DE EERSTE SLUISDEUR VOOR WIJK BIJ DUURSTEDE. Het groote Avontuur Minister mr. J. A. de Wilde bracht Woensdag een bezoek aan de automobielententoonstelling in het R.A.I.-gebouw te Amsterdam De eerste sluisdeur voor Europa's grootste binnensluis te Wijk bij Duurstede ie door vier sleepbooten van Amsterdam via het Merwedekanaal naar de plaats van bestemming gesleept en daar Woensdag aangekomen Spakenburg in bewondering voor het standbeeld van Christolfel Pullmann nabij paleis Soestdijk, dat in deze dagen meer belangstelling dan anders geniet De oceaanvlucht van de Italiaansche «Groene muizen» is geslaagd. Een Fransche militaire auto viel op den weg van Vésoul naar Beganson Bruno Mussolini met de bemanning van zijn toestel voor hun ver- van groote hoogte op de spoorbaan. Zes inzittenden werden gedood, trek zes andere zwaar gewoond Onder geleide werd Woensdag een drietal kleuters tot paleis Soest dijk toegelaten, om kinderlijke geschenken voor de Prinses te gaan aanbieden Anthony Eden bij aankomst te Parijs op doorreis naar Genève. De Engelsche staatsman op het Gare du Nord FEUILLETON Roman uit de Tropen door FRANS DEMERS. 16) Toen Riefenberg zich eindelijk naar de veerpont begaf stond de chauffeur ongedul dig te wachten en dadelijk gaf hij een teeken aan de overzetters. Over den breeden stroom was een stalen kabel gespannen, die liep over de zeven groote prauwen, waarop de veerpont, was gebouwd. Een twintigtal jonge, naakte kerels stonden in het niet-overdekte gedeelte van de inlandsche booten en begonnen aan den kabel te trekken. Op de verepont stond hun baas en zong, terwijl de anderen in refrein antwoordden. Op het eentonig lied gleed de veerpont over den stroom. En de tocht werd voortgezet. Er kwamen nog twee andere rivieren en geleidelijk wij zigde zich het landschap. Dichte bosschen strekten zich aan den einder uit en in den namiddag bereikte Riefenberg het kruispunt met den wegwijzer naar de Avakoebi-hoeve. Hij stapte uit en keek den weg op, die naar de Reading-hoeve leidde, in den omtrek waar van de tooneelspeelster werd vermoord. Met dit land zal ik wel eens nader ken nismaken, overwoog hij. Een paar honderd meter verder versperde de indrukwekkende Itoer-stroom den weg. aan de overzijde strekte zich het tropenwoud uit. Zijn eerste kennismaking met het oerwoud zou Riefenberg niet licht vergeten. Terwijl hij op de veerpont stond en zachtjes naar den donkeren oever gleed, zag hij hoe zware don derwolken zich hadden samengepakt boven der), stroom. De auto had zich nauwelijks van de landingplaats verwijderd, toen een gewel dige tornado losbrak. De journalist deed den wagen even stoppen en luisterde naar 'den wind, die door de toppen van de geweldige boomen gierde. Het was bijna heelemaal don ker, want de kruinen der boomen aan weers kanten van den weg raakten elkaar en vorm den een groen gewelf Verblindende bliksem flitsen zetten den hemel in vuur. Af en toe ging de stormwind liggen en dan leek alles vreemd en geheimzinnig Riefenberg was tot aan den rand van het woud gestapt. De zwoele overdadigheid van het gewas, het gevecht tusschen planten, boomen en woekerplanten overweldigde, hem. Het was alsof ontelbare slangen zich aan de boomen hadden vastgeklampt; het waren pezige lianen, die zelfs tot over de wegen hin gen. Een geur van verrotting zweefde langs den grond, veroorzaakt door gestorven planten door gebrek aan licht en lucht in dit gebied van eeuwige schaduw. Wat gebeurde er nu? Riefenberg keek om zich heen, wendde het hoofdo in alle rich tingen. Onverpoosd knapte en kraakte het overal. Het waren rotte vruchten, die naar be neden vielen, zware takken, die afknapten, heel in de verte soms een boom, die neer stortte. Of het was een vogel, die een schor geluid uitstootte. Het klonk als de lach van een waanzinnige. Ergens zat een groote krekel, die plotseling als een sirene de stilte verscheurde. Tot de storm opnieuw begon te loeien. Het was angst wekkend, alsof een groot gevaar dreigde, alsof plotseling de muur van groen zou open scheuren en bloeddorstige, voorhistorische dieren te voorschijn zouden komen. Het was een opluchting voor Riefenberg toen hij opnieuw in de auto zat en de motor werd ingeschakeld Voorzichtig reden zij ver der en even later was het onweer uitgewoed Het licht van de naar het Westen neigende zon gleed tusschen het bladerengewelf door en teekende witte plekken op den vochtigen autoweg. De beklemming was geweken. Tegen den avond bereikten zij Nia-Nia, een klein postje met slaapgelegenheid, verloren in het eindelooze woud. Riefenberg gebruikte een karig avondmaal en bleef daarna even talmen bij het licht van een petroleumlamp. Lang bleef hij dien avond wakker liggen. Nog nooit kwam hij zoo onder den indruk van de stilte als daar in het eindelooze tropen- woud. De nacht was windloos. Riefenberg lag met het hoofd naar het venster, dat uitzag op den donkeren muur van het bosch en luisterde scherp toe. Er heerschte een stilte, die pijnlijk was en de ooren deed suizen. Uit dezen geheimzinnigen nacht droeg hij slechts drie geluidsherinneringen mee: het breken van een tak, het gekras van een nachtvogel en even de stem van een neger, die iets riep over het binnenplein. Het was alsof zij werden verwekt in hooggewelfde en onpeilbare onder- aardsche gangen. Riefenberg lag uren wakker en dacht aan Ada Iljen. Het was hem alsof hij haar jaren en jaren had gekend, zoo stond haar gedaante in zijn geheugen geprent. Nu begreep hij pas hoe gemakkelijk het moest geweest zijn, haar spoorloos te doen verdwijnen in een dergelijk land. Den volgenden morgen, nog voor zonsop gang, werd de reis voortgezet. Zware mist hing over den weg en het was kil. Pas na den middag na nog twee rivieren te zijn overge stoken, kwam er een einde aan het woud. De weg ging de hoogte in en het landschap veranderde opeens van uitzicht. Indruk wekkende bergketens strekten zich uit in alle richtingen, terwijl boomen en struikgewas eerder schraal waren. Bij een bocht ontdekte Riefenberg in de diepte kleurige daken en wuivende palmboomen: dat was Iroemoe, een belangrijke staatspost. Van daaruit naderde de auto nu spoedig het goudland. Langs den weg liepen telefoondraden, groote plantages strekten zich uit langs de berghellingen. Daarna reden zij voorbij de Reading-hoeve en bij het zien van dit prachtige gebouw moest de journalist met bewondering denken aan den ondernemenden Amerikaan. Van dat punt uit liep een asfaltweg naar de mijnen. Ergens aan den oever van een stroom ont dekte Riefenberg een fabriek en een hoog spanningskabel. De auto gleed naar de vallei toe en stopte te Nizi voor de kantoren. De secretaris van den directeur-generaal ontving den journa list allervriendelijkst. Dadelijk reden ze samen naar het passagiershuis, waas de tafel rijke lijk stond gedekt. Na het eten bleven er nog een paar uren over voor zonsondergang en de secretaris vroeg of de journalist aan het werk wilde gaan. Deze antwoordde bevestigend en even later was hij met den hoofdgenees heer van de mijnen op weg naar het hospitaal Zij liepen door gangen en zalen, bezochten de apotheek en het laboratorium, de operatie kamer en de talrijke paviljoenen. Riefenberg moest zich buigen over dikke boeken en statistieken aanteekeningen over geboorte en sterfte, de behandelende gevallen en verkregen selutaten. In de microscoop leerde men hem zoeken naar kiemen van ma laria en slaapziekte. In de kamer der slacht offers van arbeidsongevallen, liet men hem zien hoeveel zorg werd besteed aan het ope- reeren van de gewonden. Vervolgens ging men over naar de keuken en de barakken van de besmettelijke ziekten en daarna naar het liefdadigheidswerk ten behoeve van het in landsche kind, waar geestelijke zusters de leiding hadden. Het avondmaal gebruikte hij bij den hoofd geneesheer en den volgenden morgen ging hij over in handen van onderscheidenlijk een zestal dienstoversten en ingenieurs om het mijnbedrijf van Nizi te bezoeken. Eerst liep hij door de centrale instellinger waar gewerkt werd voor al de afdeelingen ?en groote. moderne smederij waar onderdee- len voor allerlei machines werden gemaakt: meubelmakerijen en schrijnwerkerijen, het laboratorium, waar het goud werd ontleed; de smeltovens waar het metaal een laatste zuive ring onderging. Daarna kwam een ingenieur hem halen en zij bestegen per auto den heuvel waartegen de 'vermorzelfabriek was aange bouwd. Riefenberg zag hoe kleine wagentjes voortdurend kwamen aangereden, gevuld met aarde en rotsblokken. Ze werden omgekanteld in metalen stampers, die de steenen vermor zelden. Langs steile trappen liep de journalist naar beneden en volgde de eigenaardige bewer king: hoe het gouderts geplet en gemalen werd om tenslotte den vorm aan te nemen van zand, dat gemengd met water, terecht kwam op een groote verzilverde, koperen tafel. Deze was bedekt met een laag kwik, waarop het zich in het zand bevindende goud achter bleef. De ingenieur legde voor Riefenberg de machines stil en wreef met de hand over een dezer koperen tafels. Aan zijn vingers kleefde zilverkleurig slijk, dat hij tot een bolletje kneedde. Een eenvoudig smeltingsproces volg de nu om het zuivere goud te scheiden van het kwik. Zij daalden verder. De goudmodder, van de hellende tafels vloeiend, liep opnieuw in een vermorzeltoestel om daarna weer, onder vorm van nog fijner gemalen slijk, op een reeks van andere tafels terecht te komen, waar een zelfde scheidingsproces geschiedde. Tenslotte spoelde het overblijvende slijk, dat nog een zeker gehalte aan goud bevatte, in verscheidene tanks waar het in aanraking kwam met pijnolie en nog een paar andere producten, waardoor een laatste scheidings proces ontstond. Door machinale bewerking van de brei vormde zich aan de oppervlakte 'n soort van vloeistof, dat het laatste goud bevat te. De vergaarbakken vloeiden voortdurend over. zoodat het schuim werd verwijderd, dan gedroogd en vermorzeld om eindelijk een don kere stof te vormen, die bij toevoeging van 'cwik het laatste goud losliet. (Wordt vervolgd).

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 9