G
Pascal vertelt over zijn filmarbeid.
Victoria-Wafer
Voorbereidingen voor het openlucht
spel op „Elswout" vorderen goed.
VRIJDAG 5 AUGUSTUS 193S
HAARUEM'S DAGBU'AD
6
FILMN1EUWS
Een interview met: LESLIE HOWARD.
Utafessot iu f. B. Show's
tjjhfëmatiok"
(Van onzen correspondent).
LONDEN, Augustus.
Wij struikelen over manden met
appels, kisten met tomaten. Zakken
aardappelen zijn hoog opgestapeld.
Zooveel soorten groenten en fruit zijn
te zien, het lijkt wel een tentoonstel
ling. Rond om ons heen wordt plat-
Londensch gesproken, „Cockney", een
taaltje, dat voor den gewonen En-
gelschman even weinig te verstaan is
als het goede Jordaansch door den ge
wonen Hollander. Mannen rennen af
en aan met stapels manden op hun
hoofd, die zoo gevlochten zijn dat zij
precies in elkaar passen. Soms dragen
zij vijf, zes manden op elkaar, met on
navolgbare elegance. Het zijn de we
reldberoemde „costers" van Covent
Garden, die ieder jaar hun wedren
houden wie het hardst kan loopen met
de meeste manden op het hoofd.
De lucht om ons heen is zuur van
het fruit, dat hier iederen nacht wordt
aangevoerd, om heel Londen van
voedsel te voorzien. Vertrapte sla-
vladen liggen op den grond.
Maar is dit wel Covent Garden, de
fruit- en groentenmarkt? De illusie is
siiet geheel volmaakt, zoodra niet al
leen het gezicht een rol speelt. Het is
niet alleen de geur van groente. Er
hangt nog een andere lucht, die van
vernis. Electrische kabels zijn overal
tusschendoor gespannen, electrische
lampen werpen een fel licht over het
terrein.
De Hongaarsche filmregisseur Pascal is be
zig om .Pygmalion", het tooneelstuk van Ber
nard Shaw, te verfilmen. Een secretaris van
Pinewood-Studio haalt, tijdens een opname
pauze, een donkeren, gezetten man tusschen
de camera's vandaan. Pascal wordt aan ons
voorgesteld; hij heeft een paar minuten tijd
voor een interview. Wij gaan met hem mee
naar zijn eigen vertrek, in een hoek van de
studio. Een paar gemakkelijke stoelen, een
groot bureau, veel portretten van schrijvers en
acteurs, bekend en onbekend. Er hangt ook
een teekening van G. B. S. waarop de schrij
ver is afgebeeld met een overdreven hoog
voorhoofd, dat, samen met een langen, wit
ten baard, een soort halve maan vormt; Pas
cal heeft niet zoo heel veel 'tijd, hij vertelt ons
meteen wat wij weten willen, wanneer wij
onze vragen hebben afgedraaid.
..Ja. ik weet wel dat er fantastische verha
len gaan over het feit dat Shaw mij een stuk
laat filmen dat hij jaren lang aan de Ame
rikanen heeft geweigerd. Het verhaal gaat dat
hij met Metro Goldwyn onderhandelde. De
directie beloofde hem het stuk „volkomen
artistiek" te maken, maar Shaw schreef: mij-
neheeren, wij zullen het nooit eens kunnen
worden. U denkt te veel over kunst, terwijl ik
mij voor het geld interesseer. Shaw is met
recht bang voor de Amerikanen, in Holland
heeft hij, zooals u natuurlijk bekend is, Pyg
malion wel laten verfilmen.
En in Duitschland, daar is het met Gustav
Gründgens en Jenny Hugo gedraaid. Ik zocht
hier in het land naar een onderwerp voor een
film, dacht natuurlijk aan „Pygmalion", maar
had niet veel hoop dat ik toestemming
van den schrijver zou krijgen. Ik had een
lang gesprek met Shaw, en het bleek al spoe
dig dat onze Ideeën overeenstemden. Ik was
sterk teleurgesteld uit Hollywood teruggeko
men, waar men mij met goude toekomstbe
loften had heengehaald. In Europa was ik
toch immers goed bekend, door de films „Vic
toria en haar Huzaar", en „Hauptmann von
Köpenick". Aan het eind van een lang onder
houd zei Shaw: goed, je mag .Pygmalion"
voor me filmen, maarin Engeland en met
Encelsche artisten. Wel. dat was juist mijn
bedoeling ook. Wij waren het direct eens dat
Leslie Howard voortreffelijk zou zijn voor de
hoofdrol van Professor Higgins. En Shawl is
heel geschikt, werkelijk, wij hebben hem wel
eens anders gezien in een studio.
Helaas, een paar minuten zijn snel om, wij
hadden Pascal nog veel willen vragen over
zijn werk in Europa, dat hem in ons land zoo
bekend heeft gemaakt, over „Victoria", maar
hij wordt weer weggehaald.
Ook Leslie Howard regisseert.
In de volgende studioruimte treffen wij
Leslie Howard. Hij komt zoo uit zijn rol, ge
kleed in pyjama. De regie is in handen van
meer personen, Pascal heeft de productie, re
gisseert hier en daar. Howard speelt, regisseert
ook. waar hij dat noodig vindt en Anthony
Asquith komt er ook al bij te pas. Hij heef:
een groote film op zijn naam staan: ..Moscow
Night" Pascal is een man die nu niet bepaald
aan Grieksche schoonheidsidealen beant
woordt. In Leslie Howard, de acteur, vinden
wij iemand met een ideaal gelaat. Heel de
wereld kent dit slanke gezicht. In zijn Ame-
rikaansche film ..Het versteende Woud" heeft
hij een hoogtepunt van acteeren bereikt, het
is zijn lievelingsfilm.
Wat ons opvalt is dat de tooneel-Howard
en de alledaagsche Howard eender zijn. Rustig
praat hij met de menschen om hem heen,
heeft een vriendelijk woord voor een electri-
cien, die hem uit zijn stoel komt verjagen. Nu.
niet onder de lampen, en maar half opgemaakt
blijft hij zijn evenbeeld op het doek getrouw,
iets dat niet bij alle acteurs opgaat, vooral bij
filmacteurs niet. Wij vragen of Pygmalion
voor deze verfilming nog aanzienlijk is omge
werkt. Het is immers bekend dat het tooneel-
matig niet tot Shaws sterke stukken behoort.
Shaw heeft er in zijn complete uitgave een na
rede van geschreven, iets dat niet voor het
werk pleit.
„Pygmalion wordt geen verfilmd tooneel,"
zegt Howard. „Maar het is ook niet een van
die filmversies geworden, die van het oor
spronkelijke stuk niet veel over laten.
W. P. Lipscomb heeft een draaiboek geschre
ven, dat absoluut cinematisch is, doch de
prachtige dialoog van Shaw spaart. Shaw is
als dialoogschrijver een volmaakt vakman.
Men heeft het wel eens geprobeerd, hem te
verbeteren, maar met slechte resultaten. Wij
hebben natuurlijk heel wat meer actie in het
stuk gebracht, die Shaw, die aan tooneelmo-
gelijkheden gebonden was, weg moest laten. De
'geest, de dialoog en het gegeven van „Pygma-
üon" zijn onve-Pnderd gebleven. Een tooneel-
schrijver ah Shaw is evenveel met de dialoog
als met de intrige ~=an zijn stuk bezig, hij
bouwt een soort legkaart. Gaat men daarin
rommelen, dan maakt mcil het er voor het pu
bliek niet duidelijker op, zelfs al zou de film
regie het gemakkelijker hebben. U weet dat
..Pygmalion" de geschiedenis is van een jong
professor, die met een spraakleera>.- een wed
denschap aangaat dat hij een meisje uit de
achterbuurt van de groentemarkt Covent Gar
den in een half jaar zoo op kan voeden dat zij
voor een dame uit de beste kringen kan door
gaan. De professor, dat ben ik.
Shaw stuurde een paraplustandaard.
„Ziet U veel van Shaw in de studio?"
Howard wijst op een paraplustandaard.
„Pascal vroeg hem een tijd geleden, toen hij
nog goed gezond was „of hij wat meer van hem
kon zien." Den volgenden dag stuurde Shaw
hem zijn paraplustandaard. Wij hebben het
meubelstuk een plaats in een van de décors
gegeven. De acteur glimlacht. Hij geeft ons
een lange, fijne hand, hij gaat zijn „kamer"
binnen, die maar twee wanden heeft, en vol
staat met phonografen, reusachtige modellen
van de neus-keelholte en instrumenten. Hij is
weer phonetlcus en taalgeleerde. Scène zoo
veel: draaien! Prof. Higgens werpt zijn boek
op tafel en kijkt naar de deur (die meteen via
een lampenruimte op Covent Garden uit
komt) „Binnen!"
PROGRAMMA VAN DE HAARLEMSCHE
RADIO CENTRALE OP ZATERDAG
6 AUGUSTUS 1938.
Progr. I. Hilversum II.
Progr. II. Hilversum I.
Progr. III. Keulen 8.00, 8.20, 8.30, 8.50, 9.35,
10.05. Parijs Radio 10.20. Londen Regional
11.35. 12.20. Ned. Brussel 1.05, 1.20, 1.30, 1,50.
2.20. Keulen 2.30. Ned. Brussel 3.20. Keulen
4.20. Londen Regional 6.20. Fransch Brussel
7.00. Keulen 7.20. Londen Regional 8.20, 8.50.
Keulen Neó. Brussel 10.20, 10.30. Keulen.'
Berlijn 10 50.
Progr. IV. Ned. Brussel 8.00, 8.20, 8.30, 8.40,
8.45, 9.00. Diversen 9.2010.35. Londen Regio
nal 10.35, 10.50, 11.05. Droitwich 11.35, 12.20,
12.50, 1.20, 2.20, 2.50, 3.20, 4.00, 4.40, 5.20, 6.20
6.50, 7.05, 7.40, 8.15. 8.20.
Fransch Brussel 9.50. Droitwich 19.20, 10.45,
10.50, 11.20.
Progr. V. 8.00—7.00 Diversen. 7.00—8.00 Eigen
gramafoonplatenconcert. Verzoekprogramma
8.00—12.00 Diversen.
WAARSCHUWING
De Commissaris van Politie te Arnhem geeft
belanghebbenden in overweging, alvorens in
relatie te treden met de te Arnhem gevestigde
Nationale Onderlinge Financierings Maat
schappij „Hatomij", zich om inlichtingen tot
hem te wenden.
ARROND- RECHTBANK.
Blond of zwart?
Het was precies twee jaar geleden gebeurd.
De avond van den vierden Augustus 1936 was
de chef van de tramhalte aan de Tempeliers
straat even uit het kantoortje gegaan om
voor een tram naar Amsterdam het vertrek
sein te geven. Bij zijn terugkomst bleek uit
het kantoortje een bedrag van f 25 ontvreemd
te zijn. In verband hiermede stond een 23-
jarige rietbewerker uit Haarlem terecht die
er bovendien van verdacht werd een poging
gedaan te hebben om uit een melkwinkel in
de Tempeliersstraat een muntmeter te lich
ten.
Een conducteur verklaarde dat hij den be-
wusten avond een jongeman in het kantoor
tje van den chef had zien staan. Toen zij ech
ter na eenige oogenblikken waren gaan kij
ken was de vogel gevlogen.
Pres.: Wat voor kleur haar had die jonge
man?
Getuige: Licht blond.
Pres. tot verdachte die zwart of althans
donker haar heeft: Hebt u vroeger wel eens
blond haar gehad?
Verd.: Nee mijnheer wel licht haar, maar
nooit blond.
Pres.: Verft u uw haar wel eens?
Ver.: Nee mijnheer, maar door de zon ver
bleekt het meestal wel iets. Mijn vader noemt
het altijd peper en zout haar.
Pres. tot get.: Had de man die u in het huis
je zag melkboerenhondenhaar?
Get.: Precies mijnheer.
De volgende getuige verklaarde, dat ver
dachte hem had verteld van de inbraak in
het haltehuisje en ook van zijn voornemen
om den muntmeter te gaan lichten.
De verdachte beweert evenwel dat hij deze
getuige slechts oppervlakkig kende en alleen
uit opschepperij had gezegd dat hij het geld
had weggenomen. Verder had niet hij doch de
getuige verteld dat hij muntmeters wilde gaan
lichten.
In zijn requisitoir zei de Officier dat hij uit
de getuigenverklaringen en de tegenstrijdige
mededeelingen van den verdachte zelf het be
wijs geleverd achtte.
Spreker vorderde een gevangenisstraf
van 8 maanden met aftrek van voorarrest.
De verdediger mr. J. H. Junge vond dat de
zaak vele duistere punten had. Dat het haar
van verdachte onder invoed van de zon zóó
sterk zou verkleuren, meende spr. te moeten
betwijfelen. De verdediger achtte het bewijs
dan ook niet geleverd en verzocht daarom vrij
spraak.
MARKTBERICHTEN VAN BARNEVELD.
Pluimveemarkt. Oude kippen 2570, id. per
kg. 27—36, oude hanen 5060. jonge hanen
2075, idem per kg. 3040. N.H. Blauwen per
47—56, jonge hennen 70—1.45, duiven per
paar 3045, tamme eenden 15—50, ganzen 1
—1.40, kalkoenen per kg. 4050, tamme ko
nijnen 751.0, wilde konijnen 2030. piepkui
kens 515. Aanvoer 34.500. Handel iets
vlugger.
Eiermarkt. Witte eieren 3.85 tot 3.95. ge
mengde 3.904, bruine 44.20, eendeneieren
2.803, jonge heneieren 2.50. Aanvoer 1.864.000
Handel vlug.
Veemarkt. Zeuge f 5080, dr. zeugen f 60—
95, schrammen f 2332, biggen f 1723, zware
varkens 27 tot 28 ets. per pond, zouters 26 tot
27 ct. p. pond, vette kalveren 24 tot 28 ets. p.
DAGELIJKS een fleschje
VERHOOGT Iff GEZONDHEID
(Adv. Ingez. Med.J
Medewerking van alle zijden.
Het fraaie buiten „Elswout" waar het openluchtspel „Eenheid door Oranje" van
dr. L. Berger zal worden opgevoerd, ter gelegenheid van het veertigjarig
regeeringsjubileum der Koningin.
Een groofsch opgezet spel.
E voorbereidingen voor het
I openluchtspel „Eenheid door
Oranje" van dr. Ludwig Ber
ger dat zooal wij reeds in een
uitvoerig artikel mededeelden ter ge
legenheid van het regeeringsjubi
leum der Koningin op het landgoed
„Elswout" zal worden opgevoerd, vor
deren goed. De definitieve data zijn
thans vastgesteld op 26 en 27 Augus
tus terwijl ook de mogelijkheid van
nog eenige andere opvoeringen onder
de oogen wordt gezien.
Met bekwamen spoed en oncfer de deskun
dige leiding van het bestuur van het Cen
traal Oranje Comité Bloemendaal is men er
In geslaagd de verschillende moeilijkhe
den, die nu eenmaal onvermijdelijk aan een
dergelijk grootsch opgezette uitvoering vast
zitten, te overwinnen. Zoo is het garantie
fonds waarin ook de gemeente Bloemendaal
heeft ingeteekend geheel volgestort, verder
dient bijzonder gememoreerd te worden de
groote medewerking van het P. E. N. dat de
werkzaamheden voor de verlichting Els
wout wordt met groote lampen en schijn
werpers smaakvol verlicht gratis verricht en
bovendien nog deelneemt in het garantie
fonds.
Een stroom van smaakvolle folders en affi
ches. die dank zij de medewerking van de
A. N. V. V. over het heele land verspreid
wordt zal zeer zeker ook ver buiten Bloe
mendaal in ruime, mate belangstelling trek-
Tranen
door VERA ROBINSON.
[STERMIDDAG op de Waalsdorper-
vlakte bij Den Haag, in de branden
de zon heb ik een man zien weenen
en terwijl ik naar hem keek, moest
ik denken aan:
Eelco, die vele jaren geleden achter mij in
m B zat. Hij was de komiek van de klas, alle
meisjes waren verliefd op hem. al was het na
tuurlijk kalverliefde en zelfs de onderwijzeres,
die pogingen in het werk stelde ons Algemee-
ne- en vaderlandsche geschiedenis bij te bren
gen en een hekel aan alles had. wat van het
manlijk geslacht was, placht te zeggen, dat ze
Eelco een échten jongen vond. Eelco, de breed
geschouderde, eeuwig vroolijke grapjas met
zijn zonnig humeur en zijn lachende blauwe
kijkers. Tranen van verdriet in zijn oogen
leek ons. bakvisschen, iets ongerijmds. En toch
heb ik Eelco eens zien huilen. Dat was de
middag, nadat hij drie maanden ijverig ge
traind had om mee te kunnen doen aan de
zwemwedstrijden en hij brutaal was geweest
tegen den concierge. Voor straf werd hij van
de wedstrijden uitgeschakeld en toen hij het
vernam, in de drukkende atmosfeer van het
heiligdom der heiligheden, de kamer van den
directeur, toen perste hij zijn handen tot vuis
ten en hield zich goed. Maar eenmaal in de
gang. waar ik toevallig passeerde, kwamen de
tranen los en huilde Eelco, terwijl zijn forsche
schouders krampachtig schokten van de snik
ken.
En ik moest denken aan:
Bob, die voor meester ln de rechten stu
deerde en de wonderlijke gave bezat van een
gulden een rijksdaalder te tooveren. Bob en
twee vrienden, ook studenten, waren leden
van de zelfde tennisclub waar wij de ballen
over de afrastering in den tuin van den al
tijd humeurigen notaris sloegen. Bob was een
peinzer, een dichter een stil figuur. We moch
ten hem graag, omdat hij nooit vloekte, nooit
te veel borreltjes dronk en geen misselijke
toespelingen maakte op schoonmoeders en al
die zaken, waarover de meeste mannen op de
beurs en in café's plegen te praten. Bob
leerde een meisje kennen. Ze was tenger en
bedeesd en niet sterk. Ze tenniste slecht en
werd misselijk van sigarettenrook. Maar ze
werd een goede vriendin en we wisten, dat die
twee een ideaal paar zouden worden. Eenige
weken na hun verloving werden we opge
schrikt door een bericht. Er was een wielrijd-
ster onder een vrachtauto gekomen, in die
dagen een zeldzaam ongeval. Het meisje had
haar evenwicht verloren en was bewusteloos
naar het ziekenhuis gebracht. Toen ik ver
nam. dat zij het was. zat ik als verlamd van
ontzetting. Een uur later stond ik in een der
gangen van het groote gebouw, dicht bij de
wachtkamer. Een verpleegster vertelde me, dat
Annle nog steeds in de operatiezaal was. Ik
wachtte meer dan een uur en ln een andere
kamer wachtte Bob. maar ik had niet den
moed hem op te zoeken en hem te troosten.
Toen ik hem eindelijk zag was er een vreemde
glimlach om zijn mond en zijn oogen waren
verduisterd door tranen. Groote, glinsterende
tranen, die langzaam over zijn bleeke wangen
biggelden. Maar het waren tranen van dank
baarheid. Annie zou genezen, over eenige we
ken zou zij de inrichting kunnen verlaten
en geen blijvend letsel overhouden. Bob's
vreugdetranen ontroerden me meer dan ik
onder woorden kan brengen.
En ik moest denken aan:
Kees, die al jaren het avondblad bij ons in
de bus stopte. Oude Kees, die matroos en
scheepstimmerman was geweest, doch geen
geluk in zijn leven had gehad. Oude Kees
kreeg wel eens een sigaar of een kopje thee
en met Nieuwjaar een kwartje. Omdat hij nu
eenmaal oude Kees was en een streepje voor
had. Op een avond, in November, struikelde
hij en viel tegen den scherpen rand van het
trottoir. Ik kwam juist thuis en was de eerste,
die hem kon helpen. Zijn courantentasch was
opengesprongen en de avondbladen lagen ver
spreid in de moddersneeuw, zoodat het witte
papier grauw en slap werd. Ik trachtte hem
op de been te krijgen, tnaar het lukte niet
en tenslotte liet ik hem liggen en ging hulp
halen. Toen ik met kussens bij hem terug
kwam, was hij bezig de kranten bij elkaar te
zoeken. Toen pas zag ik, hoe zijn rechterbeen
op vreemde wijze op het trottoir lag en be
greep ik, dat het ergens boven de knie gebro
ken of ontwricht moest zijn. De arme kerel
moest afschuwelijke pijn lijden, maar zijn eer
ste gedachte gold zijn avondbladen en bij het
zien van het doorweekte papier en de mod
dervlekken, barstte hij in snikken uit. De pijn
voelde hij niet dat moment.
Het onderzoek bracht aan het licht, dat het
heupbeen op twee plaatsen gebroken was. Eerst
vier maanden later werd Kees ontslagen. Hij
liep kreupel en was niet meer in staat iets
te doen om in zijn onderhoud te voorzien en
werd opgenomen in het armenhuis.
En ik moest denken aan:
Den knappen Franschen vliegofficier. Het
was een geval, dat op dat van Eelco leek. Het
betrof een vlucht over verschillende landen en
er waren meer dan tachtig deelnemers. Een
internationaal gezelschap vliegers van groote
reputatie. Ik was met vacantle in Zeist en we
waren met kennissen naar Soesterberg ge
gaan om te trachten iets van de vlucht te
zien. Om half drie werd de eerste deelnemer
boven het kamp verwacht, op doorreis naar
Kopenhagen, doch reeds om goed twee uur
werd aan den azuren hemel een zwart streepje
zichtbaar. Nummer één was in aantocht en
een geestdriftig gejuich uit tienduizenden
kelen klonk op. Gewapend met een zeekij kei-
slaagden wij er in te ontdekken, dat het een
Fransch toestel was. Het passeerde op een
hoogte van ongeveer duizend meter en zette
koers naar het Noorden. Het was duidelijk,
dat het toestel ook het eerst in Kopenhagen
zou arriveeren en terwijl wij op nummer twee
wachtten, rekenden we uit hoe lang het zou
duren eer we zouden weten, wanneer de
Franschman in Kopenhagen geland zou zijn.
Na een kwartier verschenen drie deelnemers
tegelijk, twee Italianen en een Belg, doch
nauwelijks waren zij uit het gezicht of uit
Noordelijke richting kwam een toestel in glij
vlucht op ons af. We begrepen niet welke kist
het kon zijn, doch plotseling herkenden we
het. Het was de machine van den Fransch
man....
Hij maakte een geslaagde noodlanding, hoe
wel het hem moeite scheen te kosten de ma
chine recht te houden. Tusschen enkele mili
tairen en vrienden haastte ik me het terrein
op. Het was een open jachtkist en toen we de
machine genaderd waren, stapte de piloot
juist uit. Tot onze verbazing zagen wij een
piepjong officiertje, bijna een jongen nog.
Hij was heel bleek en had de tanden op elkaar
geperst, alsof hij pijn leed. In stamelend
Fransch vertelde hij, dat hij boven het Gooi
motorpech had gekregen en terug had moeten
gaan. Deze noodlanding schakelde hem auto
matisch uit.
Hij hield zich bewonderenswaardig goed.
Maar eenmaal ln de cantine, waar het rustig
was viel hij op den eersten den besten stoel neer,
begroef het gezicht in de handen en liet de
tranen den vrijen loop. Later hoorden we.
dat hij pas één en twintig was en bijna een
half jaar gezwoegd had om zijn machine zoo
snel mogelijk te krijgen
En ik moest denken aan:
Dirk, den ruigen ruwen groenteman, van
wien bekend was dat hij geen zenuwen en
zelfs geen hart bezat. Dirk was een stug
mensch en kon alleen snauwen en grauwen.
Hij was niet in het minst aangedaan, toen hij
getuige was van een spoorwegongeluk, dat
twee kinderen het leven kostte. Hij spotte
met iedereen, die teerder besnaard was dan
hij en iedereen in ons dorp was bang voor
hem
Maar eens op een avond, toen Dirk zijn
paard naar stal bracht, zakte het dier in
elkaar. Dirk haalde den veearts, die een be
denkelijk gezicht trok. Den volgenden morgen
liet Dirk ons in den steek en moesten we er
zelf op uit om aardappelen en groente te koo-
pen. Ik fietste even langs zijn huisje en vond
hem in de stal. Daar, onder een vale deken,
lag het paard, dood.
„Dirkriep ik verschrikt.
Hij lag op zijn knieën naast het cadaver,
roerloos. Maar toen ik mijn hand op zijn
schouder legde, keek hij langzaam op en zijn
verweerd en ontevreden gezicht was nat van
tranen.
Gistermiddag op de Waalsdorper vlakte bij
Den Haag, in de brandende zon, heb ik een
man zien weenen en terwijl ik naar hem
keek. moest ik aan andere mannen denken,
die ik ook had zien huilen.
We waren verdwaald en zeulden met onze
fietsen door het warme, rulle zand. Toen kreeg
ik een bordje in de gaten met het woord
„Stormschool". Ik zag een klein gebouwtje. De
deur stond half open en plotseling stormde
er een man uit. Een slanke man in de uni
form van eersten luitenant. En die luitenant
huilde tranen met tuiten, terwijl hij zijn zak
doek tevoorschijn rukte om zijn oogen te
drogen.
Ze hadden een oefening met traangas ge
had en hij was zoo dom geweest zijn gas
masker iets te vroeg af te zetten
(Nadruk verboden.
Auteursrecht voorbehouden).
ken. De repetities voor het spel zijn reeds in
vollen gang en de medewerking van de
verschillende vereenigingen is bijzonder
groot. Zoo zullen de sloepen die in het spel
voorkomen geroeid worden door leden van de
Bloemendaalsche Reddingsbrigade. De zang
zal worden verzorgd door leden van het Ge
mengd Koor Bloemendaal en van de Vereeni-
ging voor den Volkszang. Verder verleenen de
Bloemendaalsche gymnastiekvereeniging, de
R.K. Gymnastiekvereenigingen „Hercules" en
„Winfried", de R.K. Tooneelvereeniging St.
Genesius en Aerdenhout's Tooneel Ensemble
haar medewerking. De regisseur van St. Ge
nesius, Jan van Dommelen, zal als assistent
van Eduard Verkade, die de algeheele leiding
heeft, optreden. Het ontbreekt ook buiten
Bloemendaal niet aan medewerking want
zoowel de N. Z. H. T. M. als de Ned. Spoor
wegen toonden reeds hun belangstelling ter
wijl er extra trams en bussen zullen rijden.
Spel en spelers.
TO"ET spel speelt in de jaren van
-^ïeeo tot 1673 en behandelt de
twist tusschen onze groote zeehelden
Michiel de Ruyter en Maarten Tromp
die zich echter onder Prins Willem
van Oranje, later stadhouder Wil
lem III, waar met elkaar verzoenen.
Dit is de groote lijn van het spel
zooals de naam trouwens reeds zegt:
„Eenheid door Oranje". Dr. Anton van
Duinkerken die voor elk der vijf be
drijven een proloog schreef en die ook
de epiloog voor zijn rekening nam
trekt deze lijn in zijn epiloog ook tot
op heden door.
De ernst van het spel, dat klassiek van op
zet is, wordt afgewisseld door de liefdeshisto
rie van Marie Anne van Beverweert en Engel
de Ruyter, de zoon van den grooten admi
raal, die met groote moeilijkheden te kampen
hebben voor zij een gelukkig paar vormen.
Het huwelijksfeest van Isabella van Bever-
weert met Lord Arlington, de komst van den
graaf d'Estrade, de Fransche gezant, de
liefdesscènes tusschen Engel de Ruyter en
Marie Anne van Beverweert, zij vormen alle
maal hoogtepunten in een uitvoering die, be
driegen dë voorteekenen niet, werkelijk iets
zeer buitengewoons zal worden. Wij hopen te
zijner tijd nog eens uitvoerig op dit zeer in
teressante spel terug te komen en meenen nu
te kunnen volstaan met de voornaamste spe
lers te noemen, die zooals men zich
herinneren zal, zullen worden bijgestaan door
ruim 150 figuranten.
De hoofdrollen worden o.a. vertolkt door:
Marie Dresselhuys (Marie Anne van Bever
weert) Rie Gilhuys (Isabelle van Bever
weert); Georgette Hagedoom (de scheeps
jongen); Paul Huf vervult de rol van Heer
van Beverweert; Cees Laseur is Michiel
Adr.z. de Ruyter; Hans van Meer ten Johan
de Wit; Joan Remmelts Engel de Ruyter en
Ben Royaards Prins Willem van Oranje, la
ter stadhouder Willem de derde.
De architectonische verzorging is van Paul
Bromberg. Muzikale leiding heeft Alex de
Jong, de costumes zijn van de firma Hel
sloot, Amsterdam en het kapwerk is van de
firma Michels, Amsterdam.
Vooral de architectonische verzorging van
Dr. Paul Bromberg belooft iets zeer bijzonders
te worden. De echte sfeer zal nog worden
verhoogd doordat een karos, destijds reeds bij
de inhuldiging van Willem de Derde gebruikt,
in het stuk voor zal komen.
Een fraai slotplein zal bij den ingang van
het landgoed een passend entree vormen,
voor dit openluchtspel, dat een waardige vie
ring van het regeeringsjubileum belooft te
worden.
FAILLISSEMENTEN
Arrondissements-Rechtbank te Haarlem
Op Donderdag 4 Augustus 1938 is failliet
verklaard W. Lijnzaad, groentenhandelaar,
wonende te Haarlem, L. Lakenstraat no. 24.
Curator Mr. J. Deenik te Haarlem.
Rechter-Commissaris Mr. E. H. F. W. van
Schaeck Mathon te Haarlem.
STADS-BIBLIOTHEEK EN LEESZAAL.
Statistiek van bezoek en uitleening over
Juli 1938.
Bezoek aan de leeszaal door 1956 personen
(v. j. 2063) t.w. 1766 mannen en 190 vrouwen.
Bezoek aan de krantenzaal door 4803 per
sonen (v. j. 5054) t.w. 4437 mannen en 366
vrouwen.
Totaal bezoek aan lees- en krantenzaal door
6759 personen (v. j. 7117) t.w. 6203 mannen
en 556 vrouwen.
Uitgeleend werden 7194 boeken (v. j. 6942).
n Filiaal „Huis te Zaanen".
Bezoek aan de leeszaal door 779 personen
(v. j. 873) t.w. 647 mannen en 132 vrouwen,
Uitgeleend werden 2786 boeken (v. j. 2789).
III. Hoofdbibliotheek en Filiaal werden te
zamen bezocht door 7538 personen, (v. j. 7990)
t.w. 6850 mannen en 688 vrouwen.
In het geheel werden uitgeleend 9980 boe
ken (v. j. 9731).