Aan allen!
RAADSELS
BRIEVENBUS
VRIJDAG 7 JANUARI 1938
HA ARC EM'S DAGBCAD
TT
Ik denk niet dat één van jullie deze eerste
dagen van 't jaar in Roemenië heeft
doorgebracht. Mocht het wel zoo geweest
zijn, dan is hij op 6 Januari in de gele
genheid geweest een eigenaardige plechtigheid
bij te wonen. Op dien dag n.l. wordt door den
koning in 't bijzijn van tal van hooge geeste
lijken een kruis in 't water der Dimbovila ge
worpen, dat later door de boeren uit den om
trek weer aan land gebracht wordt. Deze
plechtigheid geschiedt ter wijding van het wa
ter der Dimbovila. 6 Januari is dus hier een
dag die plechtig gevierd wordt. Zoo is het nog
m verschillende landen en zoo was het ook
eens in ons land. 6 Januari heet nog Drieko
ningendag. Dit ter herinnering aan de drie
wijzen uit het Oosten. Later heeft men er ko
ningen van gemaakt, die het kindeke Jezus
goud, myrrhe en wierook brachten. Ook in
ons land heeft men lang vastgehouden aan de
viering van Driekoningendag. Langzamerhand
is deze dag voor ons een dag geworden als alle
andere. Alleen in 't Z. van ons land Wordt deze
dag nog gevierd. Daar gaat dan de jeugd ver
kleed als de 3 wijzen nog zingende van huis
tot huis om er voor in ruil te ontvangen ver
snaperingen en soms wat geld. Een enkele
keer komt ook nog bij dezen rondgang Hero
des te pas, die dan zeer belangstellend vraagt:
„Hoe komt de jongste van de drie zoo zwart?"
waarop dan het antwoord van den zwartge
maakte luidt:
„Al zijn ik zwart, 'k ben wel bekand,
Ik zijn de koning van 't Morialand."
Dit Morialand is een vermooiing van Moo-
renland. Langen tijd is het gewoonte geweest
de beginletters der drie koningen Balthazar,
Melchior en Caspar op de deuren te schrijven,
met het jaartal er bij. Dit geschiedde in den
tijd, dat men nog geen kalenders had. waarin
men kon naslaan wanneer de een of andere
feestdag was. Op Driekoningen werd dan in de
kerk bekend gemaakt wanneer het Paschen
was en men schreef dan op dé deuren de-feest
dagen, die zich regelden naar Paschen. Maar
ook toen er al kalenders waren, vond men dit
gebruik nog bij onze bijgeloovige voorouders,
want men meende dat men dit doende de booze
geesten van zich weerde. Dat Driekoningen in
ons land een belangrijke dag geweest is blijkt
ook uit het feit dat Maximiliaan van Oosten
rijk een nieuw dijkbestuur voor West-Fries
land instelde, hetwelk zijn functie eerst mocht
uitoefenen op Driekoningen en dat zelfs nog
in de dagen van de Republiek der Vereenigde
Nederlanden geen goederen voor schuld moch
ten verkocht worden na Driekoningen. Dit
mocht alleen tusschen 25 Dec. en 5 Jan. Wij
hebben van al die eigenaardige gebruiken op
Driekoningen alleen overgehouden het eten
van Driekoningenbrood, maar van het koning
schap van hem of haar die de in het brood
verborgen boon treft, weten we niet meer.
W. B.—Z.
P.S. In mijn „Aan Allen" van 10 Dec. schreef
ik, dat appels en peren oorspronkelijk steen
vruchten waren en dat de wilde appel nog
voorkomt in West-Azië. Dezer dagen ontdekte
ik hem ook in één der voortuintjes van de hui
zen in de Pleiadenstraat.
W. B.—Z.
UITSLAG VAN DEN WEDSTRIJD VOOR
AFDEELING II.
Nagekomen inzending van Benjamin, oud
6 jaar.
Na loting zijn de prijsjes ten deel gevallen
aan:
RIETZANGER, oud 8 jaar.
ORRE DE JONG, oud 7 jaar.
HEIN BURGER, oud 9 jaar.
Woensdag 12 Januari tusschen 2 en 4 uur
mogen bij mij de prijsjes gehaald worden.
W. B.—Z.
POSTZEGELRUBRIEK.
1933 Wipa
1933 Herd.
12
24
30
40
50
64
12
24
30
40
50
64
1933 Winterhulp
5
12
-f
24
2
3
6
lSch.
50
OOSTENRIJK
Aanvulling IV.
In 1933 verscheen ter gelegenheid van de
postzegeltentoonstelling te Weenen een zegel
met afbeelding van een oude postkoets. Deze
zegel was alleen te krijgen op vertoon van toe
gangsbewijs voor de tentoonstelling a 160 gr.
en werd voor de dubbele waarde verkocht, zoo
dat de prijs van deze zegel 50 en 50 en 160 gr.
werd. De kleur van deze zegels is blauw. Groot
te 40 x 50 mM.
Bij den 250sten verjaardag van de bevrijding
van de Turken verscheen een weldadigheids
serie met afbeeldingen uit dien tijd. De waar
den zijn 12 en 12 gr. (groen Kerk St. Etien-
ne) 24 en 24 gr. (violet M. d'Aviano) 30 en
30 gr. (rood Comte Rudiger) 40 en 40 gr.
(blauwgrijs J. Sobieski) 50 en 50 gr. (bl.
Charles V) 64 en 64 gr. (sepia v. Lebens-
berg)Grootte 35 x 30.
In 1933 verscheen de Winterhulpserie, maar
nu bestaande uit 4 zegels, waarvan de lage
waarde in cijfer- en landschaptype, de 1 schil
ling volgens type 1929, maar alle zegels in an
dere kleuren, en met opdruk. Wij krijgen dan
op 5 gr. en 2 gr. Winterhilfe (grijsgroen
cijfer type) op 12 gr. en 3 gr. Winterhilfe (licht
blauw) en op 24 gr. en 6 gr. Winterhilfe (geel
bruin) Grootte 28 x 24 mM. Op 1 sch. en 50 gr.
Winterhilfe (roodoranje) Grootte 35 x 30 mM.
Zie het schetsje.
Rustenburgerlaan 23.
Jft.
De raadselprijzen voor de maand December
zijn bij loting ten deel gevallen aan
DEN KLEINEN STUURMAN, AMANDELTJE,
JASMIJN en ZANGERESJE
die ze Woensdag 12 Januari tusschen 2 en 4
uur bij mij mogen afhalen.
Deze raadsels zijn ingezonden door jon
gens en meisjes, die Onze Jeugd lezen.
Iedere maand worden onder de beste op
lossers vier boeken verloot.
AFDEELING L
(Leeftijd 10 jaar en ouder)
1. (Ingez. door Sierduifje.)
Ik ben een eigenaardig dier en besta uit 8
letters.
12 3 gebruik je voor je haar.
1 2 3 4 6 5 is een woestijndier.
5 6 7 is een jongensnaam.
8 4 5 is een meisjesnaam.
2. (Ingez. door Roosje.) Strikvragen.
a. Welke spiegels hangen niet aan den
wand?
b. Wat zette Adam het eerst in den Hof van
Eden?
c. (Ingez. door de Kleine Werkster.)
Wat wordt er verbrand om een geheim te
bewaren?
d. Als. je ervoor staat, sta je erin, terwijl je
er toch niet instaat.
3. (Ingez. door Duikstertje.)
Vul de puntjes in met letters, zoodat je een
berijmde spreuk krijgt.
D.m.e.t.r .n .ij. w.s.e.d.i.t
.e l.e.l.n. i. z.n .a.n .e.l.s.
4 (Ingez door Rozeknopje)
Mijn geheel is een spreekwoord van 26 let
ters
10 T 24 9 17 vindt men aan kleedingstukken
1 7 4 20 5 23 is een turn-voorwerp.
18 19 20 is een lidwoord.
11 12 13 14 15 16 17 doet men op een feest.
1 2 3 is niet massief
6 7 8 is een inhoudsmaat
21 22 23 24 is niet zacht.
25 26 13 12 is het in den nacht.
5. (Ingez. door de Kleine Werkster.)
Neem uit onderstaande schuilnamen tel
kens één letter, zoodat er een vogelnaam ge
vormd wordt, die tevens een schuilnaam is.
Poppen verpleegstertje, Napoleon, Kampeer-,
stertje, Kleine Rekenbaas, Iris, Turnstertje,
Wilgenkatje, Roodborstje, Machteld.
6. (Ingez. door Roosje.) Verborgen dichters i
Wie zijn: Hennie Riechih? Nel Vod?
AFDEELING II.
(Leeftijd 9 jaar en jonger.)
1. (Ingez. door Roosje.)
Vul de kruisjes in met klinkers, zoodat er
een waar gezegde ontstaat.
Klxxne pxtjxs hxbbxn xxk xxrxn.
2. (Ingez. door Rozenknopje.)
Wij aten vanmiddag van iets, dat rond was
van vorm met een stokje erin en een touwtje
erom. Wat was dat?
3. (Ingez. door Roosje.)
Haal uit den schuilnaam Minerva: een
lichaamsdeel, een meisjesnaam en een soort
schaap.
4. (Ingez. door Machtenld.) Verborgen
maanden.
a. Maar Treesje, waarom heb je dat toch
gedaan?
b. Jan Knap, rilde van de kou toen hij uit
't water kwam.
c. Ik lcwam eindelijk thuis.
d. Juliaan en Greet komen bij ons eten.
5. (Ingez. door Mosplantje.)
Met een a rol ik ver weg
Met e kan ik klinken, zeg.
Met o kan 'k lekker smaken
Met ui kan je je pijn doen, kind
Zorg nu maar, dat je me vindt.
'6. (Ingez. door Tromp.) Verborgen schoolma
teriaal.
Weet je wat ik mee naar school neem?
To Loschasch, Leo Tuischo, Ko Beschool.
RAADSELOPLOSSINGEN
De raadseloplossingen der vorige week zijn:
AFDEKT,TNG I
1. Rhinoceros.
2. Achter de wolken schijnt toch de zon.
3. Leeringen wekken, voorbeelden trekken.
4. Vleermuis. Urk, kurk.
5. Nieuwjaar.
6. Oliebol.
AFDEELING IL
1. Sierduifje.
2. Kanarie, mees, vink.
3. Oliebollen.
4. Grootvader, Grootmoeder, Tante, Neefjes
en Nichtjes.
5. Blauw, dauw, gauw, lauw.
6. Veel geluk.
Goede oplossingen ontvangen van:
Karli Peters 6 Lodi Peters 5
Iris 6 Bruinoogje 5 Micky Mouse 5 Vergeet
mij nietje 4 Duikstertje 6 Kampeerstertje 6 De
kleine Werkster 4 Parkietje 5 Sierduifje 5 Win-
netou 5 Vrouwtje Ulebuut 4 Goudsbloempje 4
Sneeuwklokje 5 Strijkstertje 5 Jopie Steen
ken 6 Meidoorntje 6 Boertje 6 Viooltje 6 Ben
jamin 6 Muurbloempje 4 Vaders knecht 6
Beery 6 Edelweiss 6 Roosje 4 De kleine Stuur
man 6 Zondagskindje 5 De kleine Vleister 5
Een naamlooze 6 Amandeltje 3 Rietzangertje
6 Zandkevertje 6 Lindebloesem 6 Eikeldopje 6
Zonnepit 6 Karei Pieters 6 Lodi Pieters 6 Moe
ders Schat 6 Vader's Oudste 6 Cellist 6 Jas
mijn 6 Gymnast 4 Zangeresje 5 Verpleegstertje
5 Prikkebeen 4 Kruidnoot 6
DE NIEUWJAARSWENSCH VAN DE FEE
VAN 'T GELUK.
Oplossingen ontvangen van:
Vaders Oudste oud 15 jaar, Moeders Schat
oud 13 jaar, Cellist oud 14 jaar. Zandkevertje
oud 13 jaar Edelweiss oud 13 jaar, Kampeer
stertje oud? De Kleine Werkster oud 10 jaar,
Iris oud 14 jaar, Kruidnoot oud 12 jaar, Jopie
Steenken, oud 9 jaar, Djambistraat 6.
SCHRAMGEZICHT EN ZONNEGOD.
Een mooi sprookje uit het land der Indianen.
Er was eens een dappere Indiaansche jonge
ling, die Schramgezicht heette. Hij had geen
vader of moeder meer en was erg arm. De an
dere helden van den stam staken vaak den
draak met hem om het groote litteeken, dat
over zijn linkerwang liep en dan zeiden ze: „Jij
zult het niet ver brengen in de wereld, jij
Schramgezicht!" Maar de oude krijgers hiel
den veel van hem, omdat hij verbazend moe
dig en nog bovendien altijd zacht en vriende
lijk was. Nu had het opperhoofd van dien stam
een mooie, lieve dochter, die door alle jonge
lingen om strijd bewonderd werd. Ook Schram
gezicht hield veel van haar. maar hij wist
haast wel zeker, dat hij nooit met haar zou
kunnen trouwen. Maar eens op een dag stortte
hij toch zijn hart voor haar uit. „Ik ben arm
en leelijk", zei hij, „maar toch houd ik van je"
ermi v.i_Aere_
„En ik houd van jou" antwoordde het meis
je, „maar ik zal nooit trouwen. De Zonnegod
wil het niet hebben; hij heeft me betooverd."
Dat vond Schramgezicht vreeselijk. „Als je
't goed vindt", zei hij, „dan ga ik den Zonnegod
opzoeken; misschien kan ik hem overhalen,
de betoovering te verbreken."
„Ik geloof niet, dat het je lukken zal. De
Zonnegod is erg machtig. Maar als hij erin
toestemt, vraag hem dan of hij die groote
schram van je wil wegnemen ten teeken dat
de betoovering verbroken is."
Schramgezicht vertrok onmiddellijk. Hij
trok door dichte wouden, hij klom over heu
veltoppen, hij zwom over breede rivieren. En
juist, toen hij een bee.tje moedeloos begon te
worden, zag hij, half verborgen onder het lange
gras, een pijl ëh boog liggen. Een oneerlijk
man zou die misschien hebben opgeraapt en
meegenomen, maar Schramgezicht was dooi
en door eerlijk: hij zei bij zichzelf: „die zijn
niet van mij" en liep door. Vlak daarop kwam
hij een flinken jongen tegen van een jaar of
twaalf, wiens blonde krullen schitterden als
zonnestralen.
„Goeiendag" zei de jongen „ik ben m'n pijl
Brieven aan de Redactie van de Kinder-Af-
deeling moeten gezonden worden- aan Mevrouw
BLOMBERGZEEMAN. Stuijvesantplein 11.
EENIGST KIND. Hartelijk dank voor die
grappige sneeuwkaart. Als je nog eens zoo'n
sneeuwpop kon maken!
PRIKKEBEEN. Jou dank ik ook wel voor
dien kranigen skilooper. Ik denk niet, dat hij in
Nederland woont.
ROBBIE v. d. W. "Wat was dat een snoe
zige kaart. Hartelijk dank ervoor. Waar zouden
ze al die klavertjes van vier geplukt hebben?
IRIS. Beeldig waren die besneeuwde vrucht-
boomen net takken, die in watten waren verpakt.
Wel bedankt Iris
GRETA D. Wat een geestige kaart kreeg ik
van jou. Ik danlc je er hartelijk voor. Schrijf je
me eens over je nieuwe omgeving. Ik hoop zoo,
dat jo je er thuis zult voelen.
EEN NAAMLOOZE stuurde me een prachtige
nieuwjaarskaart. Op de voorpagina stond een
molen aan den waterkant. Ik hoop toch, dat de
oude naam niet in 't Oude Jaar is achtergebleven.
OEVERKEVERTJE, AAPJE en DE SNOE
PER. Wel bedankt voor jullie mooie kaart met
het aardige klokje in de hulst versoholen.
FAMILIE T. Hartelijk dank voor uwe felici
tatie. Wederzijds alles goeds toegewenscht.
LINDEBLOESEM. ZONNEPIT. en EIKEL
DOPJE dank ik hartelijk voor dat mooie be
sneeuwde landschap.
JAN WEST en FAM. Wat prachtig die witte
wereld. I-lartelijk dank ervoor.
ZANDKEVERTJE. Mooi was da.t verlichte
huisje tc midden van de sneeuw. Hartelijk dank.
ROSEROOD. Wat een schitterend gouden
kerstklok. Je krijgt een blij gevoel, als je er naar
kijkt. Wel bedankt.
ZONDAGSKINDJE. Wat stuurde jij met ook
een mooi wintergezicht. Hartelijk dank.
BORDUURSTERTJE, DIEREN VRIENDIN,
CACTUS, TEEKENAAR, DOORNROOSJE.
FREDDY en ANNIE. Wat hebben Jullie me
ook verrast met die mooie foto. Aan allen mijn
dank.
ONS TRIO wordt ook vriendelijk bedankt voor
die leuke vogellcaart. Lijkt dat meisje op moe
ders schat?
BEERY. Als dat hoefijzer en al die klavertjes
van vier geluk moeten brengen, dan word ik de
gelukkigste mensch van de wereld. Hartelijk
dank,
MARKETENTSTER. Wat zond jij me een
reusachtig hoefijzer. Wel bedankt.
VIOOLTJE. Jou dank ik zeer voor die fijne
kaart, 't Lijkt net op een eenzaam kerstboompje
in een berkenbosch.
NAPOLEON. Hartelijk dank voor die mooie
Volendammerkaart. Ook nog zeer bedankt voor
die Jamboree-penning, 't Speet me dat ik dit de
vorige week vergeten had. Ben je gisteravond
naar Lisso geweest?
ZWEMGRAAG. Wel bedankt voor je mooie
kaart. Wat maakt sneeuw alles toch prachtig.
GOUDSTERRETJE. Hartelijk dank voor je
nieuwjaarskaart met die aardige hertjes.
WENDA en DE KLEINE VOETBALLER.
Wel bedankt voor jullie felicitatiekaart op 1 Ja
nuari. Wat zingen die vogels blij!
HENK S. Wat stuurde jij me een mooie
klok. Zou het een electrische zijn? Hartelijk dank.
ACACIATAKJE. Jou dank ik hartelijk voor
die mooie schitterkaart met de besneeuwde
huisjes.
KOER DUIFJE. Wat een snoezig stelletje
kinderen stuurde jii me. Wel bedankt.
DE KLEINE REKENBAAS en JUFFERTJE
SPRING IN 'T VELD. Wat een fijne kaart was
dat, die lage huisjes met de besneeuwde daken.
Ik dank jullie er hartelijk voor.
BENNIE, HENNIE en TROTS W. Wat
was dat mooi die ingesneeuwde dennenboom.
Hartelijk dank.
FAM. v. L.P. Hartelijk dank voor uw fe
licitatie. Wederzijds alles goeds voor 193S toe
gewenscht.
LODI P. Wat hebben jullie veel met Kerst
mis gekregen. Maar misschien heb je geen Sint-
Nicolaas gevierd. Deze keer kwam je briefje weei
te laat.
KARLI P. Wanneer je je brief naar. de
Groote Houtstraat brengt, moet het voor Woens
dag gebeuren. Wat heeft die Oma jullie goed be-
dacht. Je postpapier vond ik beeldig. Ben je al
aan 't zagen gegaan?
GYMNAST. Heel hartelijk bedankt voor die
prachtige cyclame. Je plant van 't vorig jaar
staat nu weer in bloei. Ik zal voor deze ook heel
goed zorgen,
VROUWTJE ULEBUUT, BROER en ZUS wor
den hartelijk bedankt voor dat gezellige huisje in
de sneeuw.
EDELWEISS. Dank voor je felicitatie. Ook
een heel goed jaar toegewenscht.
GYMNAST. De singel heeft zeker niet lang
dicht gelegen. Had je de schaatsen al voor den
dag gehaald? Hoe gaat 't met Adrie? Hebben de
vogeltjes al 't lekkers uit den kerstboom opge
geten?
JASMIJN. Nog wel gefeliciteerd met moe
ders verjaardag. Ben je blij met je raadselprijs?
CELLIST. Is je vulpen nog terecht geko
men? Ik ben er wel een beetje bang voor. Als je
weer eens een vulpen krijgt moet je hem maar
stevig vastmaken.
VADERS OUDSTE. De vacantie is natuurlijk
veel te gauw voorbij gegaan. Is je postzegelverza
meling toegenomen? Ik begrijp ook niet, dat
jongens zich vervelen kunnen.
MOEDERS SCHAT. Ben je al naar de oate-
chisatie geweest? Wat prettig voor je. dat 't heele
gezin meeging naar 't Kerstfeest.
LODI P. Misschien duurt het niet lang meer.
of jullie schrijven in het Duitsch een brief naai
de grootouders, 't Is prettig voor jullie, dat tante
goed Hollandsch kan spreken.
ZONNEPIT. Heb je het nieuwe boek al uit?
Ben je al weer gewend op school? Ik kan me best
indenken, dat je nog graag een week thuis had
willen blijven.
EIKELDOPJE. Hoe gaat 't nu met moeder?
Heeft de dokter aog geen afscheid genomen?
Wat prettig voor je, dat je op Oudejaarsavond
op mocht blijven,
LINDEBLOESEM. Gelukkig, dat moeder
toch wel een beetje vooruit gaat. Moet je nog
thuis blijven om te helpen?
RIETZANGERTJE. Huis stond er verkeerd,
het moest huid zijn. Nu begrijp Je zeker wel, wat
voor woord het worden moest.
AMANDELTJE. Hoe kijk je wel, nu je een
raadselprijs hebt gewonnen? Zijn de kiezen al
gevuld? We kunnen nog volop sneeuw en ijs
krijgen. Je hebt maar een heerlijke vacantie
gehad.
EEN NAAMLOOZE schrijft met dat hij (of
zij?) zoo'n mooi rapport had. Vrijdag begon de
school weer, maar to.ch zeker alleen voor kinde
ren, die een naam hebben.
DE KLEINE VLEISTER. Wat ben jij laat
opgebleven in het Oude Jaar. Ook heel veel goeds
in 19 3S toegewenscht.
ZONDAGSKINDJE. Hartelijk gefeliciteerd
met moeders verjaardag. Wat hebben Jullie sa
men een gezelligen Oudejaarsavond gevierd. Gaat
't goed met Tineke? Wat voor spe) is jokeren?
ZANGERESJE en VERPLEEGSTERTJE.
Hoeveel oliebollen hebben jullie wel opgesmuld?
Komen jullie samen het boek halen?
EX-KLAPROOS. 'k Vond het leuk weer eens
wat van je te hooren. 't Is heerlijk, dat het op de
Kweekschool zoo goed gaat. Dat was zeker ge
wichtig om al in de 4de klas les te geven.
DE KLEINE STUURMAN wordt met vader en
moeder een heel gelukkig jaar toegewenscht.
ROOSJE. Ook jou wensch ik alles goeds
toe. Die tortelduifje is zeker .de koers kwijt. Wo
nen jullie dicht bij elkaar?
EDELWEISS. Nog heel hartelijk gefelloi-
teerd met moeders verjaardag en met de jouwe.
Zijn het heerlijke dagen geweest? Wat heb jij
een jeugdigen vader? Die zal wel eens geplaagd
worden.
MUURBLOEMPJE. Je raadsel is goed.
r VIOOLTJE. Dat was een best rapport. Ik
'hoop, dat je het zoo houden kunt.
OUD-BOERINNETJE. Hartelijk dank voor
je felicitatie. Ik hoop zeer, dat het je bijzonder
goed mag gaan in 1938.
MEIDOORNTJE. Wat heb jij gesmuld op
Oudejaarsavond. Ik kan me begrijpen, dat je
schrok van dien brandenden kerstboom. Hoe
kwam het? Heb je nu je rapport gekregen?
BOERTJE. Kun je de raadsels al zonder
hulp oplossen?
KRULLEKOPJE mag haar schuilnaam hou
den. Je had de raadsels uitstekend opgelost.
SNEEUWKLOKJE en STRIJKSTERTJE.
Draag je de onderjurk al? Ook beiden een voor
spoedig jaar toegewenscht.
GOUDSBLOEMPJE. Nog wel gefeliciteerd
met je verjaardag. Rijdt de nieuwe fiets fijn?
Het schaatsenrijden was gauw afgeloopen. hè?
Waar reden de jongens?
VROUWTJE ULEBUUT. Je narcisjes zijn
nog mooi. Dat was een verrassing op Oudejaars
avond. Is moeder al aan de gordijntjes en spreien
bezig? De borden van de puzzle staan door ei
kaar. Wat heeft de dokter gezegd?
SIERDUIFJE. Als je veel sjoelbakt, doe je
het steeds beter. Ik zou maar dikwijls naar Par
kietje toe gaan.
PARKIETJE. Door de nieuwjaarsdrukte is
onze Rubriek in afleveringen gekomen. Ik kan
niet meer nazien, hoe dat zat met dat eeno raad
sel van je. Je hebt in ieder geval geboft.
DE KLEINE "WERKSTER. Je mag best
veranderen van schuilnaam. Je was nu goed op
tijd.
DUIKSTERTJE. Al kwam de Rubriek dan
wat later, jij was er vroeg bij.
MICKY MOUSE. Wat gezellig, dat oom en
tante bij jullie Oudejaarsavond vierden. Knap
van Bruinoogje, om zulke lekkere poffertjes te
bakken. Die mag zeker nog wel eens bij jullie
terugkomen?
PIETJE BELL en LEO HALLE dank ik har
telijk voor die mooie Nieuwjaarskaart met de
lelletjes van dalen. Dat 193S voor jullie en je
ouders maar een heel goed jaar mag zijn.
BRUINOOGJE. Nu zal Onze Jeugd we
weer op tijd zijn. Wat heb je allemaal op je ver
jaardag gekregen? Waar zat je op 't feest var
Turnlust?
KRUIDNOOT. Dat Tinholt-museum lijkt me
heel interessant. Ik zal er zaker ook eens een
kijkje gaan nemen. Ligt het achter de ruine van
Brederode?
MADELIEFJE. Wat aardig, dat je zelf een
boek hebt gemaakt met verhaaltjes en versjes.
Voordat de St. Nic. wedstrijd er is, kun je er
misschien nog meer bijvoegen. Je kunt wel een
winkeltje opzetten van foto-aibums. Heb je zoo
veel kieken?
MOEDERS HUISKNECHTJE. Kom maar
nooit op'i ijs als 't van moeder niet mag. Wat
heeft moeder aan een verdronken huisknechtje?
PRINSES E.NGEL1ETJE. Ook alles goeds
toegewenscht in 't Nieuwe Jaar.
Haarlem, 7 Januari 1938.
en boog kwijt, hebt U die misschien ook ge
zien?"
„Ja zeker," zei Schramgezicht ..ze liggen in
't gras op ongeveer twee honderd meter naar
't Westen."
„Fijn," zei de jongen, „ik ben blij, dat U zoo
eerlijk bent en ze hebt laten liggen. Waar gaat
U naar toe?"
„Ik heet Schramgezicht en ik ben op weg
naaar den Zonnegod".
„Kom dan maar met mij mee," zei de jon
gen „ik ben het zoontje van den Zonnegod en
ik heet Morgenster. Dan gaan we samen."
Schramgezicht was overgelukkig, dat er
nu eindelijk een eind aan zijn lange reis zou
komen. En toen Morgenster zijn pijl en boog
had opgezocht, gingen ze samen op weg naar
het paleis van den Zonnegod. Da.ar was het
zoo mooi en schitterend, dat Schramgezicht
nauwelijks zijn oogen kon openhouden. Aan
den ingang van het paleis stond een schoone
vrouw: Morgenster's moeder. Ze heette hen
hartelijk welkom en noodigde hen uit, binnen
te gaan.
Nu stond Schramgezicht eindelijk tegenover
den grooten Zonnegod! Hij was erg vriendelijk
en vroeg hem in het paleis te blijven over
nachten.
Den volgenden morgen wilde Morgenster op
jacht gaan, maar zijn moeder wilde 't niet
hebben. „Er zijn booze geesten in den vorm
van vogels bij het Groote Water," zei ze „en
die zullen je zeker kwaad doen."
Maar Morgenster lachte er wat om. „Ik ben
niet bang!" zei hij tegen Schramgezicht. „Ga
je mee de booze geesten doodschieten?"
Schramgezicht ging mee. „Misschien kan ik
den jongen beschermen," dacht hij. En dat
was wel noodig ook, want nauwelijks waren
ze bij het Groote Water aangekomen, of de
booze vogels vielen op hen aan om hen dood
te pikken.
Wel een uur lang worstelde Schramgezicht
met hen. Eerst schoot hy al zijn pijlen op hen
af en tenslotte draaide hy ze allemaal den nek
om! Morgenster was gered en 's middags ver
telde hy alles in geuren en kleuren aan zyn
vader en moeder.
En toen was de Zonnegod zóó dankbaar, dat
hij tegen Schramgezicht zei: „Wensch wat je
wilt. het zal vervuld worden."
Onze held vertelde hem toen wat zy'n lief
ste wensch was, n.l. om te mogen trouwen met
de dochter van het opperhoofd."
„Dat is het mooiste en liefste meisje van
heel het land", zei de Zonnegod. Ik had haar
betooverd, omdat geen enkel jongeling goed
genoeg voor haar was. Maar jij hebt getoond,
dat je haar waardig bent. Ik geef je haar tot
vrouw."
En toen hij deze woorden gesproken had,
was opeens de schram van het gezicht van
onzen held verdwenen! Hy was nu niet leelyk
meer. Hij ging naar huis terug en trouwde met
de dochter van het opperhoofd. En voortaan
heette hij geen Schramgezicht meer, maar
„Gladgezicht", het broertje van de Zon.
LEUK SPEELGOED
door W. B.Z.
We hebben leuk speelgoed gekregen;
Twee hondjes: een wit en een bruin.
Ze liggen zoo leuk in hun mandje
Maar mogen nog niet in den tuin.
Ze stoeien zoo grappig tezamen.
Ze byten mekaar voor de pret,
Soms zijn ze zoo wild en zoo dartel,
Dan gooien z' elkaar uit hun bed.
Ik zou ze niet graag willen missen
Ik houd van die twee toch zoo veel,
Ze bijten wel alles kapot hoor,
Mjjn jurk neen die blijft vast niet heel.
We hebben leuk speelgoed gekregen:
Twee hondjes: een bruin en een wit.
Ik zou ze niet graag willen missen,
Want 't is toch zoo'n heerlijk bezit.
DIE BOOZE KEE!
door W. B.—Z.
Wat is onze Kee toch kwaad,
Wie ze met de pook daar slaat.
En haar sloffen vallen uit,
Wie heeft het toch zoo verbruid?
Jongens, het is maar een muis.
Die liep in het achterhuis,
't Muisje is direct verdwenen,
Toen boos Keetje nam de beenen.
Nu slaat Keetje met een zucht
Met de pook maar in de lucht
En de muis zit, dat staat vast
Onder in de keukenkast.
Booze Kee loopt als een haas
Muis eet lekker van de kaas,
Toen ze zich had goed gedaan,
Is ze stil naar huis gogaan,