Haarlem was in duisternis getiuld. Doch hier en daar glansden nog eenige lichtpuntjes. Commissaris Tenckinck niet ontevreden SHELL-SERVICE WOENSDAG 19 OCTOBER '1938 IT 'A "A R E E M'S D A" G B E A D" 8 Publiek werkte over het algemeen goed mee. (Van één onzer redacteuren). OVER het algemeen ben ik niet ontevreden. Het is meegeval len. Haarlem heeft in verge lijking met andere groote steden lang geen slecht figuur geslagen''. Dat was het oordeel van het hoofd van den Haarlemschen Luchtbescliennings- die st, Commissaris E. H. Tenckinck. dat hij ons na de verduisteringsproef van gisteravond mededeelde. De in druk van de verduistering te Haarlem, die dc adj. inspecteur van de Lucht bescherming, kapitein Van Riessen, van het waarnemingsvliegtuig uit kreeg, was als volgt: Haarlem was goed verduisterd, beter dan b.v. Eindhoven waar men de verduiste ringsproef op zeer groote schaal heeft ondernomen. Alleen in het Noord westelijk deel en in de oude binnen stad waren nóg teveel lichtjes zicht baar. Het Amsterdamsche kwartier en het Leidsche kwartier waren dus goed Het beste was de verduistering te Zandvoort. Ook Heemstede en Benne- broek waren behoudens enkele waar neembare lichtjes aardig donker evenals trouwens Bloemendaal. De grens echter van Aerdenhout en Bloemendaal, vermoedelijk de om geving van de Zandvoortsche laan, was weer te licht. In groote trekken was kapitein Van Riessen het met Commissaris Tenckinck volkomen eens, dat men voor een eerste proef zeer zeker tevreden mag zijn. De Commissaris wees er verder nog op, dat verschillende lantaarns te laat waren ge doofd. Zoover men dit van den grond kon beoordeelen was de voorzijde van de huizen volkomen duister. Uit de waarnemingen, die uit het vliegtuig gedaan waren bleek echter, dat er aan den achterkant hier en daar nog wel eens iets haperde. Het verkeer op den weg is goed gegaan, er hebben zich geen ongelukken voorgedaan, ondanks het feit, dat er veel publiek op straat was. Uitermate voldaan was de commissaris over de richtlampen waarvan er 250 bij vluchtheuvels, trottoirs en aan de waterzijde waren geplaatst. Deze lampen hebben bijzon der goed voldaan. Van de lucht uit waren ze niet waar te nemen, terwijl automobilisten mededeelden, dat zij dank zij deze lantaarns de verkeersheuvels en trottoirs konden mijden. Dat het Amsterdamsche kwartier zoo uitstekend verduisterd was. was volgens den Commissaris ook zeker voor een niet gering deel te danken aan de propaganda, die in deze wijk door de Ilaarlemsche Vereeniging voor Luchtbescherming is gemaakt. In de omgeving van de Groote Markt had kap. Van Riessen verder nog eenige groote geelachtige plekken waargenomen. Men vermoedt dat de waarnemer de tuinzaal van het Concertge bouw en den koepel van het Blauwe Kruis heeft gezien. Van het station en de andere groote gebouwen, zooals de ziekenhuizen, heeft men niets kunnen waarnemen. Ook de vele fabrieken aan het Spaarne hadden doel treffende maatregelen genomen zoodat geen licht uit de lucht te zien was. Van de Amster damsche Waterleiding kon men daarentegen wel iets waarnemen. Lichtcomplexen heeft men nergens kunnen constateeren. Hoofdin specteur M. Woud, die eveneens den tocht per vliegtuig meemaakte, zeide dit aldus: Men heeft wel eenige lichtpuntje kunnen zien, doch den indruk dat men boven een groote stad vloog, had men nergens! De medewerking van het publiek was uit stekend, zoo vertelde de commissaris, dikwijls werd het politiebureau gewaarschuwd, dat er nog straatlantaarns brandde. Het geheele po litiecorps voor zoover dit beschikbaar was. had zich vrijwillig aangeboden om de verschillende diensten waar te nemen. Door den Genees kundigen Dienst, den Ontsmettingsdienst en de Brandweer zijn oefeningen gehouden, de Geneesk. Dienst kreeg tot opdracht hulp te ver- leenen in '11 perceel in de Wilhelminastraat. de brandweer moest een brand blusschen op het Hasselaerspleln en de Ontsmettingsdienst werd naar het Ripperdapark gestuurd waar een „bom" terecht was gekomen. De verschil lende auto's reden met afgeschermd licht en werden niet waargenomen, terwijl zij zonder moeite de plaats van bestemming konden bereiken. Het verkeer in de vier hoofdrich tingen is dus gewoon door kunnen blijven gaan. terwijl er zooals vermeld geen on gelukken hebben plaats gevonden. Het publiek heeft dus bij deze ver duistering twee fouten gemaakt: le. Er waren nog te veel menschen op straat, die daar niets te maken had den en 2e. Er werd vooral in Haarlem Noord en in de oude binnenstad, nog niet voldoende opgelet, of de lichten aan dc achterzijde en van den zolder niet naar buiten schenen. Overigens was de medewerking van het publiek uistekend. Alleen in de Laurierstraat deed men bij het aanbellen van een agent de lichten uit, terwijl een oogenblik later als de agent weer op zijn fiets stapte, de lichten weer aanfloepte. Hier bleek men dus nog niet voldoende doordrongen van den ernst van deze oefening. De Rietvink start Ongeveer tien minuten voor negen stond de Douglas D C. 2 ,.De Rietvink" voor het restau- »ant van Schiphol klaar om een gezelschap autoriteiten over de verduisterde dreven van Haarlem en omgeving te voeren. In het vliegtuig stapten o.m.: de burgemeesters van Haarlem, Heemstede en Bloemendaal. de hee- ren dr. J. E. baron de Vos van Steenwijk, jhr. J. P. W. van Doorn en jhr. mr. C. J. A. den Tex, voorts de gemeentesecretaris van Haar- lem mr. Th, A. Westra, hoofdinspecteur M. Woud: de gemeentesecretarissen van Heem stede en Bcnne'oroek. de heeren N. Vos en C. Bregman en eenige andere gemeentelijke auto riteiten van Zandvoort en Bennebroek. Enkele oogenblikken later werd het startsein gegeven en het duurde niet lang of piloot A. v. d. Syde liet de Ph.-A.K.R. voor u en mij De Riet vink vlot van den grond loskomen. Als we onmiddellijk 11a den start naar be neden kijken, worden we allereerst getroffen door ontelbare lichtjes die soms in wilde slin gers en dan -eer met rechte, witte lijnen, het kleine land beneden ons doorkruisen. De afstand SchipholHaarlem is voor een vliegtuig al een bijzonder kinderachtig klein eindje en het duurt dan ook niet lang of de Amsterdamsche lichten liggen achter ons en de Haarlemsche doemen op. Ja, inderdaad de Spaamestad was nog volop verlicht en bood een interessant schouwspel, dat echter spoedig nog interessanter zou wor den. Nauwelijks hadden we namelijk den tijd gehad ons een weinig te oriënteeren of er ge beurd iets wonderbaarlijks. Als door een too- verstaf aangeraakt verdwijnen de lichten straat na straat, stuk voor stuk valt weg. Heele straten verzinken plotseling in het niet. Langzaam maar zeker wordt een reusachtige zwarte mantel over de stad en haar omgeving uitge strekt. De natriumverlichting van den Zijlweg blijft nog het langste zichtbaar doch als ook de oranjeachtige schijn dezer lantaarns is ge doofd, daalt een volkomen duisternis over Haarlem neer. Volkomen? Dat was de groote vraag. We turen en turen en we zien Wij zagen, wat U niet zag. We zien, en we constateeren het allemaal, nog heel wat lichtpunten daar beneden ons waar alles nu allang heelemaal donker had moeten zijn. Zoo nu en dan wordt er wel weer eens een licht gedoofd, (straatlantaarns die waren blijven branden?) maar er komt ook snel weer eens een lichtje bij (denk je nou heusch vrouw, dat ze zóó uit de lucht, het licht uit dat zoldervenstertje kunnen zien?) Ja, waarde lezer, we zagen uw zolderlichtje wèl. En we zagen nog meer, dat U niet zag. We zagen eenige treinen en trams, we zagen het water van het Spaarne zich kronkelen door de duisternis en we zagen de witte schuimkoppen van de zee op het Zandvoortsche strand rellen. Dat alles hebben wij gezien. En vele van deze dingen had dus ook een vijandelijk vliegtuig kunnen zien. Waarschijnlijk niet alles, want het waarnemingsvliegtuig vloog geregeld tus- schen de drie en vijfhonderd meter, terwijl vijandelijke vliegtuigen waarschijnlijk hooger zullen vliegen. Doch daarover straks meer. In ieder geval, met behulp van een goede kaart, het water van het Spaarne. de zee en uw on achtzaamheid, zou een bekwaam piloot zijn positie zeker eenigszins hebben kunnen be palen. Daarom is hét van zoo bijzonder belang dat ge er toch vooral rekening mee houdt, dat de waarnemer in de lucht ziet wat U niet ziet. Het is dan ook niet geheel en al uitgesloten dat men bij volgende proefnemin gen zal probeeren het geheel zonder electrisch licht te stellen. De petroleumlamp zal dan tijdelijk in haar oude glorie worden hersteld. Donker Zandvoort. Of Zandvoort vond, dat het des zomers ge noeg in het middelpunt van aller belangstel ling staat of dat de Zandvoortenaren meer van de duisternis houden dan de Haarlemmers, zal wel altijd een open vraag blijven. In ieder ge val was Zandvoort uitstekend verduisterd. Ka pitein van Riessen had er slechts zeer weinig op aan te merken en dat is uit zijn mond een loftuiging, die de pas opgerichte Zandvoort sche Luchtbescherming^ Vereeniging zeker niet onverschillig zal laten. Er was zelfs bijna niets op aan te merken geweest indien niet een onvoorzichtige automobilistDoch oordeelt U zelf. We vlogen met tamelijk geringe snelheid op Zandvoort aan. Rechts van ons deed de IJmui- densche vuurtoren verschrikkelijk zijn best zijn stralen ook nog op het donkere Haarlem te werpen doch deze poging mislukte jammer lijk. Links konden we in de verte flauwtjes het schijnsel van den Katwijkschen vuurtoren waarnemen. Doch in het midden en vlak on der ons was een verblijdende duistere leegte. Plotseling werd er van uit de cabine geroepen: „Nu komen we boven de zee" en tegelijk za gen we de witte schuimkoppen kalm op het duistere Zandvoortsche strand rollen. Tot plotseling een fel lichtschijnsel de duisternis doorbrak, een, twee, tot driemaal toe. Een automobilist had zich vermoedelijk op den bou levard een oogenblik willen oriënteeren en dat ééne oogenblik zou in tijden van werkelijk ge vaar noodlottige gevolgen hebben gehad, z En piloot v. d. Sijde draait en draait. En steeds weer liet piloot van der Sijde „De Rietvink" draaien en nog eens draaien en het was wonder dat men er in de cabine niet draaierig van werd. Doch neen, integendeel. Geen plekje werd niet door de Rietvink be zocht en steeds bleef de aandacht van de in' zittenden gespannen. En ziet, hoe later het werd des te beter werd de verduistering. En daarom was het eigenlijk jammer dat de „Riet vink" al om kwart voor tien weer op Schiphol stond. Verschillende stemmen gingen op of de tocht nog niet even verlengd kon worden, doch de piloot was onverbiddelijk en daar ston den we drie kwartier nadat we waren opge stegen weer behouden op den grond, vele er varingen rijker en misschien eenige illusies armer. Gelukkig was piloot v. d. Syde nog zoo vriendelijk eenige toelichtingen te geven, die nogal bemoedigend waren. Zoo is het natuur lijk voor een vijandelijke vlieger onmogelijk zoo laag te vliegen en zoo nauwkeurig te speu ren, als ,,De Rietvink" dat gedaan had. Meestal komt zoo'n vliegtuig van ongeveer 3000 Meter hoogte en laat zich dan naar beneden val len, waarna de bommen neergeworpen. De po sitiebepaling is dus dan niet gemakkelijk. Op den terugweg wordt er niet veel gespro. ken. We zijn benieuwd hoe alles in de stad is verloopen en we denken aan de vele lichtpun ten, die we nog gezien hebben. Is desondanks de proefneming geslaagd of niet? Toch geloo- ven we van wel. Een vreemde vlieger had waar schijnlijk niet kunnen constateeren dat hij boven een groote stad vloog. En dat is al een groot succes De Vrijwillige Burgerwacht deed goed werk. In den toren van de Groote Kerk. Om kwart over zeven verzamelden zich de leden van de Vrijwillige Burgerwacht op de binnenplaats van de voormalige infanterie- kazerne aan den Konden hom. De opkomst was zeer goed. Ongeveer 250 leden stelden zich beschikbaar om de politie bij de con trolediensten in de stad te. assisieeren. De commandant van de Burgerwacht luit. kol. tit. b. d. O. I. L„ C. L. Becking deelde ons mede dat 500 leden van de Burgerwacht zich bereid hebben verklaard om indien de nood eventueel werkelijk aan den man mocht ko men aan de luchtbeschermingsmaatregelen mede te werken. Zoodat op dit aantal gere kend kan worden. Voor dezen oefeningsavond had men op een opkomst van ongeveer 150 man gerekend. En er kwamen er wel 250' Zoodat de verwachtingen wel verre overtrof fen werden. Groepsgewijs verlieten de vrij - «SS> De Commissaris van Politie, de heer E. H. Tenckinck, hoofd van den Haarlemschen luchtbeschermingsdienst, tijdens een inspectietocht door donker Haarlem. willigers de binnenplaats en binnen een half uur tijds waren allen de stad in getrokken. Een keurige prestatie. Op tien verschillende plaatsen in de stad posteerden de vrijwilli gers zich, n.l. bij de garage Swaalf, politie bureau Smedestraat. posthuis Groote Hout straat, Posthuis Leidscheplein, kantoor N. Z. H. T. M. Leidschevaart, school Santpoorter- plein, R.K. school Zomervaart, Noorder Tuin dorplaan 1, posthuis Rijkstraatweg en de Boekenrodestraat. De taak van de vrijwilligers bestond in het surveilleeren door de straten. Indien hier en daar nog licht doorschemerde werd den be woners van het betreffende perceel verzocht dit alsnog uit te doen of zoodanig af te scher men dat het niet meer tot buiten doordrong. De leden der Burgerwacht hadden natuurlijk geenerlei bevoegdheid tot optreden, en indien zich gevallen voordeden waarin de menschen weigerachtig bleven om hun huis te verduis teren diende de politie in de hand genomen te worden, die proces-verbaal kon opmaken. Het surveilleeringswerk van de Vrijwillige Burgerwacht en de politie moet wel effect hebben gesorteerd, want van de wachtpost in den toren van de Groote Kerk uit gezien kon men in den loop van het uur dat Haarlem verduisterd was op eenige plaatsen waar nog licht bleef doorschemeren, verbetering waar nemen, in dien zin dat het alsmaar donker der werd. Men slaagde er blijkbaar in eenige lichtbronnen op te sporen en alsnog te ver duisteren. Hoewel het beeld, dat Haarlem bood, toch steeds eenigermate van een totale verduistering verwijderd bleef. In den toren van de Groote Kerk. De toren van de Groote Kerk is het punt in Haarlem, waar de stad prachtig overzien kan worden. Derhalve werd d-e eerste omgang tijdens de verduistering als -een soort wacht post ingericht en door verslaggevers betrok ken. Omstreeks half negen werd de tocht in de duistere en kronkelende ingewanden van den toren begonnen. Reeds eenigen tijd voor dat de klok negen sloeg was men hier en daar in de stad met de afscherming van lichtbron nen begonnen, en dat was uit den toren goed te onderscheiden. Omzoomd met flonkerende lichtjes slingerden Haarlem's straten zich uit het kernpunt de Gx-oote Markt, naar alle windstreken; de Groote Houtstraat, Bartel- jorisstraat, de Jansstraat, de Smedestraat. Mierenklein liepen de menschen over de straat, de auto's leken speelgoed en de trams ook. Straks zou zich over dat alles de be schermende mantel dèr duistex-nis werpen Hoog torende de St. Bavo boven het stadsge- wemel uit. Negen sombere slagen van de klok klonken over de stad. Het hadden tooversla- gen moeten zijn, die Haarlem eensklaps in het duister hadden moeten zetten. Maar zoo vlug ging het niet. De sirenes loeiden, eerst zacht in de verte, toexi scheen het klagelijk geluid ook van dichterbij en van meer kanten te komen. Het vliegtuig met de autoriteiten als passagiers vertoonde zich reeds en het was prompt op tijd, maar het verwijderde zich weer, want de duistex-nis was nog niet inge treden. Toen begonnen de eerste straten te verduisteren. Het eerste schaap was over den dam en de andere volgden ras. Eenmaal be gonnen voltrok de verduistering zich in zeer korten tijd. Heele straten en straatblokken verdwenen als het ware met één slag uit het stadsbeeld, totdat er eigenlijk geen stadsbeeld meer was. De Jansstraat was de hekkenslui ter. Haarlem was verduisterd. Maar zoodra was men niet even aan deze duisternis ge wend of men ontdekte allerwegen lichtplek ken. Zij waren niet groot, doch juist genoeg om de absolute duisternis te verstoren. Fietsers tooxxden hier en daar geen discipli ne en lichtstralen schichtten aan en weer uit, den indruk gevend van vuurvliegjes. De vensters van het concertgebouw lieten aan vankelijk licht door, maar later werd dat be ter. Zoo werden op tal van plaatsen in den loop van het uur correcties aangebracht. Héft vbliegtuig met de autoriteiten kruiste heen en weer, verkende ook de omgeving en speurde tenslotte met zijn zoeklicht het hart van de stad, de Groote Markt. op. Eerst wist nie mand op den tox-en waar eensklaps dat groote licht in de stad vandaan kwam. Het geronk van de machine klonk weliswaar, maar eerst toen het vliegtuig over den toren heen kwam kon men het zoeklicht van de machine als de bron van den lichtschijn in de stad indentifi- ceeren.In de Amsterdamsche buurt waren nog de meeste lichtplekken te zien, en ook het gebied daaraan grenzend, de kant van het station uit, was niet lichtvrij. Eigenlijk was er geen complex van de stad absoluut ver duisterd. D. w. z. volgens de waarnemingen uit- den Groote Kerktoren; die zijn uiteraard relatief. Natuurlijk werden hier en daar licht plekken veroorzaakt door de z.g.n. richtlam pen, die op een grooter hoogte waarschijnlijk niet meer te zien waren. Doch duidelijk kon men hier en daar in het stadsbeeld vensters waarnemen, die niet voldoende afgeschermd of soms heelemaal xxiet speciaal bedekt waren. Ook kwam het voor dat een vexxster even hel der verlicht werd om daarna weer uit het gezicht te verdwijnen; blijkbaar begaf iemand zich te ruste, of werd iets van een kamer gehaald, die niet bij het verduiste ringsplan van de betreffende familie was in begrepen! Het was merkwaardig te zien dat zelfs het geringste licht opviel. De vonken van de trams, die overigens niet te onder scheiden waren, deden het sluimerende stadsbeeld soms opschrikken. In de verte draaide de vuurtoren van IJmuiden in het rond. Een rij van lichtjes aan den horizont duidden aan waar Amsterdam lag. De gele licthen van den straatweg bleven aan. De felle landingslichten van Schiphol zetten den einder een oogenblik in gloed. Het vliegtuig eindigde zijn nachtvlucht en streek op Schip hol xxeer. De wachters op den toren maakten zich op om Haaxdem uit de verduistering te zien ontwaken. Tien slagen van de klok werk- texx als een voortreffelijke wekker. Haarlem was vlugger „opgestaan" dan „ter ruste ge gaan". Aan alle kanten stonden de straten weer in den gloed; van hun feeërieke lan taarns. De klokken beierden. Het klonk op gewekter dan een uur geleden het klagelijk sirenegeschrei. En het is ook prettiger de lichten te kunnen ontsteken dan deze te moe ten verduisterexi. Op de Groote Markt was het meteen een drukte van belang. En toen de „wachters in den toren" uit den toren wa ren gedaald en op den beganen grond aan kwamen gingen juist de theaters uit. Het normale stadsleven hernam zijn rechten. De Ongevallendienst en de Brandweer hebben zeer terecht van deze gelegenheid gebruik gemaakt om proefnemingen te doen. Aan eenige ledexx van den Ongevallendienst werd opdracht gegeven om per ziekenauto, waarvan de lampen met blauw papier afge schermd waren, eenige menschen te gaan halen, die op verschillende punten in de bin nenstad daarop stonden te wachten. En de Brandweer liet een motorspuit met eveneens afgeschermd licht een x-oute door de donkere stad rijden, want ook de brand weer moet in tijd van nood paraat zijn. De voorbereidende maatregelen. De tramdiensten werden gewoon onderhou den, echter met dit verschil, dat de wagens bijna geheel in het donker gehuld waren, zoowel van binnen als van buiten. Er brandde slechts eenig blauw licht in en ook de con- WIE SLIPPEN WIL WEREN, Laat zijn banden ADERISEEREN. ABSOLUUT SLIP-VRIJ. A'damschevaart 322 - Tel. 16773 (Adv. Ingez. Med.) ducteurs droegen bij het bedienen van de passagiers een zaklantaarntje dat blauw licht uitstraalde, voor zoover tenminste van stra len gesproken kan worden. Aan de bestuur ders was opdracht gegeven, met de uiterste behoedzaamheid te rijden. De diensten uit Leiden reden niet verder dan tot het Heem- steedsche Sportpark. De reizigers voor Haar lem moesten hier uitstappen en hun tocht per gewone stadstram vervolgen. Dezen maatregel had de Tramdirectie (die dus ook alle mogelijke medewerking verleend heeft) genomen om zoo weinig mogelijk wagens in de binnenstad te laten rijden. De autobussen van de N.Z.H.T.M. en van de Brockway Maat schappij reden niet. Op de trottoirs stonden bij gevaarlijke kruispunten lantarens met een witte gleuf; deze dienden als richtlijnen voor het verkeer. Lantaarns met een paarse gleuf waren het teeken, dat er een verkeersheuvel was en lan taarns met een roode gleuf stonden aan den waterkant. De bruggen en sluizen werden van negen tot tien uur niet bediend, want het verkeer te water was geheel gestremd. Ook de directies van de Bioscooptheaters verleexxden lofwaardige medewerking'. In overleg met het hoofd van den Luchtbescher- mingsdienst hadden zij besloten, slechts één avondvoorstelling te geven, die te acht uur begoxi. Deze directies werkten er dus toe mede om tusschen negen en tien uur zoo weinig mogelijk publiek op straat te brengen. Een woord van lof verdient ook de Vrijwil lige Burgex-wacht Haarlem, waarvan een groot aantal leden de politie met het vei-richten van haar zware taak de meest mogelijke assisten tie verleende. Ook de ontsmettingsdienst paraat. De gemeentelijke ontsmettingsdienst had Dinsdagavond het bericht ontvangen, dat een bom met mosterdgas in het Kenaupark ge vallen was. Er werd onmiddellijk uitgereden met een wagen met personeel, een machine om chloorkalk op den weg uit te strooien en een sproeiwagen om de straat weer schoon te ma ken. De chauffeurs waren gekleed in gas-uni- form. De wagens reden natuui'lijk met afge dekte lichten. De proef is goed geslaagd. In het Politiebureau aan de Smedestraat was het tegen half negen bijzonder druk, want van daar uit moest alles geregeld wor den onder het persoonlijk toezicht van den heer E. H. Tenckinck, het hoofd vaxi den Luchtbeschermingsdienst. Hier was ook dok ter W. B. Smit, directeur van den Geneeskun- digexT Dienst, met zijn helpei's. In de kamer van de inspecteurs der recher che gaf inspecteur G. J. P. .Verschoor aan dé vertegenwoordigers der pers en een aantal genoodigden nog eenige inlichtingen. Hij deelde mede, dat er In Haarlem 213 lantaarns geplaatst waren, waarvan 112 met blauw, 18 met rood en 83 met wit licht. Het waren zwart gelakte lantaarns met een zware klep er over heen, opdat het licht niet naar boven zicht baar kon worden. De lichtstreep was horizon taal. Op den hoek van de Raaks bij het Post kantoor was een speciale Philips-lamp aan- gebx-acht, die dezen gevaarlijken hoek nog juist afdoende, zonder opvallend te zijn, kon verlichten. Gedurende vijf minuten zouden eenige six-enes op verscïiillende punten van de stad zich doen hooren. o.a. bij het schoolgebouw op den Middenweg, bij het gebouw van de voormalige Groenteveilingen aan den Kleine Houtweg, in Tuinwijk Zuid en op het Nagt- zaamplein. Inspecteur J. A. J. Keesom had, wat de bediening der sirenes betreft, de lei ding. De heer Verschoor deelde mede. dat voor deze gelegenheid de stad in tien vakken ver deeld was- Ieder vaak zou bediend worden door een officier van de Burgerwacht, een lid van den Ongevallendienst, een rechercheur en een agent van politie. Verder deden in al deze vakken een groot aantal agenten vrij willig dienst. Hun vakvereenigingen hadden hen aangeraden, zich vrij willig aan te mel den; tot zijn genoegen kon inspecteur Ver schoor mededeelen, dat aan dezen oproep in. grooten getale gevolg was gegevexi. Omdat het aantal agenten voor zulk een gebeurtenis echter te beperkt is, was de hulp van de Bur gerwacht ingeroepen; ook deze kreeg eenige straten voor controle aangewezen. Wanneer het mocht blijken, dat een inwo ner opzettelijk licht uit zijn huis liet stralen, door bijvoorbeeld de gordijnen niet te sluiten, dan moest een lid van de Burgerwacht ook aan de achterzijde van dat perceel gaan kij ken. Vervolgens moest hij zich bij een hoofd agent van politie vervoegen, die maatregelen zou nemen. Bij weigering zou een px-oces- verbaal volgen. De wandeling door de donkere straten. In de Groote Houtstraat raakte- - toe eenige opgeschoten jongens sla" zij werden door de politie verspreid Het verzoek van het hoofd van cht- beschermingsdienst, om zich niet op j.at te begeven, was vooral door jongelieden gene geerd. In de Groote Houtstraat stonden alle portieken vol; bovendien liepen ze op de trot toirs in de verkeerde richting, zoodat er tel kens een botsing ontstond. Intusschen was het bij xiegenen geworden. Onder leiding van inspecteur Verschoor ging het gezelschap naar buiten, om den laatsten klokslag en het geluid van de sirenes af te wachten. Toen kwam het gedenkwaardige oogenblik, dat alle lichten in de stad uit gin gen. Het was in den beginne zóó donker, dat men geen paar passen voor zich uit kon zien en vooral bij de trottoirs de uiterste voox-zich- tigheid in acht moest nemen. De heer Ver schoor liep voorop; bij gevaarlijke plekken liet hij even het blauwe licht van zijn zak lantaarn branden. Dat de menschen, die met de controle be last- waren, goed opletten, bleek al dadelijk. Toen de heer Verschoor slechts even zijn lan taarn liet branden, klonk direct een comman do uit de duisternis: „Doe dat licht uit!" Zoo maakten we voorzichtig een wandeling door de binnenstad. In de zijstraten was het vrij stil. maar in de hoofdstraten, zooals in de Groote Houtstraat en op de singels reden zoowaar nog eenige wielrijders en ook een paar auto's. Ze deden dit echter gelukkig uiterst voorzichtig. Een enkele automobilist waagde het, met gedempt wit licht te rijden, maar hij werd dan dadelijk tot stilstand ge noopt. De trams, zoowel van de Noord-Zuid als van de E.S.M., reden met een .snelheid" van hoogstens tien K.M. Ook de Brandweer auto reed langzaam en signalen gevend. (Voor vervolg van het verslag zie men pag. 8J

Krantenviewer Noord-Hollands Archief

Haarlem's Dagblad | 1938 | | pagina 10