Van Indië terug
naar Holland
HAGEMAN
Circussen in Amerika.
N'
ZESHONDERD HADJIS AAN BOORD
De „wavinggirl"
Centrale Verwarming
HOlsiet TEL. 15597
Over het programma.
HJD.-V ertellini
ZATERDAG 1 OCTOBER' '1938
HA'AREE M'S D A G B E A D
Zooals ik in mijn vorigen brief al schreef,
opende de terugreis naar Holland weer heel
andere perspectieven door de aanwezigheid
van 600 hadjis, die de reis naar Mekka maak
ten en dus tot Djeddah meegingen. Het groot
ste deel dier Mekkagangers komt. van Borneo
of Sumatra; de eersten hadden dus al een
zeereis achter den rug; de anderen zouden
in Belawan aan boord komen. Ik had het me
eigenlijk heel anders gedacht n.l. dat de man
nen alleen gingen, maar het zijn soms heele
families die de groote reis maken en er gaan
doorgaans heel wat jaren voorbij, voordat ze
het geld bij elkaar hebben. Gemiddeld wordt
er zoo ongeveer 1000 gulden per hoofd voor
gerekend, terwijl de kinderen er wel onder
door loopen. Ze komen dan ook oogenschijnlijk
arm in Indië terug, maar wel met allerlei
kleine dingen die in het oog van den Inlander
groote waarde hebben omdat ze afkomstig zijn
van de hadjis. Zij worden bij thuiskomst in
de kampong als groote heeren behandeld en
naar de oogen gezien. Die kleinigheden weten
ze daardoor voor hooge prijzen te verkoopen,
zoodat het hier voor velen niet alleen een bede
vaart geldt, maar ook een handelsbelang, de
goeden niet te na gesproken.
Kóken op het dek.
Het was voor ons, passagiers, vooral 's mor
gens een heele afleiding om naar hun gedoe te
kijken. Ze hadden zoowat het heele achter
schip in beslag, waren bij goed weer altijd
boven op het dek, waar ook een soort fornuis
stond, waarop ze van die typisch Indische
kostjes konden koken, bakken en braden. On
der den prijs voor hun overtocht is ook het
eten begrepen, maar dat is natuurlijk heel
anders dan voor ons, Europeanen. Voor den
hofmeester was het een heele administratie,
want die moet 's morgens aan iedere familie
het rantsoen uitdeelen. Op een bepaalden tijd
staan ze dan allen in de rij met hun kaart
waarop staat hoe groot de familie is. Ze krij
gen dan: droge rijst, wat vleesch, saus en
eieren, waarna de kaart wordt afgeteekend
en ze aan het kokkerellen gaan met de zelf
meegebrachte kruiden, gedroogde visch enz.
De hofmeester houdt er ook 's morgens een
kleine toko, waar ze een en ander o.a. cigaret
te n kunnen inslaan en we gingen wel eens
mee om daarnaar te kijken.
Op verschillende uren van den dag ziet men
hen verzonken in gebed met het gelaat gekeerd
naar het Oosten. Er zijn ook voorgangers bij
die den dienst leiden. Als de zon ter kimme
nijgt worden ze stil; er wordt gebeden of ze
lezen in den Koran en daarna worden de bed
jes gespreid; bij goed weer aan dek. Dat ligt
dan weldra vol van de mooiste en kleurigste
matten of kleeden en groepsgewijs worden die
gevuld met mannen en vrouwen, die eerst nog
een poos praten en discusseeren onder het
genot van een strootje of sigaret en dan heer
lijk in de open lucht in slaap vallen om ook
wel eens gewekt te worden door den regen
die ze naar beneden jaagt, waar het natuur
lijk minder frisch is en waar de vrouwen met
kinderen al eerder een plaats hebben gevon
den. Kleine of groote ziektetjes komen er na
tuurlijk ook altijd voor, zoodat de dokter
lederen dag een heelen ommegang maakte,
vooral in het begin van de reis, toen we
slecht weer hadden en er veel zeezieken waren,
die allen in het ruim moesten blijven.
Ook toilet maken aan dek.
Het wasschen en toilet maken wordt
's morgen ook aan dek gedaan en we hadden
er dan schik in, zooals ze het water dat hun
was toebedeeld uitbuiten om toch alles zoo
grondig mogelijk te reinigen. Ze krijgen het
water in een ketel; gieten eerst een straal op
armen en handen die flink gewasschen wor
den; drogen gaat in de warmte van zelf.
Daarna de voeten en vooral de teenen; het
hoofd, het haar, alles even precies. Ten slotte
wordt de tuit aan den mond gezet; met een
vinger de tanden gepoetst en dan met het
laatste straaltje de mond gespoeld. Er waren
schattige kinderen bij met van die groote
sprekende oogen en die kregen ook iederen
dag een flinke beurt. En wat waren de moe
ders trotsch als we naar hen keken of als een
van de passagiers een kiekje van hen nam!
Er werd ook altijd een uurtje besteed aam het
z.g. „luizen". Er zat dan soms zoo'n rijtje van
een zestal vrouwen met kinderen er tusschen
achter elkaar en daar ze alles met zoo'n ty
pisch Indisch gebaar doen en zoo leuk en gra
cieus met die lange dunne vingers werken,
kijk je er toch met plezier naar.
De meeste vrouwen hebben ook prachtig
lang haar en ze wasschen zich een paar maal
per dag, ook hun kleeren en het eetgerei.
Daar de hadjis in Djeddah ontscheept moes
ten worden, maakten we een langere en
eenigszins andere route dan de gewone, waren
ook daardoor 5 in plaats van 3 dagen in de
Roode Zee, wat sommigen wat te veel van het
goede vonden, maar de warmte was in Sep
tember best te dragen. We ankerden 's mor
gens vroeg om 7 uur in Kameran waar we
een poos en quarantaine bleven liggen voor
inspectie van de hadjis. Allen waren dus vroeg
op en aan dek en de plaats zag er wel warm
maar toch leuk uit. Allemaal witte open hui
zen. een moskee, fabrieken, olietanks, een oor
logsschip en mijnenveger en zoodra we stil
lagen, kwamen de kano's met pikzwarte nik
kers langszij en doken op de gebruikelijke
wijze naar geld. De hadjis offerden heele of
halve guldens, wij maar dubbeltjes, de hadjis
kochten verder van alles wat ze maar te pak
ken konden krijgen: visch. ananas, dadels,
vermicelli en ze schijnen zich graag te laten
afzetten; hun geld moet toch op! Wij waren
toch blij, toen we uit de haven van Kameran
stoomden, want stilliggen is warmer dan varen.
De pelgrims verlaten ons.
Den volgenden morgen om half vijf werden
we al gewekt door het drukke gekwetter van
onze pelgrims die allen al keurig gepakt en
gezakt stonden voor de inspectie. Het is ty
pisch wat die luitjes allemaal bij zich hebben
en hoe ze gekleed zijn; de kinderen dikwijls
met keurige witte kousen en Europeesche
schoentjes: verder allemaal kookgerei, wasch-
spullen. zelfs een keurig kinderbadje, gemak
kelijke dekstoelen enz. Nadat consul en agent
aan boord zijn gekomen om de noodige forma
liteiten te verrichten, zien we van Djeddah
de groote prauwen aankomen die hadjis en
hun barang moeten overbrengen. De stad
Djeddah die heel vuil moet zijn met een on
gunstig bekende bevolking van Arabieren,
ziet er van zee uit gezien, toch erg verleidelijk,
mooi en interessant uit in het zonlicht en we
hadden er best eens heen willen gaan, maar
er mocht niemand van ons van boord. Vóór
ons lag het WTak van een Italiaansche boot
die 12 jaar geleden pal voor de kust in brand
was gevlogen waarbij 500 hadjis verbrandden
of verdronken. De prauwen kwamen langszij,
de kleurige Arabieren aan boord om het weg
gaan der hadjis en him barang te regelen en
onder lawaai en geschreeuw liepen de booten
vol mannen vrouwen en kinderen, ook het
babytje dat aan boord geboren was en dus al
vroeg de wijde wereld introk! De prauwen die
vol waren, voeren weg in de zon; ook weer een
schitterend en kleurig schouwspel, maar eer
het zoover is, komt er nog heel wat kijken. Ze
willen n.l. allen bij hun barang zitten; en niet
passagiers en barang apart zooals de politie
het wil. Die regelt alles zoo goed mogelijk en
maakt af en toe gebruik van den knuppel
als er een vechtpartij dreigt te ontstaan. Het
is een geschreeuw en gekrijsch dat hooren en
zien je vergaat. Om half elf kondigden drie
stooten op de fluit aan dat de laatste hadji
van boord is en wij kijken die volgepropte
scheepjes na met al die menschen die een
poos met ons onder een dak woonden! En nu
Een billijk radiotoestel in een
mooie notenhouten kast, waar*
door het in elk interieur past,
«Solo" speelt inderdaad solo,
want het is uiterst selectief en
de weergave is van hoge kwa«
liteit. Kom bij ons eens luisteren
naar de Erres „Solo"
worden geleverd,ook in huurkoop, door:
Ged. Oude Gracht 52
(Adv. Ingez. Med.)
OLIESTOOKINRICHTING. NATUURLIJK VAN
4 ADR. STOOPPLEIN 24
(Adv. Ingez. Med.)
moest je ze zien zitten; boven op hun barang,
hun eenige bezit, heele bosjes, allen met een
parapluie idus geen pajong» op, om zich wat
tegen de brandende zon te beschermen, want
die barangprauwen hebben geen zonnezeil.
Onderwijl waren de matrozen al druk bezig
om de extra sloepen voor de hadjis af te
tuigen en in het ruim op te bergen; we had
den ze gelukkig niet noodig gehad, 's Avonds
gingen we het schip eens verkennen na het
vertrek der hadjis. We konden toen tenminste
weer overal heen loopen maar het duurde toch
nog wel 2 dagen voordat alles schoongemaakt
en gedesinfecteerd was.
Het werd nu heel wat kalmer aan boord
hoewel we heelemaal geen last van onze don
kere passagiers gehad hadden en ik het alles
heel interessant vond.
Wat de kapitein vertelde.
Het verdere deel van de reis vertelde de
Kapitein ons veel van de reis die hij pas ge
maakt had langs de Oostkust van Amerika en
de Golf van New Oleans. Men heeft er geen
flauw idee van wat er zoo onderweg gelost en
geladen wordt en wat een administratie daar
voor een Kapitein van een vrachtboot mee
aan verbonden is met alle besprekingen en
moeilijkheden. Wel zouden we volgens hem
genoten hebben als we een deel van de reis
hadden kunnen meemaken o.a. naar New
Orleans. Met prachtweer was hij door Straat
Florida langs de kust gevaren, langs de be
roemde Palmbeach met zijn half-tropisch kli
maat, waar de rijke Amerikanen in den winter
heengaan. Je vaart daar 200 mijl langs de
kust tot Miami, 's avonds met helder weer
moet het van het schip af een feeëriek ge
zicht zijn.
New Orleans staat volgens den Kapitein be
kend om zijn groote gastvrijheid tegenover
vreemdelingen; het lijkt wat dat betreft op
Californië. Het is de grootste stad aan de
Golf van Mexico met heel veel handel en uit
voer van ruwe katoen, graan, bladtabak,
koffie, bananen en andere vruchten.
Vandaar ging het aan op New York en daar
hij daar wilde zijn vóór 5 Juli, den grooten
onafhankelijkheidsdag om zijn equipage vrij
te geven, die de heele kustreis heel hard had
gewerkt, ging het met een flinke vaart en was
hij 1 Juli aan 'de kade van Sevannah, een
plaatsje met 100.000 inwoners, 'bij wie veel
negers. Halverwege de Sevannahrivier ligt het
z.g. Girlhouse. Daar heeft 45 jaar lang een
eenzame vrouw gewoond die tegen elk zeeschip
dat uitging of binnenkwam, met een witte
vlag zwaaide overdag en 's nachts met een
lantaarn. De loodsen geven een langen stoot
op de fluit als ze passeeren. Ze heeft dit ge
daan sinds ze haar geliefde op zee heeft ver
loren. Ze noemden haar de „waving girl". Een
paar jaar geleden is ze naar het binnenland
verhuisd en een andere vrouw heeft het baan
tje overgenomen.
Op 4 Juli lag de boot gemeerd in New York
en kreeg de equipage vrij van Zondag tot
Dinsdagmorgen 6 uur. 4 Juli was juist de
hittegolf die een week zou duren en alles ging
naar het strand te Coney Island waar op één
dag meer dan een millioen menschen komen
en 's nachts een 10.000 aan het strand blij
ven; de temperatuur liep van 92 tot 99 gra
den. Toch had de kapitein het verleden jaar
nog erger meegemaakt in Calcutta waar drie
weken lang de temperatuur in zijn hut niet
onder de 115 kwam!
Op 12 Juli 1937 begon voor hem de lange
zeereis van New York naar Batavia van 38
dagen zonder een haven aan te doen.
En hiermede eindigt voor mij het verslag
van hetgeen ik beleefde van 12 Maart 1937 tot
15 October van hetzelfde jaar op mijn prach
tige en nooit te vergeten reis naar Indië en
terug.
Dat mijn voorbeeld door velen gevolgd mag
worden I
Zeven optimisten.
OOALS ik reeds zeide brachten Barnum
en Bailey het drie-pistensysteem naar
Nederland, doch dit was niet hun
creatie, daar het reeds lang voor dien
tijd in Engeland gelanceerd was door „Lord"
Sanger.
Onder ons gezegd Sanger was geen lord,
maar in het circusleven zijn alle paarden Ara
bieren. komen alle leeuwen uit Abessynië en
zijn titels erg in trek, men denke slechts aan
Kapitein Schneider! Maar hoe kwam San
ger er nu toe, zich ,,Lord" te noemen?
Sanger ontmoette in Manchester een con
current, die als attractie „Colonel" William
Frederick Cody (Buffalo Bill) geëngageerd
had. welke heer den titel van „Colonel" onge-
machtigd scheen te voeren, wat Sanger aan
leiding gaf om te zeggen, dat, als Cody „Co
lonel" was, hij (Sanger) zich ook wel „Lord"
mocht noemen Hiervan was trouwens heel
Engeland op de hoogte.
In Amerika werkte Cody ook bij Barnum
en Bailey en was daar een groot succes. Zelfs
uit de Sioux reservaten kwamen de Indiaan-
sche Squaros meer dan 100 mijlen geloopen
om den grooten „Pahaska" te zien, die hun
vaders had bestreden. Cody stierf in armoede.
Om nu op de groote „Shows" terug te ko
men. Deze „werken" geheel anders, dan de
Europeesche circussen. Ten eerste hebben zij
niet alleem een circus, met drie pistes, waar
omheen een renbaan was aangelegd, terwijl
gelijktijdig steeds luchttroepen werkzaam
waren, doch zij hadden ook een z.g. side show,
waarin de „abnormaliteiten" (gedrochten)
tentoongesteld warern.
Dit was natuurlijk heel handig. Men be
taalde een kleine enti*ée om de abnormalitei
ten te zien en kan dan met een kleine bij
betaling in de circustent komen. Het publiek
betaalt nu eenmaal gemakkelijker f 0.50 -f
f 1.dan f 1.25 ineens! Dit moge vreemd
schijnen waar is het!
Nadat de reclame-campagne is ingezet,
wordt een „parade" of „Tour de Ville" gear
rangeerd, waarin alles meeloopt.
Nu ligt het voor de hand, dat in groote ste
den, met het oog op het verkeer, het centrum
dikwijls moest worden gemeden en dan moet
de reclamechef zien, dat hij raad schaft. Sar-
rassani wist dit ook en zond iederen Zondag
morgen al zijn Indianen in groot ornaat naar
de kerk.
De Advertentie
door J. P. BALJé.
OG eens herlas ze het bericht, en de
krant trilde in haar vingers, terwijl
ze voelde, dat het bloed uit haar ge
zicht wegtrok. Even wierp ze een blik
door de ruime hall van het hotel, maar geen
van de andere gasten had gelukkig haar ont
steltenis gemerkt.
Ze streek zich met de hand over het voor
hoofd. ..Gek", dacht ze, „gek, dat dit me zoo
pakt. Twee jaar geleden meende ik. dat John
een vergissing van me was geweest, ik heb
in dien tusschentijd de wereld gezien, ik heb
door Europa gereisd en ik heb niet aan hem
gedacht. Of
Ze weifelde. Eigenlijk had ze niet aan hem
willen denken. Diep in haar binnenste was
er toch wel iets geweest, dat haar weer terug
dreef naar New York. Ze had het zich niet
willen bekennen, had zelfs een paar maal haar
terugreis naar Amerika uitgesteld, uit een
soort zelfcontrole. Alleen maar om er zeker
van te zijn, dat niet het verlangen om John
terug te zien, haar naar New York trok. Een
week was ze hier nu al, en ze was vastbeslo
ten geweest, hem-niet op te bellen, voor twee
volle weken verstreken waren. Ook al uit de
zelfde overweging. En nu was ze heelemaal
ondersteboven van dit bericht. Het was dus
allemaal zelfbedrog geweest. Ze betrapte er
zichzelf op, dat ze nu eens heerlijk zou willen
uithuilen.
Maar ze deed het niet. Lilian was tenslotte
geen sentimenteele dwaas, ze kon haar verlies
nemen. Honderd procent sportief, ook al be
sefte ze nu volkomen, dat dit haar liefste, voor
zichzelf angstvallig verborgen wenschen, ra
dicaal den bodem insloeg.
Vastbesloten stond ze op en liep naar de
telefooncel. Ze bladerde in het dikke telefoon
boek: John had nog steeds hetzelfde nummer.
„Hallo, John, met Lilian. Ja, je hoort goed,
met Lilly!" Er kwam een triest lachje om haar
mond. „Ik las zoojuist de aankondiging van je
huwelijk in de krant. Wat zeg je?"
Ze lachte opnieuw, nu hardop. ,Ja, jongen,
dat is inderdaad nog altijd hetzelfde, ik lees
altijd eerst de huwelijksannonces. Gek hè?
Wel. Johnnie, ik feliciteer je van harte. hoor.
Ik hoop, dat je heel, heel gelukkig mag worden.
Met mij met mij heb je het toen niet zoo
erg getroffen. Nee, zeg maar niets, ik weet
wel, dat je een gentleman bent, John maar
je hoeft heusch geen schuld op je te nemen,
het was enkel en alleen mijn schuld. Vertel
me eens jongen, hoe ziet ze er uit? Wat? Blond
net als ik? AchEn blauwe oogen? Niet zoo
knapnee, Johnnie, nu ga je me vleien.
Wat zeg je, had je me van de week al in New
York gezien? In een taxi op Broadway? Wat
zeg je, hoe het met mij gaat? Oheh
best. Gereisd, ja! Veel geld, tja, zuiver toeval,
jongen. Een erfenis, die niets waard leek.
Ouwe aandeelen, scheurpapier, zoo op het eer
ste gezicht. En toen was er ineens een maat
schappij die zich voor die dingen interesseer
de. En in een paar dagen was ik rijk. Wat?
Juist iets voor mij? Ochgeld is ook niet
alles, jongen! Ja, dat weet ik. dat zei j ij al
tijd en i k dacht er anders over. Maar ik heb
iets geleerd, boy, in die paar jaar."
Ze zei de laatste woorden zacht, en ze hield
even op. Slikken. Lilian, slikken, dacht ze,
anders merkt hij iets. 't Is toch moeilijker dan
ik dacht, zoo luchtigjes met hem te praten.
En altijd maar te weten, dat hij over een week
met 'n ander trouwt! En ze w i 1 d e niet huilen!
„Hallo, John. ben je daar nog? Wat? Waar
om ik huil? Malle jongen, ik huil heelemaal
niet. Hoe kóm je er bij? 'k Ben een beetje
verkouden, misschien klinkt mijn stem wat
heesch. Of ik lang in New York blijf, en of ik
je eens kom opzoeken? Neeehnee
John. dat gaat niet. Over drie dagen ga ik
weer naar Europa terug. Och nee. er is niets,
dat me trekt in New York. Maar ik wou toch
niet verzuimen, een goeie ouwe kameraad
even geluk te wenschen. Ik hoop. dat ze beter
zal zijn, dan ik, Johnnie. Jawel, spreek me nu
maar niet tegen, ik w a s een katje. Jammer.
Wat? Ehnou ja. ik bedoelnee niks,
't was zoo maar een stopwoordje.
Nou. dag Johnnie, het ga je goed! Ik ben
blij, dat je niet meer boos op me bent. Daagg!"
Bleek hing ze de telefoon op den haak en
een minuut lang staarde ze vergeten voor zich
heen. Verlorenen nu voor goed, dacht ze.
De lie de France had de haven van New
York al een half uur geleden verlaten en ze
was juist bezig, wat op te ruimen in haar hut.
toen er op de deur van de cabine geklopt werd.
„Ja!" riep ze, en ze keek niet om, verwach
tend dat de steward haar iets zou brengen.
De deur ging open en het bleef stil. Ver
wonderd keerde ze zich om.
„John!" riep ze en ze moest zich vastgrij
pen. zoo trilde ze op haar beenen,
„Dag Lilly!"
„Johnhoe kan dat? En waar is je aan
staande vrouw?"
„Hier!" zei hij lachend.
„Hier? En je zou pas over een week trou
wen."
Ze zag zijn sterke gezonde tanden, toen hjj
opnieuw lachte.
„Hier is ze", herhaalde hij, ..hier in deze
hut."
Het bloed steeg haar naar de wangen.
„John. ik begrijp nietik snap niet....
hou me alsjeblieft niet voor den gek
In twee passen was hij bij haar. Zijn armen
waren om haar heen. „Lilly, kindje, die ad
vertentie was maar een lokvogeltje. Ik had je
gezien op de Broadway en ik wou je weerzien.
Maar hoe moest ik je vinden tusschen acht
millioen menschen? Toen herinnerde ik me
je passie voor het lezen van huwelijksaankon
digingen. Ik schiep toen m'n blond blauwoogig
bruidje, en gaf een advertentie op aan alle
belangrijke New Yorksche bladen. Ik w i s t. dat
je die zou lezen. Als je me opbelde, was dat
als een bewijs, dat je me niet heelemaal ver
geten was. En in het telefoongesprek zou ik de
rest wel te weten komen. Ik kwam de rest
te weten, kindje! Het was verder een klein
kunstje, uit te vinden, dat je met de lie de
France naar Europa tenigging. Ik boekte
eveneens passage, enhier ben ik."
Ze voelde zijn lippen op haar wang en ze
besefte, dat het dit was. waar ze voor naar
New York gegaan was.
„We maken er een huwelijksreis van, Lilly.
Waarom zouden we niet in Europa trouwen?
Dat kan evengoed als in New York. En dan
is er tenminste iets waar aan die malle ad
vertentie!"
„Oh, Johnnie", zuchtte ze alleen maar.
(Nadruk verboden.
Auteursrecht voorbehouden).
Toen Buffalo Bill bij Barnum en Bailey was,
verzon men een andere truc. Voor dat het cir
cus een bepaalde stad had bereikt verzond
men een telegram, door Buffalo Bill onder
teekend (maar deze wist van het geheele ge
doe niets af!) aan den Burgemeester en ver
zocht dezen om vergunning, hem bij zijn be
zoek aan de stad persoonlijk op het raadhuis
zijn hulde te mogen komen betuigen. Gewoon
lijk voelde de burgemeester zich gevleid en
Buffalo Bill verscheen met een eindelooze
stoet als gevolg
De voordeelen van het drie-pisten-systeem
waren vele, want ten eerste was "t iets nieuws,
tweedens wordt het publiek zooveel tegelijk
voorgezet, dat het een zaak wordt van kwan
titeit en van kwaliteit, want een te goed
nummer haalt de aandacht bij de minder
goede weg en laat die tekortkomingen teveel
in het oog springen en ten derde kunnen de
artisten gemakkelijk doubleeren en vele ma
len in verschillende nummers optreden.
Ik laat hier een extract uit een programma
van de Ringling Brothers and Barnum and
Bailey Shows, der tegenwoordige firma, vol
gen:
Buffalo Bill, eens de held der Anierikaansche
jeugd.
Nummer 5 ongeëvenaarde staaltjes van
rijkunst door drie der beste troepen van den
tegenwoordigen tijd -
Manége no. 1:
Verrassende en adembenemende sprongen,
ongewone rijkunst, dubbele a cheval sprong.
The Cyrillo Brothers.
Manége no. 2.
Een combinatie van verbluffende kracht en
kunst. Twee dames uit den Oeral in hun bui
tengewone rijkust.
The Mitzirose Sisters.
Manége no. 3.
Enorme snelheid. Een wervelwind van kleu
ren en vuur. De Derwishe rijders.
The Si Sahaaras.
Dit nummer wordt dan gevolgd door lucht-
artisten en niet minder dan zeven bekende
troepen van trapèzewerkers zwieren gelijk
tijdig door de lucht. Even wil ik hierbij aan
halen. dat in het buitenland het gebruik van
valnetten niet zoo vereLscht wordt als hier..
Ik herinner me, hoe ik eenigen tijd geleder,
voor een rek-artist. die voor de Olympia Show
geëngageerd was. correspondeerde met een
agent te Londen.. De artist was geëngageerd,
toen hem gevraagd werd. op welke hoogte hij
werkte en of hij een net noodig had. Het ant
woord luidde: ,At any height. I want no net;
just tell them to hold a towel". (Op iedere
gewenschte hoogte. Een net heb ik niet noodig.
Zeg maar, dat ze een handdoek moeten op
houden).
De clowns werken er geheel anders dan bij
ons en in genoemde onderneming worden er
niet minder dan 100 tegelijk in het circus ge
bracht. Zij betrekken direct het publiek in hun
entrées, iets wat wij niet kennen.
BINNENLANDSCII LUCHTVERKEER
HERVAT.
In aansluiting op het bericht, dat de K.L.M.
tengevolge van militaire maatregelen ge
dwongen was haar binnenlandsch luchtnet
enkele dagen grootendeels stil te leggen,
wordt gemeld, dat de ingetreden interna
tionale ontspanning hervatting der diensten
mogelijk maakt.
Hoogstwaarschijnlijk zal op Maandag 3 Oc
tober, de winterdienst op het binnenlandscho
net normaal aangevangen kunnen worden.