Haarlem was in duisternis getiuld.
Doch hier en daar glansden nog eenige
lichtpuntjes.
Commissaris Tenckinck niet ontevreden
SHELL-SERVICE
WOENSDAG 19 OCTOBER '1938
IT 'A "A R E E M'S D A" G B E A D"
8
Publiek werkte over het
algemeen goed mee.
(Van één onzer redacteuren).
OVER het algemeen ben ik niet
ontevreden. Het is meegeval
len. Haarlem heeft in verge
lijking met andere groote steden lang
geen slecht figuur geslagen''. Dat was
het oordeel van het hoofd van den
Haarlemschen Luchtbescliennings-
die st, Commissaris E. H. Tenckinck.
dat hij ons na de verduisteringsproef
van gisteravond mededeelde. De in
druk van de verduistering te Haarlem,
die dc adj. inspecteur van de Lucht
bescherming, kapitein Van Riessen,
van het waarnemingsvliegtuig uit
kreeg, was als volgt: Haarlem was
goed verduisterd, beter dan b.v.
Eindhoven waar men de verduiste
ringsproef op zeer groote schaal heeft
ondernomen. Alleen in het Noord
westelijk deel en in de oude binnen
stad waren nóg teveel lichtjes zicht
baar. Het Amsterdamsche kwartier en
het Leidsche kwartier waren dus goed
Het beste was de verduistering te
Zandvoort. Ook Heemstede en Benne-
broek waren behoudens enkele waar
neembare lichtjes aardig donker
evenals trouwens Bloemendaal. De
grens echter van Aerdenhout en
Bloemendaal, vermoedelijk de om
geving van de Zandvoortsche laan,
was weer te licht. In groote trekken
was kapitein Van Riessen het met
Commissaris Tenckinck volkomen
eens, dat men voor een eerste proef
zeer zeker tevreden mag zijn.
De Commissaris wees er verder nog op, dat
verschillende lantaarns te laat waren ge
doofd. Zoover men dit van den grond kon
beoordeelen was de voorzijde van de huizen
volkomen duister. Uit de waarnemingen, die
uit het vliegtuig gedaan waren bleek echter,
dat er aan den achterkant hier en daar nog
wel eens iets haperde.
Het verkeer op den weg is goed gegaan, er
hebben zich geen ongelukken voorgedaan,
ondanks het feit, dat er veel publiek op straat
was. Uitermate voldaan was de commissaris
over de richtlampen waarvan er 250 bij
vluchtheuvels, trottoirs en aan de waterzijde
waren geplaatst. Deze lampen hebben bijzon
der goed voldaan. Van de lucht uit waren ze
niet waar te nemen, terwijl automobilisten
mededeelden, dat zij dank zij deze lantaarns
de verkeersheuvels en trottoirs konden
mijden. Dat het Amsterdamsche kwartier zoo
uitstekend verduisterd was. was volgens den
Commissaris ook zeker voor een niet gering
deel te danken aan de propaganda, die in
deze wijk door de Ilaarlemsche Vereeniging
voor Luchtbescherming is gemaakt. In de
omgeving van de Groote Markt had kap. Van
Riessen verder nog eenige groote geelachtige
plekken waargenomen. Men vermoedt dat de
waarnemer de tuinzaal van het Concertge
bouw en den koepel van het Blauwe Kruis
heeft gezien. Van het station en de andere
groote gebouwen, zooals de ziekenhuizen,
heeft men niets kunnen waarnemen. Ook de
vele fabrieken aan het Spaarne hadden doel
treffende maatregelen genomen zoodat geen
licht uit de lucht te zien was. Van de Amster
damsche Waterleiding kon men daarentegen
wel iets waarnemen. Lichtcomplexen heeft
men nergens kunnen constateeren. Hoofdin
specteur M. Woud, die eveneens den tocht per
vliegtuig meemaakte, zeide dit aldus: Men
heeft wel eenige lichtpuntje kunnen zien,
doch den indruk dat men boven een groote
stad vloog, had men nergens!
De medewerking van het publiek was uit
stekend, zoo vertelde de commissaris, dikwijls
werd het politiebureau gewaarschuwd, dat er
nog straatlantaarns brandde. Het geheele po
litiecorps voor zoover dit beschikbaar was. had
zich vrijwillig aangeboden om de verschillende
diensten waar te nemen. Door den Genees
kundigen Dienst, den Ontsmettingsdienst en
de Brandweer zijn oefeningen gehouden, de
Geneesk. Dienst kreeg tot opdracht hulp te ver-
leenen in '11 perceel in de Wilhelminastraat. de
brandweer moest een brand blusschen op het
Hasselaerspleln en de Ontsmettingsdienst
werd naar het Ripperdapark gestuurd waar
een „bom" terecht was gekomen. De verschil
lende auto's reden met afgeschermd licht en
werden niet waargenomen, terwijl zij zonder
moeite de plaats van bestemming konden
bereiken. Het verkeer in de vier hoofdrich
tingen is dus gewoon door kunnen blijven
gaan. terwijl er zooals vermeld geen on
gelukken hebben plaats gevonden.
Het publiek heeft dus bij deze ver
duistering twee fouten gemaakt: le.
Er waren nog te veel menschen op
straat, die daar niets te maken had
den en 2e. Er werd vooral in Haarlem
Noord en in de oude binnenstad, nog
niet voldoende opgelet, of de lichten
aan dc achterzijde en van den zolder
niet naar buiten schenen. Overigens
was de medewerking van het publiek
uistekend. Alleen in de Laurierstraat
deed men bij het aanbellen van een
agent de lichten uit, terwijl een
oogenblik later als de agent weer op
zijn fiets stapte, de lichten weer
aanfloepte. Hier bleek men dus nog
niet voldoende doordrongen van den
ernst van deze oefening.
De Rietvink start
Ongeveer tien minuten voor negen stond de
Douglas D C. 2 ,.De Rietvink" voor het restau-
»ant van Schiphol klaar om een gezelschap
autoriteiten over de verduisterde dreven van
Haarlem en omgeving te voeren. In het
vliegtuig stapten o.m.: de burgemeesters van
Haarlem, Heemstede en Bloemendaal. de hee-
ren dr. J. E. baron de Vos van Steenwijk, jhr.
J. P. W. van Doorn en jhr. mr. C. J. A. den
Tex, voorts de gemeentesecretaris van Haar-
lem mr. Th, A. Westra, hoofdinspecteur M.
Woud: de gemeentesecretarissen van Heem
stede en Bcnne'oroek. de heeren N. Vos en C.
Bregman en eenige andere gemeentelijke auto
riteiten van Zandvoort en Bennebroek. Enkele
oogenblikken later werd het startsein gegeven
en het duurde niet lang of piloot A. v. d. Syde
liet de Ph.-A.K.R. voor u en mij De Riet
vink vlot van den grond loskomen.
Als we onmiddellijk 11a den start naar be
neden kijken, worden we allereerst getroffen
door ontelbare lichtjes die soms in wilde slin
gers en dan -eer met rechte, witte lijnen, het
kleine land beneden ons doorkruisen.
De afstand SchipholHaarlem is voor een
vliegtuig al een bijzonder kinderachtig klein
eindje en het duurt dan ook niet lang of de
Amsterdamsche lichten liggen achter ons en
de Haarlemsche doemen op.
Ja, inderdaad de Spaamestad was nog volop
verlicht en bood een interessant schouwspel,
dat echter spoedig nog interessanter zou wor
den. Nauwelijks hadden we namelijk den tijd
gehad ons een weinig te oriënteeren of er ge
beurd iets wonderbaarlijks. Als door een too-
verstaf aangeraakt verdwijnen de lichten straat
na straat, stuk voor stuk valt weg. Heele straten
verzinken plotseling in het niet. Langzaam
maar zeker wordt een reusachtige zwarte
mantel over de stad en haar omgeving uitge
strekt. De natriumverlichting van den Zijlweg
blijft nog het langste zichtbaar doch als ook
de oranjeachtige schijn dezer lantaarns is ge
doofd, daalt een volkomen duisternis over
Haarlem neer. Volkomen? Dat was de groote
vraag. We turen en turen en we zien
Wij zagen, wat U niet zag.
We zien, en we constateeren het allemaal,
nog heel wat lichtpunten daar beneden ons
waar alles nu allang heelemaal donker had
moeten zijn. Zoo nu en dan wordt er wel weer
eens een licht gedoofd, (straatlantaarns die
waren blijven branden?) maar er komt ook
snel weer eens een lichtje bij (denk je nou
heusch vrouw, dat ze zóó uit de lucht, het
licht uit dat zoldervenstertje kunnen zien?)
Ja, waarde lezer, we zagen uw zolderlichtje
wèl. En we zagen nog meer, dat U niet zag. We
zagen eenige treinen en trams, we zagen het
water van het Spaarne zich kronkelen door de
duisternis en we zagen de witte schuimkoppen
van de zee op het Zandvoortsche strand rellen.
Dat alles hebben wij gezien. En vele van deze
dingen had dus ook een vijandelijk vliegtuig
kunnen zien. Waarschijnlijk niet alles, want
het waarnemingsvliegtuig vloog geregeld tus-
schen de drie en vijfhonderd meter, terwijl
vijandelijke vliegtuigen waarschijnlijk hooger
zullen vliegen. Doch daarover straks meer. In
ieder geval, met behulp van een goede kaart,
het water van het Spaarne. de zee en uw on
achtzaamheid, zou een bekwaam piloot zijn
positie zeker eenigszins hebben kunnen be
palen. Daarom is hét van zoo bijzonder
belang dat ge er toch vooral rekening mee
houdt, dat de waarnemer in de lucht ziet wat
U niet ziet. Het is dan ook niet geheel en al
uitgesloten dat men bij volgende proefnemin
gen zal probeeren het geheel zonder electrisch
licht te stellen. De petroleumlamp zal dan
tijdelijk in haar oude glorie worden hersteld.
Donker Zandvoort.
Of Zandvoort vond, dat het des zomers ge
noeg in het middelpunt van aller belangstel
ling staat of dat de Zandvoortenaren meer van
de duisternis houden dan de Haarlemmers, zal
wel altijd een open vraag blijven. In ieder ge
val was Zandvoort uitstekend verduisterd. Ka
pitein van Riessen had er slechts zeer weinig
op aan te merken en dat is uit zijn mond een
loftuiging, die de pas opgerichte Zandvoort
sche Luchtbescherming^ Vereeniging zeker
niet onverschillig zal laten. Er was zelfs bijna
niets op aan te merken geweest indien niet een
onvoorzichtige automobilistDoch oordeelt
U zelf.
We vlogen met tamelijk geringe snelheid op
Zandvoort aan. Rechts van ons deed de IJmui-
densche vuurtoren verschrikkelijk zijn best
zijn stralen ook nog op het donkere Haarlem
te werpen doch deze poging mislukte jammer
lijk. Links konden we in de verte flauwtjes het
schijnsel van den Katwijkschen vuurtoren
waarnemen. Doch in het midden en vlak on
der ons was een verblijdende duistere leegte.
Plotseling werd er van uit de cabine geroepen:
„Nu komen we boven de zee" en tegelijk za
gen we de witte schuimkoppen kalm op het
duistere Zandvoortsche strand rollen. Tot
plotseling een fel lichtschijnsel de duisternis
doorbrak, een, twee, tot driemaal toe. Een
automobilist had zich vermoedelijk op den bou
levard een oogenblik willen oriënteeren en dat
ééne oogenblik zou in tijden van werkelijk ge
vaar noodlottige gevolgen hebben gehad, z
En piloot v. d. Sijde draait en draait.
En steeds weer liet piloot van der Sijde „De
Rietvink" draaien en nog eens draaien en het
was wonder dat men er in de cabine niet
draaierig van werd. Doch neen, integendeel.
Geen plekje werd niet door de Rietvink be
zocht en steeds bleef de aandacht van de in'
zittenden gespannen. En ziet, hoe later het
werd des te beter werd de verduistering. En
daarom was het eigenlijk jammer dat de „Riet
vink" al om kwart voor tien weer op Schiphol
stond. Verschillende stemmen gingen op of
de tocht nog niet even verlengd kon worden,
doch de piloot was onverbiddelijk en daar ston
den we drie kwartier nadat we waren opge
stegen weer behouden op den grond, vele er
varingen rijker en misschien eenige illusies
armer. Gelukkig was piloot v. d. Syde nog zoo
vriendelijk eenige toelichtingen te geven, die
nogal bemoedigend waren. Zoo is het natuur
lijk voor een vijandelijke vlieger onmogelijk
zoo laag te vliegen en zoo nauwkeurig te speu
ren, als ,,De Rietvink" dat gedaan had. Meestal
komt zoo'n vliegtuig van ongeveer 3000 Meter
hoogte en laat zich dan naar beneden val
len, waarna de bommen neergeworpen. De po
sitiebepaling is dus dan niet gemakkelijk.
Op den terugweg wordt er niet veel gespro.
ken. We zijn benieuwd hoe alles in de stad is
verloopen en we denken aan de vele lichtpun
ten, die we nog gezien hebben. Is desondanks
de proefneming geslaagd of niet? Toch geloo-
ven we van wel. Een vreemde vlieger had waar
schijnlijk niet kunnen constateeren dat hij
boven een groote stad vloog. En dat is al een
groot succes
De Vrijwillige Burgerwacht
deed goed werk.
In den toren van de Groote Kerk.
Om kwart over zeven verzamelden zich de
leden van de Vrijwillige Burgerwacht op de
binnenplaats van de voormalige infanterie-
kazerne aan den Konden hom. De opkomst
was zeer goed. Ongeveer 250 leden stelden
zich beschikbaar om de politie bij de con
trolediensten in de stad te. assisieeren. De
commandant van de Burgerwacht luit. kol.
tit. b. d. O. I. L„ C. L. Becking deelde ons
mede dat 500 leden van de Burgerwacht zich
bereid hebben verklaard om indien de nood
eventueel werkelijk aan den man mocht ko
men aan de luchtbeschermingsmaatregelen
mede te werken. Zoodat op dit aantal gere
kend kan worden. Voor dezen oefeningsavond
had men op een opkomst van ongeveer 150
man gerekend. En er kwamen er wel 250'
Zoodat de verwachtingen wel verre overtrof
fen werden. Groepsgewijs verlieten de vrij
- «SS>
De Commissaris van Politie, de heer E. H. Tenckinck, hoofd van den Haarlemschen
luchtbeschermingsdienst, tijdens een inspectietocht door donker Haarlem.
willigers de binnenplaats en binnen een half
uur tijds waren allen de stad in getrokken.
Een keurige prestatie. Op tien verschillende
plaatsen in de stad posteerden de vrijwilli
gers zich, n.l. bij de garage Swaalf, politie
bureau Smedestraat. posthuis Groote Hout
straat, Posthuis Leidscheplein, kantoor N. Z.
H. T. M. Leidschevaart, school Santpoorter-
plein, R.K. school Zomervaart, Noorder Tuin
dorplaan 1, posthuis Rijkstraatweg en de
Boekenrodestraat.
De taak van de vrijwilligers bestond in het
surveilleeren door de straten. Indien hier en
daar nog licht doorschemerde werd den be
woners van het betreffende perceel verzocht
dit alsnog uit te doen of zoodanig af te scher
men dat het niet meer tot buiten doordrong.
De leden der Burgerwacht hadden natuurlijk
geenerlei bevoegdheid tot optreden, en indien
zich gevallen voordeden waarin de menschen
weigerachtig bleven om hun huis te verduis
teren diende de politie in de hand genomen
te worden, die proces-verbaal kon opmaken.
Het surveilleeringswerk van de Vrijwillige
Burgerwacht en de politie moet wel effect
hebben gesorteerd, want van de wachtpost in
den toren van de Groote Kerk uit gezien kon
men in den loop van het uur dat Haarlem
verduisterd was op eenige plaatsen waar nog
licht bleef doorschemeren, verbetering waar
nemen, in dien zin dat het alsmaar donker
der werd. Men slaagde er blijkbaar in eenige
lichtbronnen op te sporen en alsnog te ver
duisteren. Hoewel het beeld, dat Haarlem
bood, toch steeds eenigermate van een totale
verduistering verwijderd bleef.
In den toren van de Groote Kerk.
De toren van de Groote Kerk is het punt
in Haarlem, waar de stad prachtig overzien
kan worden. Derhalve werd d-e eerste omgang
tijdens de verduistering als -een soort wacht
post ingericht en door verslaggevers betrok
ken. Omstreeks half negen werd de tocht in
de duistere en kronkelende ingewanden van
den toren begonnen. Reeds eenigen tijd voor
dat de klok negen sloeg was men hier en daar
in de stad met de afscherming van lichtbron
nen begonnen, en dat was uit den toren goed
te onderscheiden. Omzoomd met flonkerende
lichtjes slingerden Haarlem's straten zich uit
het kernpunt de Gx-oote Markt, naar alle
windstreken; de Groote Houtstraat, Bartel-
jorisstraat, de Jansstraat, de Smedestraat.
Mierenklein liepen de menschen over de
straat, de auto's leken speelgoed en de trams
ook. Straks zou zich over dat alles de be
schermende mantel dèr duistex-nis werpen
Hoog torende de St. Bavo boven het stadsge-
wemel uit. Negen sombere slagen van de klok
klonken over de stad. Het hadden tooversla-
gen moeten zijn, die Haarlem eensklaps in
het duister hadden moeten zetten. Maar zoo
vlug ging het niet. De sirenes loeiden, eerst
zacht in de verte, toexi scheen het klagelijk
geluid ook van dichterbij en van meer kanten
te komen. Het vliegtuig met de autoriteiten
als passagiers vertoonde zich reeds en het
was prompt op tijd, maar het verwijderde zich
weer, want de duistex-nis was nog niet inge
treden. Toen begonnen de eerste straten te
verduisteren. Het eerste schaap was over den
dam en de andere volgden ras. Eenmaal be
gonnen voltrok de verduistering zich in zeer
korten tijd. Heele straten en straatblokken
verdwenen als het ware met één slag uit het
stadsbeeld, totdat er eigenlijk geen stadsbeeld
meer was. De Jansstraat was de hekkenslui
ter. Haarlem was verduisterd. Maar zoodra
was men niet even aan deze duisternis ge
wend of men ontdekte allerwegen lichtplek
ken. Zij waren niet groot, doch juist genoeg
om de absolute duisternis te verstoren.
Fietsers tooxxden hier en daar geen discipli
ne en lichtstralen schichtten aan en weer uit,
den indruk gevend van vuurvliegjes. De
vensters van het concertgebouw lieten aan
vankelijk licht door, maar later werd dat be
ter. Zoo werden op tal van plaatsen in den
loop van het uur correcties aangebracht. Héft
vbliegtuig met de autoriteiten kruiste heen
en weer, verkende ook de omgeving en speurde
tenslotte met zijn zoeklicht het hart van de
stad, de Groote Markt. op. Eerst wist nie
mand op den tox-en waar eensklaps dat groote
licht in de stad vandaan kwam. Het geronk
van de machine klonk weliswaar, maar eerst
toen het vliegtuig over den toren heen kwam
kon men het zoeklicht van de machine als de
bron van den lichtschijn in de stad indentifi-
ceeren.In de Amsterdamsche buurt waren nog
de meeste lichtplekken te zien, en ook het
gebied daaraan grenzend, de kant van het
station uit, was niet lichtvrij. Eigenlijk was
er geen complex van de stad absoluut ver
duisterd. D. w. z. volgens de waarnemingen
uit- den Groote Kerktoren; die zijn uiteraard
relatief. Natuurlijk werden hier en daar licht
plekken veroorzaakt door de z.g.n. richtlam
pen, die op een grooter hoogte waarschijnlijk
niet meer te zien waren. Doch duidelijk kon
men hier en daar in het stadsbeeld vensters
waarnemen, die niet voldoende afgeschermd
of soms heelemaal xxiet speciaal bedekt waren.
Ook kwam het voor dat een vexxster even hel
der verlicht werd om daarna weer uit het
gezicht te verdwijnen; blijkbaar begaf
iemand zich te ruste, of werd iets van een
kamer gehaald, die niet bij het verduiste
ringsplan van de betreffende familie was in
begrepen! Het was merkwaardig te zien dat
zelfs het geringste licht opviel. De vonken
van de trams, die overigens niet te onder
scheiden waren, deden het sluimerende
stadsbeeld soms opschrikken. In de verte
draaide de vuurtoren van IJmuiden in het
rond. Een rij van lichtjes aan den horizont
duidden aan waar Amsterdam lag. De gele
licthen van den straatweg bleven aan. De felle
landingslichten van Schiphol zetten den
einder een oogenblik in gloed. Het vliegtuig
eindigde zijn nachtvlucht en streek op Schip
hol xxeer. De wachters op den toren maakten
zich op om Haaxdem uit de verduistering te
zien ontwaken. Tien slagen van de klok werk-
texx als een voortreffelijke wekker. Haarlem
was vlugger „opgestaan" dan „ter ruste ge
gaan". Aan alle kanten stonden de straten
weer in den gloed; van hun feeërieke lan
taarns. De klokken beierden. Het klonk op
gewekter dan een uur geleden het klagelijk
sirenegeschrei. En het is ook prettiger de
lichten te kunnen ontsteken dan deze te moe
ten verduisterexi. Op de Groote Markt was
het meteen een drukte van belang. En toen
de „wachters in den toren" uit den toren wa
ren gedaald en op den beganen grond aan
kwamen gingen juist de theaters uit. Het
normale stadsleven hernam zijn rechten.
De Ongevallendienst en de Brandweer
hebben zeer terecht van deze gelegenheid
gebruik gemaakt om proefnemingen te doen.
Aan eenige ledexx van den Ongevallendienst
werd opdracht gegeven om per ziekenauto,
waarvan de lampen met blauw papier afge
schermd waren, eenige menschen te gaan
halen, die op verschillende punten in de bin
nenstad daarop stonden te wachten.
En de Brandweer liet een motorspuit met
eveneens afgeschermd licht een x-oute door
de donkere stad rijden, want ook de brand
weer moet in tijd van nood paraat zijn.
De voorbereidende maatregelen.
De tramdiensten werden gewoon onderhou
den, echter met dit verschil, dat de wagens
bijna geheel in het donker gehuld waren,
zoowel van binnen als van buiten. Er brandde
slechts eenig blauw licht in en ook de con-
WIE SLIPPEN WIL WEREN,
Laat zijn banden ADERISEEREN.
ABSOLUUT SLIP-VRIJ.
A'damschevaart 322 - Tel. 16773
(Adv. Ingez. Med.)
ducteurs droegen bij het bedienen van de
passagiers een zaklantaarntje dat blauw licht
uitstraalde, voor zoover tenminste van stra
len gesproken kan worden. Aan de bestuur
ders was opdracht gegeven, met de uiterste
behoedzaamheid te rijden. De diensten uit
Leiden reden niet verder dan tot het Heem-
steedsche Sportpark. De reizigers voor Haar
lem moesten hier uitstappen en hun tocht
per gewone stadstram vervolgen. Dezen
maatregel had de Tramdirectie (die dus ook
alle mogelijke medewerking verleend heeft)
genomen om zoo weinig mogelijk wagens in
de binnenstad te laten rijden. De autobussen
van de N.Z.H.T.M. en van de Brockway Maat
schappij reden niet.
Op de trottoirs stonden bij gevaarlijke
kruispunten lantarens met een witte gleuf;
deze dienden als richtlijnen voor het verkeer.
Lantaarns met een paarse gleuf waren het
teeken, dat er een verkeersheuvel was en lan
taarns met een roode gleuf stonden aan den
waterkant.
De bruggen en sluizen werden van negen tot
tien uur niet bediend, want het verkeer te
water was geheel gestremd.
Ook de directies van de Bioscooptheaters
verleexxden lofwaardige medewerking'. In
overleg met het hoofd van den Luchtbescher-
mingsdienst hadden zij besloten, slechts één
avondvoorstelling te geven, die te acht uur
begoxi. Deze directies werkten er dus toe mede
om tusschen negen en tien uur zoo weinig
mogelijk publiek op straat te brengen.
Een woord van lof verdient ook de Vrijwil
lige Burgex-wacht Haarlem, waarvan een groot
aantal leden de politie met het vei-richten van
haar zware taak de meest mogelijke assisten
tie verleende.
Ook de ontsmettingsdienst
paraat.
De gemeentelijke ontsmettingsdienst had
Dinsdagavond het bericht ontvangen, dat een
bom met mosterdgas in het Kenaupark ge
vallen was. Er werd onmiddellijk uitgereden
met een wagen met personeel, een machine om
chloorkalk op den weg uit te strooien en een
sproeiwagen om de straat weer schoon te ma
ken. De chauffeurs waren gekleed in gas-uni-
form. De wagens reden natuui'lijk met afge
dekte lichten. De proef is goed geslaagd.
In het Politiebureau aan de Smedestraat
was het tegen half negen bijzonder druk,
want van daar uit moest alles geregeld wor
den onder het persoonlijk toezicht van den
heer E. H. Tenckinck, het hoofd vaxi den
Luchtbeschermingsdienst. Hier was ook dok
ter W. B. Smit, directeur van den Geneeskun-
digexT Dienst, met zijn helpei's.
In de kamer van de inspecteurs der recher
che gaf inspecteur G. J. P. .Verschoor aan dé
vertegenwoordigers der pers en een aantal
genoodigden nog eenige inlichtingen. Hij
deelde mede, dat er In Haarlem 213 lantaarns
geplaatst waren, waarvan 112 met blauw, 18
met rood en 83 met wit licht. Het waren zwart
gelakte lantaarns met een zware klep er over
heen, opdat het licht niet naar boven zicht
baar kon worden. De lichtstreep was horizon
taal.
Op den hoek van de Raaks bij het Post
kantoor was een speciale Philips-lamp aan-
gebx-acht, die dezen gevaarlijken hoek nog
juist afdoende, zonder opvallend te zijn, kon
verlichten.
Gedurende vijf minuten zouden eenige
six-enes op verscïiillende punten van de stad
zich doen hooren. o.a. bij het schoolgebouw
op den Middenweg, bij het gebouw van de
voormalige Groenteveilingen aan den Kleine
Houtweg, in Tuinwijk Zuid en op het Nagt-
zaamplein. Inspecteur J. A. J. Keesom had,
wat de bediening der sirenes betreft, de lei
ding.
De heer Verschoor deelde mede. dat voor
deze gelegenheid de stad in tien vakken ver
deeld was- Ieder vaak zou bediend worden
door een officier van de Burgerwacht, een
lid van den Ongevallendienst, een rechercheur
en een agent van politie. Verder deden in al
deze vakken een groot aantal agenten vrij
willig dienst. Hun vakvereenigingen hadden
hen aangeraden, zich vrij willig aan te mel
den; tot zijn genoegen kon inspecteur Ver
schoor mededeelen, dat aan dezen oproep in.
grooten getale gevolg was gegevexi. Omdat het
aantal agenten voor zulk een gebeurtenis
echter te beperkt is, was de hulp van de Bur
gerwacht ingeroepen; ook deze kreeg eenige
straten voor controle aangewezen.
Wanneer het mocht blijken, dat een inwo
ner opzettelijk licht uit zijn huis liet stralen,
door bijvoorbeeld de gordijnen niet te sluiten,
dan moest een lid van de Burgerwacht ook
aan de achterzijde van dat perceel gaan kij
ken. Vervolgens moest hij zich bij een hoofd
agent van politie vervoegen, die maatregelen
zou nemen. Bij weigering zou een px-oces-
verbaal volgen.
De wandeling door de donkere
straten.
In de Groote Houtstraat raakte- - toe
eenige opgeschoten jongens sla" zij
werden door de politie verspreid
Het verzoek van het hoofd van cht-
beschermingsdienst, om zich niet op j.at te
begeven, was vooral door jongelieden gene
geerd. In de Groote Houtstraat stonden alle
portieken vol; bovendien liepen ze op de trot
toirs in de verkeerde richting, zoodat er tel
kens een botsing ontstond.
Intusschen was het bij xiegenen geworden.
Onder leiding van inspecteur Verschoor ging
het gezelschap naar buiten, om den laatsten
klokslag en het geluid van de sirenes af te
wachten. Toen kwam het gedenkwaardige
oogenblik, dat alle lichten in de stad uit gin
gen. Het was in den beginne zóó donker, dat
men geen paar passen voor zich uit kon zien
en vooral bij de trottoirs de uiterste voox-zich-
tigheid in acht moest nemen. De heer Ver
schoor liep voorop; bij gevaarlijke plekken
liet hij even het blauwe licht van zijn zak
lantaarn branden.
Dat de menschen, die met de controle be
last- waren, goed opletten, bleek al dadelijk.
Toen de heer Verschoor slechts even zijn lan
taarn liet branden, klonk direct een comman
do uit de duisternis: „Doe dat licht uit!"
Zoo maakten we voorzichtig een wandeling
door de binnenstad. In de zijstraten was het
vrij stil. maar in de hoofdstraten, zooals in
de Groote Houtstraat en op de singels reden
zoowaar nog eenige wielrijders en ook een
paar auto's. Ze deden dit echter gelukkig
uiterst voorzichtig. Een enkele automobilist
waagde het, met gedempt wit licht te rijden,
maar hij werd dan dadelijk tot stilstand ge
noopt. De trams, zoowel van de Noord-Zuid
als van de E.S.M., reden met een .snelheid"
van hoogstens tien K.M. Ook de Brandweer
auto reed langzaam en signalen gevend.
(Voor vervolg van het verslag zie men pag. 8J