar de Janskerk loopt, bleek, naar het verdere on derzoek aanwees ook een andere aftakking te hebben. Die gaat van de Noorder School steeg onder de huizen van de Smedestraat ook naar de Groote kerk. Wij hadden mevrouw Klein Sprokkelhorst ook niet gezegd, dat wij de „tip" hadden ge kregen, dat onder den boekwinkel van Ge broeders van Brederode een vreemdsoortige kelder was. Precies op de plaats die zij met wichelroede had aangewezen was de kelder. De eigenaar van de zaak wist niet, dat die kelder iets te maken had met een onder aardsche gang. Maar toen wij dien kelder bekeken, bleek dat wij in den kelder van den boekhandel van Gebroeders van Brederode op de Groote Markt op nieuw in een restant van de onder aardsche gangen stonden. Deze gangen blijken op dit punt niet diep onder den beganen grond te liggen, ongeveer 4 Meter. De breedte is weer 1 1/2 Meter, ter wijl de hoogte de 2 Meter nadert. Oude bouwers hebben dus gedeelten van de onderaardsche gangen gebruikt om er kelders van te maken. Nu opnieuw een spoor naar de Groote kerk wees, heeft mevrouw Klein Sprokkelhorst in de geheele kerk een nieuw onderzoek Inge steld. Toen werden er nog veel meer gangen door de wichelroede aangewezen. Onder de Groote kerk moet een net van onderaardsche gangen be staan. Van het Westen naar het Noorden loopt de honfdgang, die on geveer 2 Meter breed zou zijn. Daarop monden een groot aantal zijgangen uit. In Noordelijke rich ting hebben wij drie gangen kunnen vaststellen, één naar de Waalsche kerk (Begijnehof) en twee naar de Janskerk. Aan'de Westzijde is een gang die onder de Vleeschhal doorloopt. Waar heen die gaat weten wij nog niet. Aan den Zuidkant zijn niet minder dan drie gangen. Eén gaat in de richting van de Warmoesstraat, één loopt tusschen de Warmoesstraat en de Lange Veerstraat zelf. Tenslotte gaat een gang aan den Oostkant der kerk naar de Dam straat. De verdere loop dezer gangen hebben wij nog niet na kunnen gaan. Vermoedelijk zou een gedeelte daarvan hedenmiddag aan de beurt komen. De koster van de Groote Kerk, de heer G. A. Luiting was ook overtuigd, dat de aan wijzingen van de wichelroede kloppen, want op de punten waar die de gangen aangaf be vonden zich eigenaardige kelders. Een dezer kelders is onder den kunsthandel „de Muur bloem" bij de Spekstraat, een ander onder een bijgebouw der kerk. Er was evenwel geen ver vermoeden, dat die kelders iets uitstaande hadden met onderaardsche gangen. 1 GEKEPK 2 &IS5CH. MUSEUM d WAALSCtlE KüCK 4 JAftSKEDK THANS GEM. ARCHIEF 5 bEQIJtjtlOF Het net van onderaardsche gangen in de binnenstad, voor zoover dit Donderdag avond was vastgesteld. Nu er een gang in de kerk is gevonden die hoogstwaarschijnlijk in verbinding heeft ge staan met de Beek, komt de legende weer in herinnering, dat tijdens den 80-jarigen oorlog een gedeelte der menschen die opgesloten waren in de Groote Kerk aan hun vervolgers zijn ontkomen door via een onderaardsche gang bij de Beek te komen om zoo het Spaarne te bereiken. Japansche verliezen in China. 20.000 man in twee weken verloren? SJANGHAI, 15 October (Reuter). Vol gens de Chineesche autoriteiten hebben de Japanners in de laatste twee weken in het gebied van Sjanhai 20.000 man verloren. Voorts melden zij, dat de Chineezen drie Japansche pogingen hebben verijdeld om versterkingen aan land te zetten van 32 transportschepen en 23 oorlogschepen op de Jangtse. Havas verneemt uit Sjanghai: Na de Chi neesche luchtraids, die den geheelen nacht hebben voortgeduurd en dié gepaard gingen met een offensief der infanterie, is bij het aanbreken van den dag de rust terugekeerd aan het front van Sjanhai, waar het Chinee sche offensief thans tot staan is gekomen. Uit Soeijan wordt aan het Chineesche te- legraafagentschap Central News gemeld, dat de Chineesche troepen Mingoe hebben her overd op 13 October en de Japanners naar 't noorden hebben teruggeslagen. Mingoe ligt op 10 K.M. ten zuiden van den grooten Chï- neeschen muur. Deze stad was in handen van de Japanners gevallen, onmiddellijk na het begin der vijandelijkheden in de provincie Sjansi. Het woord is aan La Rochefoucauld: Men verveelt zich bijna altijd met menschen, in wier gezelschap het niet geoor loofd is zich te vervelen. Euwe—Aljechin. Euwe heeft door prachtig spel de vijfde par tij, te Den Haag gespeeld, gewonnen en de stand is dus nu 32 voor den wereldkam pioen. Dit beteekent, dat de spanning in dezen fei len schaakstrijd weer vergroot is, want Aljechin zal dezen achterstand zoo spoedig mogelijk weer teniet willen doen. Hij krijgt daartoe Zaterdag, in de partij hier te Haar lem, de eerste kans en aangezien hij dan de witte stukken aanvoert, zal hij ongetwijfeld niets onbeproefd laten, om deze kans te be nutten. Wist hij niet zijn verlies in de eerste partij ook onmiddellijk in de tweede met een winstpunt te compenseeren. De Haarlemsche schaakliefhebbers zullen Aljechin morgen stellig op zijn felst zien en even zeker zullen zij aanschouwen, hoe Euwe verbeten strijdt, om zijn kostbaren voorsprong te behouden. De partij te Haarlem wint door deze situatie nog sterk aan belangrijkheid. Ten aanzien van den grooten schaakstrijd tusschen Dr. M. Euwe en Dr. A. Aljechin in het Gemeentelijk Concertgebouw, Lange Be gijnestraat op morgen- (Zaterdag) avond, deelen wij nog in het kort het navolgende mede: De partij vangt aan te 7 uur. Er zal, tenzij de strijd eerder mocht zijn beslist, worden doorgespeeld tot 12 uur. De zaal wordt te 6.30 uur voor het publiek opengesteld. Toegangsbewijzen zijn tot Zaterdagmiddag 1 uur aan de Tijdingzaal van Haarlem's Dag blad, Groote Houtstraat 93 verkrijgbaar, daarna alleen nog aan het Concertgebouw, opening loketten 6.30. Toegangsprijs f 1, Het afgeven van kleeding aan de vestiaire (tegen betaling van 10 cent per persoon) is verplicht. Dames kunnen echter desgewenscht hoed en mantel aanhouden. Wanneer de partij Zaterdagavond onbe- eindigd blijft, zal na overleg met de schaak meesters en het comité onmiddellijk na af loop van den speeltijd worden medegedeeld, waar en op welk uur Zondag verder zal wor den gespeeld. Het publiek is gehouden, zich geheel naar de door het Euwe-Aljechin Comité te geven aanwijzingen te gedragen en met name, tij dens het spelen de grootst mogelijke stilte in acht te nemen, opdat de spelers niet worden gestoord. Er worden geen sorties afgegeven, zoodat degenen, die het gebouw tijdens den wed strijd wenschen te verlaten, slechts kunnen terugkomen, wanneer zij opnieuw den entree prijs betalen en in het geval er nog toegangs bewijzen beschikbaar zijn. Tijdens den wedstrijd kunnen uit het ge bouw geen mededeelingen over den stand der partij aan niet aanwezigen worden verstrekt, ook niet telefonisch. CHARLOTTE KÖHLER. Charlotte Kohier vond hier gisteren bij haar tweede voordracht van „Marathon dans" een geheel uitverkochten Stadsschouw burg. Het succes was ook nu weer overweldi gend groot Kleeding-, Schoeisel- en Dekkingfonds. KONING SCHAAK DOMINEERT, maar Uw bijdrage voor het KLEEDING-, SCHOEISEL- en DEKKINGFONDS, mag daardoor niet in het gedrang komen. Stort deze daarom zoo spoedig mogelijk op het gironummer van den gemeente ontvanger No. 13556, met vermelding Bestemd voor de K. S. D.-inzameling. HEDEN: 16 PAGINA'S pag. Het Wichelroede-onderzoek in Haar lem 1 en 3 De wethouders van de zeven groote ge meenten hebben geconfereerd met mi nister Romme 3 Door baldadigheid van een jongen is bij Nieuwe Niedorp een ernstig verkeers ongeluk gebeurd. 3 Een treinaanslag in Palestina heeft doo- den en gewonden geëiscjit. 4 Generaal Franco verplaatst zijn hoofd kwartier. 4 De Duitsche Rotaryclubs worden defini tief ontbonden. 4 Optreden tegen voetbalpools. 4 Euwe boekt een tweede succes door de vijfde partij te winnen. 5 ARTIKELEN, ENZ. R. P.: De wichelroede in Haarlem 1 Mr. E. Elias: Des kleuters eeuw 3 A. D. de Groot: Na vijf partijen. 5 H. D. Vertelling: Twee zielen één ge dachte 6 Z-s.: De groote illusie. g J. B. Schuil: Ned. Radio-Cabaret-Enscmblc 8 Onze Indische Luchtpostbrief. 11 De Burgerlijke Stand van Haarlem is op genomen op

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1937 | | pagina 1