Aan allen! BRIEVENBUS V" R IT D A G 29 T U L I 1938 HAARLE M'S DAGBLAD 12 7 J OO af en toe lezen we in de courant dat in een onzer kustplaatsen een onzer helden der zee gestorven is. We krij gen dan in den regel een relaas van de vele reddingspogingen, die de man in zijn leven als roeier of schipper bij de Noord- en Zuid-Hollandsche Reddingboot-Maatschappij met meer of minder goed gevolg heeft verricht. Zoo licht komen we dan tot de meening dat die Redding Maatschappij het eenige is wat er aah onze kust is opgericht ten behoeve van den zeeman. En dat is toch niet zoo. De Red ding Maatschappij doet haar werk en met succes als het schip of gestrand is of in nood verkeert. We hebben echter aan onze kust nog tal van maatregelen getroffen om juist te voorkomen, dat het met de schepen zoo ver komt. In de eerste plaats liggen er voor onze kust vier lichtschepen, n.l. Schouwenbank, Maas, Haaks en Terschellingerbank, die des nachts door middel van een groot sterk licht onze zeelieden waarschuwen dat ze de ge- vaarlijke kust naderen. Voor onze zeegaten liggen tal van licht- en brulboeien en dan staan er op onze kust op afstanden van 10 tot 20 zeemijlen (1 zeemijl is 1852 meter) 14 groote vuurtorens, die door verschillend gekleurd licht of door grootere of kleinere onderbre kingen van de verlichting den zeeman in staat stellen te ljepalen op welke hoogte hij zich be vindt. De meeste van deze torens zijn niet hooger dan 50 meter; de Brandaris is van al deze torens misschien wel de meest bekende, de toren bij den Helder, nabij Huisduinen, in de wandeling bekend als de „Lange jaap" de hoogste n.l. 64 meter en bezit ook het hoogste licht. Het staat n.l. 57 meter boven den water spiegel. De Brandaris staat op 't eiland Ter schilling en is zoo genoemd naar een Iersohen heilige, de abt Brandaris, die in zijn leven veel gereisd en veel avonturen beleefd heeft. Als we aan een Terschelling-er vragen hoe lang die toren daar al staat, zal hij zeer waarschijn lijk zeggen dat niemand het weet, zoo oud is hij. Maar dat is niet zoo. Op een oude kaart van den zeeweg om Terschelling staat een to ren aangegeven als Sint-Brandaris. In de 14de eeuw bestond ze echter niet, want toen brand de men op Terschelling slechts vuren om den zeeman den weg te wijzen. In 1323 werd er de eerste vuurbaak opgericht en wel door de stad Kampen, die daarvoor een jaarlijksch be drag aan geld betaalde. Bovendien zond het stadsbestuur aan de regeering van Terschel ling jaarlijks een kwart zalm of steur, welk ge schenk door de Terschellingers zeer op prijs werd gesteld. Ook uit een besluit van de vroedschap van Amsterdam van 1599 blijkt dat deze stad zich bemoeide met de verlich ting op Terschelling, terwijl in 1593 de Staten van Holland besloten hadden den in verval geraakten vuurtoren te herstellen. Ter herin nering aan deze herstelling bevindt zich in een der muren een steen met het volgende op schrift: „Tot waarschouwinghe aller seeva- rende, die God behoede. 1594". In 1834 werd hij nogmaals hersteld en kreeg toen een draaiend kustlamplicht, wat hij behield tot 1907. Toen kreeg hij het licht waarmee hij nu nog den wijden omtrek bestralen kan; het heeft n.l. een sterkte van 30 millioen kaarsen en is over een afstand van 65 kilometer zichtbaar, zoo dat we het licht van den Brandaris in IJmui- den kunnen zien. De lamp in den toren heeft natuurlijk niet een sterkte van 30 millioen kaarsen, maar dooor tal van vernuftige in strumenten kan het licht tot die groote sterk te opgevoerd worden. W. B.—Z. VACANTIE- WEDSTRIJDEN Nu zitten jullien allen in de vacantie-pret en 't spreekt van zelf, dat ik jullie vraag mij straks eens een opstel te willen zenden over Wat ik in mijn vacantiie beleefd heb. 't Opstel behoeft niet langer te zijn dan 2 schriftvelletjes (aan één zijde beschreven). De jongeren van Afdeeling II (Leeftijd 9 jaar en jonger) behoeven mij maar één schrift velletje te sturen (aan één zijde beschreven). Nu mag je één heerlijken dag van je vacan- tie beschrijven, maar je mag ook van allerlei dingen vertellen, die in de vacantie gebeurd zijn. Dat laat ik heelemaal aan jullie over. 1 September moet het werk in mijn bezit zijn. Denk vooral aan naam en leeftijd. Als 1ste prijs in beide afdeelingen loof ik uit; een voetbal voor jongens, een handwerkdoos voor meisjes. 2de prijs in beide afdeelingen: een school- tasch. 3de prijs in beide afdeelingen een boek. Geniet nu eerst maar volop van duin en strand en bosch en hei en begin dan b.v. 15 Augustus aan je opstel. Ik wensch je allen een heerlijke vacantie toe. W. B.—Z. LOESJE BREIT door W. B.-Z. Twee steken recht, Twee averecht. Loes heeft het goed van Moes verstaan. En heeft het netjes nagedaan. Moes heeft de steken opgezet 't Worden sokjes voor Margret. Margret is 't oudste poppekind. Die iedereen vast aardig vindt. Ze heeft een scheiding in 't haar, En is altijd 't eerste klaar. Als Loes de sokjes heeft gebreid, Breit ze een jurk voor pop Aleid. Aleid speelt altijd vreeselijk druk. En maakt haar kleeren dadelijk stuk. Ze zit geen oogenblikje stil En doet niet altijd, wat Loes wil. Is dan de jurk ook kant en klaar. Dan breit Loes broekjes voor pop Saar. Want Saartje is nog maar heel klein, 't Moeten ook luierbroekjes zijn. Twee steken recht, Twee averecht. Nu afgehecht. Loes heeft de tweede ook gebreid, Maar toen riep Moes: ,,'t Is etenstijd!" Deze raadsels zijn ingezonden door Jon gens en Meisjes, die Onze Jeugd lezen. Iedere maand worden onder de beste op lossers vier boeken verloot. AFDEELING I (Leeftijd 10 jaar en ouder.) 1. (Ingez. door Vrouwtje Ulebuut.) Verbor gen plaatsen. a. Let op je hengel. O, er zit een groote visch aan. b.Het was mooi weer. "t Zonnetje scheen. c. Pas op, hoor naar goeden raad. d. Geef me alstublief een snee koek. e. Hij maakt zich vuil in 't zand. Voortaan moet hij een speelpakje aan hebben. 2. (Ingez. door Joice.) Plaats voor elk van deze 4 woorden één let ter, zoodat er 4 nieuwe woorden ontstaan. De beginletters moeten nu den naam vormen van een eiland in de Middellandsche Zee. Land Af Rug As 3. (Ingez. door Vrouwtje Ulebuut.) Mijn eerste is een leelijk beest, Maar nuttig is het steeds geweest. Mijn tweede is een lidwoord zonder meer. Een elk gebruikt het keer op keer. Mijn derde zal vast in uw kamer staan. En mijn geheel kan eetbaar zijn, doch kent J ge 't hiet Blijf er dan vandaan. 4. (Ingez. door Joice.) Strikvragen. a. Als een neger in de witte zee valt, wat is hij dan? b. Welke boog is de grootste? 5. (Ingez. door Vrouwtje Ulebuut.) Als je achter een lichaamsdeel een lengte maat zet, verschaf ik aan veel menschen brood. 6. (Ingez. door Machteld.) Neem uit iederen zin een woord, zoodat er een spreekwoord ontstaat. Vele kinderen gaan nu op reis. Hoofden en handen mogen rusten. Ze mogen nu plezier maken, De avonden zijn nog zoo licht. Straks wacht het werk weer. AFDEELING II. (Leeftijd 9 jaar en jonger) 1. (Ingez. door Vrouwtje Ulebuut.) Verbor gen meisjesnamen. a. Hoor die snaak eens opscheppen. b. Ma, riep u ons? c. Boem! Boem! Maken die muzikantjes al tijd zoo'n lawaai? 2. (Ingez. door Mosplantje.) Verborgen jon gensnamen. a. Jaren her mankeerde zij al wat. b. Ja, dolfijnen zijn tropische vlsschen. c. In October tramden wij naar Amsterdam 3. (Ingez. door Vrouwtje Ulebuut.) Met t ben 'k rond, soms ook vierkant. Met k groei ik nog op het land. Met N woon ik in 't verre Noorden. Met W ben ik heusch niets dan woorden. 4. (Ingez. door Tromp.) Welke viervoeter is door tweeën gedeeld weer een viervoeter? 5. (Ingez. door Vrouwtje Ulebuut.) Men ziet mij bij zon en kunstlicht. Ik kan heel snel groeien en ook snel weer afnemen. Ook verplaats ik mij snel. want ofschoon ik niets ben, ben ik toch iets. Wie of wat ben ik' 6. (Ingez. door de Ruyter.) Kamraadsel. 12 3 4 5 6 7 8 9 1 is een groot water 2 is een grappig dier 3 is een ander woord voor keurig 4 zit om een ei 5 heeft een visch 6 is een lichaamsdeel. 7 is een lichaamsdeel 8 is een knaagdier. 9 is een insect. Langs den rug van de kam moet je een bad plaats lezen. RAADSELOPLOSSINGEN De raadseloplossingen der vorige week zijn: AFDEELING I 1. Valkenswaard. 2. a. haring, b. de kapper, c. eksteroog, d. natte steenen. 3. Onderdendam. 4. AntonKanton. 5. Kameel. Ooievaar. Krokodil. 6. Wolkbreuk. AFDEELING II 1. Fien, Lien, Mien, Sien, Tien. 2. Telefoondraden. 3. Ren. tent, hen, rat, Aart, Tante, Ant. 4. Vink, musch, kanarie, lijster. 5. Paard, koe, stier, kalf, varken, konijn. 6. Bloemendaal. Goede oplossingen ontvangen van: Vrouwtje Ulebuut 3 De kleine Bootsman 6 Anjertje 6 Truus Lameris 6 Eikeldopje 6 Lolly pop 6 Welp 6 Zonnepit 6 Zondagskindje 5 Viooltje 6 Kerkje 6 Lodi Pieters 6 Karli Pie- ters 5 De kleine Gichelaar 6 Eureka 5 Kruid noot 6 Kdnnie 6 Kaboutertje Slim 6 Feetje Ro zerood 6 Gymnast 6 Boerinnetje 6 Duizend schoon 6 Poppenmoedertje 6 Iris 6 Janny Fel ler 6 Vaders Oudste 4 Moeders Schat 4 Cellist 4 Joice 6 Boterbloempje 6 Lindebloesem 6 Beery 6. Juffertje Spring in 't Veld 6 De kleine Reken- baas 6 Rietzangertje 6 Machteld 6 Mosplantje 5 De Ruyter 6 RUILRUBRIEK LENA SMIT, Spionkopstr. 37, heeft ong. 180 kwartjesbons van Jamin en ong. 200 Hillebons en wenscht die om te ruilen tegen melkbons van Jamin, Douwe Egbert of Levers Zeepbons. FRIDA WOUDHUIZEN. Tesselschadelaan 8. Aerdenhout, heeft: 45 Kwatta soldaatjes. 30 Vetplanten, 29 Haas azijn, 89 Hilles, 13 Albert Heijn, 30 Coelinghs. 1 Tjoklat-sagen, 1 Tjok- latbon, Hiervoor gaarne terug: Onze groote Rivieren, Paddenstoelen, Java II en Sunlight. K. H., Olieslagerslaan 13, heeft: groot aan tal buitenlandsche postzegels, ook Nederland en Koloniën. Hiervoor gaarne terug: Stark. Haka, D, E„ Hille (alle bons) Droste. Roode Klok, Hag, Haust, Wijbert, Vergulde Hand, Al beit Heyn, Groote rivieren, Felix Kattenbr., Duifmerken, Wennex, Vim, enz. Scholte, van Nelle, Jamin, Everlasting, Klaverblad, IJzen- dijk's boekenb., Franken's beschuitk., Tjok- lat zegels, bonbonnièrebons, Sagen, Bussink, Bruine bijtjes. Dobbelmann, Sickesz, Kwatta, Weegschaal, K. H. C. JAN FEHRES. Lindenstr. 34. H.-N. heeft: veel Voetbalplaatjes, 42 van Patria, 28 Dijkstra Boekenbons, 18 plaatjes van Vetplanten, 17 plaatjes van Bonte wei, 16 Liga boekenbons, 15'o punt van Ruitertjes, 11 Vogelplaatjes. 11 plaatjes van Bosch en Hei, 9 van IJsendijk, 8 van Honing's Maizena album no. 4, 8 van Dobbelman's theehandel. 8 Pleines dieren- plaatjes, 7 van Roodband. 7 Olympische spe len 1932, 7 van de Wereld in beeld, Dobbelman 8 van album III en 1 van album n, 6 van Keg, 4 van ten Houten, 3 Wennix, 2 Sunlight, 1 Hondenplaatje, Hiervoor terug: D. E., f 0.70, van Lommelaars, Karnemelk, Zeepbons, Hille, Haka, Lido, de plaatjes van het album: Texel No. G. H, J, K, L, M, N. HET „HELLEGAT" IN DE DUITSCHE ALPEN Geheimzinnige spleet in de aarde, waarvan niemand het rechte weet. De toerist, die op een bergwandeling de hooge Ifen in de Allganerbergketen is overge trokken en afdaalt in de richting van de ri vier de Breitoch, vindt opeens een klein bordje midden op den weg, waarop met duidelijke let ters te lezen staat: „Skiërs, pas op! Hellegat! 100 meter diep!" 't Staat daar zoo doodeenvou dig en toch duidt dit bordje op een der groot ste raadsels van de geheimzinnige alpenwe reld. Met een beetje moeite slaagt men erin in het gat af te dalen tot 3 meter diepte, waar men terecht komt op een plateau, dat de halve breedte van het vreeselijke gat vult. Wie nu geen last heeft van duizeligheid of angsten, gaat plat op zijn buik liggen en kijkt over den rand in de pikzwarte diepte. De aanblik is werkelijk aangrijpend! Wat 100 meter hoogte beteekent, weten jullie wel zoo ongeveer, want de Dom te Utrecht is immers 110 M. en 100 M. diepte is van 't vrije veld uit gezien griezelig ge noeg! Maar nu een zwarte, kale koker, die 100 meter in de diepte reikt. Niemand, al is hij ook nog zoo dapper kan zonder huiveren in het „hellegat" kijken! De herders, die vele eeuwen geleden dit gat ontdekten, zullen wel gerild en gebeefd hebben door W. B. Z. Wij hebben samen, Vier vlechten in 't haar. Ik zal 't maar verklikken, Ook zes roode strikken. 't Haar van Margreetje Is maar een klein beetje Maar 't haar van Heieen Springt om haar ooren heen. En loopen wij samen heel vlug naar school Dan dansen de vlébhten van louter jool. Vier vlechten hippen op en neer. Vijf strikken wappren heen en weer. Of 't zomer is of barre kou De vlechten blijven ons altijd trouw. Wij zijn vriendinnen voor 't heele jaar Twee meisje, Vier vlechten, Tel ze maar! Brieven aan de Redactie van de Klnder-Af- deeling moeten gezonden worden aan Mevrouw BLOMBERG—ZEEMAN. Delftlaan 75. .TANNA A. Wel bedankt voor het snoezige grasklokje. Ik ben ook door I-IairlIngen gereden, 't Zou leuk zijn geweest als ik je had gezien. Waar logeerde Kitty? En waar was Zwem graag? Nu tot spoedig? BOTERBLOEMPJE. Wat was het Zondag heerlijk weer voor alle weidebloempjes. Ben je over gegaan? Gezellig voor je, dat Ada straks ook naar school gaat. Als ze lezen en schrijven kan. mag ze ook Rubriekertje worden. JOICE. Mijn dank voor je felicitatie. Je was wel in de buurt. Leuk. dat je een j>op breit. Is ze nog afgekomen? Heb je een fijne vacantie? CELLIST. Gefeliciteerd met je o-vergang. Je pen schrijft keurig. Geniet je heerlijk bfj groot moeder? Bloeit de hei al? Wamneer kom je weer op Haarlem aan? MOEDERS SCHAT. —Ben je over gegaan? Logeer je weer in Loosdtiinen? Ik geloof heusch. dat Augustus echt zomerweer zal geven. VADERS OUDSTE. Wat heerlijk, dat je over bent gegaan. Je hadt er hard genoeg voor gewerkt hè. Nu maar vergeten dat er nog zoo iets als een chool bestaat. JANNY F. Dat Is een fijn schoolreisje ge veest. Jullie hebben den dag wel uitgebuit. Je denkt zeker nog alle dagen aan de Jeugd-Herberg terug. I-Ieb je poes al een bezoek gebracht?- BOSCHFEE. 'k Dacht heusch, dat de fee us weggezweefd. Maar 't schoolreisje heeft je ge lukkig weer doen tcrtigkeeren. Je versje is niet onaardig, maar ik denk. dat je het wat heel gauw hebt neergeschreven. En haastige spoed is zel den goed POPPENMOEDERTJE. Zijn jullie nog in t hooge Noorden? Heb je flink gebruik gemaakt van tantes fiets? Wat prettig, dat jullie beiden zijn overgegaan. DUIZENDSCHOON. Wat is dat oen heerlijk schoolreisje geweest. Sliep jij boven of onder in de Jeugd-Herberg? Je had er zeker wel graag de heele vacantie willen blijven. Staat het vaasje bij moeder op tafel? GYMNAST en BOERINNETJE. Jullie bof ten maar weer met die vrijkaart voor de gondel- vaart. Iloe was de sluitingsavond? Is Boerinnetje ook mee geweest? Heeft de pop al een nieuw jum- pertje aan? KRUIDNOOT. Wat zal dat een schrik ge weest zijn, toen die twee Jongens er niet waren. 1-Ioe wus je rapport? En wat zijn de verdere va- cantieplaivnen? EUREKA. Ben je al eens weer naar Zandvoort geweest? Heb je ook een zwempakje? 't Is maar heerlijk, dat je een fiets hebt. Wat gezellig, dat Joice ook mee mag zingen met de aubade. DE KLEINE GICHELAAR. Nu ben je van onderen en van boven mooi. Gelukkig maai- voor je pep, dat ze toch een nieuwe jurk heeft ge kregen. Hoe bevalt de vacantie? 't Lijkt me wel vroolijk zoo'n Tekenschrift met plaatjes tussclien de sommen. Had je ook zulke mooie cijfers op je rapport? KARLI P. Heb je ook nog in een vliegtuig mogen zitten? Leuk hè die Jonge tijgertjes. Jam mer, dat ze niet zoo lief blijven. Dat zeggen moe ders ook wel eens van hun kinderen, 't Was maar goed, dat de regen wachtte tot 't feest achter den rug was. HYACINT. Prettig dat Je zoo'n goeden ver jaardag hebt gehad. Wees maar zuinig op dat mooie postpapier. Is 't feest van Juffrouw E. leuk geweest? Gelukkig, dat ze nu vooruit gaat. Ben je tevreden met je rapport? Is je nichtje er nu? LODI P. Wat gezellig, dat jullie samen zijn uitgeweest. Dien nacht sliepen jullie zeker als rozen. Ben je niet blij. dat het huiswerk nu is af- geloopen? VROUWTJE ULEBUUT. Is de poes al ge wend bij Opa? Vorder je met het broekje? Har telijk gefeliciteerd met de verjaardagen van groot moeder en moeder? Is 't borduurwerk klaar ge komen? Heeft moeder weer fijne vacantie-ver- rassingen? VIOOLTJE. Hoe was Je rapport? Een heer lijke gedochte hè. dat er vooreerst geen proeven moer komen. Heb je 't land ook goed gekend? ROZEKROONTJE. Je hebt zeker een druk leventje achter den rug. Wat een bof was die Brusselsche reis. Dat ls een onvergetelijke dag voor je geweest. ZONDAGSKINDJE. Vertel je me den volgen den keer eens of je nog lauweren behaald hebt in de Sportweek? Hoe was de water-polo-wed strijd? Je bent natuurlijk overgegaan? Heb je prettig gejokerd? WILLEM v. ORANJE. 't Doet me genoegen, dat je toch nog een paar heerlijke dagen ïn 't vooruitzicht hebt. Op 3 Augustus zal er dus weer druk vergaderd worden. ANJERTJE. De vorige keer kreeg ik je briefje te laat. Ben je weer terug uit I-lilversum? Aardig dat vader je de krant opstuurdo. DE KLEINE BOOTSMAN. Ja, 11c heb nog al goed weer gehad in mijn yacan-bieweek. Heb j' Zondag veel genoegen gehad bij grootmoeder? Je gaat toch over? Je schrijft steeds netter. Doen de vingers niet meer pijn? JUFFERTJE SPRING IN 'T VELD en DE KLEINE REKENBAAS. Als je mij de Ruil- aanvraag nog eens stuurt wil ik ze wel plaatsen. Leuk, dat jullie ook zoo genoten hebben op "t schoolreisje. Zijn jullie beiden overgegaan? Wat had die Juffertje Spring in 't veld een prachtig rapport. Gefeliciteerd ermee. ROBBEDOES. 't Doet me plezier, dat je het boek zoo prachtig vindt. Ik zou best een heelen dag in jullie hut willen bivakkeeren. Nog hartelijk gefeliciteerd met je verjaardag. Nu rust je zeker heerlijk uit van alle vermoeienissen. ZWEMGRAAG. 'k Vond het gezellig weer eens wat van je te hooren. Geniet je fijn van je vacantie? Je hebt je dapper geweerd in de Sportweek. Hebben jullie al bericht uit Indië gekregen? Heerlijk, dat er nog zooveel bloemen in den tuin zijn. De regen heeft daar vast wel goed aan gedaan. Zwem je alle dagen? RIETZA.NGERTJE. Is de koffer naar je zin? Wanneer gaan jullie kampeeren? Ja. dan komt hij goed van pas. Leuk, dat hy ook nog naar Assen reist. Wat heb je al een heerlijk reisje gemaakt met vader. Welke bloemen bloeien in je tuintje aan de Delftlaan? DE KLEINE BOOTSMAN en VROUWTJE ULEBUUT. Hartelijk dank voor het mooie handwerkje en het aardige versje. Wat hebben jullie dat goed onthouden. Moeder drinkt nu ze ker alle dagen uit die mooie kop. Vast hartelijk gefeliciteerd met zusjes verjaardag. Wanneer ga bij tante logoeren? W BLOMBERG -ZEEMAN Delftlaan 75. Haarlem, 29 Juli 19 38, van ontzetting, vandaar ook de sombere naam. Het gat is een in doorsnee ovale, loodrecht in Je diepte dalende schacht in het zwarte rots gesteente. De wanden zijn door het smeltwa ter, dat op bepaalde tijden, vooral in het voor jaar, van de bergen komt en vaak woeste be ken vormt, geheel glad geslepen. Hoe ver kan men, turend over den rand van het plateau, in de diepte kijken? Dat is moeilijk te zeggen. De kleine knik, die op 50 m. diepte in de schacht zit, kan men niet meer zien: wel hoort men een helder geluid, als men een steen daartegen laat vallen. Dan gaat een seconde voorbij, een heel zacht, dof klopje volgt ten teeken, dat de steen op den bodem is aange land. en daneen donderend geluid als van duizend echo's tegelijk stijgt op uit het helle gat. 't Zijn de echo's van dit eene, doffe klapje en dus moeten daar beneden in de aarde machtige zalen zijn, die het geluid weerkaat sen en duizendvoudig verstei-ken. Ongetwijfeld hebben de eenvoudige herders het donderend geraas uit de diepte als helsche geluiden opgevat. Ondanks het heel bijzondere van het geval, want een diepe koker als het hellegat is ner gens anders op de aarde te vinden, komen wei nig vreemdelingen het bekijken; slechts een enkele eenzame tourist wendt zijn schreden naar dit plekje. Vele jaren geleden liet de Alpenvereeniging het bordje met de waarschuwing voor het gat plaatsen, doch dat dit niet voldoende was, werd in den winter van 1934'35 bewezen door een skispoor dat recht op het gat afliep. Twee dappere berggidsen haalden den dag daarop een doode uit de diepte op. Zij slaag den hierin door boomstammen over het gat te leggen en zich aan touwen naar beneden te laten zakken. Dit slachtoffer, dat misleid door den sneeuw storm het bordje vermoedelijk over het hoofd had gezien, was niet het eenige. In September 1936 liet de jonge ingenieur Gerstmair zich met drie kameraden aan een touw, dat op een klos was gewonden, naar beneden zakken. Toen zij beneden waren barstte er een vreeselijk onweer los en het hellegat stroomde vol water. Doordat het natte touw op een gegeven oogenblik niet kon worden opgewonden ver dronk Gerstmair, terwijl zijn kameraden slechts met de allergrootste moeite gered kon den worden. Dit was overigens niet de eerste keer dat menschen een poging ondernamen om het hellegat te onderzoeken. De oude pas toor van het dorpje Riezlern is dertig jaar ge leden met een paar makkers den griezeligen weg in de diepte gegaan en behouden terug gekeerd. Zij volgden een onderaardsche rivier bedding, zwommen en klauterden door ont zaggelijke zalen, waar-van ze zelfs met sterke lampen de einden niet konden zien, hoorden het gedonder van onzichtbare watervallen en stonden aan de oevers van pikzwarte meren. Er ligt daar een onderaardsche zalen-wereld, zooals er misschien geen tweede op aarde te vinden is. Maar het „ontdekken" ervan zal nog niet zoo gemakkelijk zijn. Slechts mannen, die bereid zijn hun leven op het spel te zetten, kunnen in het hellegat afdalen. Er zullen dus eerst andere toegangen moeten worden ont dekt, wil men werkelijk de zalen voor toeristi sche doeleinden kunnen gebruiken. POSTZECELRUBRIEK 1930 11e Spoorweg Congres 1 c 10 15 20 25 30 40 50 IP. 4 P. 10P. 1930 Chr. Columbus tent 1 c 2c 10 15 20 30 50 4 P 10 P xxn In 1930 verscheen ter gelegenheid van het 11e congres der intern. Spoorwegvereeniging een serie zegels met afbeelding van een lo comotief in twee verschillende teekeningen. Voorts staat nog op de zegels „11e congreso internacional de Ferrocarriles" Madrid 1930. De waarden zijn 1 c. (blauwgroen), 2 c. (groen- olijf) 5 c. (granaatrood) 10 c. (groen) 15 c. (blauwgroen) 20 c. (violet) 25 c. (rose) 30 c. (bruin) 40 c. (blauw) 50 c. (oranje) 1 P. (grijs blauw) 4 P. (rose) 10 P. (geelbruin) Grootte 45 x 32 mm. Tevens had in 1930 te Sevilla'n ten toonstelling plaats ter herinnering aan Chris- toffel Columbus. Hiervoor verscheen een speciale herinne ringsserie. waarbij de lagere waarden een af beelding geven van het vlaggeschip Santa Ma ria van voren en van achteren gezien. De waarden zijn l c. (bruin) 2 c. (olijf), 5 c. (bruinlila) 10 c. (groen) 15 c. (ultram.) 20 c. (violet) Grootte 52 x 38 mm. Drie driehoekzegels met afbeelding van de vloot, die naar Amerika voer 25 c. (roodkarm.) 40 c. (ultram.) 1 P. (grijszwart). Grootste ba sis 85 x 45 mm. 30 c. (bruinzwart, bruin en blauw) 50 c. (bruinviolet, violet en blauw) met afbeelding van het vertrek van de Spaansche kust op 2 Aug. 1492. gezegend door een pries ter; de 4 P. (donkerblauw en zwart) 10 P. (bruinviolet en bruin) met afbeelding van de aankomst van Columbus op de Amerikaansche kust op 12 October 1492. Grootte 60 x 40 mm. N.B. Wie nog zegels te missen heeft, kan deze (zonder bellen) in de bus gooien, liefst met naam en adres in enveloppe. Zendingen, die nog achterbleven, zoo spoe dig mogelijk doorsturen s.v.p. Rustenburgerlaan 23.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 14