i wilde zwanen" LONDEN - PARIJS NEW-YORK De geboorte van den Zonnekoning. NIEUWE GRACHT 98 ZATERDAG 10 SEPTEMBER 1938 HXAREEM'S DAGBITAD 4 Drie eeuwen geleden kwam Lodewijk XIV ter wereld. Dli boekje wordt U op aanvraag gaarne toegezonden, alsmede het nieuwe prospectus. U kunt het ook even afhalen aan ons instituut: H. KWEKKEBOOM Telefoon 15525. Oud-leerlingen die dit boekje nog NIET ontvingen, worden beleefd ver zocht even naam en adres op te willen geven. PRIVé-LES OP ELK VERLANGD UUR DIEN 5en December 1637 barstte een zwaar onweer los boven het klooster „de la Visitation" bij Saint Germain. Een logge karos hield voor de poort stil en haastig stapte een late reiziger uit. die aanklopte. Zuster Angélique! beval hij. Met gebogen hoofd en gevouwen handen schreed 'n nonnetje naar voren, maakte een knieval, terwijl de portierster zich bescheiden terug trok. Ruim een uur duurde het op fluis tertoon gevoerde gesprek, toen na een weder- zijdsche buiging, verliet de bezoeker haastig het klooster en beval aan z'n koetsier: Naar het Louvre! Die late reiziger, die op weg was van Gros- bois (waar hij 'n jacht had gehouden) naar het kasteel van Saint Germain, was niemand anders dan koning Lodewijk XIII, die een kort bezoek had gebracht aan „zuster Angélique", tot voor kort nog Louise de Lafayette, hofdame van de koningin. Lode wijk xm won steeds raad in bij made moiselle de Lafayette en we durven dan ook aannemen dat het op haar aanraden was dat de koning naar het Louvre, de residentie van zijn gemalin ging, inplaats van terug te keeren naar het trieste, koude kasteel van Saint Germain. Madame, zulk 'n slecht weer overviel me onderweg dat ik niet verder durfde gaan en voor dezen nacht vraag ik u om onderdak. Sire, ik dank de Voorzienigheid die mij dit geluk en voorrecht verschafte En aldus werd negen maanden later, den eersten Zondag van September 1638, juist drie eeuwen geleden op het kasteel van Saint Germain, geboren Lodewijk XIV, de toekom stige Zonnekoning. In de Fransche geschiedenis wordt dikwijls gesproken over een „enfant du miracle", welnu men zou ook Lodewijk XIV aldus kun nen noemen, want 't was voor niemand in Frankrijk en Navarra een geheim, dat Lode wijk XIII en Anna van Oostenrijk in onmin leefden. Twee en twintig jaren lang duurde reeds het huwelijk, de koningin is 37 jaar oud, alle wijze raadgevingen van Sirmond, 's konings biechtvader zijn in den wind gesla gen. Lodewijk XIII is doorloopend op de jacht. Nu leefde er in die dagen een eerbied waardige priester, Claude Bernard, telg uit het beroemde geslacht de Sassenay in Bour- gondië. Hij was in zijn jeugd page van den hertog van Bellegarde, had tallooze amou- reuse avonturen en dus de noodige teleur stellingen, hetgeen hem deed besluiten om zich terug te trekken uit het mondaine leven, om in een orde te worden opgenomen. Toen Bernard tot priester was gewijd toonde hij zich niet alleen een boetedoend zondaar, maar men sprak er in Parijs ook over dat de heilige Bernard de kracht bezat om zieken te genezen, duivels uit te wijzen en wenschen te vervullen en waar hij nu eenmaal deze reputatie had, daar viel 't hem niet moeilijk om dankzij voorspraak van zijn zwager, mar kies de Messignac, kapitein van de garde van Hertog van Anjou, toegang te vinden tot het hof. De al-machtige kardinaal ontving hem met de grootste welwillendheid en vroeg hem of of hij misschien een wensch had. Monseigneur, op de kar waarop de ter dood -veroordeelde naar het schavot wor den gereden is het houten bankje waarop de zondaar en ik, als biechtvader, moeten plaats nemen niet vastgespijkerd. Dit hindert me bij het prevelen van mijn gebeden en daar om zou ik willen vragen, als gunst, om Toegestaan, vader Bernard Zooveel bewijzen van soberheid en een voud troffen de Godsdienstige koningin en groote sommen gelds gingen naar vader Bernard om zijn armen te ondersteunen. Eerst waren het goudstukken, later ver kocht de vorstin een groot deel van haar sieraden en in 1637, op voorspraak van de Richelieu werd Bernard benoemd tot prior van de abdij van Longpont, bij Soissons. Dien zelfden dag nog snelde hij naar het Louvre, vroeg om 'n spoed-audiëntie bij den Kardinaal en smeekte: ik hoop dat u evenveel ijver en invloed zult toonen om me van dezen post te ontheffen, als die waarmede u me dezen post hebt bezorgd. Een hechte band ontstond tusschen vader Bernard en Anne d' Autriche, die vooral ge troffen was door het feit dat de heilige man in al zijn gebeden smeekte om een Dauphin. Die jaren van afzondering, nu haar gemaal totaal onverschillig was geworden en slechts eens per jaar, officieel een bezoek bracht aan zijn gemalin .waren een kwelling voor de arme koningin, die meer en meer verstrikt werd in de netten van den afgunstigen her tog van Orléans, !s Konings broeder. In Frankrijk, in de provincie, deden de vreemdste geruchten de ronde. Den 25sten December 1635 zou een Oarmelieten zuster in het hospitaal van Beaune, zuster Mar guerite een droom hebben gehad, waarin het Kindeke Jezus haar had aangekondigd dat weldra de Dauphin zou worden geboren. Twee jaren later (de wensch was niet in vervulling gegaan) herhaalde zich deze pro fetie in Marguérite's droom. Ongeveer ter zelfder tijd vertelde een bedel-monnik, Fiacre de Sainte Marguérite, op alle pleinen en markten in Parijs, dat ook hij een droom had gehad, welke hem de geboorte van een troonopvolger verzekerde en Vader Bernard bracht getrouw deze voorspelling over aan de Koningin, die precies de condities volgde: bedevaarttochten en de noodige schenkingen. Den 3den November 1637 spoedde Fiacre zich naar Bernard en kondigde hem aan, dat de Heilige Maagd hem in een droom was ver schenen. Zijne Majesteit moest worden ge waarschuwd om haastig naar zuster An gélique (ex-Louise de Lafayette) te gaan om daar raad in te winnen De Koning was op jacht, kwam eerst den 5den December terug, enenkele dagen later zei Anna van Oostenrijk tot Vader Bernard: „gij zijt de eerste niet, die mij die gunst van God voor speld hebt, maar ge zijt de eenige van wien ik het geloof. Ik wil niet aan de juistheid van uw beloften twijfelen". En 't was deze blijde boodschap want père Bernard kon 't geheim niet voor zich bewaren welke van mond tot mond en van dorp tot dorp en stad tot stad overging, lang vóórdat den llden Mei van dat jaar, officieel bekend werd gemaakt dat Hare Majesteit in blijde verwachting was. De minister van Staat, de Chavigny, door vader Bernard in vertrouwen genomen, maak te een diepe buiging voor Lodewijk Xm, die reeds in den zadel zat om ter jacht te gaan. Wat voor vervelend nieuws brengt go nu weer?, vroeg de Koning norsch. Het bericht, dat de Schepper zich ont fermd heeft over uw koninkrijk Is dit de waarheid, Chavigny? Oui, Sire. Zonder te antwoorden wendde de koning de teugels van zijn paard en de hovelingen volgden hem naar het Louvre. Brusk maakte hij, daar aangekomen, een beweging dat allen moesten wachten en alle majesteit ver getend stormde hij de trappen op en storm de de vertrekken van de koningin binnen. Toen hij na een kwartier terugkeerde, riep hij uit: Ik hoop dat het een zoon is!Wat een gezicht zal de hertog van Orléans trek ken! Een troonopvolger! En dien eersten Zondag van de September maand kwam Mademoiselle Filandre den koning melden dat weldra de blijde ge beurtenis zou kunnen plaatsvinden. Te elf uur keerde ze terug: een zoon was ter wereld gekomen, een Dauphin. De koning rende naai de kraamkamer, omhelsde zijn gemalin, zijn zoon. rukte de vensters open en schreeuwde tot de menigte die met ongeduld op de bin nenplaats van het kasteel van Saint Germain wachtte Het is een jongen! Naar alle kanten stoven de koeriers weg om aan land en volk de heugelijke tijding over te brengen, dat dien 5den September, geboortedag vankardinaal de Richelieu, in de zelfde maand dat Anna van Oostenrijk het levenslicht aanschouwde, de Dauphin was geboren. Dien dag schreef kardinaal de Richelieu aan de koningin dat hij voor den jongen Prins evenveel genegenheid koesterde als voor haar zelf. Héél Frankrijk juichte. Hugo de Groot, toen Zweedsch gezant te Parijs richtte een schrijven aan zijn vorst: „Nooit en nimmer heeft het volk zoo uitbundige vreugde ge toond, nimmer zooveel aanhankelijkheid aan den Koning. Uit dit alles blijkt hoe gelukkig het volk is dat de wettige troonsopvolging ver zekerd is". Zoo kwam juist drie eeuwen geleden Lode wijk XIV ter wereld. En gevoegelijk zouden we dan ook onder den titel „De geboorte van den Zonne- koning" dit korte opstel kunnen sluiten, ware het niet dat we ons nog zoo even 'n histo risch feit van heel kort daarna herinneren. Paus Urbanis VII had den heel jeugdigen Dauphin een schitterend gewaad geschonken, versierd met gouden lelies en met de gouden bijen van Barberini. Lodewijk XIII zwaar lijdend, lag op sterven en de biechtvader van den kroonprins had hem bevolen te bidden voor zijn vader. Maar de jonge prins, in vol ornaat, trad het slaapvertrek van zijn vader binnen en wijdbeens, met de handen op de heupen, vroeg hij aan den stervende: Vader, ben ik zoo niet mooinu ik Lodewijk XIV heet? Nog niet, murmelde Lodewijk XIII Vier en twintig dagen later klonk de sinis tere kreet: Le Roy est mort! Vive le Roy! „l'enfant du miracle" begon zijn „oeuvre des destruction". Hij moge het geluk hebben ge had tijdgenoot te zijn geweest van een Molière, een Racine, een La Fontainemaar het volk heeft het recht, aan 't einde te vragen: wat hebt ge van de erfenis gemaakt? En zelfs de trotsche „Roi Soleil" zou verlegen zijn ge weest om daarop te antwoorden. HENRY A. TH. LESTURGEON. OE WINTER STAAT WEER WOR DE DEUR MAAR. NOG tb HET NIET TE LAAT OM KOLEN TE B£bT6LLBN TE6EN20MER. PB.IJZ.EN FRANS PERQUIN (Adv. Ingez. Med.) WAT BRENGT: R.K. VOLKSBOND. DE ORANJE-CANTATE. Naar aanleiding van mijn verslag (in het blad van Dinsdag) over de uitvoering van de Oranje Cantate voor de af deeling Haarlem- Oost van „Koninginnedag", deelt de heer Andries de Braai mij mede, dat hij alleen de begeleiding van de cantate voor zijn rekening genomen had, maar dat een niet in het pro gramma genoemde pianist de pauzen met pia nospel heeft aangevuld. In de zaal was dat niet te zien, doordat de speler achter de piano verscholen zat. Bovendien vermeldde het pro gramma slechts den naam van één pianist. Ik maakte in mijn verslag, naast waardee- rende opmerkingen, gewag van eenige har monische vrijheden, die ik bij dit tusschen- spel constateerde. Die aanmerking komt dus niet voor rekening van den heer De Braai, wel mag die aanspraak maken op den lof, dien ik hem bracht voor zijn verdienstelijke begeleiding en de aardige fantasie over een artistieke gavotte. K. DE JONG (Adv. Iiigez. Med.) Voor den Politierechter. Na het fuifje. Als men des avonds flink feestgevierd heeft en misschien meer gedronken heeft dan goed is komt men huiswaarts keerend gemakkelijk tot verkeerde dingen. Zoo verging het ook een 25-jarige Zaanlander die na een „gezel- ligen avond" van een voetbalvereeniging te Koog aan de Zaan door twee agenten werd aangehouden vlak voor een café dat den veelbelovenden naam „De Waakzaamheid" droeg. „Was u maar waakzaam gebleven", zei de Politierechter tot verdachte. De feestvierder was namelijk over de aan houding heelemaal niet te spreken geweest en hij had dit niet onder stoelen of banken ge stoken. Nu kan men tegen de politie echter beter beleefd zijn en dat moest de verdachte nu tot zijn schade ondervinden. Zes gulden of 3 dagen vroeg de Officier, de rechter vond de beleediging nogal erg en zoo kostte den jongeman zijn weinig vriendelijke uitlating tegen de politie een tientje, daf men op een "fuifje wel aangenamer kan beste den.... De reden. Als twee menschen elkaar klappen geven dan bestaat daarvoor meestal een goede reden. Het is tenminste al heel zonderling als men iemand een stomp geeft als hij zegt dat in uw duivenhok gebraden konijnen gestopt moeten worden. Waar de beleediging in deze opmerking schuilt zal wel niemand duidelijk zijn, doch een Beverwijksche chauffeur was over dit on schuldig schijnende zinnetje dermate in woede ontstoken, dat hij een tuinder die dit aan zijn vrouw gezegd had. van de fiets had getrok ken en hem een paar flinke stompen had ge geven. Politierechter: Hoe kwam je er nu toe om zoo maar klappen te gaan ultdeelen? Verd.: Nou ik zei, je moet je mond houden anders geef ik je een klap en toen was het al gebeurd. De eisch luidde f 12 of 9 dagen en het von nis was conform. Beleediging. In het vriendelijke Bennebroek was een stalhouder minder vriendelijk tegen een bloembollenhandelaar geweest en hij was zelfs zoo ver gegaan om den ander voor een op lichter uit te maken. De beleedigde bloembollenhandelaar vertel de dat verd. hem had toegevoegd: Zoo mooie meneer met je mooien tuin wan neer betaal je me nu eens? De verdachte gaf hieraan dezen uitleg, dat de getuige hem 78 gulden had beloofd zonder deze belofte echter ooit in te lossen. Je liegt het antwoordde de getuige kort maar krachtig doch de rechter vermaande hem op te passen. Deze waarschuwing hielp echter niet veel want weer in de getuigen bank teruggekeerd kon de beleedigde zich niet bedwingen en voegde hij den verdachte toe: „Sta niet te liegen, lafaard". De vrouw van den bloembollenhandelaar vertelde dat zij achter in den tuin zat en toen hoorde dat er een woordènwisseling aan den gang was. Ze had verdachte duidelijk hooren zeggen: Je bent 'n leelijke oplichter, je hebt de heele wereld opgelicht. Verder neemt ie steeds z'n hoed overdreven diep voor me af, zei de getuige, maar de rechter was van meening dat men daar niets op te gen kan hebben. De officier vond het niet te pas komen dat iemand die meent geld van een ander te krijgen dit maar tracht te innen door te schelden. Daar het hier een herhaling be treft is een flinke boete gewenscht. Twintig gulden of 12 dagen luidde tenslotte den eisch waarmee de politierechter zich vereenigen kon. Buurvrouw. Een goede buur is beter danzal een los werkman uit Krommenie ook wel eens gedacht hebben, want hij had het met zijn buurvrouw niet bepaald getroffen. Tijdens een twist op 25 Juni was het al heel erg ge worden. Buurvrouw, een flinke 38-jarig we duwe was op den tengeren buurman afgevlo gen en had hem zoodanig bewerkt dat hij nog dagenlang de sporen van dezen aanval droeg. Ook de bovenkleeren waren hem van het lichaam gerukt, zoodat buurman niet erg veel met zijn buurvrouw op had. „Hebt u wel eens meer last" vroeg de rechter. „Nou last bepaald niet maar ook geen voor deel", antwoordde de getuige philosophisch. Rechter tot verd.: „De inlichtingen over u zijn slecht." Verd. Dat begrijp ik niet. Ik heb altijd meer gegeven dan gekregen. Rechter: „Ja, zeker klappen De getuige vertelde nog dat buurvrouw hem ook met een klomp had geslagen. Bo vendien had ze zijn kleeren totaal kapot ge scheurd. De schade bedroeg drie gulden. Dat hemd kon ik zoo kapot scheuren, zeide verdachte, het was een oud hemd want Za terdags trekt hij altijd schoon aan en mijn kousen had ik aan een lijn gehangen en die zijn heelemaal kapot gegaan door het glas dat altijd op het erf ligt. En om haar bewe ring meer kracht bij te zetten haalde ze eenige kousen te voorschijn, doch de Politie rechter stelde er niet zoo veel belang in. In ieder geval mag u niet zoo agressief optre den, zei de officier. Twaalf gulden of 9 dagen. De politierechter deed er nog twee gulden af en verzuchtte: „met zoo'n buurvrouw ben je niet erg best af." Nieuwe automaten bij de Posterijen. De Posterijen zullen in den loop dezer maand een proef nemen met briefkaart-automaten. Het platteland zal automaten krijgen voor postzegels van V/2 en 5 cent. De kleine Elsje zat op een krukje van spiegelglas en ze had een prentenboek dat zooveel gekost had als het halve KoninkrijkJa, jullie kunt gelooven dat de kinderen het goed hadden Maar zoo zou het niet altijd blijven. Hun vader die Koning over het heele land was, trouwde met een erg booze Koningin, die heelemaal niet lief voor de kinderen was. Dat konden zij op den eersten dag al heel goed merken. In het paleis was alles even prachtig. De kinderen konden er heerlijk spelen en hier zie je hoe ze dan net deden alsof er iemand op bezoek kwam. Maar toen de booze Koningin gekomen was kregen zij niet meer van die lekkere xaartjes en die heerlijke gepofte appels van vroeger. De Koningin gaf ze zand in een theekopje en zei dat ze daarmee maar tevreden moesten wezen. Het was nog heel vroeg in den morgen toen de zwanen langs het kamertje in de boerderij vlogen waar Elsje lag te slapen. Ze zweefden over het dak, draaiden met hun lange halzen en klapten met hun ✓ieugels, maai niemana hoorde ot zag hen. Ze moesten weer verder, hoog naar de wolken en heel ver de wereld in. Na een poosje kwamen zij aan een donker bosch, dat zich heelemaal tot aan het zeestrand uitstrekte. I Sprookje van H. C. ANDERSEN VRIJWILLIGE BURGERWACHT HAARLEM De Commandant van de Vrijwillige Burger wacht Haarlem deelt mede dat de winteroefe- ningen in de Inf. Kazerne aan den Kouden- horn, Maandag 12 September a.s. ten 8.30 uur n.m. een aanvang nemen. De jaarfeesten van den R.K. Volksbond te Haarlem hebben plaats op Dinsdag 4, Don derdag 6, Zondag 9, Dinsdag 11, Donderdag 13, Dinsdag 18, Donderdag 20, Zondag 23 en Dins dag 25 October. Alberdingk Thijm (gemengd tooneel) voert op „Janus Tulp", blijspel van Justus van Maurik, onder regie van Herman Moerkerk. Donderdag 6 October wordt de algemeene vergadering gehouden.

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 6