Heeren Hoeden
-specialisten
foede films eiju
CINEMATOGRAFISCHE INVENTARIS.
prijzen../6.50tot.:22.50
GR.HOUT5TR.hoek GR.MARKT HAARLEM
ARTURO TOSCANINI
Vocht is de vijand
van den
rheumatieklijder
URODONAL
Voordrachtavond
r> T y W X "G 22 M 'AART I93S
HA ARC EM'S DAGBESD
Nabeschouwing van film
werken van den laatsten tijd.
(ii)
Zooals we reeds in de inleiding tot onze ci
nematografische inventaris schreven is het
de bedoeling ons zoo nu en dan op ons gemak
af te vragen wat we nu wel in de bioscoop ge
zien hebben en wat niet. We maken dus weer
eens de inventaris op van de goede dingen, die
de films ons in den laatsten tijd hebben ge
bracht en schrijven de slechte af. Om op die
manier op den duur tot een zuiver begrip te
komen van wat film was, is en worden kan.
Nietwaar, kunst is een schoon ding in het
menschenleven, en zij, die de gewaarwording
ervan kennen op welk gebied ook moeten
ervoor zorgen dat ook anderen deze deelachtig
kunnen worden. Opckit zij uit het cirkelleven
van alledag opgeheven worden tot een niveau
waar zij met recht kunnen zeggen zich als
mensch van alle andere levensvormen op deze
aarde te onderscheiden. Want kunst schep
pen en kunst ondergaan" beteekent het zich
ontrukken aan de materieele wet van vraag
en aanbod, beteekent het in :t leven roepen
van dingen om hun loutere schoonheid en niet
om hun nut. Men mag zich niet vergissen,
kunst is niet hetgeen de menschen het liefst
doen, een ontspanning, neen, kunst is juist een
inspanning, maar niet gebaseerd op de vraag-:
is het nuttig? maar gericht naar het geloof:
het is schoon, het is goed. Kunst is het sym
bool van de onvergankelijkheid der mensch-
heid. En als zoodanig mogen we in deze tijden
nu velen onzer van den eenen dag in den an
deren leven, de kunst hoog waardeeren.
Ge zult U misschien afvragen: wat heeft dit
alles met film te maken? En dan antwoord ik:
veel, zeer veel.
De journalistiek gaat uit van feiten. En ik
baseer mijn bespiegeling over kunst op het
feit, dat er ook in de film een streven naar
kunstuitingen meykbaar is.
Een film, die niet gemaakt werd
met de vraag:
Hoe verdien ik er het meest aan?
Een film als Willi Forst's ..Serenade" zou et
telijke jaren geleden nog lang niet het be
scheiden succes ten doel gevallen zijn, dat zij
thans gehad heeft. Zeker, in vergelijking met
de recette van de gemiddelde amusements
film heeft ze het er nog slecht afgebracht.
Maar in zekeren zin heeft het publiek haar
gewaardeerd, en we kunnen lang of kort re
deneeren, het feit, dat deze film, die zich ge
heel onttrekt aan de vraag: wat wil het pu
bliek? en zich alleen presenteert onder het
motto: menschen hier ben ik, geschapen is,
staat onwankelbaar vast. De wil om films te
maken zonder zich af te vragen: hoe krijg ik
er het grootst mogelijk rendement van?, be
staat ter wereld, en daarom bestaat ook het
streven naar filmkunst. De bioscoopexploi
tanten hebben tot Willi Forst het verzoek ge
richt om den titel van zijn film „Serenade" in
..Zijn tweede vrouw" of „Het tweede Huwelijk"
te wijzigen, hetgeen Forst onvoorwaardelijk
heeft afgewezen. Ik geloof zeker dat de film
..Serenade" wanneer deze onder één van die
andere titels vertoond was, veel meer geld zou
hebben opgebracht. Maar ik weet ook zeker
dat de film dan bezoekers zou hebben getrok
ken, die verwachtten heel iets anders te zien.
Eens temeer zou er een verwarring in de
filmwereld gesticht zijn, ten nadeele van het
publiek, ten nadeele ook van de bioscoopex
ploitanten. Want, ik zeg dit met nadruk tot
degenen, die hooren kunnen, het gaat er voor
de bioscoopexploitant niet om de kunstfilms,
die zij gehuurd hebben (als een soort kat in
den zak? nog zoo goed mogelijk te gelde te
maken, maar het gaat erom eerlijk te toonen,
wat men heeft om daardoor het vertrouwen
van de klanten te winnen. Want. en daar ben
ik vast van overtuigd, zoowel de filmschep
pers als het filmpubliek zullen zich in de rich
ting van filmkunst ontwikkelen. Want er is
nog nooit een middel geweest, waarin de
mensch zijn gedachten uitdrukte, dat langdu
rig beperkt kon blijven voor amusementsdoel
einden.
..Serenade" vormt een groote aanwinst voor
onze cinematografische inventaris.
Het film-zinnebeeld.
Ook de Fransche films hebben ons winst ge
bracht. „Wilde nachten" ligt al weer een tijd
terug, maar blijft als een filmisch kunstwerk
onveranderlijk in onze herinnering achter.
„De burcht der stilte" is er een prachtig voor
beeld van hoe of een film eigenlijk zijn moet,
Dit werk werd met een ster aangekondigd,
uiteraard. Annabella! Maar het zij tot Anna-
bella's eer geconstateerd, dat er in de heele
film geen ster was. Er werd in deze film een
symbool, een zinnebeeld gegeven. En hetgeen
de film ons met haar beelden beter dan het
boek, de muziek of welke andere kunstvorm
kan schenken, is juist het zinnebeeld. In „De
Burcht der stilte" zagen wij het zinnebeeld
van de martelaresse, vorm gegeven in de fi
guur van Annabella. Hier werd een eeuwige
menschelijke waarde van de vrouw, die ook in
het leven van het groote gezin, dat volk heet,
bereid is haar leven te geven voor de toe
komst. Deze verzinnebeelding kwam tot ons
uit de film „De Burcht der stilte" als een
eeuwige menschelijke waarde. Wij werden door
deze wezenlijke manifestatie rijker. Een aan
winst voor onze inventaris! Het is jammer dat
sommige menschen de werkelijke waarde van
deze film. vertroebeld door tendenzen van mo-
menteele waarde, er niet uit hebben kunnen
puren.
Greta Garbo en Annabella.
Om tenslotte deze inventaris af te sluiten
met een filmwerk, dat wij erniet op zul
len kunnen boeken, maar dat 011s in zijn ne
gatieve resultaat wel helpt positieve werken
des te hooger te waardeeren. noemen wij „Ma
rie Walevvska", met twee sterren Greta Garbo
en Charles Boyer.
Waar is het zinnebeeld van Napoleon's stre
ven, het symbool van zijn leven in deze film?
De rol van Greta Garbo in ..Walewska" is
rechtstreeks te vergelijken met die van Anna
bella in „De Burcht der Stilte", maar waar
werd in het filmverloop van „Walewska" dc
opofferingsgezindheid van de vrouw, die in
,J)e Burcht der Stilte" zoo tot haar recht
kwam, verwezenlijkt? Een zeer merkwaardige
vergelijking is het, welke men tusschen deze
twee rollen kan trekken. Zoowel Annabella in
„De Burcht der Stilte" als Greta Garbo in
„Marie Walewska" spelen de rol van een
vrouw, die zich opoffert. Bij Annabella wordt
dit- lot een altruistlsche manifestatie, de uit-
Links: Greta Garbo in ,JIarie Waleivska".
Rechts Annabella in „De burcht der Stilte".
Twee in beginsel gelijke rollen. Doch hoezeer
verschillend in resultaat.' Bij Garbo ivordt het
een egoïstische demonstratie, en spelprestatie
van momenteele waarde, bij Annabella wordt
liet een altruïstische manifestatie, een verzin
nebeelding van een eeuwige menschelijke
waarde
drukking van het symbool van een eeuwige fi
guur, bij Greta Garbo wordt dit tot een egois-
tische demonstratie, een op den achtergrond
dringen van de eeuwige gedachte ten bate van
momenteele lauweren van persoonlijk succes,
Niet persoonlijk in geestelijken zin (dat is met
Annabella het geval) maar persoonlijk in den
zuiversten uiterlijken materieelen zin. Dit ligt
niet zoo zeer aan Garbo, dan wel aan het feit,
dat er geen man was, die in deze film en met
zijn spelers een gedachte tot uitdrukking
bracht, geen gedachte in den zin van een ten-
denz. maar een gedachte, die van het vroege
gisteren tot het late morgen aan het mensche
lijke leven ten grondslag ligt.
Waardeering van filmkunst komt
andere kunsttakken ten goede.
Kunst kent geen grenzen. Kunst vinden we
overal. En daarom moeten wij goed begrijpen
dat wanneer wij het groote publiek toonen
waar het in de film kunst kan vinden de men
schen zich ook in het algemeen bewust van
de kunst worden. Een mensch, die de film
kunst als kunst waardeert, zal ook de muziek,
het tooneel en de andere kunsten als zoodanig
gaan waardeeren. Het is van groot belang,
ook voor het tooneel, de muziek enz. dat het
filmpubliek niet aan zijn lot wordt overgela
ten maar juist wordt wegwijs gemaakt in het
doolhof van de cinema, want de resultaten
hiervan zullen ten goede komen aan de be
langstelling voor de andere kunsten.
Tot besluit van deze tweede editie van de
cinematografische inventaris nog een opmer
king. Men vindt filmkunst vervelend en saai.
Sommige menschen vinden andere kunsten
hoewel innerlijk vervelend uiterlijk nog wel
de moeite waard om er aandacht aan te be
steden want er is altijd nog wel een deftig-
cultureel tintje aan verbonden. Maar film
kunst is voor hen ronduit vervelend. Het is
trouwens een volkskunst dus wat dat betreft
is er geen eer aan te behalen.
Wij mogen niet en ik bedoel met wij, de
menschen, die de filmkunst aanhangen
naar deze menschen luisteren. Ik geloof dat
zij. die kunst vervelend vinden ook het leven
zelf bepaald saai achten. Zij kennen het begrip
bezinning niet, en ontloopen het leven door
maar zoo hard mogelijk te werken, zonder
omzien, zonder stoppen. Zij vinden, zooals
gezegd, de kunst vervelend omdat zij het le
ven vervelend vinden. Daarom gaan zij naai
de amusementsfilms. En dit is juist de cirkel
gang, die wij verbreken willen. Want de
mensch, die zich in het leven zelf niet ver
veelt, kan kunst, en ook filmkunst niet verve
lend vinden.
v. H.
„DE WONDERDOKTER".
Het gezelschap Saalborn—Parser heeft de
rechten aangekocht van het Deensche too-
neelspel in drie bedrijven (4 tafereelen) „De
Wonderdokter" van Paul Sarauw. De titelrol
zal vervuld worden door Louis Saalbom. Het
stuk is bereids in studie genomen. De pre
mière kan omstreeks half April verwacht
worden.
KOPRS MOTORDIENST.
Bevorderingen beroepspersoneel.
Bij het K. M. D. zijn bevorderd tot kapitein
de le luitenants L. W. Haberkorn en Ir. A.
L. W. Syffardt, w.i.
Voorts is de le luitenant W. van Hulst be
vorderd tot kapitein.
Van de onderofficieren van het korps is
met ingang van 26 Maart a.s. benoemd en
aangesteld tot adjudant-onderofficier-instruc
teiu- S.m.i. C. J. L. Lemlijn.
De sergeant-majoor-administrateur L. Jon
ker en de sergeanten-majoor instructeur G.
Ouwerkerk en R. A. Ran zijn in voor hun rang
aangewezen functie te werk gesteld.
KINDERVOEDING.
Door Kindervoeding werden in de week
van 1419 Maart 1938 verstrekt 6240 porties
warm eten, 11.I. in lokaal:
Eemstraat 1168, Overtonstraat 1420, Zoete-
straat 1236, Kampei-straat 831, Byzantium-
straat 709, Buitengew. Onderwijs 678, Voorm.
Spaarndam 198.
GEVONDEN DIEREN EN VOORWERPEN.
Inlichtingen aan het bureau van Politie,
uitsluitend tusschen 11 en 13 uur.
Terug te krijgen:
Handschoenen en ceinturen: Politiebureau
Smedestraat; Armbandje, Eekhout, Mole-
naerstraat 39; Bankbiljet, Langenberg, H. J.
Koenenstraat 7; Boekje, Politiebureau Sme
destraat; Pantalon, v. d. Klugt, Romeinen
straat 13. Bril. Gosen Herculesstraat 37;
Badpak, Snoeks, Lange Margarethastraat 34
rood; Autodop, Politiebureau Smedestraat;
Halsband, Haighton, Orionweg 120; Horloge,
Decossaux, Van Keulenstraat 22; Halsband;
Oushoorn. Coornhertstraat 34; Jumper; van
Deenen. Riouwstraat 28: Jas. v.d. Klugt. Ro
meinenstraat 13: Koffer. Leef lang. Nagtzaam-
straat 36; Tafelmes; Harre, Schermerstraat
33; Portemonnaie, Van 't Hof, Lange Laken
straat 1618; Portemonnaie met inhoud,
Coblens, Oost-Cndiëstraat 71; Portemonnaie
met inhoud; Sprakelaar, Burgwal 87; Porte
monnaie met inhoud. Huis in Veldt, Dr. Leijds
straat 79; Rijwielplaatje. Wesl, Koorstraat 2:
Rijwielplaatje, Person, Prinsessekade 33; Riem
Arink, Oranjeboomstraat 167; Rijwielplaatje.
Heiningen Slaperdijkweg 100; Rijwielplaatje
v. Danzig, Jacobijnenstraat 9; Schoen, Poli
tiebureau, Smedestraat; Tasch. Zandstra,
Kolkstraat 19 rood; Taschje; Schabbing, Pa-
pentorenvest 32; Vulpen. Barneveld, Dusart-
straat 3: Vleesch, Eekman, Rosenhagen-
straat 31; Vulpen; Weller, Dolfijnstraat 17:
Vulpotlood, Huisman, Miuahassastraat 43.
HOE TEEKENT HET KIND IN INDIë?
Het Haarlemsche comité voor de reizende
tentoonstelling :„Hoe teekent het kind in
Indië" bericht ons;
Het bezoek aan de tentoonstelling: „Hoe
teekent het kind in Indië?" is tot onze spijt
tot nu toe zeer onbevredigend. We betreuren
dit niet alleen om de filantropische opzet van
deze tentoonstelling (de baten komen ten
goede aan het zwakke kind in ons land en
Ned. Oost-Indië) maar obvenal om de ten
toonstelling zelve, die uit kunstzinnig oogpunt
een bezoek meer dan waard is en in andere
plaatsen dan ook terecht een groot publiek
getrokken heeft. Dat Haarlem in dit opzicht
een slecht figuur zou maken, willen we voor
alsnog dan ook niet gelooven.
De tentoonstelling wordt, zooals bekend is,
gehouden In de Expositie-zaal van het Frans
Halsmuseum, ingang Klein Heiligland.
De tentoonstelling is geopend tot. en met
Zaterdag 26 Maart van 10-4 uur en 's avonds
van 810 uur.
Wereldmerken zooals.
STETSON. PENN CRAFT,
BOSTONIA. BOR5ALINO,
HABIG etc.
Geroutineerd.vakkundig personeel
(Adv. Ingez. Medj
HAARLEM'S LUISTERVINKENKOOR.
Zaterdagavond hield het H. L. V. Koor, di
rigent Willem Hespe, zijn j aarlij kschen
feestavond in de nieuwe zaal van Rest. „De
Leeuwerik" in de Kruisstraat. Na de opening
van den eere-voorzitter den heer J. W. van
Santen werden door het koor een paar num
mers ten gehoore gebracht. Een aardig caba-
retprogramma, samengesteld door leden van
het koor werd uitgevoerd. Ook was er wel
willende medewerking van mevr. Riek Bonset,
declamatrice, die veel succes had. De avond
werd besloten met een gezellig bal.
EVANGELIST J. KITS.
Op uitnoodiging van het comité voor Op
wekkingssamenkomsten zal de Evangelist J.
Kits uit Zeist, leider van de „Openluchtzen-
ding". op Donderdag 24 Maart in de kerk
der Broedergemeente aan de Parklaan een
spreekbeurt vervullen.. Tevens zal de heer
Kits de leiding hebben van de speciale jeugd-
meetings, welke tijdens het op 2 en 3 April
a.s. in het gebouw van de Haarlemsche Jon
ge Mannen Vereeniging te houden Jeugd-
Weekeinde zullen plaats vinden.
„ASMODEE EN JEAN".
Zaterdag 26 en Zondag 27 Maart zal „Het
Masker" in den Stadsschouwburg te Haarlem
twee voorstellingen brengen.
Zaterdag 26 Maart gaat de première te
Haarlem van „Asmodee" blijspel van
Fran?ois Mauriac met in de hoofdrol Else
Mauhs.
Verder medespelenden zijn: Heieen Pimen-
tel, Georgette Reyewsky., Ko Arnoldi, Leo de
Hartogh, John Gobau, John Soer, Barth Wes
terink, Jan Retèl.
Zondag 27 Maart nog één enkele voorstel
ling van het successtuk van Ladislaus Bus
Feketee: „Jean".
Medespelenden: Heieen Pimentel, Ko Ar
noldi, Leo de Hartogh, John Gobau, John
Soer, Jan Retèl, Jan Citters, Ank van der
Moer, Jacqueline RoyaardsSandberg.
^KJJN/T EN IITÏERE^
MUZIEK
J. OCKELOEN
KINDERHUISVEST 25 - TELEFOON 14341
TAILLEUR NAAR MAAT 55.—
(Adv. Ingez. Medj
Het Residentie-orkest
onder leiding van
Toscanini weer in Den Haag!
Weer was. evenals een jaar geleden, de
groote zaal van het Gebouw voor Kunsten en
Wetenschappen tot de laatste plaats toe ge
vuld. Weer waren musici, muziekliefhebbers
en muziekcritici deze laatste categorie be
staat ook uit musici, die althans door een
gedeelte hunner beroepsuitoefening de mu
ziek werkelijk blijven liefhebben! weer wa
ren die allen van alle richtingen uit ons land
samengestroomd, om het evenement van
dezen winter mede te beleven. Het was moei
lijk om deze volte te monsteren, maar ik zat
naast Sern Dresden, en een paar rijen vóór
me zag ik Bronislaw Hubermann en ik ont
moette o.a. Louis van Tulder en in de mi-
nistersloge zaten onze regeerders, terwijl de
klassieke baard van den Minister van O.. K.
en W. over de balustrade zichtbaar was.
Hubermann. de beroemde violist en oprich
ter van het Palestijnsche orkest, was uit
Londen overgekomen om zijn vriend Tosca
nini, die. zooals men weet;, dat orkest eenigen
tijd belangeloos gedirigeerd heeft, te eeren al
scheen hij, naar zijn uiterlijk te oordeelen.
de gevolgen van het hem in Ned.-Indië over
komen vliegongeluk nog niet geheel te boven.
Van Tulder ging tusschen 20 Matthaus-Pas-
sions van deze maand door, nu eens een
avond voor zijn genoegen muziek hooren. Dit
laatste gingen we eigenlijk allen doen.
Toscanini verscheen vroeger dan we ver-
wa.chtten: de kleine tengere gestalte daalde
me't vluggen tred een paar minuten voor
kwart na acht de helling af, die van de so
listenkamer naar het dirigeerpodium leidt.
Een ovatie begroette den maëstro; hij stelde
zich op en bleef wachten. Precies 8.15 betrad
H.M. de Koningin haar loge. Alle aanwezi
gen zongen staande het Wilhelmus mee. dat
het orkest speelde en niemand verwonderde
zich dat Toscanini ons volkslied feilloos ge
heel uit het hoofd dirigeerde.
Als plichtsgetrouw verslaggever dien ik te
melden, dat H.M. een zeegroene robe droeg.
Zoo zou ik nog heel wat objectieve waar
nemingen kunnen berichten, indien niet mijn
taak in de eerste plaats op de subjectief-
muzikale gericht was. En daarmee zit ik in
het geval-Toscanini weer eenigszins met de
handen in het haar. Eigenlijk zou ik de in
drukken van het musiceeren onder zijn lei
ding niet beter kunnen samenvatten dan in
den regel uit het slot van Goethe's .Faust":
„Das Unbeschreiblicne. hier ist 's getan".
Maar daaraan heeft de lezer niet veel: die
wil beschrijving, vergelijking. En dus zal ik
pogen daaraan tenminste eenigszins tege
moet te komen.
Wat Toscanini Maandagavond ten gehoore
heeft doen brengen: Cherubini's .Anacreon"-
Ouverture, Haydn's Symphonie ..Die TJhr",
Debussy's ..Prelude a l'Aprèsmidi d'un Fau-
ne", uDkas' „L'Apprenti-Sorcier" en Rich.
Strauss' „Tod und Verklarung", is alles door
en door bekend. Toscanini heeft al dezen
werken vertolkt, zonder ook maar één noot
of nuance anders te geven dan in de parti
tuur staat: zonder iets weg te laten of bij te
voegen in Haydn's Symphonie werden alle
reprises gespeeld! zonder één enkel niet
voorgeschreven rubato in het tempo aan te
brengen. „Ja. zoo is dat stuk, zoo staat 't er"
zou men als hoorder willen zeggen. Maar nu
komt het wonderlijke: dat alles klonk als
hoorden we 't voor 't eerst. Welke geheime
kracht bezit deze ..sorcier"? Hoe kwam het
dat we de vele melodieherhalingen in het
overbekende Andante van Haydn niet als
overbodig voelden; dat zooals het klokje daar
tikte het nergens anders ooit voor ons ge
tikt heeft? Dat was van Debussy's werk, even
als verleden jaar van diens „La Mer" nu pas de
volle transparente schoonheid en de geniale
orkestratie hebben doorvoeld? Dat me bij
L'Apprenti-Sorcier de adem schier benomen
werd als kwam een bandjir, een zondvloed
op me af en ik werkelijk een zucht van ver
lichting slaakte toen de heksenmeester de
betoovering verbrak? Dat we de leegten en
holten in „Tod und Verklarung" nu niet be
merkten en slechts beklemming en verheer
lijking ondergingen? Dat alles Iaat zich niet
verklaren. Men kan zeggen dat hij, in vol
komen piëteit jegens het kunstwerk, dit door
een technisch zooveel mogelijk volmaakte en
daarbij uiterst nauwkeurige verklanking
voor zich zelf laat spreken. Men kan Tos-
canini's interpretaties met die van andere
beroemde dirigenten vergelijken en dan zeg
gen, dat die van Toscanini objectief, die van
b.v. Mengelberg subjectief zijn; dat Toscanini
zijn eigen persoonlijkheid horsconcours -stelt
en Mengelberg vooral zijn individueele visie
vertolkt. Men kan zeggen dat Toscanini van
het met weliswaar uitmuntende, maar toch
occasionneele krachten versterkte Residentie
orkest in weinige dagen een ensemble maak
te. dat alle verwachtingen verre overtrof
door de hechtheid en virtuositeit die het bleek
te bezitten. Men kan den eenvoud en de be
scheidenheid van den maëstro roemen, den
maëstro die geen comités en lauwerkransen
begeert en de donderende en brullende ova
ties aan het slot met een schier verlegen en
hulpeloos gebaar aan zijn „collega's", de or-
De Crayenesterschool kwam hedenmorgen onder den kap en natuurlijk gebeurde
dit niet zonder dat de vlag werd gehescben.
Het gedurende 6 weken in beslag genomen boek
„GEJAAGD DOOR DE WIND"'
door MARGARET MITCHELL,
waarvan in Amerika bijna 2.000.000 exemplaren
zijn verkocht, is weer verkrijgbaar.
Oplage beperkt! Bestelt nog heden.
(Adv. Ingez. Medj
kestleden, overbrengt. Men kan den musicus,
den orkestpaedagoog, den mensch roemen en
zijn frischheid bewonderen, die hem op 71-
jarigen leeftijd nog tot zulke vitale prestaties
in staat stelt.
Maar dit alles geeft niet den sleutel tot de
verklaring van de geweldige indrukken dier
prestaties. Daar is slechts één kracht, even
geheimzinnig en onverklaarbaar als die
prestaties: het genie, dat den meester be
zielt. Alleen het genie kan zulke spanningen
teweeg brengen, kan ons zóó in zijn greep
hebben, dat we ons van het hoe en waarom
niet meer bewust worden.
Toch laat zich uit de ervaring van een
avond als dezen nog wel een leering trekken,
en wel deze: Het is ongetwijfeld zeer belang
rijk en verdienstelijk dat een dirigent veel
verscheidenheid en veel nieuws ten gehoore
brengt en dit vereischt veel ijver en werk
kracht. Maar diepe indrukken en bevredi
ging van verlangen naar schoonheid is alleen
te kri.jgen dooir tot het uiterste verzorgde
vertolkingen. Dan komt het er niet op aan
of het reeds vaak gehoorde werken betreft:
dan geniet de hoorder in volle overgave. Voor
veelheid en verscheidenheid staan bovendien
tegenwoordig de radio-uitzendingen ten al-
gemeenen dienste, doch deze blijven surro
gaten: ze kunnen nimmer de directe auditie
volkomen vervangen. Maar deze directe audi
ties mogen dan ook zoo mooi mogelijk zijn!
Dit heeft de groote Italiaansche meester
ons weer bewezen. En wie een plaats heeft
kunnen bemachtigen voor het concert van
Vrijdagavond a.s. mag zich gelukkig prijzen.
Ook daar zal men bekends hooren: de Eroïca
en Brahms', Haydn-Variaties. Maar men zal
een Eroïca en Haydn-Variaties hooren zoo
als men die nog nimmer gehoord heeft en
daarvan indrukken voor het ge heele leven
meenemen.
K. de jong.
Voorkom die pijnen door Urodono!
te nemen. Elke avond een lepel
Urodonal in wat water bevrijdt U van
de pijnen en maaktU minder vatbaar.
Het middel tegen rheumatiek
(Adv. Ingez. Medj
HET TOONEEL
Anton Verheyen.
Anton Verheyen is de „bereisde Roel" onder
onze acteurs. Vandaag is hij in Nederland en
een maand later lees je. dat hij voordrachten
houdt in Zuid Afrika of een tournee maakt
in de West en als hij dan weer naar Europa te
rugkeert, is het om wat later opnieuw naar
den Oost of Afrika te vertrekken.
Tot nu toe droeg hij doorgaans klassieke
werken voor Lucifer. Adam in Balling
schap of Lanceloet thans is hij met modern
werk gekomen dat een geheel anderen geest
ademt. Wij hoorden hem gisteren in de turn
zaal van het Gemeentelijk Concertgebouw in
Peter Krasnow's „Van den dubbelen Adelaar
naar het Roode Vaandel", dat onmiddellijk
na de Russische revolutie ik meen in 1923
is verschenen. Bijna 3 uur duurde de voor
dracht, wat om de belangstelling door één
persoon blijvend vast te houden te lang
bleek te zijn, zelfs in een hevig bewogen werk
als dit.
Verheyen gaf het kon natuurlijk moei
lijk anders fragmenten, waarbij hij toch
voor het noodige verband had gezorgd. Wie
aandachtig luisterde moest wel door eenige
onjuistheden getroffen worden. Zoo werd in
het eerste deel, dat 17 jaar vóór het begin van
den grooten oorlog speelt al over Ras-
poe tjin's groote rol gesproken, terwijl deze
monnik eerst veel later in de Russische ge--
schiedenis ingreep. En ik weet ook niet, wie
verantwoordelijk is voor de fout. Krasnow of
Verheyen, dat Raspoetjin reeds bij het begin
van den oorlog werd vermoord, inplaats van
2 jaar later.
Krasnow stond, toen hij zijn boek schreef
feitelijk nog midden in de revolutie en was
er dus niet ver genoeg van verwijderd om
een zuiver oordeel uit te spreken. Dat htf
•hartstochtelijk partij trok tegen de bewer
kers van de omwenteling was van een man.
die het Tsarisme sterk aanhing, volkomen te
begrijpen. Zijn boek is met hartstocht en
haat geschreven, wat ook uit de voordracht
duidelijk bleek.
De fragmenten bestonden voornamelijk uit
dialogen en monologen, en dit bood Ver
heyen gelegenheid tot sterk gemouvemen-
teerde voordracht en nu en dan ook tot uit
beelding van personen en spel. Hij voelde
zich als tooneelspeler eerst recht in zijn
element, toen hij een figuur als den abjec-
ten. half-waanzinnigen kapitein Wcrtsiensky
kon ..spelen". Het werd wel wat vieux jeu.
waartoe de figuur onwillekeurig aanleiding
gaf, maar het maakte op het publiek blijk
baar indruk.
Wat ik in Verheyen's voordracht miste was
de groote lijn; zij was ook qua reproductie
te fragmentarisch. Wij wachtten op de hoog
tepunten. die echter niet kwamen. Zoo bleef
de toespraak van Lenin tot het volk wel héél
ver beneden de te stellen eischen. Wanneer
deze volksleider zoo weinig vuur en harts
tocht in zijn redevoeringen had gelegd, als
Verheyen, zou hij zeker nooit eenigen invloed
op de Russen hebben gehad. Aan de vrouwen
figuren altijd een moeilijk iets voor een
man vermocht hij geen gestalte te geven
en ook de militairen kregen geen relief. Met
zijn klankrijke, sonore stem wist hij echter
op andere oogenblikken veel te bereiken,
meer dan in zijn plastiek, welke niet de
sterkste zijde van dezen voordrager is.
De beste fragmenten waren de Wacht bij
den Tsaar en de Parade, die Verheyen sug
gestief voordroeg. Ook aan de figuur Sablien
vermocht hij kleur te geven en de directeur
Oskarowitz werd in zijn voordracht een le
vende figuur.
Het niet talrijk publiek heeft met gespan
nen aandacht de voordracht, gevolgd cn liet
het aan het slot niet aan applaus ontbreken.
J. B. SCHUIL.